Tweede Blad
Vrijdag 23 Maart 1923
Een verworpen motie.
Bij de behandeling van de begrooting
der Posterijen, de Telegrafie en Telefonie,
werd door de heeren Beumer c.s. de vol
gende motie ingediend:
De Kamer, van oordeel, dat bij de
afvloeiing van personeel van den
dienst van de P. T. T. als regel aller
eerst de gehuwde vrouwelijke ambte
naren voor ontslag in aanmerking die
nen te komen, gaat over tot de orde
van den dag.
Deze motie werd met 47 tegen 10 stem
men verworpen.
Voor stemden 12 Anti-revolutionairen, 1
Chr. Historische en 7 R. Katholieken.
Kaar aanleiding hiervan maakt de
Standaard de volgende opmerkingen
„Het voorstel beoogde de Kamer te doen
uitspreken, dat bij de afvloeiing van per
soneel bij den postdienst allereerst ont
slag zou worden verleend aan de gehuwde
vrouwelijke ambtenaren.
Dit om te voorkomen, dat huisvaders,
belast met de zorg voor een gezin, op
straat zouden worden gezet, terwijl col
lega's, naast, hun eigen salaris, nog dat
hunner echtgenoot© ten laste van den
Staat genieten zouden.
Ons schijnt dit een zeer redelijke ge
dachte niet alleen, maar ook een eisch
van Christelijke levensopvatting. Dat dit
juist gezien is, bewees wel het gejuich
aan dc linkerzijde, toen de motie-Beu-
mer c.s. met de hulp van het grootste deel
der rechterzijde verworpen werd.
Eerst had men zich Links scherp tegen
de behandeling der motie verzet, maar
was Rechts vrijwel eenparig voor die be
handeling opgekomen. Doch -toen het op
stemmen over die motie zelf aankwam,
ontvingen we slechts steun van 7 R. K. en
1 C. H.
De overigen gingen met Links tegen ons.
We klagen daarover niet: we constatee-
ren slechts, dat de eenheid in belangrij
ke aangelegenheden bij de rechterzijde
nog altijd niet verzekerd schijnt. Dit
maakt de vooruitzichten op vruchtbare
saamwerking op principieel terrein niet
moedgevend. Tot nog toe viel men telkens
vrijwel uiteen als er princtpieele vraag
stukken aan de orde kwamen.
Het feit, dat deze motie allereerst een
practisch doel in een bepaalde richting
beoogde, doet niet af aan de omstandig-
-heid, dat er wel degelijk een beginsel in
stak. En niet een beginsel van de zesde of
zevende orde, maar een van den eersten
rang.
Onze club heeft haar pleit weer eens
verloren. 1
Doch ontmoedigd zal ze wel niet zijn.
Al vond ze ten slotte noch bij C. H.
noch bij R. K. ook maar den steun van
één enkele stem, ze zal, zoo vertrouwen
we, blijven opkomen voor wat ze eisch
van Christelijke Staatkunde acht.
In die dingen zijn we volstrekt niet be
vreesd om alleen te staan."
GEEN EERLIJKE PROEF.
Bij de behandeling van de begrooting
Posterijen, Telegrafie en Telefonie gaf
de Minister van Waterstaat een breed
voerige beschouwing over vervoertarie-
ven.
We zullen cr niet op ingaan, zegt de
Maasbode, maar lichten uit deze Be
schouwing alleen een conclusie en wel
deze, dat als de tarieven met 25 pCt.
verlaagd worden het vervoer met 35, 36,
37 pCt. moet toenemen om geen schade
te berokkenen aan het bedrijf. In het
algemeen zeide dc minister een vermeer
dering van een kleine 40 pCt.
Bij de spoorwegen zal met ingang van
1 April een proef genomen worden met
taripfverlaging door invoering van het
buurtverkeer op verschillende baanvak
ken. "Wil de proef slagen, zoodat de ver
voerkosten ook in de toekomst minder
blijven, dan is noodig. evenals de minis
ter dit concludeerde voor de posterijen
een toename van het vervoer met een
kleine 40 pCt. Maar hiervoor is tevens
noodig wil de proef eerlijk genomen wor
den, dat ze wordt toegepast- op trajecten
die voor druk verbruik in aanmerking
komen.
Bekijken we de lijst van de verschil
lende baanvakken die met 1 April voor
buurtverkeer als proef zijn ingesteld, dan
valt daarop vooral voor Rotterdam -en
Den Haag nog wel het een en ander aan
te merken. Reeds dadelijk zal ieder bij
een nauwkeurige beschouwing tot het be
sluit komen, dat de proef hier niet
islaagt en niet slagen kan. De cirkels
rond Rotterdam en Den Haag getrokken
zijn niet alleen de kleinste van het gan-
sche buurtverkeer, maar bovendien is de
lijn waar het meest gebruik van gemaakt
wordt, n.l. tusschen deze beide plaatsen
geheel uitgesloten.
Om dit duidelijk te maken willen we
achter de verschillende eindpunten de
afstanden zetten in K.M., zoodat een
overzicht verkregen wordt.
Van Amsterdam naar: Zandvoort 28,
Baarn 36, Alkmaar 39, IJmuiden 33,
Beverwijk 31, Utrecht 41. Aalsmeer 18.
Van Rotterdam naar: Hoek van Hol
land 28, Dordrecht 20, Rijwijk 20, Gouda
21.
Van Breda naar Eindhoven 58.
Van 's-Hertogenboschnaar Oss 19, Bre-^
da 44, Eindhoven 32.
Van Den Haag naar: Gouda 29, Lei
den 15 en Schiedam 19.
Welk nut heeft en welk resultaat ver
wacht men van een buurtverkeèr tus
schen Rotterdam en Rijswijk? en tus
schen Den Haag en Schiedam?
Als een proef genomen moet worden
of tariefverlaging mogelijk is, dan moet
men dit doen op trajecten waar druk
vervoer is, en waarop 't nog drukker kan
worden, maar niet naar eindpunten,
waar een reiziger niet aan denkt.
Als de Minister van Waterstaat het
tarief van aangeteekende stukken ver
laagt zal de toename niet groot zijn,
maar indien er weder voor brieven en
■briefkaarten een stadstarief ingevoerd
werd zou het ons verwonderen als de
40 pGt. vermeerdering er niet kwam.
Zoo is het ook met hgt thans - ingevoer
de buurtverkeer. Komt er geen wijziging
in de proefneming bij Rotterdam en Den
Haag dan kan men deze gerust achter
wege laten en brengt ze alleen nadeel,
omdat de totaal vermeerdering van het
vervoer er door gedrukt wordt.
We hopen dat de nadoelen van deze
proefneming niet aan 't oog van de Ka
mers van Koophandel zullen ontsnappen,
en dat zc voor de belangen van deze
steden op de bres zullen staan.
Verkeer met Engeland.
Over Hoek van Holland zullen in ver
band met Goeden Vrijdag in den nacht
van Vrijdag 30 op Zaterdag 31 Maart
a.s. zoowel naar als van Engeland geen
afvaarten plaats vinden. Als gevolg hier
van zullen niet loopen op Vrijdag 30
Maart de treinen 172 Rotterdam D. P.
Hoek van Holland en 160 Schiedam
Hoek van Holland en op Zaterdag 31
Maart de treinen 171 Hoek van Holland
Rotterdam D.P. en 161 Hoek van Hpl-
landSchiedamAmsterdam.
In den dienst der booten en boottreinen
gedurende het Paaschfeest wordt geen
wijziging gebracht!
In den dienst der booten en boottreinen
over Vlisingen wordt op Goeden Vrijdag
en tijdens bet Paaschfeest geen wijziging
gebracht.
De plattelanders en de Siaaik. Geref.
Partij.
Ds. G. H. Kersten deelt de Rolt. naar
aanleiding van de mededeeling van den
heer v. d. Hoven, plattelandersbond en
Staatk. Geref. partij aangestuurd hebben,
mede, dat door hem van de dagen der
Kamerverkiezing af onomstootelijk is
vastgesteld, dat van vereeniging geen
sprake kan zijn. Toen vanwege de
Staatk. Geref. partij alle vereeniging
van de hand werd gewezen verbond men
van de zijde der rechtsche plattelanders
toch de lijsten met do groep Braat.
De heer v. d. Hoven legde de verkla
ring af, dat hij zich zou losmaken van
den Chr. plattelandersbond en zich tot
de Staatk. Geref. partij wenden. Men zat
echter met de candidaten voor de a.s.
verkiezingen. Van lijstenverbinding wil
de Ds. K. niet weten, ook niet al ver
klaarden allen, wat de heer v. d. Hoven
betuigd bad. Van de zijde van den Chr.
plattelandersbond werd gevraagd of do
heer v. d. Hoven bijv. niet als no. 3 zou
kunnen worden geplaatst op de lijst der
St. Geref. partij. De andere candidaten
gaven hun plaats er dan ook wel aan.
Ds. K. gaf toen den raad den strijd uit
te kampen en herhaalt thans dat hij ten
volle zijn eerste bericht handhaaft, dat
van eenige samensmelting noch voor noch
na de verkiezingen ook maar sprake zijn
kan.
Jaagpaden.
Volgens de ,,N. R. G." overweegt de re
geering, bij het toenemende motorboot-
verkeer de mogelijkheid, de jaagpaden
langs de trekvaarten te laten vervallen.
Dienstweigering.
De heer Stulemeijer, lid van de Tweede
Kamer, heeft aan de ministers van oor
log en van justitie de vraag gesteld:
Is er aanleiding te mogen verwachten,
dat eerlang de memorie van antwoord zal
verschijnen op het een jaar geleden ver
schenen voorloopig verslag over het
wetsontwerp Dienstweigering?
Leerplichtwet.
De heer Suring, lid van de Tweede Ka
mer, heeft aan den minister van onder
wijs, kunsten en wetenschappen ge
vraagd:
I. Is ook de minister, nu het uitgeslo
ten moet worden geacht, dat het wets
ontwerp tot wijziging der Leerplichtwet
voor 1 April 1923 tot wet zal zijn verhe
ven, niet van oordeel, dat op leerlingen,
die op genoemden datum hét zesde leer
jaar eenere school voor gewoon lager
onderwijs zullen hebben doorloopen, ar
tikel 3, derde en vierde lid, der geldende
Leerplichtwet onverkort behoort te wor
den toegepast?
II. Is de minister bereid, een nadere
aanschrijving in dezen geest tot bet
Rijksschooltoezic-ht te richten?
Een Rijkscommissie voor het verkeer.
Eerlang is te verwachten de instelling
van een algemeene rijkscommissie voor
het verkeer, die zich zal hebben bezig te
houden met de bestudeering van het ver
keer svraags tuk in den ruimsten zin van"
het woord. Tot voorzitter van deze com
missie is bestemd do heer H. Golijn; over
de verdere samenstelling van de commis-^
sie wordt nog overleg gepleegd.
Jhr. Mr. A. F. De Savornin Lohman.
Naar aanleiding van de berichten over
den gezondheidstoestand van jhr. mr. A.
F. de Savornin Lobman, kan de Neder
lander mededeelen, dat hij de laatste we
ken lijdende was aan bronchitis, die aan
vankelijk verergerde, doch .waarin thans
een gunstige -keer gekomen is.
Wel moet. de patiënt nog liet bed hou
den, maar het hoesten is reeds veel min
der en de dokter kon reeds thans in uit
zicht "stellen, dat de patiënt tegen het ein
de der week weer een uurtje het bed zou
mogen verlaten.
Belastingen.
In zijn Memorie mn Antwoord aan de
Eerste Kamer deelt de Minister van Bin-
nenlandsche Zaken o.m. het volgende mee
Gemeent. Inkomstenb e 1 a s-
t i n g. In hoever aan gem .-best-, die de
belasting zelf heffen gelegenheid kan wor
den gegeven de heffing te doen plaats
hebben naar een gemiddeld inkomen van
verachillende- jaren, isceiv punt, hetwelk
bij de in, voorbereiding zijnde 'herziening
van de regelen der Gemeentewet omtrent
de plaatselijke belastingen, onder de oogeu
kan worden gezien.
Z a k e 1 ij k e B e d r ij f al} e 1 a s t i n g.
Deze .belasting staat buiten verband met- dc
winst in 't bedrijf gen et en of c.q. 't verlies
daarbij geleden, en de waag. of een klein
bedrijf naar verhouding meer winst maakt
dan een bedrijf met meer dan 10 arbei
ders, betreft een punt dat omgaat buiten
den gedachtengang, welke den wetgever
leidde tot liet opnemen van de belasting
op het bedrijf in het systeem van gemeen
telijke belastingheffing.
De grens van 10 arbeiders berust op de
stelling, dat eerst wanneer meer dan 10
abeiders in het bedrijf werkzaam, in de
gemeente wonen, er aanwijsbare kosten
zijn, welke het bedrijf ter zake van ziin
arbeiders, voor de gemeente medebrengt.
Forensenbelastin g. Een her
ziening van de voorschriften der Gem.-wefc
omtrent de forensen-belaating is in overleg
tusschen de Departementen van Finan
ciën en Binnenl. Zaken en Landbouw voor
bereid, Het desbetreffend wetsontwerp zal
gelegenheid bieden, aan de geschetste be
zweren nader alle aandacht te schenken.
KERK EN SCHOOL
NED. HERV. KERK.
Beroepen: Te Goudriaan en Otto-
land, W. Wesseldijk, te Schoonhoven.
Te Hallum, G. J. Mooi, te Gasselte. Te
Wilnis, J. H. Gunning, te Lage Vuur-
sche.
GEREF. KERKEN.
BeToepen: Te Silvolde^Gendringen:
J. Hettinga, caud. te Apeldoorn.
Bevesiiging, Inircde, Afscheid.
Ds. O. Noordmans nam Zondag jl. af
scheid van de Ned. Herv. Gemeente te
Suameer wegens vertrek naar Laren (G.)
Dr. J. Waterink.
Hedenmiddag te 4 uur had in het ge
bouw der Maatschappij voor den werken
den Stand te Amsterdam de openbare
promotie plaats van Ds. J. Waterink,
pred. der Geref. Kerk van Zutphen.
Ds. Waterink promoveerde tot Doctor
in de Godgeleerdheid en wel op een
proefschrift „Plaats en Methode van do
Ambtelijke vakken".
Ccnfessioneele Vereeniging.
De Confesioneele Vereeniging heeft gis
teren te Utrecht een buitengewone alge
meene ledenvergadering gehouden.
Ten opzichte van het reglement op
de predikantstraktementen
werden de volgende stellingen aangeno
men:
1. Gelet op den noodtoestand is een al
gemeene regeling van het predikantstrac-
tement dringend noodzakelijk.
2. Een oppositie; die de autonomie der
plaatselijke gemeente zoo zeer op den
voorgrond stelt, dat dc algemeene kerk
wordt prijsgegeven, is naar gereformeerd
kerkrecht te veroordeelen.
3. In de gegeven omstandigheden is
het gewenscht, het bestaande reglement
te aanvaarden, zoolang dit niet op wet
tige wijze is verbeterd.
4. De geestelijke dingen komen zoo
sterk hij deze zaak naar voren, dat het
meer dan ooit blijkt, dat reorganisatia
gebiedend noodzakelijk is.
a. opdat de rechtsbevoegdheid van de
synode geen quaestie zij;
b. opdat de moeilijkheden der rich-
tingsquaestie ophouden te bestaan;
c. opdat het recht der gemeente op de
prediking van het evangelie en de trou
we ambtsvervulling evenzeer gewaar
borgd zij als het recht van den predikant
op een goede bezoldiging
5. Zeer gewenscht is herziening van
het bestaande reglement, waardoor tege
moet gekomen worde aan bezwaren als:
do rechtsonzekerheid der plaatselijke ge
meente; het niet-constante bedrag van
den aanslag; bet gemis aan wettelijke
voorschriften omtrent de vaststelling van
den aanslag; het nie'.-ondersclieiden van
de bezoldiging van-den eigen predikant
en den steun aan andere gemeenten; te
sterke centralisatie.
Omtrent „De g r o o t e synode" vcr-
eenigde de vergadering zich met de vol
gende stellingen:
I. Hot voorstel van de groote synode
geeft ons lang niet de reorganisatie, die
we wenschen en de aangeboden uitwer
king van het beginsel, die oen compromis
is, laat, uit den aard der zaak, allerlei
bezwaren.
II. Het voorstel komt echter tegemoet
aan den drang der kerk naar beter ver
tegenwoordiging; geeft moer contact tus
schen kerk en synode; dringt de Walen
eenigszins terug uit het bezet gebied cn
geeft aan de classicale vergaderingen ge
legenheid tot meer meeleven.
Daarom worde het voorstel dankbaar
aangenomen.
Zondaysschoolarbeid.
Dezer dagen is een Z. Holl. Bond van
Geref. Zondagsclioolvereenigingen, onder-
afd. van Jachin, opgericht, wiens doel is,
de geestelijke belangen te behartigen van
het Zondagschoolkind, onderlinge bespre
kingen te houden, het behandelen van
leerzame onderwerpen en het gezamen
lijk behartigen van stoffelijke belangen.
A!g. Verg. van den Schoolraad.
De agenda van de vier-en-dertigste al
gemeene vergadering van den Schoolraad
op Woensdag 4 April 1923, in het Jaar
beursgebouw (standzaal) te Utrecht, aan
vang 's voormiddags 10 uur, vermeldt
o.m. een voorstel van het bestuur der
Chr. School te PijnackerNootdorp, lui
dende:
De Schoolraad stichlc een fonds om do
scholen, die in financieelen druk verkee-
ren te steunen, door een jaarlijksche bij
drage of het vórleenen van een renteloos
kapitaal.
De heer J. C. Wirtz te Oegstgeest zal
refereèren over: „Ons Unie-rapport."
Mededeelingcn van den Schoolraad.
Het Moderamen van den Schoolraad
deelt mede:
1. dat de Hoofdcommissie der Ver
eeniging voor Chr. Nat. Schoolonderwijs
in de vacature, ontstaan doordat Ds. M.
van Grieken Gedelegeerde is geworden
voor district 8, tot lid van den Schoolraad
heeft aangewezen ds. T. Fcrwerda te Am
sterdam;
2. dat de Schoolraad een commissie
heeft benoemd om tc onderzoeken, of te
veel jongelieden voor onderwijzer(es) aan
de Christelijke School worden opgeleid,
zoodat over enkele jaren een teveel aan
onderwijskrachten dreigt; in deze commis
sie hebben zitting de heeren: H. J. Emous
Amsterdam; D. W. Reinders, Zwolle; J.
Strikwerda, Dokkum en J. C. Wirtsz C'zn.,
Oegstgeest.
Commissie van Beroep.
In de vacature prof. dr. A. Noordtzij is
in de commissie van beroep gekozen dr.
J. C. de Moor, van Utrecht, die echter
voor do benoeming heeft bedankt. Regle
mentair is volgens het aantal stemmen
gekozen mr. J. A. de Wilde, van 's-Gra-
venhage, die de benoeming heeft aange
nomen.
GELENGD NIEUWS
Ongelukken.
Woensdagavond is het 3-jarig zoontje,
van J. Th. van H. te Tienhoven in een
ondiepe sloot bij do ouderlijke woning
verdronken.
H. B., te Steenwijk, 28 jaar oud, ge
huwd en vader van twee kinderen, is te
Ruinerwold bij het opladen van boomen
tusschen twee boomen bekneld geraakt en
onmiddellijk gedood.
Woensdag viel de heer H. Manders te
Cuyk uit een venster op de tweede verdia--
ping van zijn woning. Hij was oogenblik-
kelijk dood.
Gisterenmiddag omstreeks half vijf
reed de beschuitfabrikant, de heer Hille,
in zijn open auto gezeten, komende uit
Amsterdam, over den Haarlemmerweg iu
de richting Halfweg, toen de wagen eens
klaps van den weg geraakte en door de
vaart over de sloot geslingerd werd.
Hij kwam op het weiland terecht met
den radiateur in de richting van Amster
dam.
De heer Hille werd tijdens den val uis
den auto geslingerd en kwam onder den
wagen terecht. Uit de verte zag men het
ongeval. De heer Hille, die zelf den auto
had bestuurd, werd met brandwonden in
den rug, vermoedelijk ten gevolge van een
aanraking met de'inlaatbus of knaldemper
opgenomen.
Nadat hulp was verleend, werd hij naar
het Diaconessenhuis te Haarlem vervoerd,
alwaar hij .werd opgenomen.
Zijn toestand is zeer bevredigend. Do
rechterachterband van den wagon was
leeg; de Amsterdamsche politie vermoedt,
dat deze band tijdens het rijden gespron
gen is, waardoor de heer Hille het stuur
kwijt raakte.
Bloedvergiftiging.
Den 4-jarige T. te Snel bij Arnhem werd
een steentje in het oog gegooid. Er onS-
stond bloedvergiftiging en dc kleine be
zweek aan de gevolgen.
Aanslag op een politieagent.
Een te ongeveer halftwaalf in den nacht
surveilleerende politieagent te Maassluis,
(in een gedeelte der vorige oplaag werd
abusievelijk Maastricht gezet) werd door
ceu man, voorgevende onbezoldigd Rijks
veldwachter te zijn, aangesproken over te
dure en te kleine glaasjes bier aan bet
station.
Bij onderzoek bleek de klacht onge
grond. Een tweede persoon had zich in-
tusschen bij hen gevoegd.
De agent wilde ten slotte een einde mi-
ken aan het nachtelijk gesprek, omdat de
eerste man beschenken was cn omdat hij
wilde weten of hij onbezoldigd was. pn
besloot hem medo te nemen naar het bu
reau. De man rukte zich los en bestormde
den agent met een open nies, waarmede
hij hem een groote snede toebracht over
zijn uniformjas. De agent maakte teen ge
bruik van zijn sabel en deelde geducht
klappen uit.
Dc aanrander bracht hem een snee over
den pols toe, waarna hem de sabel werd
ontrukt. Met dc linkerhand wist de agent
zijn revolver voor den dag te halen, doen
was met zijn linkerhand niet schotvast. De
mail nam toen de vlucht.
De agent is naar het ziekenhuis te Rol-
tordam vervoerd. De dader is spoedig door
auder politiepersoneel gevonden en ook
voor hem moest de dokter worden geroe
pen om hem te verbinden. Op het politic
bureau bleek, dat men mat een zekeren .!o
G. uit Bussum te doen had, arbeider aan
de werken in den Waterweg.
Des morgens is de sabel en het. mcr
bloed bevlekte mes. waarmede de daad
bedreven is. gevonden.
De G. is in arrest gesteld. De verdachte
is iemand, die reeds verschillende ver rij.
FEUILLETON
Van hooger Orde.
Naar hot, Engelsch.
52)
„U wilt wel zoo vriendelijk zijn, als 't
u belieft, al zulke bijnamen achterwege
te laten, ten minste in mijne tegenwoor
digheid."
,,Iu uwe tegenwoordigheid! Wel wie
zijt u dan wel mijnheer!?"
„U iveet zeer goed, wie ik ben."
„O, ja! En hoe gaat 't met do looierij?
Wilt u paardenvlccsli verkoopen? Ik wil
je altoos graag, in zaken, ontmoeten.
Maar wat kunt ge mogelijkerwijs uit te
staan hebben met mij of met een lid vau
mijne familie?"
John verbeet zich; deze manier van op
treden was verbazend verbitterend.
„Mijnheer Brithwood, ik sprak niet
over me zelf, maar over de dame, wie.r
boodschap ik de oer heb u te brengen."
„Die dame, mijnheer, verkoos zichzelf
laf te scheiden van haar familie en haar
familie kan verder niet meer met haar te
doen hebben," zei hij trotsch.
„Dat weet ik," luidde 't aulwoord,
minstens even trotsch.
„Weet je? maar zeg mij, wat recht
hebt gij om bekend te wezen met juf
frouw March's persoonlijke zaken?"
„Het recht dat inderdaad de reden
van haar boodschap aan u is dat bin
nen enkele maanden ik haar echtgenoot
wezen zal". John zei dit zeer kalm
zoo kalm, dat de „squire" eerst niet wist
hoe hij 't had; maar ten slotte barstte hij
in een heesch lachdii uit.
„Wel, dat is de mooiste grap, welke ik
ooit hoorde."
„Pardon, ik ben volmaakt ernstig."
„Bah! hoeveel geld heb je noodig, vent?
Een mooie geschiedenis! je zult 't me niet
doen gelooven ha ha! Zoo gek zou ze
toch nïet wezen. Zeker, vrouwen hebben
hun grillen, dat weten we allen, en jij
bent een jonge kerel, die er verstandig,
genoeg uitziet maar je trouwen
John sprong op zijn geheele lichaam
trilde van woecïo. „Past op, mijnheer,
wees voorzichtig om m ij n vrouw te
beleedigen!"
Hij stond dreigend tegenover den ellen
deling dio lafliarlig terug deinsde
hij raakte hem niet aan, maar bleef drei
gend voor hem staan totdat Richard
Brithwood, dcodclijk verschrikt, hijgend
zich verontschuldigde:
„Ga zitten gaat u zitten. Laat ons
de zaken verder afhandelen."
John Halifax ging zitten.
„Zoo - mijn nicht is 'uw vrouw, geloof
ik, dat u zei?"
„Zij zal 't wezen over eenige maanden.
Wij zijn, een week geleden, verloofd,
met volle toestemming en medeweten van
Dr. en mevrouw Jessop, haar naaste
„vrienden".
„En van de uwe?" vroeg mijnheer
Brithwood spottend.
„Ik heb geen familie."
,.Dat dacht ik ook altijd. En daar dit 't
geval is, mag ik u dan de reden van uw
bezoek vragen? Waar zijn je advocaten
en je huwelijksbepalingen, hè? Ik zeg,
jonge man ha, ha! Ik zou wel egns
willen weten, wat je met mij kunt te'ma
ken hebben, den voogd van juffrouw
March?"
„Niels. Juffrouw March, zooals u be
kend is, is door het testament van haar
vader volkomen vrij om te trouwen,
wien zij verkiest; en zij heeft gekozen.
Maar aangezien, onder zekere omstan
digheden, ik volmaakt openlijk wil te
werk gaan, kwam ik u zeggen, als haar
neef en den uitvoerder van dit testament,
dat zij mijne vrouw worden zal."
„Mag ik vragen naar die „zekere om
standigheden"," hernam de ander steeds
spottend.
„Die kent gij reeds. .Juffrouw March
heeft fortuiu cn ik niet; en ofschoon ik
wilde, dat 't juist andersom was hoe
wel 't een belemmering voor mij was om
haar aanzoek te doen toch zal 't, hu ik
haar aanzoek deed en zij toestemde, geen
beletsel wezen om haar te trouwen."
„Waarschijnlijk wel niet," spotte mijn
heer Brithwood.
John's drift kwam weer boven.
„Ik herhaal, 't zal mij geen beletsel
zijn. De wereld mag zeggen, wat zij wil;
wij volgen een hooger orde dan die van
do wereld zij en ik. Zij kent mij, zij
is niet bang haar leven aan 't mijne te
verbinden, zou ik bang zijn 't mijne aan
't hare te verbinden? z^j. ik zulk oen
lafaard wezen, dat ik de vrouw, dio ik
liefheb, niet durf te trouweu, omdat .dc
wereld zou kunnen zeggen, dat ik haar
om haar geld nam?"
Hij stond, met zijn hand op de tafel
rustend, rechtop en zag Richard Brith
wood recht in 't gezicht. Do „Squirc" zat
verstomd wegens do heftigheid, waarmco
de jonge man sprak.
„Ik vraag u excuus", voegde John or
wat kalmer aan toe. „Misschien moet tk
't haar ook doen, dat ik haar naam hier
aldus ter sprake breng, maar ik wensch
alles opgehelderd te hebben tusschen mij
cn u, haar naaste bloedverwant. U weet
nu precies hoo de zaken staan. Ik wil u
niet langer ophouden ik heb niets
meer te zeggcr."
„Maar ik wel," brulde de „squire", zich
ten slotte herstellend, toen hij zag dat
zijn tegenstander rt veld ruimde. „Wacht
een oogcnblik."
John bleef -bij dc deur staan.
„Zeg aan Ursula March, dat zij je
trouwen mag, of eiken anderen vagebond,
dien zij wil dat gaat mij niet aan.
Maar haar vermogen gaat mij wol aan eu
dat berust ook in mijn handen. Macht is
recht on 't bezit negen tiende van de wet.
Zij zal geen stuiver uit mijn vingers
krijgen, zoolang ik 't verhinderen kan."
John boog met do hand steeds aan do
deur. „Zooais gij verkiest, 'mijnheer
Brithwood. Daarover kwam ik niet met
u spreken. Goedeu morgen."
En wij gingen heen,. Toen we 't ijzeren
hek weer door gingen, den weg. op, adem-*
de John weer vrij.
„Dat is goed en wel voorbij."
„Zoudt ge denken, dat hij 't meende,
waarmee hij dreigde? kan hij dat doen?"
„Misschien wel; laat ons daar niet over
spreken." E:i opgelucht stapte liij ver-
dor alsof cr oen steen van zijn hart was
gewenteld.
„O, wat is dit oen heerlijke dag! net
al dien regen! Hoe zal zij genieten! En
tcwijl we Norton Bury binnen gingen
kwamen wij haar tegen, wandelend met
mevrouw Jessop. 't Was nu niet meer
noodig om bang to wezen voor deze ont*
mooting.
(Wordt vervolgd.)