Tweede Blad Vrijdag 23 Maart 1923 Een verworpen motie. Bij de behandeling van de begrooting der Posterijen, de Telegrafie en Telefonie, werd door de heeren Beumer c.s. de vol gende motie ingediend: De Kamer, van oordeel, dat bij de afvloeiing van personeel van den dienst van de P. T. T. als regel aller eerst de gehuwde vrouwelijke ambte naren voor ontslag in aanmerking die nen te komen, gaat over tot de orde van den dag. Deze motie werd met 47 tegen 10 stem men verworpen. Voor stemden 12 Anti-revolutionairen, 1 Chr. Historische en 7 R. Katholieken. Kaar aanleiding hiervan maakt de Standaard de volgende opmerkingen „Het voorstel beoogde de Kamer te doen uitspreken, dat bij de afvloeiing van per soneel bij den postdienst allereerst ont slag zou worden verleend aan de gehuwde vrouwelijke ambtenaren. Dit om te voorkomen, dat huisvaders, belast met de zorg voor een gezin, op straat zouden worden gezet, terwijl col lega's, naast, hun eigen salaris, nog dat hunner echtgenoot© ten laste van den Staat genieten zouden. Ons schijnt dit een zeer redelijke ge dachte niet alleen, maar ook een eisch van Christelijke levensopvatting. Dat dit juist gezien is, bewees wel het gejuich aan dc linkerzijde, toen de motie-Beu- mer c.s. met de hulp van het grootste deel der rechterzijde verworpen werd. Eerst had men zich Links scherp tegen de behandeling der motie verzet, maar was Rechts vrijwel eenparig voor die be handeling opgekomen. Doch -toen het op stemmen over die motie zelf aankwam, ontvingen we slechts steun van 7 R. K. en 1 C. H. De overigen gingen met Links tegen ons. We klagen daarover niet: we constatee- ren slechts, dat de eenheid in belangrij ke aangelegenheden bij de rechterzijde nog altijd niet verzekerd schijnt. Dit maakt de vooruitzichten op vruchtbare saamwerking op principieel terrein niet moedgevend. Tot nog toe viel men telkens vrijwel uiteen als er princtpieele vraag stukken aan de orde kwamen. Het feit, dat deze motie allereerst een practisch doel in een bepaalde richting beoogde, doet niet af aan de omstandig- -heid, dat er wel degelijk een beginsel in stak. En niet een beginsel van de zesde of zevende orde, maar een van den eersten rang. Onze club heeft haar pleit weer eens verloren. 1 Doch ontmoedigd zal ze wel niet zijn. Al vond ze ten slotte noch bij C. H. noch bij R. K. ook maar den steun van één enkele stem, ze zal, zoo vertrouwen we, blijven opkomen voor wat ze eisch van Christelijke Staatkunde acht. In die dingen zijn we volstrekt niet be vreesd om alleen te staan." GEEN EERLIJKE PROEF. Bij de behandeling van de begrooting Posterijen, Telegrafie en Telefonie gaf de Minister van Waterstaat een breed voerige beschouwing over vervoertarie- ven. We zullen cr niet op ingaan, zegt de Maasbode, maar lichten uit deze Be schouwing alleen een conclusie en wel deze, dat als de tarieven met 25 pCt. verlaagd worden het vervoer met 35, 36, 37 pCt. moet toenemen om geen schade te berokkenen aan het bedrijf. In het algemeen zeide dc minister een vermeer dering van een kleine 40 pCt. Bij de spoorwegen zal met ingang van 1 April een proef genomen worden met taripfverlaging door invoering van het buurtverkeer op verschillende baanvak ken. "Wil de proef slagen, zoodat de ver voerkosten ook in de toekomst minder blijven, dan is noodig. evenals de minis ter dit concludeerde voor de posterijen een toename van het vervoer met een kleine 40 pCt. Maar hiervoor is tevens noodig wil de proef eerlijk genomen wor den, dat ze wordt toegepast- op trajecten die voor druk verbruik in aanmerking komen. Bekijken we de lijst van de verschil lende baanvakken die met 1 April voor buurtverkeer als proef zijn ingesteld, dan valt daarop vooral voor Rotterdam -en Den Haag nog wel het een en ander aan te merken. Reeds dadelijk zal ieder bij een nauwkeurige beschouwing tot het be sluit komen, dat de proef hier niet islaagt en niet slagen kan. De cirkels rond Rotterdam en Den Haag getrokken zijn niet alleen de kleinste van het gan- sche buurtverkeer, maar bovendien is de lijn waar het meest gebruik van gemaakt wordt, n.l. tusschen deze beide plaatsen geheel uitgesloten. Om dit duidelijk te maken willen we achter de verschillende eindpunten de afstanden zetten in K.M., zoodat een overzicht verkregen wordt. Van Amsterdam naar: Zandvoort 28, Baarn 36, Alkmaar 39, IJmuiden 33, Beverwijk 31, Utrecht 41. Aalsmeer 18. Van Rotterdam naar: Hoek van Hol land 28, Dordrecht 20, Rijwijk 20, Gouda 21. Van Breda naar Eindhoven 58. Van 's-Hertogenboschnaar Oss 19, Bre-^ da 44, Eindhoven 32. Van Den Haag naar: Gouda 29, Lei den 15 en Schiedam 19. Welk nut heeft en welk resultaat ver wacht men van een buurtverkeèr tus schen Rotterdam en Rijswijk? en tus schen Den Haag en Schiedam? Als een proef genomen moet worden of tariefverlaging mogelijk is, dan moet men dit doen op trajecten waar druk vervoer is, en waarop 't nog drukker kan worden, maar niet naar eindpunten, waar een reiziger niet aan denkt. Als de Minister van Waterstaat het tarief van aangeteekende stukken ver laagt zal de toename niet groot zijn, maar indien er weder voor brieven en ■briefkaarten een stadstarief ingevoerd werd zou het ons verwonderen als de 40 pGt. vermeerdering er niet kwam. Zoo is het ook met hgt thans - ingevoer de buurtverkeer. Komt er geen wijziging in de proefneming bij Rotterdam en Den Haag dan kan men deze gerust achter wege laten en brengt ze alleen nadeel, omdat de totaal vermeerdering van het vervoer er door gedrukt wordt. We hopen dat de nadoelen van deze proefneming niet aan 't oog van de Ka mers van Koophandel zullen ontsnappen, en dat zc voor de belangen van deze steden op de bres zullen staan. Verkeer met Engeland. Over Hoek van Holland zullen in ver band met Goeden Vrijdag in den nacht van Vrijdag 30 op Zaterdag 31 Maart a.s. zoowel naar als van Engeland geen afvaarten plaats vinden. Als gevolg hier van zullen niet loopen op Vrijdag 30 Maart de treinen 172 Rotterdam D. P. Hoek van Holland en 160 Schiedam Hoek van Holland en op Zaterdag 31 Maart de treinen 171 Hoek van Holland Rotterdam D.P. en 161 Hoek van Hpl- landSchiedamAmsterdam. In den dienst der booten en boottreinen gedurende het Paaschfeest wordt geen wijziging gebracht! In den dienst der booten en boottreinen over Vlisingen wordt op Goeden Vrijdag en tijdens bet Paaschfeest geen wijziging gebracht. De plattelanders en de Siaaik. Geref. Partij. Ds. G. H. Kersten deelt de Rolt. naar aanleiding van de mededeeling van den heer v. d. Hoven, plattelandersbond en Staatk. Geref. partij aangestuurd hebben, mede, dat door hem van de dagen der Kamerverkiezing af onomstootelijk is vastgesteld, dat van vereeniging geen sprake kan zijn. Toen vanwege de Staatk. Geref. partij alle vereeniging van de hand werd gewezen verbond men van de zijde der rechtsche plattelanders toch de lijsten met do groep Braat. De heer v. d. Hoven legde de verkla ring af, dat hij zich zou losmaken van den Chr. plattelandersbond en zich tot de Staatk. Geref. partij wenden. Men zat echter met de candidaten voor de a.s. verkiezingen. Van lijstenverbinding wil de Ds. K. niet weten, ook niet al ver klaarden allen, wat de heer v. d. Hoven betuigd bad. Van de zijde van den Chr. plattelandersbond werd gevraagd of do heer v. d. Hoven bijv. niet als no. 3 zou kunnen worden geplaatst op de lijst der St. Geref. partij. De andere candidaten gaven hun plaats er dan ook wel aan. Ds. K. gaf toen den raad den strijd uit te kampen en herhaalt thans dat hij ten volle zijn eerste bericht handhaaft, dat van eenige samensmelting noch voor noch na de verkiezingen ook maar sprake zijn kan. Jaagpaden. Volgens de ,,N. R. G." overweegt de re geering, bij het toenemende motorboot- verkeer de mogelijkheid, de jaagpaden langs de trekvaarten te laten vervallen. Dienstweigering. De heer Stulemeijer, lid van de Tweede Kamer, heeft aan de ministers van oor log en van justitie de vraag gesteld: Is er aanleiding te mogen verwachten, dat eerlang de memorie van antwoord zal verschijnen op het een jaar geleden ver schenen voorloopig verslag over het wetsontwerp Dienstweigering? Leerplichtwet. De heer Suring, lid van de Tweede Ka mer, heeft aan den minister van onder wijs, kunsten en wetenschappen ge vraagd: I. Is ook de minister, nu het uitgeslo ten moet worden geacht, dat het wets ontwerp tot wijziging der Leerplichtwet voor 1 April 1923 tot wet zal zijn verhe ven, niet van oordeel, dat op leerlingen, die op genoemden datum hét zesde leer jaar eenere school voor gewoon lager onderwijs zullen hebben doorloopen, ar tikel 3, derde en vierde lid, der geldende Leerplichtwet onverkort behoort te wor den toegepast? II. Is de minister bereid, een nadere aanschrijving in dezen geest tot bet Rijksschooltoezic-ht te richten? Een Rijkscommissie voor het verkeer. Eerlang is te verwachten de instelling van een algemeene rijkscommissie voor het verkeer, die zich zal hebben bezig te houden met de bestudeering van het ver keer svraags tuk in den ruimsten zin van" het woord. Tot voorzitter van deze com missie is bestemd do heer H. Golijn; over de verdere samenstelling van de commis-^ sie wordt nog overleg gepleegd. Jhr. Mr. A. F. De Savornin Lohman. Naar aanleiding van de berichten over den gezondheidstoestand van jhr. mr. A. F. de Savornin Lobman, kan de Neder lander mededeelen, dat hij de laatste we ken lijdende was aan bronchitis, die aan vankelijk verergerde, doch .waarin thans een gunstige -keer gekomen is. Wel moet. de patiënt nog liet bed hou den, maar het hoesten is reeds veel min der en de dokter kon reeds thans in uit zicht "stellen, dat de patiënt tegen het ein de der week weer een uurtje het bed zou mogen verlaten. Belastingen. In zijn Memorie mn Antwoord aan de Eerste Kamer deelt de Minister van Bin- nenlandsche Zaken o.m. het volgende mee Gemeent. Inkomstenb e 1 a s- t i n g. In hoever aan gem .-best-, die de belasting zelf heffen gelegenheid kan wor den gegeven de heffing te doen plaats hebben naar een gemiddeld inkomen van verachillende- jaren, isceiv punt, hetwelk bij de in, voorbereiding zijnde 'herziening van de regelen der Gemeentewet omtrent de plaatselijke belastingen, onder de oogeu kan worden gezien. Z a k e 1 ij k e B e d r ij f al} e 1 a s t i n g. Deze .belasting staat buiten verband met- dc winst in 't bedrijf gen et en of c.q. 't verlies daarbij geleden, en de waag. of een klein bedrijf naar verhouding meer winst maakt dan een bedrijf met meer dan 10 arbei ders, betreft een punt dat omgaat buiten den gedachtengang, welke den wetgever leidde tot liet opnemen van de belasting op het bedrijf in het systeem van gemeen telijke belastingheffing. De grens van 10 arbeiders berust op de stelling, dat eerst wanneer meer dan 10 abeiders in het bedrijf werkzaam, in de gemeente wonen, er aanwijsbare kosten zijn, welke het bedrijf ter zake van ziin arbeiders, voor de gemeente medebrengt. Forensenbelastin g. Een her ziening van de voorschriften der Gem.-wefc omtrent de forensen-belaating is in overleg tusschen de Departementen van Finan ciën en Binnenl. Zaken en Landbouw voor bereid, Het desbetreffend wetsontwerp zal gelegenheid bieden, aan de geschetste be zweren nader alle aandacht te schenken. KERK EN SCHOOL NED. HERV. KERK. Beroepen: Te Goudriaan en Otto- land, W. Wesseldijk, te Schoonhoven. Te Hallum, G. J. Mooi, te Gasselte. Te Wilnis, J. H. Gunning, te Lage Vuur- sche. GEREF. KERKEN. BeToepen: Te Silvolde^Gendringen: J. Hettinga, caud. te Apeldoorn. Bevesiiging, Inircde, Afscheid. Ds. O. Noordmans nam Zondag jl. af scheid van de Ned. Herv. Gemeente te Suameer wegens vertrek naar Laren (G.) Dr. J. Waterink. Hedenmiddag te 4 uur had in het ge bouw der Maatschappij voor den werken den Stand te Amsterdam de openbare promotie plaats van Ds. J. Waterink, pred. der Geref. Kerk van Zutphen. Ds. Waterink promoveerde tot Doctor in de Godgeleerdheid en wel op een proefschrift „Plaats en Methode van do Ambtelijke vakken". Ccnfessioneele Vereeniging. De Confesioneele Vereeniging heeft gis teren te Utrecht een buitengewone alge meene ledenvergadering gehouden. Ten opzichte van het reglement op de predikantstraktementen werden de volgende stellingen aangeno men: 1. Gelet op den noodtoestand is een al gemeene regeling van het predikantstrac- tement dringend noodzakelijk. 2. Een oppositie; die de autonomie der plaatselijke gemeente zoo zeer op den voorgrond stelt, dat dc algemeene kerk wordt prijsgegeven, is naar gereformeerd kerkrecht te veroordeelen. 3. In de gegeven omstandigheden is het gewenscht, het bestaande reglement te aanvaarden, zoolang dit niet op wet tige wijze is verbeterd. 4. De geestelijke dingen komen zoo sterk hij deze zaak naar voren, dat het meer dan ooit blijkt, dat reorganisatia gebiedend noodzakelijk is. a. opdat de rechtsbevoegdheid van de synode geen quaestie zij; b. opdat de moeilijkheden der rich- tingsquaestie ophouden te bestaan; c. opdat het recht der gemeente op de prediking van het evangelie en de trou we ambtsvervulling evenzeer gewaar borgd zij als het recht van den predikant op een goede bezoldiging 5. Zeer gewenscht is herziening van het bestaande reglement, waardoor tege moet gekomen worde aan bezwaren als: do rechtsonzekerheid der plaatselijke ge meente; het niet-constante bedrag van den aanslag; bet gemis aan wettelijke voorschriften omtrent de vaststelling van den aanslag; het nie'.-ondersclieiden van de bezoldiging van-den eigen predikant en den steun aan andere gemeenten; te sterke centralisatie. Omtrent „De g r o o t e synode" vcr- eenigde de vergadering zich met de vol gende stellingen: I. Hot voorstel van de groote synode geeft ons lang niet de reorganisatie, die we wenschen en de aangeboden uitwer king van het beginsel, die oen compromis is, laat, uit den aard der zaak, allerlei bezwaren. II. Het voorstel komt echter tegemoet aan den drang der kerk naar beter ver tegenwoordiging; geeft moer contact tus schen kerk en synode; dringt de Walen eenigszins terug uit het bezet gebied cn geeft aan de classicale vergaderingen ge legenheid tot meer meeleven. Daarom worde het voorstel dankbaar aangenomen. Zondaysschoolarbeid. Dezer dagen is een Z. Holl. Bond van Geref. Zondagsclioolvereenigingen, onder- afd. van Jachin, opgericht, wiens doel is, de geestelijke belangen te behartigen van het Zondagschoolkind, onderlinge bespre kingen te houden, het behandelen van leerzame onderwerpen en het gezamen lijk behartigen van stoffelijke belangen. A!g. Verg. van den Schoolraad. De agenda van de vier-en-dertigste al gemeene vergadering van den Schoolraad op Woensdag 4 April 1923, in het Jaar beursgebouw (standzaal) te Utrecht, aan vang 's voormiddags 10 uur, vermeldt o.m. een voorstel van het bestuur der Chr. School te PijnackerNootdorp, lui dende: De Schoolraad stichlc een fonds om do scholen, die in financieelen druk verkee- ren te steunen, door een jaarlijksche bij drage of het vórleenen van een renteloos kapitaal. De heer J. C. Wirtz te Oegstgeest zal refereèren over: „Ons Unie-rapport." Mededeelingcn van den Schoolraad. Het Moderamen van den Schoolraad deelt mede: 1. dat de Hoofdcommissie der Ver eeniging voor Chr. Nat. Schoolonderwijs in de vacature, ontstaan doordat Ds. M. van Grieken Gedelegeerde is geworden voor district 8, tot lid van den Schoolraad heeft aangewezen ds. T. Fcrwerda te Am sterdam; 2. dat de Schoolraad een commissie heeft benoemd om tc onderzoeken, of te veel jongelieden voor onderwijzer(es) aan de Christelijke School worden opgeleid, zoodat over enkele jaren een teveel aan onderwijskrachten dreigt; in deze commis sie hebben zitting de heeren: H. J. Emous Amsterdam; D. W. Reinders, Zwolle; J. Strikwerda, Dokkum en J. C. Wirtsz C'zn., Oegstgeest. Commissie van Beroep. In de vacature prof. dr. A. Noordtzij is in de commissie van beroep gekozen dr. J. C. de Moor, van Utrecht, die echter voor do benoeming heeft bedankt. Regle mentair is volgens het aantal stemmen gekozen mr. J. A. de Wilde, van 's-Gra- venhage, die de benoeming heeft aange nomen. GELENGD NIEUWS Ongelukken. Woensdagavond is het 3-jarig zoontje, van J. Th. van H. te Tienhoven in een ondiepe sloot bij do ouderlijke woning verdronken. H. B., te Steenwijk, 28 jaar oud, ge huwd en vader van twee kinderen, is te Ruinerwold bij het opladen van boomen tusschen twee boomen bekneld geraakt en onmiddellijk gedood. Woensdag viel de heer H. Manders te Cuyk uit een venster op de tweede verdia-- ping van zijn woning. Hij was oogenblik- kelijk dood. Gisterenmiddag omstreeks half vijf reed de beschuitfabrikant, de heer Hille, in zijn open auto gezeten, komende uit Amsterdam, over den Haarlemmerweg iu de richting Halfweg, toen de wagen eens klaps van den weg geraakte en door de vaart over de sloot geslingerd werd. Hij kwam op het weiland terecht met den radiateur in de richting van Amster dam. De heer Hille werd tijdens den val uis den auto geslingerd en kwam onder den wagen terecht. Uit de verte zag men het ongeval. De heer Hille, die zelf den auto had bestuurd, werd met brandwonden in den rug, vermoedelijk ten gevolge van een aanraking met de'inlaatbus of knaldemper opgenomen. Nadat hulp was verleend, werd hij naar het Diaconessenhuis te Haarlem vervoerd, alwaar hij .werd opgenomen. Zijn toestand is zeer bevredigend. Do rechterachterband van den wagon was leeg; de Amsterdamsche politie vermoedt, dat deze band tijdens het rijden gespron gen is, waardoor de heer Hille het stuur kwijt raakte. Bloedvergiftiging. Den 4-jarige T. te Snel bij Arnhem werd een steentje in het oog gegooid. Er onS- stond bloedvergiftiging en dc kleine be zweek aan de gevolgen. Aanslag op een politieagent. Een te ongeveer halftwaalf in den nacht surveilleerende politieagent te Maassluis, (in een gedeelte der vorige oplaag werd abusievelijk Maastricht gezet) werd door ceu man, voorgevende onbezoldigd Rijks veldwachter te zijn, aangesproken over te dure en te kleine glaasjes bier aan bet station. Bij onderzoek bleek de klacht onge grond. Een tweede persoon had zich in- tusschen bij hen gevoegd. De agent wilde ten slotte een einde mi- ken aan het nachtelijk gesprek, omdat de eerste man beschenken was cn omdat hij wilde weten of hij onbezoldigd was. pn besloot hem medo te nemen naar het bu reau. De man rukte zich los en bestormde den agent met een open nies, waarmede hij hem een groote snede toebracht over zijn uniformjas. De agent maakte teen ge bruik van zijn sabel en deelde geducht klappen uit. Dc aanrander bracht hem een snee over den pols toe, waarna hem de sabel werd ontrukt. Met dc linkerhand wist de agent zijn revolver voor den dag te halen, doen was met zijn linkerhand niet schotvast. De mail nam toen de vlucht. De agent is naar het ziekenhuis te Rol- tordam vervoerd. De dader is spoedig door auder politiepersoneel gevonden en ook voor hem moest de dokter worden geroe pen om hem te verbinden. Op het politic bureau bleek, dat men mat een zekeren .!o G. uit Bussum te doen had, arbeider aan de werken in den Waterweg. Des morgens is de sabel en het. mcr bloed bevlekte mes. waarmede de daad bedreven is. gevonden. De G. is in arrest gesteld. De verdachte is iemand, die reeds verschillende ver rij. FEUILLETON Van hooger Orde. Naar hot, Engelsch. 52) „U wilt wel zoo vriendelijk zijn, als 't u belieft, al zulke bijnamen achterwege te laten, ten minste in mijne tegenwoor digheid." ,,Iu uwe tegenwoordigheid! Wel wie zijt u dan wel mijnheer!?" „U iveet zeer goed, wie ik ben." „O, ja! En hoe gaat 't met do looierij? Wilt u paardenvlccsli verkoopen? Ik wil je altoos graag, in zaken, ontmoeten. Maar wat kunt ge mogelijkerwijs uit te staan hebben met mij of met een lid vau mijne familie?" John verbeet zich; deze manier van op treden was verbazend verbitterend. „Mijnheer Brithwood, ik sprak niet over me zelf, maar over de dame, wie.r boodschap ik de oer heb u te brengen." „Die dame, mijnheer, verkoos zichzelf laf te scheiden van haar familie en haar familie kan verder niet meer met haar te doen hebben," zei hij trotsch. „Dat weet ik," luidde 't aulwoord, minstens even trotsch. „Weet je? maar zeg mij, wat recht hebt gij om bekend te wezen met juf frouw March's persoonlijke zaken?" „Het recht dat inderdaad de reden van haar boodschap aan u is dat bin nen enkele maanden ik haar echtgenoot wezen zal". John zei dit zeer kalm zoo kalm, dat de „squire" eerst niet wist hoe hij 't had; maar ten slotte barstte hij in een heesch lachdii uit. „Wel, dat is de mooiste grap, welke ik ooit hoorde." „Pardon, ik ben volmaakt ernstig." „Bah! hoeveel geld heb je noodig, vent? Een mooie geschiedenis! je zult 't me niet doen gelooven ha ha! Zoo gek zou ze toch nïet wezen. Zeker, vrouwen hebben hun grillen, dat weten we allen, en jij bent een jonge kerel, die er verstandig, genoeg uitziet maar je trouwen John sprong op zijn geheele lichaam trilde van woecïo. „Past op, mijnheer, wees voorzichtig om m ij n vrouw te beleedigen!" Hij stond dreigend tegenover den ellen deling dio lafliarlig terug deinsde hij raakte hem niet aan, maar bleef drei gend voor hem staan totdat Richard Brithwood, dcodclijk verschrikt, hijgend zich verontschuldigde: „Ga zitten gaat u zitten. Laat ons de zaken verder afhandelen." John Halifax ging zitten. „Zoo - mijn nicht is 'uw vrouw, geloof ik, dat u zei?" „Zij zal 't wezen over eenige maanden. Wij zijn, een week geleden, verloofd, met volle toestemming en medeweten van Dr. en mevrouw Jessop, haar naaste „vrienden". „En van de uwe?" vroeg mijnheer Brithwood spottend. „Ik heb geen familie." ,.Dat dacht ik ook altijd. En daar dit 't geval is, mag ik u dan de reden van uw bezoek vragen? Waar zijn je advocaten en je huwelijksbepalingen, hè? Ik zeg, jonge man ha, ha! Ik zou wel egns willen weten, wat je met mij kunt te'ma ken hebben, den voogd van juffrouw March?" „Niels. Juffrouw March, zooals u be kend is, is door het testament van haar vader volkomen vrij om te trouwen, wien zij verkiest; en zij heeft gekozen. Maar aangezien, onder zekere omstan digheden, ik volmaakt openlijk wil te werk gaan, kwam ik u zeggen, als haar neef en den uitvoerder van dit testament, dat zij mijne vrouw worden zal." „Mag ik vragen naar die „zekere om standigheden"," hernam de ander steeds spottend. „Die kent gij reeds. .Juffrouw March heeft fortuiu cn ik niet; en ofschoon ik wilde, dat 't juist andersom was hoe wel 't een belemmering voor mij was om haar aanzoek te doen toch zal 't, hu ik haar aanzoek deed en zij toestemde, geen beletsel wezen om haar te trouwen." „Waarschijnlijk wel niet," spotte mijn heer Brithwood. John's drift kwam weer boven. „Ik herhaal, 't zal mij geen beletsel zijn. De wereld mag zeggen, wat zij wil; wij volgen een hooger orde dan die van do wereld zij en ik. Zij kent mij, zij is niet bang haar leven aan 't mijne te verbinden, zou ik bang zijn 't mijne aan 't hare te verbinden? z^j. ik zulk oen lafaard wezen, dat ik de vrouw, dio ik liefheb, niet durf te trouweu, omdat .dc wereld zou kunnen zeggen, dat ik haar om haar geld nam?" Hij stond, met zijn hand op de tafel rustend, rechtop en zag Richard Brith wood recht in 't gezicht. Do „Squirc" zat verstomd wegens do heftigheid, waarmco de jonge man sprak. „Ik vraag u excuus", voegde John or wat kalmer aan toe. „Misschien moet tk 't haar ook doen, dat ik haar naam hier aldus ter sprake breng, maar ik wensch alles opgehelderd te hebben tusschen mij cn u, haar naaste bloedverwant. U weet nu precies hoo de zaken staan. Ik wil u niet langer ophouden ik heb niets meer te zeggcr." „Maar ik wel," brulde de „squire", zich ten slotte herstellend, toen hij zag dat zijn tegenstander rt veld ruimde. „Wacht een oogcnblik." John bleef -bij dc deur staan. „Zeg aan Ursula March, dat zij je trouwen mag, of eiken anderen vagebond, dien zij wil dat gaat mij niet aan. Maar haar vermogen gaat mij wol aan eu dat berust ook in mijn handen. Macht is recht on 't bezit negen tiende van de wet. Zij zal geen stuiver uit mijn vingers krijgen, zoolang ik 't verhinderen kan." John boog met do hand steeds aan do deur. „Zooais gij verkiest, 'mijnheer Brithwood. Daarover kwam ik niet met u spreken. Goedeu morgen." En wij gingen heen,. Toen we 't ijzeren hek weer door gingen, den weg. op, adem-* de John weer vrij. „Dat is goed en wel voorbij." „Zoudt ge denken, dat hij 't meende, waarmee hij dreigde? kan hij dat doen?" „Misschien wel; laat ons daar niet over spreken." E:i opgelucht stapte liij ver- dor alsof cr oen steen van zijn hart was gewenteld. „O, wat is dit oen heerlijke dag! net al dien regen! Hoe zal zij genieten! En tcwijl we Norton Bury binnen gingen kwamen wij haar tegen, wandelend met mevrouw Jessop. 't Was nu niet meer noodig om bang to wezen voor deze ont* mooting. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1923 | | pagina 5