Dagblad voor Leiden en Omstreken
ABONNEMENTSPR JS
IN LEIDEN BN BUITEN LEIDEN
WAAK AGENTEN GEVESTIGD ZIJN
PER KWARTAAL t 12.50
TER WEEK 10.(9
FRANCO PER POST PER KWARTAAL i 2.90
3de JAARGANG. - VRIJDAG 24 NOVEMBER 1922 - No. 803
Bureau: Hooigracht 35 - Leiden - Tel. Int. 1278 - Postrekening 58936
AD VERTEN Ti E-PRJJS.
DES ZATERDAGS 10.30
PER GEWONE REGEL 8 8 10.221
KLEINE ADVERTENTIES van hoogstens
80 woorden 50 cent; Zaterdags 73 cent
ïsJ bij vooruitbetaling.
INGEZONDEN RECLAME* 'Cp
Dit nummer bestaat uit twee bladen
Bloembollencultuur.
Het ie good dafe over bezuiniging ge
sproken wordt niet allen, maar dat ook
rustig wordt bezuinigd en dat aan de
donkerheid van deze tijden, nok op eco
nomisch gebied ernstig aandacht wordt
geschonken.
Wij hebben ons te wachten voor een
ongegrond optimisme. Voor alles is noo-
dig, werkelijkheidsbesef.
Maar ook voor een ander uiterste moe
ten we ons wachten.
Terecht is daarop door Minister de Geer
de aandacht gevestigd.
Mijn standpunt, zoo zeide hij ie „Het
gevaar bestaat maar wij belmoren mans
genoeg te zijn om het te koeren; wij moe
ten niet duizelig, worden en ons alvast
in den afgrond medegobrokken gevoelen,
aan welks rand wij ons bevinden".
Dat is gezonde taal.
Den toestand onder de oogen zien,
nuchter en klaar, geen vage geruststellende
betoogen, dat het nog zoo erg niet is, en
dat het nog wel te recht zal komen, maar
ook niet duizelig worden en- doen' alsof
alles verloren is.
Met bijzóndere sympathie hebban wij
daarom gezien de activiteit door de man
man van de Bloembollencultuur ontwik
keld.
Ook deze tak van volkswelvaart wordt
door ernstige gevaren bedreigd.
Daarvoor sluit men niet het oog, neen,
men gaat ze regelrecht tegemoet om ze
zoo noodig -af te wenden.
Daarom werd een delegatie naar Amerika
gezonden om zoo mogelijk dit afzetgebied
te behouden, en aanvankelijk met goed
resultaat.
Maar men doet meer.
Ook naar uitbreiding van afzet
gebied wordt gestreefd, zooals het vol
gende bericht leert:
„De drie groote organisaties in het
bkemb ollenbedrijf hebben onder lei
ding der Algemeene Vereemgin'g voor
Bloembollencultuur en meti si bun van
enkele vrienden van Frankrijk aan de
Fransche regeering een omvangrijke
tulpemplanthig aangeboden voor den
tuin der Tuilerien te Parijs. Het aanbod
door bemiddeling van onzen gezant te
Parijs, jhr. Loudon, aan wien de eer
van het denkbeeld toekomt, gedaan, is
door de Fransche regeering met de
meeste ingenomenheid aanvaard, en
dezer dagen zijn twee leden der commis
sie van uitvoering naar Parijs vertrok
ken om leiding te geven aan het planten
der meer dan 200-000 bollen van tulpen
en hyacinthen, welke in hst aanstaande
voorjaar de Parijzesniaare en de talrijke
vreemdelingen in de Fransche hoofd
stad in verrukking zullen, brengen door
hun kleurenspel en hun zacht aroma.
De plannen voor. de beplanting zijn
dit voorjaar vastgesteld in overleg met
den chef der Tnüeriën-tuinen, die daar
toe op uitnoodiging der Algemeene
Voreeniging voor Bloembollencultuur
eene vergadering der Commissie van
voorbereiding te Haarlem bijwoonde.
Voor do beplanting is in hoofdzaak dat
gedeelte van het zeer uitgestrekte park
gekozen, dat aan weerszijden van de
Rui des Tuüeriën gelegen' is derhalve
1 door een overtalrijk publiek dagelijks
gezien wordt.
Het doel der beplanting era aan het
Frarischo publiek te toonen, welke ef
fecten mot een oordeelkundige beplan
ting: mot deze bolgewassen kunnen wor
den verkregen, zal dus volkomen wor
den bereikt, terwijl uit nationaal oog
punt beschouwd, de goede betrekkin
gen tusschen beide landen door het
even kostbare als bekoorlijke geschenk
uit de bloembollens treek slechts zullen
kunnen winnen.
Toen de voorzitter der Haaclemscho
Kamer van Koophandel die tevens
voorzitter der Algemeene Vereeniging
voor Bloembollencultuur is, den Fran-
schen gezant bij zijn bezoek aan Haar-
lam de voorgenomen beplanting aan
kondigde, voorspelde de heer Benoist
terstond, dat de Parijzenaars de Tuile-
- riën zouden verdoopen in Tulperios.
Maar ook als dit „bon mot" niet ver
wezenlijkt wordt, de tulp*7ubeplanifcing
zal er niet minder de aandacht om
trekken."
Met groote voldoening hebben wij deze
mededeeiing gelezen.
En gaarne brengen wij aande actieve
ibollenkweekers, die niet bij de pakken
igaan neerzitten, maar die alle middelen
aangrijpen om hun vak vooruit te bren
gen, een woord van warme hulde.
Dit streven is van nationale beteeke-
nia ook in verband met de thans aller
wegen heerschende werkloosheid.
De slachtoffers van deze maatschappe
lijke kwaal moeten werden geholpen.
Maar van veel meer belang is dat po
gingen werden gedaan de werkloosheid te
bestrijden door handel en industrie te be
vorderen.
Onze bollenkweekers hebben dit ver
sta an en bogrepen.
Mogen ook regeering en vollcsvertegen-
Roordigers dit voor oogen houden-
STADSNIEUWS.
Geloofsbezinning en redelijk denken.
Gisteravond hield Dr. Haitjema uit
Apeldoorn zijn tweede voordracht voor
de Ver. tot Vestiging van Biiz. Leerstoe
len. Het klein auditorium was geed be
zet.
In de Roomscho tendenz-roman „ïïim-
melfahrt" wordt geteekend een kunst
schilder Höfeling, die de leegheid vaneen
leven buiten God heeft gezien, en die zich
bij het pleiten voor die waarheid, laat
meeslepen door paradoxen, als hij door
dringt tot het wezen der dingen.
Hij ziet in, dat hij van zijn verstand-
moet worden genezen. Van verstandelijke
'overreding is geen heil te wachten voor
de ziel.
Paradox is een Grieksch woord, dat
betcekent: wat lijnrecht ingaat tegen de
algemeene opvattingen. In heb N. Testa
ment komt het woord oek eenmaal voor
(Luc. 5:26), waar het vertaald is door:
„ongelooflijke^ dingen". In ruimeren zin
zijn paradoxen dus beweringen en daden,
die lijnrecht ingaan tegen de publ. opinie
en in engeren zin1: beweringen, die in zich
zelf tegensta*, zijn. nl deze laatste betée-
konis wil Spr. het bezigen. De grondwet
van redelijk denken zegt dat 1=1 en 1
ongelijk is aan 3. Op den bodem der
Christel. Geloofebezinning ligt het begin
sel der Triniteit en is dus in strijd met de
Satz des Widerspruchs. Een Engelsch ge
leerde, Hobbes, definieerde paradox als
opinion not yet generally recieyed. Wat
vroeger onbestaanbaar Scheen, wordt
thans algemeen erkend.
Alle Waarheid houdt in zich ontken
ning van de grondwet van het redelijk
denken. Komen we dus met redelijk den
ken verder van de waarheid af? Is onlo
gisch redeneeren beter dan oen logische
opklimming van gedachten? De „verduis
tering des verstands" heeft niets te ma
ken met redelijk denken. Kuyper heeft
gezegd: Do zonde heeft de formeele logi
ca natuurlijk niet aangetast, en de Har-
togh: dat ieder mensch logische, denk
wetten moet bijvallen. Spr. wii voorloo-
pig zijn stelling, dat alle Waarheid pa-
radoxaat is, terug nemen.
Mischien is het beter -eerst te zoeken
naar de plaats', die de paradox in geloofs
zaken inneemt. Wij willen ons niet in een
hoek laten dringen door de bewering, dat
wij voor geloofszaken gebruik maken
van paradoxen. Immers, wat voor alle
waarheid geldt, geldt toch ook voor re
ligieuze Waarheid? Christelijke denkers
zijn geen vrijbuiters op het gebied van
redelijk denken. En de tegenstanders
wachten op het moment, dat zo zullen
kunnen zeggen: „Dus is uw geloof illu
sie. Weg met uw paradoxen!" Dan valt
het Chr. geloof, want zonder dat kan het
niet bestaan.
Mozes zag bij het brandende braam
bosch „een groot gezicht", een paradox,
't Was een openbaring van den God der
verlossing. Het braambosch werd in de
vlam niet verteerd. Het blijft groen, 't Is
een symbool van Israel's volk, dat opge
nomen wordt in Gods Wezen. Het rede
lijk identiteitsprincipe wordt hier bespot:
hét vuur, dat moet verteren, vertec-rt hier
niet. Maar meer nog: het is een symbool
van hot wezen der Godservaring in elke
bedeeling. Hier valt eeuwigheislicht op
Gods heilige liefde. Zoo ook -op Golgo
tha, waar de vlammen van het oordeel
'hoog op slaan, terwijl 'het jonge leven in
het midden van de vlam wordt gespaard.
In deze geloofservaring klopt het hart
van de Chr. religie. Paulus leefde dicht
bij de vlam, die niet verteerde, en daar
om sprak hij in paradoxen. Terecht wordt
wel eens gezegd, dat het een geestelijke
liefhebberij is, te spreken in paradoxen,
on dat Kierkegaard, do man van de para
dox, school maakt.
In de H. Schrift komen we onophoude
lijk in aanraking met paradoxen, in
woorden uitgedrukt. Hierin ligt de kiem
van de geheele geloofsleer verborgen,
van allo stukken, ook van de Kerk. Para
doxaal zijn de .woorden over het Wezen
Gods- (Ik woon in de hoogte, en bij dien,
die van een verbrijzelden geest is, of:
God bad berouw, dat Hij den mensch ge
maakt had, en latei* weer: Hij is geen
mensch, dat Hom iet6 berouwen zou). Ook
over den mensch vindon we in de Evan
geliën en Brieven veel dergel. uitspraken.
(Wie zijn" leven wil verliezen, die zal het
behouden. Zalig zijn, die treuren. Hoort
gij dooven.) Als de mensch in aanraking
komt met het Goddelijke, gaat hij in pa
radoxen spreken. (Ik gelóóf, Heere, maar
kom mijn ongeloovigheid te hulp. Ik
sterf alle dagen, enz.) Het woord „God-
mensch" is op zichzelf reeds een negatie
van alle redelijk denken. (Ik en de Vader
zijn Een. En aan liet kruis, waar Jezus
vlak na het ontsluiten van het Paradijs,
in ellendige verlatenheid het_ uitroept:
Mijn God, waarom hebt Gij mij verlaten.)
In de eerste eeuwen van de Geloofsbe-
zinnnig der Chr. Kork waren er ook pa
radoxen, 'hoewel deze in do dogmata niet
zoo sterk naar voren kwamen uit reactie
tegen het Grieksche sophisme. De com
pleet io oppositorum kon niet zonder het
..ja en neen". Het, peinzen over de Trini
teit is een worsteling van den geest, die
God als een God van volkomen verlos
sing wil verheerlijken, en met dat denken
N.V.Leidsche Ijzerhandel
Firma J. C. Bernard
I 22-26 I
St. Nicolaas-Cadeaux
als
Meccano en Stabiel
Consiructie-Doozen,
522
komt de Chr. Kerk dan uit bij het para
doxale axioma van Athanasius. „Eens-
wezend" (homo-ousios) wilde hij en niet
„van een gelijksoortig wezen" (homol
ousios). Bij dergel. Christologische pro
blemen was het te doen om zekerheid van
Geref. Protestantisme is sterk intellec
tualistisch. Het zou een systeem hebben,
dat „sluit als een bus". Zéker, er is een
streven naar geregelde opbouiy van ge
dachten. Gereformeerd leven is para
doxaal in wezen- De geloofsbezinning
staat in het teeken van de paradox. De
kwestie van infra- on supra-lapsarisme is
een gevolg van het levend besef van het
paradoxale karakter der religieuze Waar
heid.
Hiermee is ^echter niet gezegd, dat alle
waarheid paradoxaal is. Alle denkende
menschen willen deze spheer zoo klein
mogelijk houden. Al spoedig merkt men,
dat God overal in en achter is; overal een
driecenig God. Is Christus' verlossing
niet van kosmische beteekenis? Höfeling
werd paradoxaal, als hij doordrong tot
den grond der dingen; en die grond is
immers Gad? Kant noeuit dit de dwaling
dar menschen, dat zij meeiien met hun
Verstand te kunnen doordringen tot den
grond der dingen. Dit is alleen mogelijk
op het terrein der ervaring, een gebied,
waar geen paradox heerschh Later is ge
zegd, door een der aanhangers van het
emperio-criticisme, dat óok op dit gebied
paradoxen beerschen. -
Wij behoeven ons derh. niet te schamen,
dat er in ons gel. tegenstrijdigheden zijn.
't Kruis zal overal opdoemen. Voor een
donkend menséh is dit moeilijk te aan
vaarden. Men moet, van zijn verstand ge-
hezeii wordgn! Of liever: van zelfover
schatting moet het verstand genezen wor
den-
Alles is gemaakt door den Logos. Het
wei'eldssysteem is redelijk, en dus redelijk
te verstaan, zegt de Hartogh. Zich over-:
geven aan het kruis van de Paradox is
eisch van haogere (goddelijke) redelijk
heid. Dit kruis houdt in zich de belofte
der begenadiging en van het inzicht in de
Waarheid. Met Christus gerechtigheid
moet onze wijsheid „dwaas" worden.
„Wij moeten van ons verstand genezen
worden". Ja, de vlammen van Goddelijk
vuur maken het gezond-
De volgende week hoopt Dr. Hait jema
zijn reeks te vervolgen met het onder
werp: „Kerkelijk besef en gees
telijk leven."
Clir. Letterkundige Kring.
öp het agendum van den Christelijkc-n
letterkundigen kring 6tond voor de ver
gadering van j.l. Woensdag-avond^ gean
nonceerd de bespreking van den Chr iete
lijken roman: „Illusie" van J. van
de Maas. En de inleider, de heer J.
Yoenendaal genoot meer dan gewo
ne belangstelling van in en zelf van ver
buiton de stad, zoodat de zaal van
Mevr. Feenstra, Rapenburg 13, alhier,
overvol was, toen de voorzitter de samen
komst opende als te doen gebruikelijk is.
Na 't gebed, de lezing van een Schrift
gedeelte uit Prediker 7, de mededeeiing
van de 2den Kerstdag te Utrecht te hou
den bondsvergadering, waarop o.m. Zijne
Excellentie de Minister van Onderwijs,
Kunsten en Wetenschappen, Eere-Voorz.
van den Bond, een toespraak hoopt te
houden en de vaststelling der notulen,
steekt de inleider van wal.
„Illusie" aldus Spr. is geen boek
van broede coneeptio en .ingewikkelde
structuur. Een eenvoudig verhaal van
wat de titel-omschrijving aangeeft als
„der liefde leed".
De hoofdpersoon, Karei Nolen,
dien we als theologisch student in het
eerste hoofdstuk aantreffen „in de knus
se intimiteit van z'n. kamer" te Utrecht
is verliefd op de dochter van een effec
tenhandelaar, E m B1 a n k h e u v e 1.
Maar de waarheid van het gevleugeld
woord van Schiller: „Die Liebo ist der
Liebe Press" werd door den minnaar niet
ervaren. De zoo vurig verbeide echte we
derliefde, die de roos is in liefde's bloem
hof, blijft uit en het meisje berust al te
gemakkelijk in de Weigering van haar
vader, die wel „wauwelde over het ideëele
van het predikambt" en met „een schijn
heilige facie vrome leuterpraatjes" debi
teerde, maar wiens vroomheid het blijk
baar moest afleggen tegen de liefde voor
zijn duiten.
Méér nog dan „der liefde leed", dal het
leven van Karei versombèrt, vormt echter
de uitwerking daarvan op het zieleleyén
van don hoofdpersoon het hoofdmotief
van het werk, dat Spr. aldus omschrijven
wil: „Ei goh willen te verzaken
in de behartiging van Gods le
vensles: Mijne genade is u ge-
n o e g."
Dat, kost strijd, en die strijd tegen het
'Ongeloof van zijn opstandigo hart,, als
hij zijn lichtend vreugde-ideaal langzaam
ziet vernevelen tot een illusie,'wordt door
den schrijver geteekend.
In de teekening van dien geloofsstrijd
is de schrijver over 't algemeen gelukkig.
De strijdende mensch wordt niet sterker
voorgesteld dan hij is, de overwinning
wordt niet zonder slag of stoet, maar in
oen langen, donkeren smarteweg bevoch
ten- Goeji geteekend is -o.m. de eoht-men-
echelijke trek, die voor Godsverwerping
oorzaak zoekt in de fouten van menschen.
Een en ander wordt gestaafd door met
zorg gekozen* fragmenten uit het boek,
van welks inhoud spr. eerst een duidelijk
overzicht heeft gegeven.
Komende tot de beoordeeling van den
roman, leest Spr. eerst een drietal waar-'
dcerends recencies voor van Dr. De Móor,
Prof. Geesinlc en Dr. Impeta.
Het heeft Spr. gefrappeerd, dat in deze
recensies heel weinig kritiek aan 't woord
komt.
Al wil Spr. niet onderdoen in waardee
ring voor dezen roman, dien hij in menig
opzicht geslaagd acht en waarvau hij de
lezing hartelijk aanbeveelt, toch heeft hij
zich bij de lezing afgevraagd, of de schrij
ver hier. en daar niet te veel theologi
seert-. Do veelvuldig voorkomende „over
peinzingen" der personen vindt Spr. hier
en daar. wel wat onecht en gezocht, wat
nader wordt aangetoond. De schrijver
heeft zich niet altijd met zijn personen
vereenzelvigd en de theologische student
komt af en toe om den hoek kijken.
Hiertegenover wil Spr. gaarne erken
nen, dat sommige „zieleslemmingen"
meesterlijk zijn weergegeven, o.m. als
Karei te Rotterdam „den God zijner moe
der" terug "vindt. „Eindelijk opgestaan,
wisckto hij zich do betraande oogen af en
schreed naar moeders portret. En metf 't
hoofd héél dicht 'bij haar beeltenis, fluis
terde zacht z'n ontroerde stem: „LM
moedertje, ik heb uw Heiland gevonden,
om Hem nimmermeer te verliezen. En 'fc
was hom, als keken haar-stille oogen hem
•blijder nu aan, als strekte zich uit do
lijst haar witte hand boven z'n hoofd, om
hem zwijgend te zegenen."
In het uitwerken van het romantisch
gegeven:' de onbeantwoorde liefde, is _v.
d. Maas volgens de meening van Spr. min
der gelukkig. E m is een bijfiguur, die en
kele onbeduidende dingen zegt en te wei
nig, tot ons spreekt.
Ook geeft de schrijver volgens spr. on
voldoende, weinig verklaarbare motieven
.voor den hernieuwden omgang, die tot.
geen* bevredigend resultaat kon leiden.
De bijfiguren, zooals Kareis vriend
Jaap, de stille kracht in Kareis leven en
Willy, Jaaps vrouwtje „een ongedwon
gen natuurkind en toch op-end-op een da
me" zijn goed geschetst.
Wat den vorm van 't verhaal betreft,
do dialogen zijn over 't algemeen
heel goed evenals de natuurb e*
sc hr ij vingen en de teekening
van 't drukke stadsgewoel. De
verhaaltrant is levendig, de stijl is fris-ch.
De schrijver is wars van gemeenplaatsen,
maar dé neiging om origineel te zijn ver
leidt hem soms tot ge wild raooi-
d o e n of onnatuurlijkheid.
Res unie erend wil Spr. zijn blijd
schap uitspreken over het verschijnen
van van deze „eerste proeve" van den
schrijver, die vooral om de Christelijke
grondgedachte, een woord van hartelijke
aanbeveling verdiend.
Dat ook versmade liefdo en daarna het
zich overgeven aan Gods wil tot de ware
levensblijheid kan leiden, is de grondge
dachte van het boek- Een toon, die maar
al te weinig 'beluisterd wordt in onzo mo
derne Tomans, waar zoo vaak het zich
uitleven in verboden liefdesverhouding,
lijnrecht tegen Gods wet in, wordt ver
heerlijkt of vergoelijkt. Tegenover dit
vrijheids-ideaal hier de gebondenheid aan
Hem, die alleon tde waro vrijheid, den wa
ren vrede geven kan. Zoo verstaan we
het slot van dit boek:
„Nu wist hij 't: God had hem 't al doen
lijden., opdat hij deze levensles keren
zóu„Mijne genade is u genoeg..."
„Boven hem was do glorieerendo'zon in
reinblauwe hemeldiept en
Om hem waren de late bloemen en de
dorrende bladeren, verstervend in- 't gou
den licht van zonzachten nazomer
Maar in zich wist hij 'n nieuwe lente
geboren.
Want in z'n blije ziel was.de vree, de
late vrcê
„Een boek lezen heeft eens iemand
gezegd is niet woorden lezen, noch
zich laten mecsleepen door^ con verhaal,
maar het speuren haar de ziel err luiste
ren naar den harteklop, van wat daarbin
nen leeft."
Inderdaad, want een boek, een echt
bock is geen lappendeken, geen ,.Peek-en-
IClo-p p enbur g- confect ie'4maar de ver
woording van oen mcnsehenziel.
Het is den heer Yeenendaal uitnemend
gelukt ons het bovengenoemde bock z o o'
te doen zien en de Voorz. sprak naar het
hart van alle aanwezigen, toen hij den
inleider een warm woord van dank of
freerde voor zijn keurige lezing.
S. M.
'A'. R. Kiosvereeniging.
De A. R. Kiesvereeniging „Nederland
en Oranje" hield gisteravond een uitste
kend bezochte vergadering.
De voorzitter, de heer Zuidema, die de
vergadering op de gebruikelijke wijze
opende, heette onder applaus der verga- v
dering den heer Brants die zijn benoe*v
ming tot bestuurslid heeft aangenomen,
als zoodanig welkom.
Vervolgens kwam aan de orde de ver
kiezing van leden van de Staten centrale.
Gekozen worden de heeren Goslinga,
Karstens, Knibbe, Kuyper, Lambooij, A.
R. Mulder, Noorlandt en Zuidema, welke
hoeren voorzoover aanwezig, allen hunne
benoeming aannamen.
Daarna wérd overgegaan tot do vast
stelling van een voorloopige groslijst
voor "de Statenverkiezingen. De Kiesvcr-
eoniging. word in do gelegenheidgesteld
10 namep op te geven. In de e.v- vorga-
dering van do Statencentralo zal dan uit
de ingekomen lijsten een definitieve gros
lijst worden samengesteld, waaruit door
de aangesloten Kiesvércenigingen de can-
didaten kunnen worden aangewezen.
Aangezien de stemming over do ge
noemde candidaten volgens het pun to lei
sel geschiedde, benoemde de voorzitter
eene commissie om den uitslag vast te
stellen-, zoodat nog niet kan worden op
gegeven welke namen op de groslijst zijn
geplaatst.
Tenslotte kwam nog aan de orde do in
de vorige' vergadering ingediende motie
inzeke de Zakelijke 'Bedrijfsbelasting.
Hef bestuur had tegen" deze motie ver
schillende bezwaren. Is do vergadering
wel competent, zich over oen zaak als deze
uit te spreken? Het is gemakkelijk te
zeggen dat een of andere belasting moet
verdwijnen, maar op w-elko wize moet het
rop deze wijze ontstane tekort worden
aangevuld? En dan, als de voorgestelde
motie wordt aangenomen dan wordt
daarmede aan ónze raadsleden een inioe-
rotief" mandaat verstrekt, waardoor het
hun moeilijk wordt gemaakt naar eigen
overtuiging deze kwestie, to bcoordeuen.
Door enkele bestuursleden was daarom
oen andere motie geconcipieerd, waarin
aan deze bezwaren werd tegemoet geko
men.
Breedvoerig werd over deze zaak van
gedachten gc-wisseld. De ernstiae bezwa
ren tegen dc- Zakelijke Bedrijfsbelasting
werden nogmaals in het licht, gesteld en
mot kracht op afschaffing of zoo noodig
gewijzigde toepassing aangedrongen..
Van andere zijde echter werd op de voor-
deelen de aandacht gevestigd.
Het resultaat van de besprekingen was,
dat besloten werd dit punt aan te" hou
den tot do vaststelling van oen program
van actie aan de orde komt-
Deze uitstekend geslaagde verandering
werd daarna door den heer A. Mulder met
dankzegging gesloten.
De- Lakenhal.
Hot Rijk liecft aan de gom oen to ter
plaatsing in het stedelijk museum De La
kenhal in bruikleen afgestaan een verza
meling van acht schilderijen, afkomstig
uit het Mauritshuis, namelijk twee por
tretten door Abraham van den Tempel,
voorstellende professor Van der Linden
en diens vrouw, een meisjesportret door
Richard Brakenburgh, herder met vee
door Pie! er Pottens, vochtende boereu
{joor Hans van der Venne. cen legerkamp
door Jan Vermeulen, Ossen jacht van Beel
denmaker, cn oen kantwerkster van Louis
de Moni.
Volkenhond en wereldvrede.
Vanwege de Adventisten zond in ge vcr-
eeniging werd gisteravond in liet Nut een
tweede samenkomst gehouden, waar
Wintzon urt Leipzig optrad met bovenge
noemd onderwerp, en wel met het dool
om aan te toonen wat do Bijbel van de zo
dingen zegt.
Eigenlijk was deze lezing een voortzet
ting van die van j.l. Maandag, zoodat
weinig nieuwe schriftgedeelten werden
„verklaard". Met vele voorbeelden uit do
practijk toonde spr. aan, hoe de z.g.n vre
despogingen der groote mogendheden
steeds hebben geleid tot een uiterlijk
machtsvertoon, echter niet om de we
reldvrede daarmede te bevorderen, maar
om eigen politiek te dienon.
Uitvoerig werd aangetoond hoe geen
wereldvrede mogelijk zal zijn, zonder dat
de volken bukken voor den waro Vrede
vorst- Spr. wekte dan ook allen op, om
Hem te zoeken, opdat do dag des Heeren
voor ons niet kome als een dief in den
nacht.
De volgende samenkomst zal a-s. Maan
dag worden gohouden. ,a;: .ë-ri i
In do afgeloopen maand moost de
politio weer oenige malen proces-vorbaaT
opmaken tegen verschillende inwoners*
welke vreemdelingen hadden gehuisvest;
zonder daarvan binnen 24 uur aang-.ftd
te doen bij do politic, waarom dezo zich
genoodzaakt ziet, ora er nogmaals do
aandacht der ingezet enen op to vestigen,-
dat deze verordening onverkort zal blij
ven gehandhaafd.