GEMEENTELIJKE AANKONDIGINGEN
Gemeentelijke Vischverkoop.
Aan den gemeentelijken Yiscli winkel
Yischmarkt 18 (Tel. 1225) is Woensdag
verkrijgbaar SCHELVISCH a 0.17
0.28, SCHOL a 032—ƒ0.44, SCHAR
h 0.2G, KABELJAUW k 0.45 en TAR
BOT 0.55 pea* pond.
N. C. DE GIJSELAAR,
Burgemeester.
Leiden, 10 December 1922.
Borg. èn Wetti.' van Leiden brengen ter
algemeene kénnis, dat do voorwaarde sub.
9, der bij hun besluiten van 10 Juli 1922
aan de Mij. tot Detailverkoop van petro
leum „De Automaat" verleende vergunnin
gen tot oprichting van oen ondergrondsche
benainebewaajplaats, reep. op den hoek
van do Rurggravcnkan en den Hoogen
Rijndijk, kadastraal bekend Sectie M No.
3193 en op de Beestenmarkt nabij de
Blau w poort shrug, kadastraal bekend. Sec
tie B, ongenummerd, zijn gewijzigd.
AGENDA.
DINSDAG, 19 December. Sassen-
b e i m. Uitvoering dhr. Zang-Ver-
eeniging „Looft don Heer". Dir. P. do
Rook, Leiden. Gereformeerde Kerk. Aan
vang 8 uur.
DONDERDAG 21 Dce. Leiden.
Openb. lezing: Ie de Bijbel oen Goddelij
ke inspiratie? Nutagebouw. Aanvang 8
uur. Spr.; de heer Wintzen.
DEZE WEEK Reizende Hygiëne
Tentooneteling. Stads-Gehoorzaal. Geo
pend van 105 ©n van 710J-2 uur.
lederen Woensdagavond van 7Y:SH
uur- Rechtskundig Bureau Chr. Best.
Bond. Steenschuur 15.
Apotheken <re tot en met Zondag op
Maandagmorgen eiken nacht en des Zon
dags geopend zijn:
G. F. Reijst, Steenstraat 35, Tel. 136.
A. J. Donk, Doezastraat 31, Tel. 1313.
Do apotheek van het Ziekenfonds lot
Hulp der Menschheid is steeds geopend,
doch alleen vcor leden van dit Fonds.
men voor Noor-Sydney herkozen. Hij
blijft minister-president.
De Fascisten-partij.
De Hongaareebe fascisten-partij, die
zich „Hongaristen" noemt, is Zondag in
het graafschapsgebouw te Boedapest of
ficieel opgericht in tegen'woordigheid van
circa 1000 personen. Voorzitter was de
opperrechter Eugen Ceury.
In de Statuten wordt als hoofddoel ge
noemd do versterking van de nationale
gedachte en de handhaving der suprema
tie der Hongaarsehe christenen, vooral op
economisch
Een iijkvcrbrandiiMjskvvestic.
Te Weenen is Zondag het door de ge
meente gebouwde crematorium ingewijd.
Het zal evenwel voorloopig nog niet in
gebruik worden gènomen, daar dc regee
ring dit heeft verboden en wel, omdat de
■wet het niet toestaat. De gemeente Wee
nen is van opinie, dat dc wet de ingebruik
neming niet belet, daar alles veroorloofd
is, wat in de wet niet uitdrukkelijk is ver
boden, doch dit laatste zou hier niet het
geval zijn.
Het einde van een beul.
De Russische beul Joekoff, die in dienst
van het moordenaarstribunaal de Tscheka
stond en in twee jaar tijd meer dan twee
duizend menschen heeft opgehangen, heeft
zich thans zelf van het leven beroofd, door
zich aan 'n knop van het venster zijner ka
mer te Moskou te verhangen.
Een milde Kerstgave.
Do heer Sember, deelgenoot in de firma
'Borgfeldt en Co. te New York heeft als
Kerstgeschenk aan de armen in Duitsch-
land 70 millioen Mark gegeven. 15 millioen
zijn uitsluitend bestemd voor verarmde
middenstanders, 5 millioen voor Potsdam
en de overige 50 voor geheel Duitschland.
KERK'EN SCHOOL
NED. EERV. KERK.
Beroepen. To KerkwerveJ. Mortier,
cand. te Wageningen; te Uitwierde (Gr.):
H. de Groot te Emm en (Dr.)
Aangenomen. Naar Beets-Oudendijk
M. A. G. Vorstman te St. Jacobi Parochie.
GEREF. KERKEN.
Tweetal. Te BleiswijkW. Goedhuys
te Haamstede en W. Moene, cand. te Lei
den.
Beroepen. Te EindhovenP. Deddens
te Briellc.
Aangenomen. Naar PieterburenN.
Woldinga te Mildam.
Bedankt. Voor Watergraafsmeer: P.
C. de Bruyn to Oudewater; voor Wester
geest: P. Visscher te Hijlaard.
GEREF. GEMEENTEN.
Bedankt. Voor Bliedrecht: H. A. Min-
derman te Dirksland.
Nieuw Kerkgebouw.
Do Geref. Kerk te Apeldoorn besloot in
het zich steeds uitbreidend noordelijk deel
der gemeente (buurtschap Ugchelen) een
derde kerk te bouwen.
Bevestiging en intrede.
Ds. N. G. ICersies, van Wezep, bevestig
de Zondag in de Geref. kerk van Leid-
schendam den cand. J. H. Kroese, naar
aanleiding van Hand. 20: 24, daarbij als
hoofdgedachten ontvouwend do ernstige
roeping van, den heldenmoed tot en do
blijdschap in den dienst des Woords.
De gemeente zong haar nieuwen leeraar
toe Ps. 134: 3.
Des middags deed Ds. Kroese zijn intre
de. Onder de aanwezigen merkten we op
Ds. G. van Duinen, van Zcgwaart, en ver
schillende afgevaardigden uit Voorburg,
de Herv. Kerk te Leidschcndam en de
plaatselijke Overheid (Burgemeester cn
Wethouders.)
Ds. Kroese zeide, dat hij niet in eigen
kracht kwam, maar werd gedreven door de
stuwkracht Gods. Dat hij naar Gods bevel
niet enkel troostend, maar soms ook ver
manend zal moeten spreken, waarna hij
het Woord ontvouwde naar analeiding van
Jercmia 7: 1, 2, 3 en wees op do volgende
punten: Wie die vermaning opdraagt,
waar die vermaning moet worden uitge
sproken, tot wie die vermaning moet wor
den gericht en wat die vermaning moet
inhouden.
Na licfc uitspreken der predikatie dankte
Da. Kroese allen, die belangstelling ge
toond hebben tijdens zijn studie. Met al
de liefde die in hem is, wil hij zich geven
en daarom ook vraagt hij om de volle lief
de van de gemeente en haar voortdurend
gebed. Daarna werd Ds. Kroese toegespro
ken door Ds. van Duinen (afgevaardigde
van de classis Den Haag) en den ouderling
de Wit.
0 nderw ijzers-vacatures.
De Vereeniging van Chr. Onderwijzers
(essen) is bezig, een enquette in te stellen
naar het aantal vacatures. Voorloopig ont
ving de commissie antwoord van een 70O-
tal scholen, waarvan in 200 vacatures zijn.
Van deze scholen liggen 6 in een gemeen
te der eersto klas, met één vacature, waar
in echter spoedig is voorzien; 14 scholen
zijn in een gemeente tweede klas, daar
gaat do vervulling der vacature met meer
moeite; 180 dier scholen liggen in gemeen
ten derde klasse; deze laatste scholen
tobden heb geheele jaar; sommige er van
adverteerden tot zelfs 70 maal zonder suc
ces.
Er zijn onderwijzers die al maanden
staan voor drie of vier klassen met 96 leer-
Solo en Dr. van Andel.
Daar zijn voor de Geref. Kerk van
Delft, aldus Ds. v. A.(nken) in de Geref.
Kerkbode, op zendingsgebiecl groote dingen
op til. Wanneer rJ~ - Jgin
gen goed afloopen, waaraan niet getwij
feld wordt, zal D.V. op 26 Dec., den 2den
Kerstdag, do officieele overneming van het
terrein-Solo plaats hebben in de Ooster-
kerk aan de Vlamingstraat, dos morgens
te 11 uur.
Op een eigenaardige manier krijgt Delft
dan haar 4en predikant. Immers, waar het
terrein Solo van Amsterdam wordt over
genomen, ligt het voor de hand, dat ook
Dr. van Andel, predikant van Amsterdam
voor Solo, mede overgaat. Formeel zal hij
door den Kerkeraad beroepen worden. Aan
het aannemen van dit beroep behoeft niet
getwijfeld, want dit lag ten grondslag aan
heel do onderhandeling over de overne
ming.
Staten-Generaal.
TWEEDE KAMER.
Vergadering van gisteren.
WIJZIGING L. O.-WET.
Voortgegaan wordt met het wetsont
werp tót wijziging der O. L.-Wet.
Bij art. XII stelt mej. Westerman
(V. B.) voor het maximum aantal kinde
ren voor de z.g. éénmans-school niet te
verhoogen.
De heer v a n Z a d e 1 h o f f (S. D.) ver
dedigt zijn amendement om het aantal
kinderen, waarop één onderwijzer moet
zijn of één onderwijzer meer moet zijn,
te verlagen, zoowel voor het lager_ als
het uitgebreid lager onderwijs.
Mej. Westerman (V. B.) verdedigt
nog twee amendementen. Het eerste be
doelt uit te drukken, dat er geen enkele
reden i9, om de hoogero klassen of de pa
rallelklassen der school met een gröoter
aantal leerlingen te belasten en daarom
neemt spr. stelling tegen het toenemen
telkens met vijf-en-twintig leerlingen per
onderwijzer.
Daarom wordt voorgesteld in het eerste
lid van art. 28 te doen vervallen de woor
den: „door ten minste zes onderwijzers,
zoodra het tweehonderd een en zestig";
2. voor elk vijf-en-veertigtal leerlingen
boven de tweehonderd tien wordt één on
derwijzer meer veroischt.
Het tweede amendement strekt om een
einde to maken aan het ongewenschto om
de school voor de scholen voor uitge
breid lager onderwijs nog ongunstiger te
maken dan die door de eerste wijziging
reeds is geworden.
Daarom wordt voorgesteld het derde en
vierde lid van art. 28 te lezen als volgt:
3. Aan elke school voor uitgebreid la
ger onderwijs wordt het hoofd bijgestaan
door ten minste één onderwijzer zoodra
het aantal leerlingen vier en twintig,
door ten minste twee onderwijzers, zoo
dra het een en veertig, door ten minste
drie onderwijzers, zoodra het een en ze
ventig bedraagt.
Voor elk dertigtal leerlingen boven de
zeventig aan een school als in het derde
lid bedoeld, wordt één onderwijzer meer
vereischt.
De heer Rutgers (A.-R.) licht een
amendement toe om in' art. 28 in plaats
van: „van het onmiddellijk voorafgaande
kalenderjaar" te lezen: „in de onmiddel
lijke voorafgaande vier kalenderkwarta
len".
Het zevende lid wordt gelezen: „Wan
neer nog niet in vier kalenderkwartalen
de in het vorig lid bedoelde telling kon
plaats hebben, wordt het gemiddelde be
rekend van zooveel tellingen als hebben
kunnen plaats hebben".
Ter toelichting zegt spr. dat dé strek
king van het amendement is het aantal
onderwijzers niet te doen berusten op ver-
oudorde gegevens wanneer latere bekend
zijn. Bij aanneming van het amendement
zullen de bezwaren, die thans rijzen bij
plotselinge belangrijke stijging of daling
van het aantal leerlingea* aanmerkelijk
verminderen.
De heer Van der Molen (A.-R.)
acht den achteruitgang bij dit artikel niet
belangrijk, vergeleken bij den toestand van
vóór 4920. Hij is het met het tweede en
derde amendement Westerman wel eens.
De heer Kotelaar (V.-D.) verdedigt
alle amendementen nog eens.
De Minister van Onderwijs, de heer De
Visser, zegt, dat dit artikel het belang
rijkste is. Het amendement-van Zadelhoff
is natuurlijk onaannemelijk want het her
stelt de wet van 4920 en juist ter wijzi
ging daarvan heeft spr. dat ontwerp inge
diend.
Het eerste amendement-Westerman ont
raadt 9pr., omdat de financicele gevol
gen groot zullen zijn; het tweede even
eens. Het derde amendement is de Min.
bereid over te nemen, evenals het amen-
demenl-Rutgers.
Het amendement-v. Zadelhoff wordt
verworpen met 54 tegen 22 stemmen.
Het amendement-Westerman (een-
mansscholen) wordt verworpen met 46
tegen 28 stemmen.
Hef, tweede amendement-Westerman
wordt verworpen met 47 tegen 26 stem
men.
Het regeeringsvo.orstel wordt goedge
keurd met 47 tegen 27 stemmen.
De heer Gerhard (S.D.) verdedigt
een amendement om te bepalen, dat han
gende de schorsing van een onderwijzer,
dezen zijn salaris uit te betalen.
De Minister ontraadt dit amende
ment, waarna de heer Gerhard het in-
intrekt.
De heer Gerhard (S. D.) verdedigdfc
bij art. 13 een serie amendementen waar
van do bedoeling is de wachtgeldregeling
te verbeteren en in hoofdzaak gelijk te ma
ken aan de regeling in het ontwerp op den
rechtstoestand van ambtenaren.
De heer Bulten (R.-K.) komt er tegen
op dat de fouten van de wachtgeldrege-^
ling niet voldoende werden ondervangen.
Hij geert die fouten en misstanden aan.
De heer Van Wijnbergen (R.-K.)
meent dat deze amendementen onaanne
melijk zijn, omdat zij verder gaan dan de
bestaande regeling voor rijksambtenaren.
De heer van der Mol en (A.-R.) vraagt
betere regeling van het geval, dat een bi-
zonder onderwijzer die op wachtgeld is
gesteld, benoemd wordt bij het openbaar
onderwijs, waartegen hij gemoedsbezwa
ren heeft, maar bij niet aanvaarding van
die functie zijn wachtgeld verliest.
De Minister meent, dat 't gevaar,
dat de heer v. d. Molen vreest, niet be
staat en dat art. 6 der wet voldoende
waarborg is, omdat de betrekking „over
eenkomstig de persoonlijkheid" van den be
trokkene moet zijn.
Spr. sluit zich voorts bij den heer v.
Wijnbergen aan.
Het amendement wordt verworpen met
53 tegen 19 stemmen.
Het artikel wordt aangenomen met 51
tegen 20 stemmen.
De heer T i 1 a n u s (C. H.) wenscht de
gelegenheid te openen om in den loop van
het jaar alsnog een onderwijzer te kunnen
aanstellen wanneer door bijzondere om-
digheden het aantal leerlingen stijgt.
De Minister neemt dit amendement
over.
Bij art. XVII verdedigt de heer Ger
hard (S. D.) een amendement om ook
voor het openbaar en bijzonder vervolg
onderwijs gelijkheid van schoolgeld te
stellen.
De Minister is bereid dit aan de be
slissing van de Kamer over te laten.
De Kamer verwerpt het amendement
met 43 tegen 18 stemmen.
De vergadering wordt verdaagd tot
's avonds acht uur.
OORLOGSBEGROOTING.
Avondvergadering.
In .de te 8 uur heropende zitting
wordt bij de Oorlogshegrootirig, die in
deze avondvergaderingen behandeld wordt
aanstonds aan de orde gesteld de interpel
latie van den heer K. ter Laan (S.DA.P.)
over den inhoud van het nieuwe regle
ment van Krijgstucht, dat tegelijk met het
Wetboek van Strafrecht zal worden inge
voerd. Aan de regeeringstafel hebben,
met den minister van Oorlog, die van Ma
rine en van Justitie plaats genomen.
De heer Duymaer van Twist (A._
R.) wijdt een deel zijner rede aan de be
strijding van het denkbeeld, dat de so
ciaal-democratie op het punt der bewa
pening in andere landen consequent is.
Omtrent onze defensie zet spr. uiteen,
dat z.i. noodig blijkt een veldleger, een
operatief orgaan. Het veldleger moet wor
den georganiseerd als een ondeelbaar ge
heel. De oorlogsorganisatie moet worden
opgebouwd uit de kernen van het vredes-
Ieger en de opleiding van de dienstplichlL
gen kan in vredestijd daartoe op zeer een
voudigen voet geschieden. Zij moet ge
concentreerd worden. De overdaad van
garnizo'enen is kostbaar.
Spr. maakt bezwaar tegen oplegging van
83% korting, nadat reeds 'n korting heeft
plaats gehad. Voorts gelooft spr. niet, dat
het departement zich beijvert, om het in
stituut van den kaderlandstorm tot bloei
te brengen.
Voor de cncadrecring beveelt spr. klei
ne beroepskernen en omvangrijke aanvul
ling van verlofspersoneel aan.
De heer Deck er9 (R.-K.) durft niet
tot ontwapening overgaan voordat de
heelo wereld zulks gelijktijdig doet. En
de beginselen, die Paus Benedictus XV in
4917 verkondigde, zijn daartoe nog steeds
bruikbaar. Ook acht spr. den Paus den
aangewezen bemiddelaar en ojIs d3 Vol
kenbond kan nuttig werkzaam zijn.
De heer T i 1 a n u s (C.-H.) ondersteunt
vorige betoogen tegen den voorgenomen
aftrek van 83 waar het vorig jaar reed9
5% is gekort cn voor spoedige invoering
van de wachtgeldregeling.
Uit spr.'s verdere rede resumeeren wij
zijn mededeeling, dat de door den minis
ter verdedigde verkorting van den oefe-
ningslijd der cavalerie van 48 op 44 maan
den z. i. niet te aanvaarden is. De scherpe
onderscheiding tus9chen vestingtroepen en
veldtroepen, die vroeger bestond, is naar
spr.'s meening vergroeid en spr .blijft prijs
stellen op behoud der verdedigingsmidde
len die wij bezitten.
Spr. beschouwt het „reglement" op de
krijgstucht feitelijk als overbodig.
De Voorzitter herinnert spr. eraan
dat over den inhoud van dit reglement
niet mag worden gesproken. Spr. wi! dan
spreken over wat niet tot zijn spijt in dat
reglement is overgenomen uit ziji^ voor
ganger, het reglement van 4815, m. n. par.
2, waarin op de waarde van den gods
dienst en do noodzakelijkheid van een
voorbeeldig leven der meerderen wordt
gewezen.
De heer March ant (V.D.) is thans aan
het woord, doch daar de lijd tot over mid
dernacht is voortgeschreden, schorst de
voorzitter deze beraadslagingen tot heden,
avond.
GEMEENTERAAD LEIDEN..
(Vervolg.)
Desnoods kan worden volstaan met het
verhuren van kraampjes door de ge
meente. Mocht dit ook nog teveel gevraagd
zijn, dan zouden B. en W. door middel van
de pers op deze zaak de aandacht kunnen
vestigen.
Spreker stelt tenslotte een motie voor,
waarin B. en "VY. worden verzocht deze
Zaak te bevorderen door aan de markten
meer bekendheid te geven, of te zorgen
voor liet plaatsen van tentjes enz.
De heer Heemskerk is door liet be
toog van Mevrouw Van Itallie teleurge
steld. Van haar voorstel is bitter weinig
overgebleven. Zij geeft nu de bezwaren in
hoofdzaak toe en bepaalt zich tot bevorde
ring van het marktwezen. Spr. wijst er op,
dat het vervoer hier een voorname factor
is. Ook de gemeente zou daarvan de ge
volgen ondervinden en zoo zouden do voor
deden voor de consumenten gering zijn.
Spr. acht het voorts vrijwel onmogelijk de
zen handel tot enkele punten in de stad te
beperken. Hij heeft er niets tegen dat B.
au W. aan de markten meer bekendheid
geven, maar men moei daar niet teveel
van verwachten. In Den Haag bijv., waar
men halletjes heeft, gaat de handel achter
uit. In 't algemeen is spreker tegen ge
meentelijke voorziening.
De V o o r z. meent dat dc gemeente hier
buiten moet blijven. B. en W. willen gaar
ne het mogeliike doen om den markten
nieuw leven in te blazen, maar verder moet
deze zaak in particuliere handen blijven.
Deze motie is voor B. en W.t evenmin ac
ceptabel als de eerst voorgestelde.
Mevr. Dubbeldeman stelt nu voor
op vijf verschillende plaatsen in de stad
iederen werkdag, aardappelen- en groen-
tenmarkten to organiseeren en den kooplie
den geen staangeld in rekening to brengen.
De heer Dubbeldeman betoogt, dat
we hier met een verkiezinga-ma-
noeuvre to doen hebben. Zij heeft de
Soc. Dcm. voor willen ziin. maar, nu er
hier critiek op komt, is ze bereid zooveel
water in den wijn te doen. dat er geen
wijnsmaak meer overblijft. Spr. meent dat
er iets gedaan moet worden. De consu
menten worden nu gepneden. Om daaraan
een eind te maken, meent spr. dat het noo
dig is eenige opwerpplaatsen te organi
seeren.
De heer Knuttel maakt zich van deze
voorstellen geen illusies. De eenige manier
om verbetering te brengen is een soort ge
meentelijk monopolie.
De heer Pera, weth., zegt, -dat mevr.
v. Itallie „gelooft", „verwacht", „van mee-
ning is", enz.
De heer Knuttel: zeer bescheiden.
De heer Pera, weth., zegt dat er wat
meer noodig is om een zaak tc beginnen.
Spr. meent, dat met kunstmiddelen heel
weinig te bereiken is.
Aan wat mevr. v. Itallie zegt ligt in ^t
geheel geen zekerheid ten grondslag. Wij
hebben op dit gebied eenige ervaring. Ge
bleken is, dat de gemeente meermalen niet
kon concurreeren, met het gevolg dat zij
reet de groenten bleef zitten.
Voorzichtigheid is hier noodig. Het suc
ces van den handel is voor een groot deel
afhankelijk van den persoon die de zaak
drijft. Daarom blijft het voor de Gemeente
een gevaarlijke onderneming. Tn Den Haag
heeft men dan ook het Halbedrijf moeten
afschaffen. Thans echter, nu particulieren
het doen, gaat het goed.
Als men meent, dat hier verbetering noo
dig is, laten dan energieke personen do
hand aan den ploeg slaan. Spreker advi
seert dan ook het voorstel Mevrouw v. Ital
lie niet aan te nemen. De prijzen zijn hier
trouwens niet abnormaal hoog. Natuurlijk
is er niets op tegen nogeens op de bestaan
de markten de aandacht te vestigen.
Mevr. v. Itallie betoogt dat zij hare
motie niet verzwakt heeft. Op de opmer
kingen van den heer Dubbeldeman zal spr.
niet ingaan. Zij ontkent ten sterkste dat
hier van een verkiezingsmanoeuvre sprake
zou zijn. Den heer Pera merkt zij op dat
zij niet met cijfers kan werken; daarom
heeft zij zich op andere plaatsen beroepen.
Spreekster handhaaft hare matie. Door den
menschen een aandeel in de winst te geven
zou naar zij meent gemakkelijk den han
del tot bloei gebracht kunnen worden.
De heer Dubbeldeman....
De heer Knuttel "Wij kunnen nu ge
rust zeggen: de sop is do kool niet waard.
De heer Dubbeldeman verdedigt het
voorstel van Mevr. D. Daaraan is voor de
gemeente geen risico verbonden.
De V o o r z. vraagt Mevr. D. hare motie
in te trekken. Het idee dat er in zit lijkt
spreker en ook den heer Pera de overwe
ging waard. Het best is deze gedachten aan
do marktcommissie en den marktmeester
in overweging te geven. Tegen dc gedacht0
zelf heeft spreker geen bezwaar. Als er
iets gedaan kan worden deze markt te be
vorderen, dan willen B. en W. dat gaarne
doen.
Mevr. Dubbeldeman meent dat het
dan beter is dat deze motie om prae-ad-
vies gaat.
De Voorx. zegt, dat zijn voorstel veel
meer practisch is.
De heer S ij fc s m a begrijpt niet het drij
ven van Mevr. D., waardoor zij de kans
loopt dat haar motie verworpen wordt.
Mevr. Dubbeldeman Dat is weer
echt Sijtsma!
Mevr. v. Itallie trekt na de verkla
ringen van den Voorz. hare moties in.
(Bravo's).
Mevr. Dubbeldeman wil nu hare
motie naar B. en W. zenden om prae-ad-
vies.
Stemmen Trek toch in
Mevr. Dubbeldeman wil stemming.
Een stem: Dan wordt ze afgemaakt.
Haar motie wordt verworpen met 14 te
gen 11 stemmen, die van de heeren Sijts
ma, Van Hamel, Knuttel, Eerdmans, Mevr.
v.^Itallie en de Soc. Democraten.
De Voorz. zegt, dat de bedoeling van
B. en W. is, de hier uitgesproken gedachten
te overwegen.
16. Voorstel van de herren Wilbrink en
Oost-dam, in zake het geven van onderwijs
in de nuttige handwerken onder schooltijd
door de gewone onderwijzeressen.
Do lieer v. d. L i p, weth., zegt, dat de
portee van het voorstel is het handwerk-
onderwijs onder schooltijd te geven. Daar
toe is echter al besloten bij de reorganisa
tie. Dus dit punt kan thans geen onder
werp van beraadslaging uitmaken.
De heer Oostdam zegt, dat> de zaak
waarom het gaat duidelijk ik. Hij ziet de
noodzakelijkheid van toelichting niet in.
De heer Heemskerk acht toelichting
wel noodig.
Do heer Wilbrink zegt. dat hij bij
do reorganisatie voor vakonderwijzerpssea
was. Oorspronkelijk wilde hii dit onderwijs
buiten de schooluren, maar dat bleek niet
mogelijk.
Bij nader ondorzoelc is hem nu gebleken,
dat dit onderwijs, door vakonderwïjzcres-
sen gegeven, het zware financicele offer
niet waard was. Daarom heeft hii het voor-
stel-öóstdam mee onderteekend.
Do heer v. Hamel begrijpt niet de hou
ding van den heer Wilbrink. Spreker meent
dat vakonderwijzeressen veel beter in
staat zijn dit onderwijs te geven, dan de
gewone onderwijzeressen. Spreker acht dit
een zaak van groote beteekenis voor het
volkskind. Hii meent dat het niet aangaat
tcrwille van de zuinigheid dit onderwijs te
bederven. De bezuiniging zal overigens
naar spreker meent betrekkelijk gering"
zijn.
De heer Eerdmans zegt, dat hij bij
de reorganisatie was tegen het voorstel van'
den wethouder. Zijne buren in den Raad
hebben hem toen de meening bijgebracht,,
dat dit noodzakelijk was. Later is hii ech
ter tot andere gedachten gekomen. Hem is
gebleken dat liet onderwijs door de voor
gestelde wijziging geen schade zul onder
vinden.
De heer K o o i s t r a kan niet over de
technische ziide dezer zaak oorcleelen.
Maar hij acht het niet in den haak, dat op
deze wijze de rechtszekerheid van de amb
tenaren naar de maan wordt geslagen.
Mevr. v. Itallie acht vakonderwijzer es
sen in het belang van het handwerkonder-
wijs noodzakelijk. De gewone onderwijze
ressen achten het naar spr. bleek niet ge-
wensc-ht dat zij het onderwijs geven, om
dat zij minder geroutineerd zijn en de klas
sen verscheurd worden.
De heer Knuttel onderstreept het
Isatste bezwaar.
De heer Groenere ld betoogt, dat er
door den Raad met de vakonderwijzeressen;
wordt gespeeld. De heer Wilbrink heeft-
het voorstel onder teekend. Daar val jo
van om. Hij heeft toen zijn langste rede
gehouden.
De heer Knuttel Dat zegt Wat.
De heer G r o e n e v e 1 d Hij heeft het
er dik opgelegd.
De heer S ij t s m a Dat doet hij wel
meer.
De heer Groene veld keurt deze ver
andering van standpunt af. Hij zou een
tusscheh'voorstel willen doen.
Stemmen: Wacht daar nu even mee.
De heer Groeneveld zou willen voor
stellen de onderwijzeressen geleidelijk af
te schaffen.
Stemmen: Dat staat er in.
De heer Groeneveld zegt een ui c-
stervingssysteem te bedoelen.
De heer M e i j n e n zegt, dat- hij de voor
keur geeft aan do klasse-onderwijzeressen.
Hij heeft volle waardeering voor de vak-
onderwijzeressen, maar hij geeft toch aan
de klassc-onderwiizeressen de voorkeur.
Zij hebben een hooger peil van ontwikke
ling bereikt en bovendien zijn het als re
gel geschoolde leerkrachten die geoefend
zijn in de moeilijke kunst van het lesge
ven. Daardoor zullen zij meer kunnen be
reiken. Spr. is elke week in de gelegenheid
dit te constateeren.
Spr. merkt voorts op, dat de Kweek
school opleidt voor Handwerken, in welk
vak een uur of 10 les wordt gegeven per
week. Het maakt op spr. een vreemden in
druk dat de gemeente zich voor dat onder
wijs groote kosten getroost, terwijl dan
later van die krachten geen gebruik wordt
gemaakt. Hierbij komt nog dat de onder
wijzeressen f 100 voor het bezit der akte
ontvangen. Gaat het dan aan, dat zij die
akten niet productief maken? Men zegt
dat de onderwijzeressen geen ervaring heb
ben. Maar dan moeten wij ze niet verhin
deren ervaring op te doen. Spr. wijst voorts
op de financieele gevolgen. Wat betreft de
rooslerkwestie, zegt spr., dat dit geen over
wegend bezwaar is. Er zijn honderd© en
honderde scholen waar men die moeilijk
heden. glansrijk overwint.
De heer Oostdam zegt eerst in do
afd. en toen bij de alg. beschouwingen deze
zaak te hebben besproken. Van geen en
kele zijde werden bezwaren gemaakt. Hij
is dus niet gegaan over ijs van een nacht.
Spr. is overtuigd dat gewone onderwijze-