Dagblad voor Leiden en Omstreken.
BINNENLAND.
3de JAARGANG. - DONDERDAG 24 AUGUSTUS 1922 - No. 725
Bureau: Hooigracht 35 - Leiden Tel. Int. 1278 - Postrekening 58936
ABONNEMENTSPRIJS
IN LEIDEN EN BUITEN LEIDEN
WAAR AGENTEN GEVESTIGD ZIJN
PER KWARTAAL *2-B0
PER WEEK 10.19
FRANCO PER POST PER KWARTAAL f 2.90
De hooge Spoorvrachten.
Bii de bespreking van de malaise in
den Tuinbouw in ons nummer van 17
Augustus werd als een der oorzaken ge
noemd, de hooge vrachtprijzen op onze
sporen en gevraagd of heb niet mogelijk
ie do tarieven desnoods tijdelijk te vorla-
gen.
Welk een voorname rol de vrachttarie
ven spelen en hoe noodzakelijk het is,
jneer met de ei6chen Van den tuinbouw te
rekenen, blijkt uit wat P. N. hieromtrent
schrijft in de Maasbode:
14 Augustus 1922, was de roode kool
aan de veiling der vereeniging „de Tuin
bouw" te Bovenkarspel, onverkoopbaar,
omdat de opbrengst in het buitenland de
vrachtkosten niet meer kan dekken.
Bloemkool komt om dezelfde reden niet
meer voor verzending in aanmerking en
heeft alleen nog eenige waarde, voor zoo
ver de zouters ze kunnen afnemen.
Aardappelen 1/4 ct. per K. G.
Voor kooplieden, die gedurende meer
dan 20 jaren geregeld de veiling 'hebben
bezocht, is dit feit zonder precedent.
De vermindering der vrachttarieven
idient dus werkelijk wel ernstig en onmid
dellijk ter hand te.worden genomen.
De vracht naar de grenzen bedraagt op
het o-ogenblik ongeveer f75 per 10.000
K. G.
10 tons ladingen gelden evenwel alge
meen voor aardappelen. Groenten wagons
daarentegen worden gewoonlijk afgela-
den op 5000 K. G., wijl de laadruimte in
yerband met. het gewicht der groente
geen voordeeliger verlading toelaat. Dit
geldt voornamelijk vo-or bloemkool. Ook
met het oog op het verbruik ter plaatse
van bestemming is dit vrij algemeen ge
bruik. De vracht bedraagt dan evenwel
pl.m. f 52.
Wanneer men in aanmerking neemt,
dat alleen reeds ongeveer 3000 wagons
aardappelen gedurende dit 6eizoen aan de
vereeniging „de Tuinbouw" zijn verveild,
en dat nog 'n 500 wagons aard appelen
;benevens nog ten minste 4000 wagonla
dingen groenten te velde staan, blijkt een
vrachtvermindering tot op 1/3 een tege
moetkoming van beteekenis te zijn.
Herhaalde aanvragen aan de directie
der Nederlandsche Spoorwegen zijn zon
der uitwerking gebleven.
Het verschil in vrachten bij boot en
spoor is schreeuwend.
Een der grootste firma's alhier verzend
per schip o.m. 1991 balen aajrdappelen
naar Rotterdam voor f 190 aan vracht
en 1050 baal aardappelen naar Amster
dam voor f75.
Dezelfde hoeveelheid zou aan epoor
vracht hebben gekost voor Rotterdam
f 542,50 en voor Amsterdam f 192,90.
Een verhouding, welke wel in staat
moet zijn de heeren van de Nederlandsche
Spoorwegen ©eniger mate te prikkelen,
doch 't bleek maar een voorbijgaand ver
schijnsel te zijn, wijl Engeland in nor
male jaren weinig afneemt enop het
verzoek om vermindering der vrachtta
rieven werd afwijzend beschikt.
In normalen tijd handelde de H. S. M.
als volgt
Het bedrijf, dat hier voor verzending
van producten per schip in aanmerking
kwam, was de groentezouterij.
Dat dit geschiedde, zag de Maatschap
pij met leede oogen, en ze zond een barer
beambten met een ontwerp-contract in de
portefeuille, in welk contract, mits de
zouter zich verplichtte een bepaalde hoe
veelheid per jaar te verzenden, de verzen
ding® voorwaarden zoo waren gesteld, dat
bet verschil tusschen spoor- en scheep-
vracht zoo goed als geheel wa6 opgehe
ven.
De concurrentie bracht de H. S. M. tot
deze vrachtpolitiek.
Wat toen in beperkte mate door oon-
cuurentie tot etand werd .gebracht, zou
dat thans niet. in ruimer mate toegepast
mogen worden in verband met den alge-
mecnen nood der groenten telers?
Leerzaam ie in dit opzicht de spoor-
wegpolitiek, welke Duitechland voor den
oorlog voerde.
Zoo bijv. werden steenkolen, om met
Engelsche te concurreeren, van de Ruhr
naar Hamburg vervoerd tegen belangrijk
lager tarief dan naar andere punten in
■het binnenland.
IJzer voor oen Donaubrug werd voor
bijna niets door Duitechland vervoord,
om te kunnen concurreeren met Oosten
rijk.
16 de no-od der groenten telers voor de
regeering niet een voldoende motief om,
door een zelfde politiek toe te passen, dien
nood te lenigen?
Immers, zonder tastbare hulp zal het
onvermijdelijk zijn, dat milloenen bloera-
koolen eenvoudig omgesabeld worden;
dat men honderdduizenden kilo's kool zal
moeten laten verrotten op het veld.
Dat allee komt niet tot verzending en
moet dus toch op do debetzijde der spoor
wegen worden geboekt.
De tegenwoordige toestand sluit de vol
komen ruïne in van den groententeler.
Het zal moeielijker blijken den tuin-
bouworsstand weer op te heffen nadat hij
geheel zal zijn geruïneerddan cm hem
thans met afdoende krachtige middelen
door de crisis heen te helpen.
Een daarvan is de spoorwegtarieven
verlagen.
Talmt toch niet, het water staat aan
de lippen."
Het komt ons voor, dat wat hier ge
zegd wordt, ernstige overweging ver
dient.
De tarievenpolitiek bij onze sporen ge
volgd is ten nadeele van het land en ten
slotte ook ten nadeele van het bedrijf zelf.
In elk geval de tuinbouw moet ge-
hol pon worden.
Te groote belangen staan hier op het
6pel.
Het leven kan zich nu 'eenmaal niet
schikken naar de ambtelijke sleur.
STADSNIEUWS.
GEMEENTEREKENING 1921.
B. en W. hebben aan den Gemeente
raad overgelegd een suppletoiren begroo-
tingsstaat, dienst 1921, waaruit blijkt,
dat het kassaldo van de gemeentere
kening over 1921, zooals reeds gemeld
werd, f 266,566,785 bedraagt, maar dat er
een exploitatiesaldo is van
f 306.566.785.
Teneinde dit gdheele saldo ten bate van
het dienstjaar 1923 te kunnen brengen,
stellen B. en W. voor aan de begrooting
voor 1922 een nieuw artikel toe te voe
gen: Uitkeering aan den dienst 1923 van
een gedeelte der na het sluiten van den
dienst 1921 ontvangen gelden, dat dienst
jaar betreffende.
De begrooting van 1923 begint dus met
een niet onbelangrijk bedrag van ont
vangst wegens vroegere diensten, dat de
laatste jaren gemist werd.
In hoofdzaak is dit resultaat toe te
schrijven aan de saldi van de Lichtfabrie
ken die de blijkbaar al te voorzichtige
raming zeer ver overtroffen.
Onbegrijpelijk blijft intusschen, hoe B.
en W. het voorstel de Lange, tot verla
ging van den veimenigvuLdigingsfactor
zoo scherp konden bestrijden met het mo
tief, dat dan de dienst 1921 met een
tekort of een onbetekenend saldo zou
sluiten.
De bedoeling i6 natuurlijk geweest, om
in verband met de te wachten daling der
inkomsten, een zoo groot mogelijk bedrag
voor 1923 te reserveeren.
Afgezien van de vraag of het een goede
politiek ie, eigenlijk al belasting vooruit
te laten betalen, zit aan dit optreden een
zeer gevaarlijke kant.
In Mei waarschuwen B. en W. voor een
te wachten tekort. En nog geen twee
maanden later blijkt, dat er een saldo is
van 3 k 4 ton.
Het spreekt van zelf, dat B. en W. op
deze wijze hun invloed verzwakken.
Wordt later en dat zal telkens noo-
dig zijn tegen de financieele gevolgen
van bepaalde voorstellen gewaarschuwd,
dan zal dit weinig indruk niaken, omdat
do Raad leeft in de overtuiging dat B.
en W. geneigd zijn de zaken te donker
voor te stellen.
Vooral in financieel© zaken zal de Raad
B. en W. moeten volgen.
Maar dan moet er ook vertrouwen
zijn.
Leidsche Chr. Oranje-Voreoniging.
De Leidsche Christelijke Oranje-Vor-
eeniging heeft groote plannen.
De opvoering van het Nationaal Alle
gorische Zangspel „Je Maintiendrai"
waarvan wij reeds vroeger melding maak
ten, is thans definitief bepaald op 18, 19
en 20 September a.s.
Drie avonden achter elkaar dus.
Dit zangspel, samengesteld door A.
Kaptein. Kapitein der Infanterie en voor
opvoeringen muzikaal bewerkt door J. H.
van Dalen, Dir. vain het Utrechtsche Sym-
phonie Orkest „Mozart", is een allego
rische utibeelding van de dagen door ons
volk doorleefd aan het begin en aan het
einde van den wereldoorlog.
Het eerste tooneel 6telt voor de onrust
en spanning onder het volk als het ulti
matum van Duitsehland aan Rusland,
per bulletin, bekend wordt gemaakt.
Dan volgt de mobilisatie, waarbij men
ziet het aanplakken van het mobilisatie-
bevel, terwijl de klokken luiden. Aan het
mobilisatiebevel wordt trouw voldaan.
Land en Zeemacht maken zich gereed en
volk en weermacht doen ak de wereld
oorlog uitbreekt de belofte „Wij zullen
Neerland honen".
In hot tweede bedrijf wordt de vrede
voorgesteld.
De wapeneitilstandj is gesloten, de Ie*
vensomstandigheden zijn moeilijk, maar
het „ik zal handhaven" blijft de leus,
vooral als er in den vreemde stemmen op
gaan om Limburg en Zeeuwsch-Vlaande-
ren van ons af te scheuren.
Aan het dot ziet men den Vredesengel
die als de gevaren voorbij zijn een krans
aan de vlag hecht, waarna de Nederland
sche Maagd, ontroerd door den rijken ze
gen haar dankbaar hart uitstort in het
Mijn 6chilt en mijn betrouwen
Sijt gbij, o God en Heer!
Aan dit zangspel zullen naar, wij ver
nemen een 70 persenen deelnemen, w.o.
soldaten van het korps Gele Rijders
uit Arnhem en van het Korps Ge
nietroepen en het Symph onie-Orkest
van het 3e Reg. Huzaren te 's-Graven-
hage.
De Nederlandsche Maagd wordt uitge
beeld door Mej. Sophie Beijen, concert
zangeres te Utrecht en de Vredesengel
door Mej. Hermine de Breij, leerares in
solozang te Utrecht.
GEMEENTERAAD.
De Raad dozer gemeente zal op Maandag 28
Augustus 1922, des namiddags te twee uur ver
gaderen.
Te bohandelen onderwerpon:
1. Benoeming van een leeraar in de oude talen
aan het Gymnasium.
2. Benoeming van een leeraar in de wiskunde
aan het Gymnasium voor den cursus 1922—1923.
3. Vaststelling van eene opgave van pereouen
voer do benoeming van drie leden van het Col
lege van Zettere voor 's Rijks Dirocte Belaatin*
gen.
4. Voorstel:
a. tot ontbinding van de Commissi© tot wering
van Schoolverzuim in hare tegenwoordige samen-»
stelling;
b. tot benoeming van 9 leden dier Commissie;
c. tot intrekking en opnieuw vaststelling van
het Huishoudelijk Reglement dier Commissie;
d. tot herziening van de regeling van de bo*
looning van den Secretaris, het presentiegeld der
leden en de vergoeding voor bureaukosten;
e. tot beschikbaaretelling van de meerdere op
den dienst 1922 benoodigde gelden in verband
met de regeling sub d.
5. Voorstel in zake het verleenen van eervol
ontslag aan een onderwijzer en de overplaatsing
van onderwijzers en onderwijzeressen, in verband
met de reorganisatie van het Lager Onderwijs.
6. Balansen en "Winst- en Verliesrekeningen,
dienst 1921, van de Stedelijke Fabrieken van
Gas en Electriciteit.
7. Suppletoire staat van begrooting, dienst
1921 van de gestichten „Endegeeet", „Voorgeeat"
en „Rhijngeest."
8. Balans en Winst- en Verliesrekening, dienst
1921, van de gestichten „Endegeest", ..Voorgeest"
en „Rhijngeest."
9. Balans en Winst- en Verliesrekening, dienst
1921, van hot Openbaar Slachthuis.
10. Balans en Winst- en Verliesrekening, dienst
1921, van het Gemeentelijk Grondbedrijf.
11. Balans en Winst- en Verliesrekening, dienst
1921, van het Distributiebedrijf van vleesch en
visch.
12. Suppletoire begroot ing. dienst 1921, van de
Stedelijk© Werkinrichting.
13. Staat van af- en overschrijving op de b(S
grooting, dienst 1921, van de. Stedelijke Werk
inrichting.
14. Rekening, dienst 1921, van de Stedelijke
Werkinrichting.
15. Suppletoire begrooting, dienst 1921, van
de Gemeentelijke Bank van Leening.
16. Balans en Winst- en Verliesrekening, dienst
1921, van de Gemeentelijke Bank van Leening.
17. Rekening, dienst 1921, van de Gezond
heidscommissie.
18. Rekening, dienst 1921, van het Leidsch
Muziekkorps.
19. Suppletoire bcgrooting, dienst 1922, van
den Armenraad.
20. Rekening, dienst 1921, van het Burgerlijk
Armbestuur.
21. Praoadvies op het verzoek van de N. V.
Algemoene Brandstoffenhandel „Leiden" om de
te bouwen wagenremiso op het terrein aan den
Haagweg No. 15, van hout te mogen maken.
22. Voorstel:
a. tot ontbinding van de huur van het porceel
Vliet No. 43, aangegaan met J. Huge;
b. tot verhuring van die woning aan G. J. van
Leeuwen.
23. Voorstel tot verhuring van het winkelhuis
Breestraat No. 94, aan do dames Tb. Bayer en
M. Goddijn.
24. Voorstel tot ko6tolooze overname in eigen
dom en onderhoud hij de gemeente van eenige ge
deelten van de Schelpenkade en tot beschikbaar
stelling van gelden voor de verbetering dier kade.
25. Voorstel tot kostolooze overname in eigen-,
dom en onderhoud bij de gemeente van de la Rey
straat en de Pretoriusstraat en tot beschikbaar
stelling van gelden voor de verbetering dier
straten.
26. Voorstel tot wijziging der begrooting,
dienst 1922, in verband met de tijdelijk© beleg
ging van kasgeld.
27. Praeadvies op het verzoek van de Wed.
A. van Veen-Sip om toekenning van een weduwe-
pensioen, subsidiair een© jaarlijkscho gratificatie.
28. Voorstel om te besluiten dat de gemeento
verweer zal voeren togen den eisch van do N. V.
Leidsche Melkinrichting „de Landbouw", tot be
taling van schadevergoeding wegens het te water
geraken van oen paard en wagen.
29. Voorstel:
a. tot het aangaan van overeenkomsten met de
gemeenten Wassenaar, Oegstgeest, Leiderdorp,
Zoeterwoude, Alkemade, Rijnsaterwoude en Lei-
muiden, in zake de vorming van oen keurings*
dienst van vee en vleesch;
b. tot toekenning van een vergoeding aan den
Directeur en den Adjunct-Directeur van het Open*
baar Slachthuis voor do leiding van dien dienst;
c. tot aanstelling in tijdelijken dienst van eeu
keuringsveoarta en van twee hulpkouroiecsters
d. tot regeling van de bezoldiging van den
keuringsveearts 6ub c bedoeld.
30. Praeadvies op de motie van Mevr. van
Itallie-van Embden en den heer Sijtsraa, in zake
don aanleg van een of meer kinderspeelplaatsen
en op de verschillende adressen in zake de be
schikbaarstelling van een sportterrein.
31. Praeadvies op het voorstel van den heer
ADVERTENTIE-PRIJS.
PER GEWONE REGEL f 0.221
DES ZATERDAGS f 0.30
INGEZONDEN RECLAMES n>, n" RUSH
KLEINE ADVERTENTIES van hoogstens
30 woorden 50 cent; Zaterdags 75 cent
bij vooruitbetaling. z-i
A. Eikerbout, in zake de salarisregeiiog van en*
kele categorieën van het verplegend personeel
der gestichten „Endegeest", „Voorgeest" en
„Rhijngeest."
32. Voorstel tot overbrenging van het dienst*
jaar 1921 op dat van 1922 van de benoodigde
gelden voor de voldoening van eenige onbetaald
gebleven vorderingen en tot voldoening van gel*
den uit den post voor „Onvoorziene Uitgaven'4
voor 1922.
33. Rekening van de Ontvangsten en Uitgaven
der gemeente over het jaar 1921, met inbegrip
van die dor Haarlemmertrekvaart.
34. Bezwaarschriften tegen aanslagen in de
plaatselijke directe belasting, dienst 19181919,
1919-1920 en 1920-1921.
Do heer A. W. Chri6tiaanse
alhier ie geslaagd voor het. examen Nij
verheidsonderwijs.
Ter benoeming tot leeraar in de
oude talen aan het gymnasium alhier
wordt aanbevolen do hoer J. J. E. H o n-
dius, than® tijdelijk leeraar aan het
gymnasium en tot tijdelijk leeraar in de
wiskunde aan deze inrichting do heeren
Y. E. Vreeken te Leimuiden, pa V.
E e b a c h te Leiden.
In verband met het op 1 Sopt. a.e.
in werking treden dor wet tot vereenvou
diging van de redhiepleging in lichte
strafzaken, zullen de zittingen van het
Kantongerecht te Leiden, voor strafzaken
op Maandag des voormiidags 10 uur en
op Woensdag des namiddags 2 uur wor
den gehouden.
De Koningin op reis.
Op 5 September zullen de Koningin cn
Prins Hendrik officieel aan het Centraal
spoorwegstation te Kopenhagen ontvan
gen worden.
Er velgen dien dag een ontvangst ten
stadhuizo, een bezoek aan het kasteel Ro
senborg cn een banket in hot koninklijk
paleis Amalienberg.
Op 6 September zullen de Koningin en
de Prins het diplomatieke corps te Ko
penhagen en de Nederlandsche kolonie al
daar ontvangen; vervolgens brengen Zij
een bezoek aan het nationaal "kunstmu
seum, voorts aan het- kasteel te Frcderiks-
borg en 's avonds wonen zij een galar
voorstelling bij in den Koninklijke
Schouwburg te Kopenhagen.
Op 7 September bezoeken H. M. en Z.
K. H. Amager, oen voorstad van Kopen
hagen, waar afstammelingen van Neder
landers wonen, en de Nederlandsche ten
toonstelling te Kopenhagen. Op 8 Sep
tember vertrokken zij, zooals roods go-
meld is, naar Stockholm.
De Koningin zal bij haar officieel be
zoek met don Prins naar Scandinavië ver
gezeld worden door mevr. Van Loon,
dame du Palais, waarnemend grootmees
teres; jkvr. Van Swinderon, hofdame;
mej. Van Rijn van Alkema, lectrice; jhr.
mr. Van Karnebcek, minister van buiten-
landsche zaken; vice-admiraal Bauduin,
adjudant- gemeraal en chef van Hr. Ms.
Militaire Huis; graaf Dumonceau, opper-
ceremoniemoestor, en groot meester jhr.
mr. Van Tets, chef van het Kabinet der
Koningin; jhr. Von Mühlen, adjudant van
den Prins; jhr. Sickingha, kamerheer;
jhr. Van Reigersberg Versluys, adjudant,
en jhr. Von Heijden, ordonnance-officier.
De reis gaat van Apeldoorn via Gro
ningen, Warnemüudo, Gjedser, Kopenha
gen. Malino, Stockholm, Christiania. Ko
penhagen terug naar Apeldoorn. De reia
zal geheel met den Koninklijken hoftrein
gemaakt worden.
Het ligt in de bedoeling, dat de Ko
ningin bij haar bezoek aan de Scandina
vische hoofdsteden do aldaar gevestigde
Nederlandsche kolonies zal ontvangen.
Die ontvangsten zullen plaats hebben aan
boord van een der Nederlandsche oorlogs
bodems.
FEUILLE T $N.
De Germaansche gevangene
Een verhaal uit de eerste eeuw onzer
jaartelling.
(68
„Maar indien dit nu eens de wraak
voor dat krui6 is?" vroeg hij met holle
stem.
„Dan ga ik nog veel eer," zeide zij, „om
met mijn volk te bidden en te lijden. Van
zijn hand is elke 6lag een zegen. En wie
of de vervolgers daardoor niet juist
bot inkeer komen, zoowel te Jeruzalem als
Tiberias. Ik weet dat zijn dreiging
slechts ec-n forscher middel is om de men-
Bchen tot hem te brengen."
De oude man boog het hoofd.
„Ik ten minste heb zijn straf verdiend,"
mompelde hij. En iets later: „We zullen
i<aan!" Haar oog ontmoette het. zijne, en
lii zag zijn blik, rechtuit en onbeneveld,
Sooals ze hem in geen jaren gezien had.
Hij sprak niets -over de groote kosten.
Eindelijk was hij opgestaan uit zijn mod
derpoel, ©n achtte hij zijn gond niet bo-
■Ven alles.
Haastig werden de toebereidselen voor
de reis gemaakt. Met eenige bezorgdheid
Esther haar man den volgenden mor
gen zijn schatkamer binnengaan, vanwaar
hij zoo dikwijls gebeel door geldzucht be
zeten was teruggekomen. Maar na korten
tijd keerde hij weder met een kal men blik
en glimlachend.
,,'k Heb de beleende artikelen gewaar
merkt, om ze aan de eigenaars terug te
gewen, indien we eens niet mochten terug
komen."
De oude liefde voor haar kwam van on
der 't looden wicht, dat er jarenlang op
gedrukt had, weer boven. En met een hart,
ontheven van zijn bangste zorg, begon
Esther de plechtige reis naar Tiberias.
Onderweg spraken ze weinig. Een
vreemd to-oneol kregen ze te aanschou
wen toen ze het meer van Galilea nader
den.
't Was zaaitijd. Maar geen enkel© land
man was op de velden te zien. Hun muil
ezels droegen 'hen door verlaten land, tot
ze den laatsten heuvel voor Tiberias be
stegen hadden. Vandaar weidde het oog
over een ontelbare menigte, die rond de
6tad gelegerd was.
„Waarlijk schapen zonder herder!" riep
Esther, in tranen uitbarstend. „Zij dwon
gen den Goeden Herder hun landstreek te
verlaten, en hij ging!"
Esther wilde niet verder rijden. Ook
Onias steeg af; ze kleedden zich in zakken
en wandelden langzaam naar omlaag tot
midden onder hun volksgenooten. Welk
een verschil tusschen deze zwijgende,
6meekende menigte in gescheurde kleede
ren, cn de groote groepen volks, die hier
enkele jaren geleden hoopvol naar Zijne
stem geluisterd hadden!
Geen levendige Oostersche kleuren wer
den gezien. Allen waren met zakken be
kleed; asch op het voorhoofd; een groote
vergadering van allerlei leeftijd en stand;
zwijgende smeekelingen. Geen geween en
geklaag! Geen toespraken. Enkel zwij
gend smeeken. Niemand ging naar hui6
of veld terug. Daar behoefde niet gezaaid
te worden; daar was geen dak noodig alj
vorens ze zeker waren dat de tempel huns
Gods niet verontreinigd worden zou.
Reeds sedert verscheiden© dagen om
ringde dit zwijgend verzoekschrift den
landvoogd, die verslagen en aarzelend in
Tiberias vertoefde.
Toen Esther met Onias de menigte be
reikte, was reeds menigeen uitgeput van
't lange wachten.
Zwijgend namen zij hun plaats in.
Dag aan dag bleef do vergadering daar,
steeds aangroeiend; niemand ging naar
huis terug.
't Was ^buitengewoon warm, zelfs voor
die geblakerde vallei, met haar tropische
hitte en vruchtbaarheid.
Den geheelen dag waren die duizenden
blootgesteld aan de stralen van de zon, die
alles blakerde. De nacht zelfs bracht nau
welijks eenige verademing aan.
De eenige afwisseling in 't angstig, be
droevend wachten werd aangebracht door
den terugkeer van de aanvoerders, met de
tijding dat men den landvoogd nog niet
had mogen ontmoeten, of dat hij opnieuw
geweigerd had.
„Hij moest alleen gehoorzamen", had
hij gezegd. Het standbeeld was reeds bij
Sidonische beeldhouwers te Ptolemai6 in
bewerking. Dagelijks naderde het zijn vol
tooiing. Wie kon den keizer weerstaan!
De aanvoerders antwoordden dat ze aan
geen oproer dachten, maar dat. allen zich
eer lieten vermoorden dan Gods bevel te
schenden.
En met, Oostersche levendigheid ont
blootten zij den hals, die 'het zwaard aan
biedend. De soldaten konden hen, zonder
tegenstand, een voor een slachten. Ro
me's macht was onweerstaanbaar; maar
geen macht ter wereld kon hen dwingen
zelf Gods huis tot afgodstempel te ver
lagen.
Veertig dagen lang duurde dit pleidooi.
Vreemde, angsiige dagen cn nachten
voor Esther. Zag niemand behalve zij
vreemd verschil en zonderlinge overeen
komst? Was daar niemand die do genezen
de handen gevoeld, do onvergelijkbare los
sen gehoord had? Niemand dio de Zalig
sprekingen herdacht? Of het „Wee u!"
vernomen had?.
De geheole stilte scheen haar van dat
dreigend, zeker „Woe u!" vervuld.
Had geen van al die duizenden hem
gezien in dien verschrikkelijken nacht,
door Romeinsche soldaten voortgestooien,
door Joodsche overpriesters omstuwd, ge
sleurd voor een minder-barmhartigen Ro-
meinschen landvoogd; zonder dat een en
kele ©tem in zijn voordeel rees?
Dacht niemand er aan hoeveel vreselij
ker ontheiliging de heilige stad zichzelve
aan gedaan had dan ooit over haar ko
men kon door do oprichting van eon af
godsbeeld?
Niemand: hoo de Zone Gods verwor
pen was, het heiligdom van zijn leven ont-
eerd; het beeld van den Vader ontheiligd?!
Voor Esthers oog 6tond nu haar ge-
heele volk smeekende, voor den Romein?-
schen landvoogd, in de plaats van den
verraden Koning.
Zij knielde neder en weende. Maar nie*
alleen bittere en hopclooze tranen.
Zou haar volk nii bot bezinning komea^
en nog niet te laat?
De lankmoedigheid, die zij verwonen
hadden, was zoo onuitputtelijk; de liefde,
dié ze veracht hadden, zoo oneindig! En
zoowel in hun ongeëvenaarde ondankbaar
heid, als nu in hun heldhaftige vader
landsliefde, wisten deze verblinde men*
6chen „niet wat ze deden."
(Wordt vervolgd),