BieroleittCniiraiit
Tweede Blad
leerde en dan klonk tot ver na midder
nacht het vrcugdcgesehal van het „ad tun-
dum" langs haar kale muren.
Somtijds waren planten vloerbedekking
en wandversiering in staat de aula, bij
goede verlichting, om te toovcren in een
sprookjespaleis, maar in den regel duurde
deze illusie slechts kort, en ontdaan van
dezen luister werd ze weer wat zc „van
nature" was.
Dochzij ruste in vrede.
Dc reuzen-plataan, 'n veertig jaar ge
leden door Prof. Noordtzij als klein en
tenger boompje geplant, zal vandaag of
morgen moeten, vallen. Vele jaren heeft
zijn kruin zich verheven temidden der ge
leerden en konden zijn takken, bij open
ramen, luisteren naar Exegese, Dogmatiek,
etc., zoodat deze boom waarschijnlijk tot
de geleerdst en onder zijn soortgenooten
moet worden gerekend. Dochhoe
hoog in staat, ook hij moet vallen.
Niets bestendigs hier beneen.
De jeugd veranderd niot.
In „Problemen der Rijpere Jeugd" geeft
Dr. J. H. Gunning Wzn„ de volgendo ver
taling van A ris to tel es Bhet. II, 12:
„Hun ondeugden zijn bijna alle ondeug
den van overmaat en overdrijving, want in
strijd met Chilons voorschrift („niets te
veel") doen zij alles te veel; zij overdrij
ven in hun haat en him liefde en in alle an
dere dingen. Zij verbeelden zich alles te
weten en staan stijf op hun stuk en dat is
medo een oorzaak van hun overdrijvingen.
Wanneer zij een ander onrecht aandoen,
dan geschiedt dit meer uit overmoed, dan
uit boosheid. Omdat zij alle mensehen voor
braaf en beter houden dan zij zijn, worden
zij lichtelijk bewogen tot medelijden, want
hun kennissen afmetend naar hun eigen
onverdorvenlieid, houden zij hen voor vor-
ongeiijjet. Veel houden zij van lachen en
dus ook van grappen makcu, want grap
penmakerij is de ongemanierdheid der wel-
gemanierden."
mei cenigszins vereenvoudigdo cijfers *!-
dus:
Indien A., oud 49 joar, tengevolge van
het overlijden van haar oud-oom B. krach
tens een door B. en A. gesloten overeen
komst van levensverzekering een lijfrente
verkrijgt van f 100 per jaar, dan is voor
die verkrijging een successierecht verschul
digd van f 575. (De contante waarde des-
lijfrente wordt nJ. berekend op f 1500 en
het procent van het successierecht bcginfe
voor de verkrijging door een zijverwante
als A. met niet minder dan 38.) Nu had E,
zich verzekerd bij „de Algcmeene", wellef
zooals men weet, slechts 40 uitbetaalt,
met het gevolg, dat A. niet f 100, doch f -i£
per jaar ontvangt. Niettegenstaande dez*
aanmerkelijke vermindering der liifrent<v
moet B. nu toch do volle f 575 aan bela.^
ting betalen, d.w.z. 15 jaar lang haar rente
geheel aan den ontvanger afstaan.
Deze beslissing werd gehandhaafd in eer
ministerieelc resolutie, op grond van de
overweging, „dat volgens art. 47 der suc
cessiewet bij de waardebepaling van een
lijfrente alleen rekening gehouden mag
worden met het jaarlijksche bedrag der
rente en niet met dc gegoedheid van den
schuldenaar, zoodat het recht van succes
sie terecht is geheven." Als gunst werd
aan adressante toegestaan, dat zij het suo
cessierecht, dat in werkelijkheid f 2503.11
bedroeg, in jaarlijksche termijnen var»
f 200 zou mogen afbetalen.
Tegen het dwangschrift. tot bijbetaling
van het, door dezo beslissing alsnog ver
schuldigde successierecht is verzet gedaan.
We mogen ons wel veroorlooven, er aan
toe te voegen, dat de ministerieele beslis
sing van een ver strekkende cn ingrijpen
de beteekenis is. Men denke slechts aan
dc talrijke verzekerden, niet alleen bij
„de Algeincenc" cn andere "binnenlaudscho
verzekeringsmaatschappijen, die him ver
plichtingen niet meer volledig kunnen na
komen, doch ook bij de Duitsche maat
schappijen, w.o. er zijn, die een nog ge
ringer vooruitzicht op betaling bicden.
Vrijdag 26 Januari 1923
„Patrimonium" Leiden.
1883-1923.
Zooals wij reeds meldden herdenkt de
Leidsche afdeeling van „Patrimonium" de
zer dagen haar 40-jarig bestaan.
Een feit, zeker wel de moeit© waard,
daaraan bijzondere aandacht te schenken,
wat dan ook zal gedaan worden in een
binnenkort te houden wijdingssamen
komst, waarop dan later een meer fees
telijke vergadering zal volgen.
Wij geven hier voor de belangstellende
lezers enkele bijzonderheden omtrent het
ontstaan en de ontwikkeling van de ju-
bileerende afdeeling welke bijzonderheden
ons door den heer H. C. de Jong, een der
oprichters, welwillend werden verstrekt.
In het jaar 1882 vormde zich eene com
missie bestaande uit de heeren J. Burger,
H. W. Warners en H. C. de Jong, met het
doel hier ter stede eene afdeeling van Pa
trimonium op te richten.
Door deze commissie werd de hcei' K.
Kater van Amsterdam uitgenoodigd voor
het houden van een spreekbeurt, welke
half December in de zaal Neordeindc ge
houden werd.
De heer Kater hield een krachtig plei
dooi voor de handhaving ook op maat
schappelijk gebied van do beginselen in
Gods Woord geopenbaard en de traditiën
van ons volksleven.
Het resultaat van deze vergadering was,
dat tot het oprichten van een afd. beslo
ten werd en dat velen als lid toetraden.
In Januari 1S83, werd de eerste verga
dering gehouden en een bestuur gekozen
van zeven leden.
Als voorzitter trad op do heer Baalc. Na
hem fungeerden als voorzitters de heeren
van der Meer, Bosch, Xoppier, Mazurel en
thans de heer N. de Graaf.
Als leden van de commissie van Advies
werden gekozen de heeren Pera, Leijh cn
Groen.
Aangezien de verhoudingen op het ter
rein van den arbeid een 40 jaar geleden
minder spannend waren droegen de ver
gaderingen ook een geheel ander karakter
dan tegenwoordig. De besprekingen be
paalden zich in hoofdzaak tot verschillen
de gedeelten van Gods Woord.
Het ledental breidde zich aanvankelijk
zeer snel uit, zoodat het spoedig ongeveer
500 bedroeg.
In verband daarmede en mede voor de
oprichting van een bibliotheek, werd be
hoefte gevoeld aan een eigen gebouw.
Na tal van voorbereidende vergaderin
gen door het bestuur, werd tenslotte be
sloten tot aankoop van hot pand op de
Hooglandsche Kerkgracht, dat dienst had
gedaan als Vendulmis.
Bedoeld perceel werd in 1S85 aangekocht
voor de som van f 4225.
Door de bemoeingen van de heeren Pora
en Leijh werd het benoodigde kapitaal te
gen een matige rente verstrekt door den
heer v. Kempen. DaaTop volgde de ver
bouwing. Het bovenhuis wc ra verhuurd en
het benedengedeelte ingericht voor verga
derzaal en conciërgewoning.
In 1893 herdacht Patrimonium haar 10-
jarig bestaan in de zaal Noordeinde,
waarbij de zangvereeniging der afdeeling
onder leiding van den heer Pera hare me
dewerking verleende.
Velen zullen zich ongetwijfeld nog met
genoegen dien feestavond herinneren.
In 1S99 werd dc vereeniging gevoelig
getroffen doordat in haar gebouw brand
ontstond, waardoor zij opnieuw dakloos
werd.
Na veel vergaderen werd tenslotte tot
herbouw besloten en na aanbesteding liet
werk- gegund aan den laagstcn inschrij
ver voor f 9793.
Het bedrag uit de assurantie (f 6000)
werd gebruikt om de eerste leening af te
lossen, maar nu stond men voor de moei
lijkheid, dat opnieuw een leeoing moest
•worden gesloten.
Alweer door dc bemociiugcn van de
heeren Per.a en Leijh werd de afd. gehol
pen door do heeren v. Kempen en Cook, -
die resp. f 5000 en f 4000 tegen matige
rente beschikbaar stelden.
Bij de a.s. herdenking mogen ook niet
vergeten worden do vele bemoeiingen van
den toemnaligen voorzitter, den lieer J.
Bosch.
De eerste vergadeviug in het nieuwe ge
bouw had plaat* op 27 Nov. 1S99.
Het koste de eerste jaren aan bet be
stuur groote moeite aan zijne finantieele
verplichtingen te voldoen. Eens was het
zelfs noodig een onderlinge leening ad f 500
te plaatsen. In 1904 werd door een der le
den een collectereis naar verschillende ste
den ondernomen, waarvan do opbrengst
f 800 bedroeg.
In 1908 werd op luisterrijke wijze het
25-jarig bestaan van de afd. gevierd.
Eerst werd een bijeenkomst gehouden
in de Stadszaal en daarna in de Graan-
beurs, bovenal om te gedenkcu do daden
des Heeren.
Dat deze herdenking op zoo grootsche
wijze kon plaats hebben, was vooral te
danken aan eön aantal ingezetenen, die de
afd. met hunne milde gaven verblijdden.
In 1913 werd het 30-jarig bestaan her
dacht, en thans staan we voor de herden
king van liet 40-jarig bestaan.
De vraag rijst zoo schrijft ons boven-
genoemden broeder, of er nu toch eigenlijk
wel reden is om feest te vieren.
Is er niet veeleer reden tot klagen, wan
neer wij zien op het wereldgebeuren van
den laatstcn tijd, op de verwording op allo
terrein van 't leven?
Ook in ons vaderland is allcrwege een
prediking van revolutie en ongeloof.
Waar zijn de mannen die bij ons behoo-
ren, maar van verre blijven? Ja zelfs,
waar zijn de- leden die op de vergaderingen
hunne plaats ledig laten cn geen behoefte
hebben om onderlegd, versterkt en verlicht
te. worden in de beginselen van „Patrimo
nium", gegrond op Gods Woord?
De. vijand rukt vast aan met opgestoken
vaan. Dat wij ons dan door genade open
baren in ons volksleven als een zoutend
zout en een stad op een berg. Godc alleen
tot eer."
KEfiK SCHOOL
NED. HERV. KERK.
Beroepen. Te Rouveon: A. M. den
Oudsten te Prinseland cn Dinieloord.
Aangenomen. Naar Hcino: J. C.
Salverda te Lemele en Archem.
GEEEF. GEMEENTEN.
Beroepen, Te Grand Rapods (Mich.
U. S. A.): M. Hofman te Rijssen.
Statistiek Geref. Kerken.
Volgens officieele opgaven, te vinden in
het pas verschenen Jaarboek, bedraagt
het aantal Geref. Kerken in Nederland en
Ned.-Indië 719, predikanten 544, vacatures
236, zielental 514972; belijdende leden
235813. Het aantal Kerken verminderde
met 2: Norg, die te niet ging, en Dokkum,
waar A en B ineensmolten; doch vermeer
derde met 2: (Kollumerpomp en Bectster-
zwaag), terwijl de buitenkerken op Java,
in de classis Batavia vereenigd bij Zuid-
Holland (Zuid) worden gevoegd, zoodafc
het aantal Kerken in totaal met 8 ver
meerderde; het aantal predikanten ver
meerderde met 16, doch verminderde met
9 wegens overlijden (waarvan 6 emeriti),
1 wegens ontzetting uit het ambt, terwijl
15 emeritaat verkregen; het aantal vaca
tures vermeerderde met 5; het zielental
met 10537. Buiten vaste bediening staan
de predikanten R, v. Giffen te Bloomen-
daal, J .Joffers te Wolfkeze, E. Th. Ploos
van Ainstel van Amsterdam, H. Eeinera
te Xallenkote, F.* L. J. Smith te Rotter
dam, die allen beroepbaar zijn, cn F. G.
Petersen, legerpredikant, te Bloemendaal;
met inbegrip van deze zijn er 108 emeriti,
voor het meerendeel nog werkzaam als
hoogleeraar, geestelijk verzorger, of in an
dere betrekkingen, liier of in Indïë.
Synode en orde.
„Opvoedkunde zoo schrijft men aan de
N. R. Crt. is een leervak, waarvan Yeol
te zeggen valt en waarin toch nooit de noo-
dige bedrevenheid aan anderen kan worden
bijgebracht, omdat zij afhankelijk is van
dat onbepaalbare begrip, waaraan wij den
naam „tact" geven, dat zoo precies aan
getoond kau worden waar liet aanwezig
is en zoo uiterst moeilijk to omschrijven
is waar het ontbreekt. Een leernar of leor-
aTes die tact heeft, kan van een klasse ge
daan krijgen wat in redelijkheid maar
verlangd kan worden. Waar tact ontbreekt,
hebben zelfs vrees voor 6traf of hoop op
loon nog maar poovcre resultaten. Want
er is niets, dat een tot bandeloosheid ge
neigde klasse zoo spoedig in de gaten
heeft als gebrek aan zelfbewustheid bij
degenen aan wier leiding zij is onderwor
pen.
Dc 8vnode der Ned. Herr. Kerk ia als
een bedaagde leerarcs oa de gemoentcn
spelen do rol ran de kinderen der klasse.
Zij weten, dat de Juffrouw niet al te best
orde kan bewaren, cn niet zoo streng is
als zij zich soms wel eens wil voordoen.
Zij hebben de uitvaardiging van het regle
ment voor de predikantstractementen eerst
niet geheel „au sérieux" genomen. Mis
schien was het niet tactvol, er direct zulke
strenge maatregelen achter tc zetten, want
daardoor is de boozo geest vare verzet, die
in iedere klasse sluimert, wakker geroepen.
Maar zooveel begrip heeft de Juffrouw
toch wel opgedaan van tact, dat zij be
greep, nu ook te moeten volhouden. En na
oen periode van woelig verzet in de klasso
tegen dit gebod, dat zoozeer in strijd was
met alle totnogtoe geldende schoolgebrui
ken, heeft zij kort en krachtig gezegd, dat
het nu uit moet zijn, en dat wie niet ge
hoorzaamt, niet langer mag meedoen bij
de wekelijksche openbare les. Reed3 zijn
een aantal leerlingen aldus gevoelig ge
straft. Maar kinderen zijn zoo onbereken
baar. De openbare les, vroeger het glans
punt van de week, wordt nu door de ge
straften omlaag gehaald. Zij trachten an
deren te suggereeren dat er niets aan is.
Dat het liet zoo prettig is op school zonder
dat. Waar blijkt dat zij dc Juffrouw niet
kunnen weerstaan, gaan zij nu haar maclits
positie ondermijnen.Of de openbare les
wel zulk ccn onmisbaar amusement is in
het schoolleven wordt tot ccn kwestie ge
maald. En de orde, die onder de leerlingen
heersclit, tekent zich af als de stilte van
innerlijke spanning, die tot een kracht
proef leiden moet tusschen het gezag van
de juffrouw en de teugelloosheid der kin
deren
Geine«et©n die geweigerd hebben, den
aanslag der Synode tc voldoen, zitten zon
der predikant. Pogingen om er een te be
roepen moeten schipbreuk lijden (al wordt
gefluisterd dat voor de residentie ccn uit
zondering kan worden gemaakt.) Dan
treedt d® ring op In de vacature. Niemand
bemerkt verder iets bijzenders in den Toop
van het onderwijs. Maar zoowel waar men
zich niet heeft durven onttrekken als waar
het verzet zich heeft getoond, blijft do
hoop leven dat er iets gebeuren zal. Nu sy
node en raad van beheer in Augustus ge
toond hebben, niet te willen schipperen
met het beginsel, worden do argumenten
verzameld, die in den nieuwen aanval zul
len kunnen dienen. Dat de predikanten
den prikkel der promotie tot beter gesala
rieerd o gemeenten zullen missen. Dat de
gemeenten steeds zwaarder zullen worden
belast. Dat de levensstandaard zal kunnen
dalen en het wettelijk minimum een maat
schappelijk maximum zal worden. Dat de
synode haar recht om een aanslag te hef
fen nog steeds bewijzen moet. Dat links
aan rechts of rechts aan links opbrengt.
Dat de raad van beheer willekeurig heeft
geschat en geen cijfers publiceerde.
Het verzet broeit. De juffrouw kijkt boos
ernstig, bezorgd. In de klas is het stil,
maar niet rustig. Hoe lang nog?"
Theol. School ie Kampen.
Men schrijft uit Kampen aan de Eot
terd.:
£>ndej de flinke leiding van den Amster-
damschen aannemer vordert de afbraak
van het gebouw der Theologische School
snel. Reeds menig* historisch gedeelte werd
met den grond gelijk gemaakt.
Voor het oudere geslacht van onze Gere
formeerde predikanten, alsook voor d© ge
regelde bezoekers van den Schooldag, ligt
in liet verdwijnen dezer oude gedeelten
iets weemoedigs.
Toch was het meer dan tijd, dat deze
oudo gebouwen werden opgeruimd, om
voor meer moderne en geriefelijke plaats
te maken.
Thans, terwijl ik dit schrijf, wordt de
aula van haar dak beroofd. Ook deze on
gezellige zaal met heur kale, witte muren
zal weldra zijn verdwenen.
En toch, wat is daar binnen die muren al
niet afgespeeld in den loop van zoo vele
jaren? Als ze konden verhalen van al het
lief en leed, dat ze binnen haar ruimte za
gen gebeuren, zouden ds kolommen van do
„Rotterdammer" daarvoor nauwelijks ruim
te genoeg bieden. Ik denk hier aan dc exa
mens, met name de admissie-cxamcns. Hier
ook was >het, dat jaren achtereen de can-
didaten voor het eind-examen Gymnasium
in het Latijn en het Grieksch aan den
tand werden gevoeld.
Van afwisseling zou deze zaak ook kim
men spreken.
Soms toonde ze een beeld van ernstig©
deftigheid als de Curatoren er vergaderden
cf wanneer in veel geleerdheid het recto
raat. werd overgedragen, waarbij de pro
fessoren, voorafgegaan door den pedel in
rok, op zeer statige wijze heur drempel
overschreden.
Dan weer zag men in haar opgeslagen
het tooneel als „Fidcs" de groenen instal-
De afschaffing van den Zomertijd.
Over den zomertijd en liet wetsontwerp
tot afschaffing, door de heeren Braat
en zijn plattelandersgezel ingediend,
schreef een medewerker in de „RijnL
Cour.":
Hij geeft de volgende, rake opmerkin
gen:
Dat genoemde heeren een wetsont
werp tot afschaffing indiende is hun
recht. Maar wanneer ze van dat recht
gebruik maken, is 't ook hun plicht om
de medeleden behoorlijk voor te lich
ten, zoodat het wetsontwerp ook als een
„ernstig" stuk wordt beschouwd.
En op welke wijze hebben die boe
ren de Kamer ingelicht? Op een wijze,
die beneden alle critiek is.
In de stukken, die zij aan de Kamer
toezonden komen de meest dwaze over
drijvingen voor. Zoo wordt bijv. do
schade, door den zomertijd aan het
platteland berokkend, geschat op
9,313,920,000 gulden per jaar: zegge
ruim 9 milliard gulden por
j a a r.
Èn daarbij behoort nog niet de scha
de, die aan de gewassen wordt toege
bracht, omdat dc heeren daaromtrent
verklaren dat die niet juist in c i j-
fers is te brengen.
Ieder Nederlander, rijk of arm, klein
of groot, stedeling of plattelander, lijdt
dus pl.m. f 1300 schade door den zo
mertijd. want ons land telt even
7,000,000 inwoners. Kan 't nog dwa
zer? Als dat zoo was, dan waren wo
onmiddellijk uit den brand. Immers de
afschaffing van den zomertijd zou on
middellijk een verhooging dor belasting
brengen, waardoor alle bezuiniging
overbodig werd.
'k Vermoed dat de heeren zijn uitge
gaan van de gedachte dat 0 gelijk is
aan niets, en dat zc dus enkele slordi
ge nullen. aan 't getal hebben toege
voegd in de meening. dat do zaak
daardoor gediend zou worden.
Is dat nu ernstige politiek? Komt er
op die manier iets van terecht? Zulk
optreden verwekt veeleer ergernis en
doet schade aan de zaak.
Dc schrijvpr spreekt dan als zijn hoop
uit, dat dc Regeering zelf tevmen vinde,
om de afschaffing voor tc stellen en dat
diis de voorstemmers niet genoodzaakt
zijn te stemmen voor een voorstel, dat
op zoo onzinnige wijze verdedigd wordt.
De meedoogenlooze tiscus.
In het- „Weekblad voor Privaatrecht, No
tarisambt cn Registratie", wijst een inzcu-
der qp de toepassing van de successiewet,
welke hoogst merkwaardige gevolgen heeft
Het geval is, naar het „Hbld." meldt,
eenigo ingang en die werd dubbel en
driedubbel dichtgemaakt van binnen, wat
in zulke tijden wel noodig was.
We volgden mijn vader naar bovon,
waar hij zijn graankisten had. Er wa
ren er vele genoeg om, in deze tijden,
er een groot fortuin uit te slaan oen
gevloekt fortuin, aan mensehenlovens ont
wrongen.
„O, hoe kon vader 1"
„Stil," fluisterde John, ,,'t was terwilie
van zijn zoon."
Maar toen we daar stonden en Abel
Fletcher zijn graankisten telde, welke de
waarde haddon van kisten vol goud
hoorden we kloppen aan de deur beno
den. De oproerlingen waren aaugekoinen.
Ellendige oproerlingen een haudvol
zwakke, uitgehongerde mannen, die ons
met woorden en steenen bestookten. Eén
pistoolschot zou hen allen hebben uiteen
gejaagd maar mijns vaders leer van
weerloosheid verbood zoo iets.
„Breng de kisten naar buiten!" „We
moeten brood hebben!"
„Werp je graaii er uit, Abel Fletcher!"
..Abel Fletcher zal 't er uit smijten, gij
lafaards!" riep m'n vader uit 't bovenste
venster, terwijl vloeken en triomfkreten
hem van beneden antwoordden.
„Juist, dat is goed!" riep John. „Dank
u. dank u. Mijnheer Fletcher ik wist
dat u wel zou toegeven!"
Een merkwaardig geval.
Uit Ierland wordt het haast ongeloof
lijke voorval gemeld, dat dezer dagen in
het graafschap Tippcrary een sneltrein,
waarin zich 209 passagiers bevonden en
we'.ke reeds met een snelheid van 72 K.M.
per uur, zonder ongevallen over een vier
meter breede kloof gekomen is, terwijl
de spoorbrug door de rebellen met dyna
miet was opgeblazen.
De „Evening News" meldt omirent liet
merkwaardigo voorval. dat dc re
bellen tusschen Lisduff en Templemoro
een brug hadden opgeblazen. De brug
werd vernield en a'.leen de rai's waren in_
tact gebleven en vormden zoo dc verbin
ding tusschen de beide oevers.
REACTIE.
Over dit onderwerp maakte onlangs „De
Ster" de volgende kostelijke opmerkin
gen:
„Neen. persona grata is zij niet.
Honderdduizenden, als zij haar ont
moeten, ja als ze do veer van haar hoed
zien wapperen, of den indruk van haar
voet meenen ie bespeuren op den weg,
dien zij gaan, zonder haar rog zélf tc
zien, ja als ze haar naam maar hooren
noemen, heffen een gehuil op als wau-
neer men een dollen hond opmerkt, o*
een woesten stier.
Letterlijk niemand durft met haar
gaan.
Wie haar spreken wil, haar raad wil
vragen, die begeeft zich bij nacht on
ontij naar haar woning en loochent bij
daglicht, dat hij ook maar cénigc ken
nis aan haar heeft.
Wil men iemand onmogelijk maken:
Men wrijft hem aan, dat hij met „haar"
aan den arm in vertrouwelijk gesprek is
gezien.
't Kwaad zit "m vooral in haav naam.
Die naam is gehaat, in geslachten.
En van dien naam en dien haat wordt
sinds jaren een gewetenloos misbruik
gemaakt, om zelfs de reinste reputatie
te besmeuren: een ongeteekende beschul
diging uit duisteren hoek. dat iemand
mei „haar" zekere relaties hoeft, is vaak
voldoende, om de volksverdenking te
prikkelen, ook tegen wie het meest on
berispelijke, politieke leven leidt.
't Heet dan, dat liij met de „Reactie"
heult.
Zoo is haar, duizendwerf gevloekte,
naam.
En zooals 't in sommige landen, he
laas! reeds genoeg is, „sla den jood!" te
roepen om de knuppels te doen heffen,
zoo is 't bj ous voldoende „weg met don
reacl ionairl" tc roepen om het „Naar de
galg!" van duizenden automabsch ten
antwoord te krijgen.
Of men in '23 wijzer worden zaL"
„Wist je 't jongen?" zei m'n vader.
„Niet omdat zij u hebben gedwongen,
niet om uw leven te redden maar om
dat 't recht is."
„Helpt me met deze kist," was 't cenig
antwoord.
Zij was erg zwaar, maar John's ster
ke. jongo arm tilde haar op.
„Open '1 venster sla de ruiten maar
stuk 't doet er niets toe, open 't ven
ster zeg ik je!"
„Maar als ik dat doo zal do kist in do
rivier vallen. Dat kan, o d a t kan u toch
niet bedoelen!"
„Zet de kist in 't venster! John Hali
fax!"
Maar John bleef onbewegelijk.
„Dan moet ik 't zelf doen en bij een
wanhopige poging, welke hij aanwendde,
viel de graaukist op z'n kreupelen voet.
(Wordt vervo'gd).
De Kwakers in Engeland, gelijk
bij ons de oude Doopsgezinden, evbicden
"t dragen \an wapens en t eed zweren.
De Kwakers houden bier strem: ann
vast; in landen met dienstplicht vindt
men ze niet.
FEUSLLETOM
Van hooger Orde.
Naar hot Enprolsch.
53)
Tensl o He, uitgeput, zonk ik neer op
den runlioop, waar John en ik eens als
jongens hadden gezeten. Hij moest nu
meer dan twintig jaar zijn; ik was
nieuwsgierig of hij ook veranderd was.
„Oh, David, David," dacht ik, terwijl
ik scherp luisterde naar de geluiden in
de stad; „wat zou ik beginneu als je iets
overkwam?" Op dat oogonblik boorde ik
een voetstap over de werf. Neen, 't was
niet die van mijn vader 't was ecu
vluggere en jongere. Ik sprong van do
runhoop.
„Phineas
„JcflTï!"
We drukten elkander <la handen en hoe
trotech zag ik hem in 't gezicht, nog
steeds een jongensgezicht. Maar hij was
nu heclemaal een man.
Voor een oogonblik vergaten wc alle?
5n onze vreugde en toen liet hij m'n ban
nen los en zei haastig:
„Whar is je vader?"
„Ik wou dat ik 't v- i-.t: hij is soldaten
l&an halen, zeggen ze
„Neen, dat sou hij nooit doen. Ik moot
zien of ik hem vind, Dag."
„Neen, Leste John!"
,,'t Kan niet 't kan niot," z.eide hij
flink, „niet terwijl je vader '1 verbiedt;
ik moet gaan," en hij ging.
Hoewel mijn hart in opstand was, gaf
mijn geweten hem gelijk.
Na enkoio minuten zag ik hem en va
der de looierij binnenkomen. Hij sprak
ernstig en vader luisterde ja, luisterde
en naar John Halifax! Maar hoe hij ook
argumenteerde, hij gaf zich niet gewon
nen. Erg zenuwachtig, maar hard als een
rots, stond mijn oude vader daar, met z'n
kreupele voet rustend op een hoop hui
den. Ik ging naar hem toe, „Phineas," zei
John angstig, „kom mij helpen." Neen,
Abel Fletcher," voegde hij er trcttsch
aan toe. als antwoord op een scherpen,
achterdochtigen blik op ons beiden. ..Uw
zoon en ik ontmoetten elkaar pas tien
minuten geleden cn we hebben nauwelijks
oen woord met elkander gesproken. Maar
we kunnen hierover nu geen tijd verliezen.
Phineas, help mij ie vader te overreden
zijn eigendom to redden. Hij wil dc politie
niet te hulp roepen, omdat hij een
„Vriend" is. Misschien zou 't om dezelfde
réden ord; vergeefs zijn tc vragen."
.,Wi1'ijk'" -ei m'n va.lor. met een
biltere, maar betekenisvolle. glimlach.
„Maar zijn eigen mannen kunnen zijn
goed verdedigen en hij behoeft niet, wat
hij wil doen, zolf naar den molen te
gaan."
„Zeker wel!" was alles, wat Abel Flet
cher zei, terwijl hij in de richting van den
molen ging.
Ik greep zijn arm. „Vader, ga niet
„Mijn zoon," zei hij, naar mij ziende
met een van zijn „ijzeren blikken" gelijk
ik gewoon was die te noemen; „Mijn
zoon, geen tegenspraak. Niemand kan
mij tegenhouden; indien die menschen
iwee dagen langer hadden gewacht zou
ik hun al mijn tarwe voor f 60.de mud
hebben verkocht: nu zullen ze niets heb
ben. Dat zal hen leeren een andere keer
wijzer le wezen. Ga jij gerust naar huis.
Phineas. mijn zcon en gij oolc Jael."
Maar wij gingen geen van beiden.
Er was een privaat voetpad van de
looierij naar de molen, en ik volgde hein.
Jael verdween.
John volgde mijn vader langs de rivier.
Er was niemand toen we daar aankwa
men; maar verderop hoorden we een ge
klop en zagen een aantal mannen bezig
met onzen tuinmuur af te breken.
„Z® denken, dat hij naar huis gegaan
is," fluisterde John, ..zoo kannen we hier
veiliger inkomen. Vlug, Phineas."
We gingen 't brugje over: John haalde
den sleutel uit den zak en liet ons door
de smalle deur in de molen binne.n. do