Dagblad voor Leiden en Omstreken.
LEIDSGHE COURANT
ABO«HlEIViEffiTSPi?IJ8
In Leiden en busten Leiden
waar agenten gevestigd zijn
Per kwartaal f2.50
per week f 0.19
Franco per post per kwartaal -f2.90
4de JAARGANG. - DONDERDAG 3 MEI 1923 - No. 925
BureauHooigracht 35 Leiden Tel. int. 1278 - Postrekening 58936
ADVERTENTIE-PHIJ3
'Gewone advertentlën per regel ii'/, cent
ingezonden Mededeelingen, dubbel tarief»
ffiii contract, belangrijke reductie.
^Kleine advertentiën bij vooyuitbet^
ling van ten hoogste 30 woorden, vrordejl
dagelijks geplaatst ad 50 cent.
V De Raadsverkiezingen.
De voorbereiding voor de Gemeente
raadsverkiezingen is nu overal in vollen
gang.
De stemming heeft niet overal op den
zelfden datum plaats, maar toch is over
oen drietal weken, in alle gemeenten over
'de samenstelling van het gemeentebe
stuur beslist.
Het gemeenteb e s t u u r.
Hierop moet steeds don nadruk wor-
clen gelegd.
De gemeenteraden dragen niet als de
Staten-Generaal een v ertegen woo r--
d i g e n d, maar eon besturend ka
rakter.
D* raadsleden hebben niet als de leden
-••an de Kamers tot taak het volk te ver
tegenwoordigen hij do Overheid, maar zij
vormen zelf de plaatselijke Overheid.
Niet de burgemeester staat aan het
hoofd der gemeente en ook niet het col
lege van B. en W., maar de Raad.
Dit wordt vaak uit het oog verloren.
In de practijk zien we soms zelfs hoog
geleerde raadsleden die den Raad be
schouwen als de volksvertegenwoordiging
bij B. en W., die dan beschouwd worden
feitelijk de Gemeente te besturen.
Deze opvatting is echter onjuist en het
is noodzakelijk daaraan voortdurend aan
dacht te schenken.
De Raadsleden vooral moeten hunne
groote verantwoordelijkheid gevoelen.
Niet B. en W. in de eerste plaats, maar
'de Raad zelf is verantwoordelijk voor
den gang van zaken.
Maar hieruit volgt tevens, dat do kie
zers, voorzoover zij met de samenstelling
van den Gemeenteraad belast zijn een
zeer belangrijke en verantwoordelijke
taak hebben te vervullen.
Werd dit meer ingezien, dan zou on
getwijfeld aan de Raadsverkiezingen
meer aandacht worden geschonken, dan
thans vaak het geval is. f
Dan zou het niet voorkomen dat men
als in Amsterdam en enkele andere groo-
te plaatsen z.g. xapaille-candidaten naar
den Raad tracht te brengen.
Dat zou het niet voorkomen, dat men
als in Leiden, candidaten stelt met geen
ander doel dan voor de belangen dor
vergunninghouders op te komen en het
lapverbod ongedaan te maken.
Dan zou het niet voorkomen, dat naar
den Raad gezonden werden mannen, die
openlijk verklaren, dat hun eerst© doel is.
niet te houwen en den welstand der ge
meente te bevorderen, maar de tegen
woordige maatschappij-orde onderst bo-
ven te kecren»
Werd aan de beleekenis van den Ge
meenteraad meer aandacht geschonken
dan zou niet gebeuren, wat we thans
vaak zien, zelfs in Christelijke kringen,
dat er zoovelen zijn, die geen vinger wil
len uitsteken om een goede samenstelling
van den Raad te bevorderen en die, alsof
het de meest gewone zaak ter wereld
was, maar rustig afwachten hoe de meer
derheid van de kiezers gelieft te heslis
sen.
Dan zouden do besturen der Kiesver
enigingen niet behoeven te klagen over
gebrek aam medewerking, maar dan zou
een spontane en krachtige medewerking
ook van de invloedrijke leden reeds van
te voren verzekerd zijn.
Nog is het althans in do meeste ge
meenten niet te laat.
Daarom doen wij een beroep op onze
lezers en lezeressen om, in het besef van
hunne verantwoordelijkheid, zich aan
den verkiezingsarheid niet te onttrekken.
V Kiezersvrees.
Het tapverbod, het vorig jaar door den
Leidschen Gemeenteraad ingesteld, werd
inzonderheid van Soc. Dem. zijde verde
digd.
Het verzoek om tot de instelling over
te gaan werd door de afdeeling van de
S. D. A. P. gesteund.
En het was de heer van Eek, die in een
breedvoerige rede de noodzakelijkheid
van beperking van den drankverkoop in
het licht stelde.
De alcohol werd geteekend als een lief*
sengif dat niet het gevaarlijkst is als dë
menschen dronken zijn, maar vóór dien
tijd, als hun verstand eenigermate is be
neveld en hun wil verslapt.
Gewezen weïd. op het groote maat
schappelijk belang van een tapverbod,
waardoor de drank-ellende althans eeni
germate wordt verminderd.
Geschetst werden de droeve toestanden
van de vrouwen en kinderen die onder
het gebruik cn het misbruik van den alco-^
hol hebben te lijden.
Herinnerd werd aan de groote sympa
thie die het verzoek om tot een tapver
bod te komen, in do kringen der moderne
arbeidersbeweging had gevondon en in
een welsprekend betoog werd do Raad
aangemaand niet voor de aangevoerde be
zwaren uit den weg te gaan.
Dit woord miste zijne uitwerking niet.
Met 14 tegen 12 stemmen werd tot de
invoering van een tapverbod besloten en
onder de voorstanders waren alle aanwe
zige Sociaal-democraten.
Maar nu zijn de vergunninghouders in
beweging gekomen, en hebben aan alle
candidaten een schrijven gericht mot da
mededeeling dat alleen zij, die verklaren
do intrekking van het tapverbod te willen
bevorderen, op hun steun kunnen reke
nen.
Blijven ijveren voor het tapverbod kan
dus beteekenen verlies van volksgunst.
Een kwaad ding voor menschen die al
tijd de tribune in bet oog houden.
Toch had verwacht mogen worden dat
het groote maatschappelijk belang vol
gens den heer van Eek bij deze aak be
trokken, hier den doorslag zou geven, dat
men in de eerste plaats In liet oog zou
houden de belangen van do gezinnen der
arbeiders voor wie men zegt te ijveren.
Het beeft echter niet mogen zijn.
Gemeld wordt, dat reels zes van de
Soc. Democratische candidaten gezwicht
zijn en verklaard hebben aan de afschaf
fing van het tapverbod te willen mode-
werken.
Toen men moest kiezen tusscben de be
vordering van een groot maatschappelijk
belang en de gunst van een deel der kie
zers koos men het laatste.
De kiezersvrees gaf den doorslag.
STADSNIEUWS
Ziekenhuisverpleging.
ïn de kleine Stadsgehoorzaal werd gis
teravond een vergadering gehouden uit
geschreven door het voorloopig comité
van de „Onderlinge Vereeniging voor
Ziekenverpleging te Leiden. De opkomst
was matig.
De voorzitter van het voorloopig comi
té opende met een hartelijk w^ord van
welkom, en gaf daarna dadelijk de con
cept-statut-en en -huishoudelijk reglement
in algemeene bespreking.
Door sommige leden werd bezwaar ge
maakt tegen een voorgesteld reglements
artikel, waarin werd bepaald, dat perso-
sen ouder dan 60 jaar niet als lid kun
nen worden aangenomen.
Na hoofdelijke stemming werd het be
trekkelijke artikel verworpen met 26 te
gen 9 stemmen.
Besloten werd personen tot den 70-jari-
gen leeftijd toe te laten, met dien ver
stande, dat voor personen van 60 tot 70
jarigen leeftijd een medisch onderzoek zal
worden gevorderd.
Overigens werden de concept-statuten
zonder hoofdelijke stemming aangeno
men.
Het cardinale artikel in het huishou
delijke reglement inzake de contributie-
betaling werd na uitvderige besprekingen
als vólgt geformuleerd:
De contributie der leden bedraagt 10
cents per week; alleenstaande personen
boven de 16 jaar betalen 15 cents per
week evenals personen, die op ouderen
leeftijd dan 60 jaar als lid zijn toegetre
den. Het inleggeld bedraagt 75 cents per
lid voor personen boven de 16 jaar.
Leden hebben, behoudens het bepaalde
in het laatste lid van dit artikel, in geval
van verpleging in een ziekenhuis Techt op
eene vergoeding uit de kas der Vereeni
ging van f 2.50 voor iederen verpleegdag,
tot een maximum van 30 dagen in één
Vereenigingsjaar.
De voor kinderen beneden de 16 jaar
verschuldigde contributie bedraagt 5 cents
per week. Kinderen kunnen alleen wor
den ingeschreven indien heide ouders lid
zijn, indien een der ouders ontbreekt, be
taald één kind als vol lid zijnde 10 cents
contributie per week. Aan degenen die de
eventueele verpleegkosten dezer kinderen
in één zi ekenhuis betalen, wordt eene
vergoeding van f 2.50 per verpleegdag uit
de kas der Vereeniging uitgekeerd tot een
maximum van 30 dagen in één Vereeni
gingsjaar.
Onder ziekenhuisverpleging zal worden
verstaan verpleging in ziekenhuizen, kli
nieken, sanatoria of herstellingsoorden,
voor zooverre deze door het bestuur wor
den geacht aan de te stellen eischen te
voldoen.
Geen vergoeding wordt uitgekeerd voor
krankzinnigenverpleging, voor verpleging
wegen zwakzinnigheid of idiotie, alsme
de voor gevallen waarin van andere zijde
in de verpleegkosten wordt voorzien.
Slechts zij die ten minste 4 jaren,
achtereenvolgens lid der Vereeniging
zijn geweest komen in aanmerking
voor opnamo in een sanatorium, her
stellingoord of inrichting voor ze
nuwlijders. De in de statuten bepaalde
keuring (van 6070 j.) komt ten koste
der betrokkenen. De keus der medici is
vrij."
Na schriftelijke stemming werd het
voorl.-comité met bijna alg. stemmen tot
bestuur gekozen te weten de heer de Ko
ning, le voorzitter', de heer Romanesko.
2e voorz.; de heer Plasmeijer le secreta
ris; de heer Fruilman, 2e secretaris; de
heer Gubbi, Heerenslraat 44, penning
meester; de hoeren Dr. Horst, Dr. Kroon
en Ir. Klinkenberg, commissarissen.
De voorzitter der vergadering, Dr.
Horst, dankte de aanwezigen voor hun
opkomst,^ en zijn mede-comitéleden voor
do verrichte werkzaamheden, en den heer
Haaksma, die steeds zijn medewerking
heeft verleend.
Ten slotte bracht spr. een woord van
dank aan do pers.
Een der aanwezigen zegde onder ap
plaus der vergadering Dr. Horst dank
Yoor zijn eminente leiding.
Wij doelen nog mede, dat men zich als
lid kan opgeven aan de navolgende adres
sen: Oranjeboomstraat 11, Heerenstraat
44 en Morschstraat 52.
Gaarne wekken wij onze lezers op, om
unaniem zich als lid van deze hoogst
nuttige en wenschelijke vereeniging op te
geven.
Zien we naar de omgeving, dan zien
we daar oen geweldige bloei van deze
vereenigingen.
Alphen aan den Rijn geeft een schitte
rend voorbeeld met 0300 leden!
Het spreekt vanzelf, dat dit aantal hier
ter stede tocfi. minstens het dubbele moet
Een vereeniging, die het particulier
initiatief naar voren wil brengen verdient
ons aller steun.
Draagt elkanders lasten!
Wijkverpleging
van den Protestantenbond.
,.ïn het najaar dus wordt ons ge
meld zal het 25 jaar geleden zijn, dat
do Wijkverpleging van den Protestanten
bond, gevestigd in de gebouwen Lange-
straat en Prinsestraat, werd opgericht.
Deze liefdadigheidsinstelling is zeker bij
een ieder bekend. Zij staat ten dienste
van alle gezindten, al is het be
heer van deze twee wijkgebouwen in han
den van den Protestantenbond. Hoevelen
steeds hare weldaden ondervinden, mo
gen de volgende getallen u duidelijk ma
ken. Per maand worden er ruim 1000
personen behandeld, terwijl do zusters
(Bossert en de Nie), bijgestaan door Mej.
Hanselaar, bovendien nog 400 bezoeken
ban huis brengen. Verder zijn er 25 bed
den met toebehooren geregeld in gebruik.
Ook is er in 'het gebouw Prinsestraat een
consultatiebureau voor zuigelingen ge
vestigd.
Deze instelling is dus wel onmisbaar
maar om haar werk blijvend te kunnen
voortzetten is veel geld noodig: de linnen
kast, de instrumenten, het verdere ver-
plegingsmateriaal behoeft een dringende
hernieuwing en aanvulling! De kosten
kunnen niet uit de gemeentesubsidie be
streden worden. Om hieraan tegemoet te
komen heeft zich een comité gevormd tot
het organiseeren van een Bazaar, waar
van de opbrengst aan de Wijkverpleging
zal worden aangeboden bij haar jubi
leum. Stadgenooten! helpt allen mee deze
prachtige instelling te steunen en in
stand te houden. Mevrouw de Gijselaar-
Viruly gaat u voor als voorzitster van het
Eere-comité waarin verder zitting heb
ben de dames Mej. L. Hubrecht, een der
oprichtsters van de Wijkverpleging en
Mej. M. Naudin ten Cate, die de eerste
verpleegster is geweest.
Het dagelijksch bestuur, bestaande uit
de dames Mevr. Lente, tijdelijk voorzit
ster, Mevr. Juynboll, vice-voorzitster.
Mevr. Wichers Bollandet, penningmees-
teresse, Mevr. Bijtel, secretaresse; Mevr.
Bursch, Mevr. Duijster, Mevr. Heringa,
Mevr. Hirschig, zal gaarne reeds nu bij
dragen van eiken aard (of toezegging) in
ontvangst nemen. Geldelijke giften zijn
hartelijk welkom bij de penningmees te-
resse Koninginnelaan 2, Oegstgeest, of
Breestraat 61. Moge de wijkverpleging de
sympathie van alle stadgenooten op
daadwerkelijke wijze ondervinden.
Regeerings-Jubileum
H. M. de Koningin, 31 Augustus 1923.
Op Zaterdag 5 M e i a.s. zal in
Leiden een collecte worden gehouden voor
de bestrijding der onkosten, verbonden
aan de feestviering van 31 Augustus 1923.
Menigeen zal misschien zeggen: Is 't nu
wel een tijd voor feestvieren? Is het
niet veeleer een tijd van bezuinigen? En
In 't algemeen moet volmondig bevesti
gend op beide vragen worflen geantwoord.
Maar er zijn uitzonderingen op bijna alle
regels. En hier is een uitzonderingsgeval.
Jaarlijks wordt in Leiden herdacht het
ontzet. De 3 Octoberdag stelt alle andere
nationale gedenkdagen in de schaduw.
Vandaar, dat men hier van een viering
van 31 Augustus gemeenlijk niet3 ver
neemt. De viering van 3 October ook
een uitzondering op den algemeenen re
gel g oen feestvier en ma ar
bezuinigen zal ook dit jaar
gecumideerd worden met de viering van
31 Augustus, omdat op dezen datum in
dit jaar men wensche te herdenken het
feit, dat het 25 jaar is geleden, dat H. M.
de Koningin do regeering aanvaardde.
Het zou in strijd zijn met den plicht der
dankbaarheid, die er bestaat voor de Ne
derlanders, voor do inwoners van Leiden
dus ook, als deze dag onopgemerkt voor
bijging. De Koningin heeft in die 25 jaren
do schoonste traditiën van de besten der
Oranje's gehandhaafd. Indien het waar is,
dab leeringen wekken, maar voorbeelden
trekken, dat zij ieder Nederlander aanbe
volen, om in zijn openbaar zoowel als
in zijn privaat leven dus te overwegen,
welk een voorbeeld van nauwgezette
plichtsbetrachting op beiderlei terrein H.
M. de Koningin nu reeds 25 jaar lang on
verpoosd heeft gegeven?
Indien de feestviering op 31 Augustus
er toe kan bijdragen, dat ook te Leiden
de volle aandacht op dit feit wordt ge
concentreerd, dan kan de navolging van
het ons gegeven voorbeeld ook hier in de
zen tijd van verslapping en verwildering
niet anders dan goede vruchten voort
brengen. Het Comité voor deze feestvie
ring heeft gemeend geheel in den geest
van Haar, die wij willen eeren, te hande
len, door aan het feest een waardig en
eenvoudig cachet te geven. Alle luxe zal
worden vermeden. Mogen ook de feest
vierders zelf dit streven toonen goed te
keuren, door ons in hun avondstraatzan
gen nu voor het eerst, maar dan ook voor
taan voor goed, te bevrijden van het zin-
looze zakjesplakkersvers, dat bij zijn ont
staan reeds zouteloos, door verloop van
jaren, geest- noch zinrijk is geworden.
Nu men dus na lezing van het boven
staande weet, welke bedoeling voorzit bij
het Comité voor de feestviering, zal, naar
mag worden vertrouwd, bij elk Oranje
gezind Leidenaar elk bezwaar om iets
af te zonderen voor de te houden collecte
zijn opgeheven.
Het Comité
Jhr. Dr. Mr. N. C. de Gijselaar,
Eere-Voorzitter.
Prof. Mr. A. S. de Blecourt,
Voorzitter.
'II. Thomas,
Vice-Yoorzitter.
lW. v. d. Laan,
Secretaris.
Mr. H. Vos Jr.,
2e Secretaris.
M. A. A. Steijns,
Penningmeester.
K. Brants.
C-. L. v. Buurcn.
H. Cohen.
L. Dessens.
C. Eel ties.
C. J. Ègginb.
F. S. Goslinga.
J. A. v. Hamel.
H. W. Hanncvoort.
C. Hartwigsen.
P. Heemskerk.
Prof. Dr. L. v. Itallie.
Mr. J. Klein.
iW. Koops.
Pk. de Leeuw.
Mr. J. C. v. cl. Lip.
G. J. M. J. Molkenbocr.
B. Moolenburgh.
S. J. Le Poole.
Mr. P. A. Pijnackcr Hordijk
,W. de Reus.
H. M. Simonis.
Cn. v. Spall.
H. M. G. Verspijck.
J. Zandbergen.
Leiden, 3 Mei 1923.
Geslaagd voor het examen voor Re
kening-Courant Bockhoudr, afgenomen
door het Instituut „Mercurius" te Am
sterdam, de heer L. Scgaar alhier, leer-»
ling van den heer J. A. Christiaanse.
Op aanwijzing van een winkelier
werd gisteren een 7-jarig jongetje aange-*
houden en overgebracht naar het bureau
van politie.
Het ventje, van wiens wandaden wij
helaas reeds meermalen melding maakten
(dit is de vierde maal) kwam hij bedoeld
de winkelier in den winkel, kocht een
Stuk worst en betaalde die tot 's mans
groote verwondering met een bankbiljet
van 10 gulden.
Bij onderzoek bleek dat de knaap met
zijn kameraadje ergens door een Taam
waren binnengeklommen, en daar oen
actetasch ontvreemd waarin zich eenige
bankbiljetten bevonden.
Voorzeker een droevig begin van dit
jonge leven.
FEUILLETON
Van hooger Orde.
Naar hefc Engelecb.
,74) ;-
,,'t Is gedeeltelijk mijn schuld, omdat
ik vandaag de huur niet heb betaald
snaar ik zal dit dadelijk doen. Ik zal je
huisraad dezen avond nog terughalen,
als ik kan. Zoo niet, dan kunt gij, gezonde
ikerels, er je wel doorslaan en zullen wij
'de vrouwen en kinderen herbergen tot
morgen t dat kunnen we wel, is 't niet
.vrouw?"
„O, zeker," zei do moeder. „Schrei niet
m'n heeste vrouwen. Mary Bailies geef mij
je kind maar. Weest niet bang, de mees
ter zal alles weer in orde maken!"
Toen hij te paard steeg gaf zij hem zijn
!zweep en fluisterde: „Neem je zelf. in
lacht; kom terug zoo spoedig je kunt."
Drie uren bleef hij weg. Het werd mis-
jtig' en donker en do September-wind wak
kerde aan. Wij brachten de vrouwen in
do keuken de mannen staken een vuur
han op do binnenplaats en zaten er som
ber omheen. Ik had moeite om Guy en
Edwin over te halen om naar bed te gaan
ia plaats van naar dat „mooio vuur" to
kijken.
Muriel hoorde 't eerst, dat het hok
openging en zeide, dat vader er aan
kwam.
Ursula ging hem tegemoet; zij waren
niet alleen, John hielp een lamme, oude
vrouw en Ursula droeg een ziek kind in
haar armen, waarop Mary Bains toen zij
do keuken binnenkwamen, luid schreiend
aanviel.
„Wat hebben ze je gedaan Tommy?
je was niet zoo erg; toen ik weg ging. O
zij hebben mijn jongen vermoord, dat
hebben ze!"
„Bedaar!" zei mevrouw Halifax, „we
zullen hem wel weer heter krijgen, als
God 't wil. Luister naar wat de meester
zegt." Hij vertelde aan de mannen, die
om de keukendeur waren samengekomen,
't resultaat van zijn reis. Deze was
vruchteloos geweest. Hij had te Kings-
well alles gevonden, zooals gezegd was.
Daarna was hij naar het huis van den
burgemeester gegaan, maar mijnheer
Ralph was afwezig; hij was op Luxmore
Hall geroepen wegens pijnlijke zaken.
„Mijne vrienden," zei do meester, „hebt
nog wat geduld. We zullen je van dezen
nacht wel onderdak brengen. Morgen zal^
ik je huur betalen je huisraad laten te
rughalen en je zult dan weer opnieuw
beginnen- als mijne huurders niet die van
Lord Luxmore."
„Hoerah!" riepen de mannen. Zij volg-'
den huh meester, die ze allen in de schuur
onderdak bracht; daarna kwam hij terug
om met zijn vrouw te overleggen, waar
do vrouwen zouden kunnen worden ge
borgen. Zoo waren in korten tijd alle vijf
daklooze gezinnen geborgen allen be
halve Mary Baincs cn haar zieke jongen.
„Kom maar boven, Mary Baines,"- riep
Ursula en zij hielp Mary en gaf haar
goeden raad, want zij was geregeld de
dokter voor arme lieden in de buurt. Het
was reeds middernacht toen zij beneden
kwam in de kamer, waar John en ik za
ten, hij met kleine Muriel, slapende in
zijn armen. „Is alles in orde, lieve? Hoe
vermoeid moet ge wezen!" en John sloe'g
den arm om zijn vrouw. „Moe? o, zeker,
maar je kunt je niet begrijpen hoe goed
't boven gaat. Alleen de arme Mary Bai
nes doet niets dan huilen en vertelt al
maar, dat den jongen niets mankeert dan
honger. Zijn zij zoo arm?"
John antwoordde niet terstond. „De
jongen lijkt erg ziek," zei hij ten slotte.
„Ik heb toch niet verkeerd gedaan?"
„Neen, lieve, 't is zeer goed van je. Zie
moeder, hoe gezond Muriel slaapt, 't Is
jammer liaar wakker te maken maar
we moeten naar bed nu."
„Wacht nog één oogenblik," zeide ik.
,/John, vertel ons. eens - ik heb 't je
nog vergeten te vragen - wat waren die
„pijnlijke zaken," van welke je sprak en
welke den burgemeester naar Lord Lux
more hadden geroepen?"
John zag ongerust naar zijn vrouw:
„Lieve, wij die zoo gelukkig zijn, wij
moeten niet veroordeelen."
Zij zag hem ontsteld aan. „Je meent
toch niet neen 't is onmogelijk."
,,'t Is waar. Zij is weggegaan."
Ursula sloeg de handen voor 't gezicht.
„Verschrikkelijk! en 't is pas twee dagen
geleden, dat zij onze kinderen heeft ge-.
kust!"
We zwegen allen geruimen tijd. Toen
waagdo ik te vragen wanneer zij was
weggegaan?
„Van morgen vroeg. Zij namen ten
minste mijnheer Vermilve deed 't alles
van Lord Luxmore mee, dat hij in han
den kon krijgen familie-juweelen en
veel geld. De graaf laat hem nu vervol
gen niet alleen als verleider van zijne
dochter, maar als zwendelaar en dief."
„En Richard Brithwood?"
„Drinkt en drinkt en drinkt. Dat
is 't begin en einde van alles!"
Hiermee was alles gezegd. Zij was voor
altoos uit haar ouclo leven verdwenen,
als oen ster, welke van den hemel was ge
vallen. Sedert werd in jaren en jaren
zelfs de naam van Lady Caroline Brith
wood niet meer genoemd.
Den geheelen volgenden dag was John
vaji huis, om de zaken te Kingswell in
orde le maken. Do uitgeworpen huur
ders nu onze huurders verlieten-
ons ten slotte en 'riepen, toen zij heen
gingen, nog 'eens „hoerah!" voor mijn-»
lieer Halifax, den hesten meester in ge->
heel Engeland.
Toen wij aan de theetafel zaten en ons
niet weinig verlicht gevoelden, dat alles
voorbij was, vroeg John zijn vrouw naar
den zieken jongen.
„Hij is nog erg ziek, geloof ik." I
„Zijt ge zeker, dat het mazelen is?"
„Ik denk 't; en ik heb bijna alle kinder-*
ziekten gezien, behalve neen dat is
onmogelijkl" voegde de moeder er haastig
aan toe. Zij wierp een angstigen blik
naar haar kleinen; haar hand trilde, ter-»
wijl zij inschonk.
„Denkt ge, John 't was zoo hard oin
dat te doen nu 't kind zoo ziek is dat
ik hen met de anderen had moeten laten
gaan?"
„Zeker niet! 'Als cr gevaar hij was, zou
Mary Baines 't ons natuurlijk wel verteld
hebben. Wat zijn do ziekteverschijnselen
hij den jongen?"
Toen Ursula hem dat vertelde, werd hij
ongeruster, maar hij liot 't haar niet mer^
ken. „Wees maar gerust, lieve; cén woord
van dr. Jessop zal 't wel uilmaken iW
zal hem, na de thee, halen. Als God 't wil,
zal onzen kleinen niets overkomen!"
(Wordt vervolgd).