Dagblad voor Leiden en Omstreken. ABONNEMENTSPRIJS U IN LEIDEN EN BUITEN LEIDEN ïj WAAR AGENTEN GEVESTIGD ZIJN PER KWARTAAL i 12.50 TER WEEK 10.19 FRANCO PER POST I'ER KWARTAAL I 2.90 3de JAARGANG. - MAANDAG 21 AUGUSTUS 1922 - No. 722 Bureau:Hooigracht35 - Leiden - Tel.lnt.1278 - Postrekening58936 ADVERTENTIE-PRIJS. PER GEWONE REGEL t f 0.221 DES ZATERDAGS 4 10.30 INGEZONDEN RECLAMES DITBB*' T A RIEK KLEINE ADVERTENTIES van hoogstens 30 woorden 50 centZaterdags 75 cent bij vooruitbetaling. 1 Werkeloosheid. 'Als oen donkere wolk hangt boven de -wereld van den arbeid ook in ons land, de dreigende werkloosheid. Wanneer daar monsehen zijn die niet -willen arbeiden omdat ze te slap zijn en te lamlendig om de handen uit de mou wen te steken, dan is dat betreurenswaard. Aangrijpender is, wanneer daar mon sehen zijn die wel willen arbeiden, maar die door God op het ziekbed worden neer gelegd of wien de kracht ontbreekt, om brood te verdienen, al is hierbij de troost dat het God is, die zoowel gezondheid geeft als krankheid. Maar nog erger, zoo mogelijk is het, wanneer daar menschen zijn, mannen in de kracht van hun leven, die wel wil len arbeiden, en die ook wel kunnen arbeiden, bij wie de spieren trillen van ingehouden levenskracht, maar die niet mogen arbeiden, omdat er niemand is die hen huurt en die gedwongen zijn, ledig te staan op de marlet des levens. Dat is een droeve toestand. Werkloosheid bebeekent armoede, ach teruitgang; er is gevaar voor zedelijke verwerding, vooral wanneer dit verschijn sel een permanent karakter dreigt te krij gen. Daarvoor bestaat nu gevaar. Wie de sociale berichten volgt, weet hoe de berichten over dreigende werkloos heid niet van de lucht zijn. Wij mogen den ernst van dit verschijn sel niet onderschatten. En geen middel dat kan helpen om dit euvel te verkleinen, mag onbeproefd wor den gelaten. Te betreuren is zeker, dat door samen werking van patroons en arbeiders, niet meer gedaan wordt om dit kwaad te be strijden. Maar te betreuren is ook, dat de werk loosheid gebruikt wordt, om politieke agi tatie te verwekken, zooals dat van zekere zijde gedaan wordt. De Overheid zoo stelt men het voor moet op onbekrompen wijze voor de werkloozen zorgen. Maar men vergeet, dat de Overheid over geen andere middelen beschikt, dan uit de belastingen worden opgehaald. Of liever, men vergeet het niet, maar men stelt opzettelijk.de zaken scheef voor, om dan de plaatselijke en de landelijke Overheid in gebreke te kunnen 6fellen. Leerzaam is in dit verband wat ,,P ar triraonium" over de werkloozenzorg im Zweden meedeelt. „Afgevaardigden van de werkloozen, aldus dit orgaan, brachten een bezoek bij den Minister, belast met de zorg voor de sociale aangelegenheden, in verband met het intrekken van den steun aan werk loozen. De Minister beloofde te doen wat hij kon, doch legde er den nadruk op, dat tiodh eenmaal de tijd moet komen, dat alle steun aan werkloozen moet ophou den." Waar is dit geschied? Wellicht in Nederland, in Den Haag, waar, volgens de 6ociaal-democraitische ■pers, een „honger-Ministerie" het bewind voert? Gelukkig niet! Het bericht komt uit Stockholm. En do Minister, waarvan hier sprake is, behoort tot de sociaal-democrati sche Arbeiderspart ij. Daarbij moet ook bedacht, dat in Zwe den de verzekering tegen werkloosheid niet tot ontwikkeling is gekomen. Er is in dat land veel werkloosheid. Maar het sociaal-democratisclhe. Kabinet deed heel wat minder dan onze Regee- Ting. In de sociaal-democratische pers ten onzent wordt meermalen in dezen geest geschrevende „Christelijke" Regeering heeft geen geld voor de werkloozen, wél geld voor leger en vloot. Welnu, mogen wij dan ook ten aanzien van dat punt eens even naar Zweden ver wijzen? Daar houdt het sociaal-democratische Kabinet een leger in stand, dat onge veer dirie maal zoo groot i6 als het onze, hoewel do bevolking van Zweden kleiner is. En daar ligt, blijkens een dezer dagen verschenen officieel rapport, een uitbrei- dig van de Marine in het voornemen. Men lelie steeds ernstig op de daden dei* sociaal-democraten in de landen, waar zij niet meer in de oppositie zijn. Dan valt op hun houding hier te lande het juiste licht." Volkomen juist. Het is onbillijk, om, zooals dat van" Soc. Dem. zijde steeds gedaan wordt-, de Ro- georing in gebreke te stellen. En het is m i s 1 e id e n d ook, omdat op die wijze bij de werkloozen een hoop verwekt wordt, die toch niet kan worden verwezenlijkt. Aan ijdele beloften en valsche voorstel lingen hebben wij niets. Maar wèl is het noodig dat door samenwerking getracht wordt, de gevaren, die hier dreigen, zooveel moge lijk te beperken. STADSNIEUWS. Zendingstent. Hot work van do Evangelisa tie ten tbekoort wat Leiden betreft, weer tot bet verleden. Gisteren werd de laats to samenkomst gehouden en vandaag wordt do tent weer opgerold, om straks in oen andore plaats weer gelegenheid te geven voor de verkondiging van bet Evangelie. Het Comité dat kior in Leiden de samenkoun sten organiseerde mag zeker met grooto voldoe ning op de afgeloopen campagne terugzien. Er was oen hartelijke samenwerking van per sonen van verschillende kerkelijke richting en de opkomst heeft zeker de verwachtingen overtrof fen. Steeds was er niet alleen een groot, maar ook oen zeer belangstellend gehoor. En avond aan avond werd door mannen van zeer uitecnloopende richting, het Evangelie ven kondigd. Ze waren het niet altijd eens over de groote leerstukken, wat ook in de prediking uitkwam, do gaven waren verschillend, de wijzo van Voor stelling was anders, maar hierin waren allen één, dat zij twee punten met nadruk op den voor grond stelden: zonde en genade, val en verlos* sing, dood en leven. Of het zaad dat gezaaid werd vruchten zal dragen? Wie zal het zoggen. Maar het zaad is gestrooid het Woord is gebracht, en hot zal doen wat God behaagt. Ook Zondagavond was er weer een enorme belangstelling. Reeds te kwart voor acht, waren alle zitplaat* een ingenomen en nog steeds stroomde de schare toe, zoodat ook nu weer een deel van het tent doek moest worden opgeslagen om hen die buiten stonden, gelegenheid te geven om to luisteren. Als sprekers traden op Ds. Punselie en de heer van der Kloot Meyburg. In zijn slotwoord deelde Ds. Punselie, de voor* zilter van het plaatselijk comité mede, dat er nog oen tekort is van f 250. De kosten waren voel hoog or dan geraamd was, zoodat het niet golukto de rekening sluitend to maken. Honderd rijksdaalders, dat is een boel bedrag. Maar als de vole honderde bezoekers, die met zoo groote belangstelling de samenkomsten bij* woonden, allen een klein bedrag offeren, dan is dit tekort toch spoedig gedokt. Bijdragen worden gaarne in ontvangst genoa men door Ds. Punselie en door de andere lodoa van het plaatselijk comité, Prof. Dr. H. G. van de Sande Bakhuyzen. Woensdag 20 December as. is het 50 jaar ge leden, dat prof. dr. H. G. van do Sande Bakhuy zen, sinds 21 September 1908 emeritus, aan de Leidsche Universiteit het ambt van hoogleoraar in cte sterrenkunde aanvaardde, alsmede dat van directeur van de Leidsche Sterrenwacht. Naar gemeld wordt, bestaan er onder zijn ambtgenooten en oud-leerlingen plannen, hem op dien dag een hulde te bereiden. Do heoren Baginda Dahlan Abdoellah en Mas Samsi Sastrawidagda rijn wegens het eindi gen van hun verbintenis afgetreden als hulp- leeraar bij de Leidsche Universiteit in het Mas leisch en in het Javaansch. Naar gemeld wordt zal in deze vacaturoa worden voorzien door de benoeming van den heer Poerbatjaraka (reeds eenigen tijd alhier woon achtig) tot hulpleeraar in het Javaansch en van den heer Mohamed Zain, lid van den Volksraad, te Batavia, tot hulpleeraar in het Maleisch. Voor do Ch"r. Middenstandsvereen. zal, naar wij van bevoegde zijde vernemen op 12 October a.s. optreden de heer L. Attema, Directeur van het Chr. Mirldenstandsbureau met het onderwerp: „Do toekomst van den den Middenstand." Diepgaande herziening dor Lager Onderwijswet. We laten hier nog volgen het volgende fragment uit de artikelenserie in „de Stan daard", waarvan we reeds eerder een ge deelte plaatsten. Het blad betoogt, dat zijn vooretellen wijzén op een omvangrijke herziening der L. O.-wet. Niet alleen toch dat het heele streven in de richting eener Staat6-alaorg moet worden afgebroken, maar daarvoor in de plaats moet het instituut der schoolbestu ren zorgvuldig worden opgebouwd, en dan en daarna moet de heele financieel© parar graaf worden omgewerkt en gansch an dere dan nu opnieuw ineengezet. En dat zal geen gering work zijn; in tegendeel, het zal een zeer groot werk zijn. Temeer, als we er nu nog bij beden ken, "dat we alleen op do hoofdzaken zijn ingegaan, maar zoodra het er v^rkelijk op aan gaat komen, ook over andere din gen, bijv. over het schooltoezicht nog wol eons het oen en ander in 't midden zal zijn te brongen. Men bedenke- maar eens, dat over de openbare school toezicht houden: 1. De hoofdinspecteur. 2. De inspecteur. 3. De schoolopziener. 3. De ambtenaren, die krachtens de wet bovendien nog voor 't schooltoezicht aangesteld kunnen worden. 5. Burgemeester en Wethouder®. 6. De commissie van toezicht op 't L. O. door den Gemeenteraad benoemd. Voegt men hier nu bij „de commissie tot wering van schoolverzuim" dan blijkt dat 't apparaat rondom de scholen bot derzelver welstand opgericht, rijkelijk groot is. Wij vroezen zeer, dat, als een toezicht aan zooveel personen en colleges is opgedragen ,er wél bar veel notulen wor den geschreven en .paperassen worden ver knoeid, maar 't eigenlijk toezicht totaal in 't honderd loopt en bovendien zeer veel geld kost. We stippen dit in 't voorbijgaan slechts aan als een illustratie op onze gedachte hoeveel erv behalve alles wat we in on ze vorige artikelen hebben gonoemd bij een omvangrijke herziening der L. 0.- wet-1920 op de helling zal moeten. Een der sterkste bond gen ooten, dien we op 't moment bij onze herzieningsplan nen hebben, is de Minister van Financiën. De nood toch der openbare kassen is van dien aard, dat elke bezuiniging, die ook maar ©enigszins plausibel is te maken, doorgevoerd moet worden. De bijl van Geddes moet er in, duchtig en diep. Er moet geweldig worden bezui nigd. En nu is 't zeer zeker waar, dat bezui nigen en -bezuinigen twee is. Er kan bezuinigd moeten worden op punten, waar 't bitter pijn doet, zich te moeten bekrimpen. Er kan echter ook bezuinigd werden op punten, waar 't met blijde voldoening wordt begroet. En ongetwijfeld moet dan elk stuk, dat onder 't laatste chapiter valt, het eerst aan de orde worden gestold. Zoo hopen we. da/t een duchtige en diepgaande herziening van 't onderwijl- apparaat in den zin als door on6 bepleit, alle voorstanders der bezuiniging sterk interesseeren zal. De publieke kas kan, op de wijze als door ons bedoeld, zonder schade voor 't onderwijs op buitengewoon belangrijke wijze van enorme uitgaven worden ont heven. Ja, naar onze overtuiging zal zulk een bezuiniging, in plaats van 6chade aan volksleven en onderwijs toe te brengen, aan 't gansqhe volksleven en 't gansche onderwijs rijke gelegenheden tot krachti ger bloei en dus onnoemelijk groote voor dooien brengen. Wij doen, zoo besluit het blad, dus een zeer krachtig beroep op de voorstanders der bezuiniging. BINNENLAND. Het tekort bij de spoorwegen. In het jongste nummer van de Econo- miisch-Statistische Berichten bespreekt de heer van Kretschmar van Veen, directeur der Ned. Centraal Spoorwegmaatschappij cn oud-directour der Maatschappij tot Ex ploitatie van Staatsspoorwegen het tekort bij onze spoorwegen. Dat vooral op de personeel uit gaven na druk wordt gelegd, lag z.i. voor de hand. Immers als men wil zoeken naar oen be sparing van beteckonis, dan komt mon eerst tot de groote vaste uitgaven voor brandstoffen, onderhoud, administratie, ten bedrage van ruim f6414 millioen waarop niet noemenswaard is to bezuini gen zonder een goede exploitatie in ge vaar te brengen. In de tweode plaats zijn de vaste las ten, als huur van spoorwegen, interest, afschrijvingen enz. tot een gezamenlijk bedrag van 33 millioen, onmogelijk in to krimpen. Blijven dus over de uil gaven voor per soneel. Hei personeel zelf meent, dat dit geen verlaging kan lijden. In het Oosten van de Bom meier w aard zijn echter de loonen van land- en tuin- bouwarbeiders f 12 a f 16 per week; in Oostelijk Noord-Brabant f 16 a f 18 zon der meer; de minst bezoldigde station- of wegarbeider, in die buurt, ontvangt f 28 per week, plus recht op premievrij pen sioen, kostelooze geneeskundige behande ling, ziekteuilkeering, dienetkleeding, vrij vorvoer voor zich en gezin en benoodigd- •heden voor huishouding, zeer beperkten arbeidstijd, recht op verlof. Een tuin- of boscharbeider onder Hil versum is te krijgen voor f 18 a f 22 per week; aan den spoorweg geniet de minst bezoldigde f 29, benevens de genoemde voordeelen. Ik bepaal mij tot deze voor beelden; ze zijn door ieder gemakkelijk te vermeerderen. De loonregeling deelt het land in 3 loon groepen, met verschillen van 4 en 8 pet., tegenover de hoogste; het is niet twijfelachtig, dat de plaatselijke loon- slandaard daarmede niet in overeenstem ming is. Behalve door de loonregeling worden de loonuitgaven beheerecht door het aan tal pensonen, waarvoor zij geldt... Het spoorwegpersoneel is niet onder worpen aan de arbeidswet., doch op aan drang van den Minister van Wateretaat is de regeling der dienst- en rusttijden zoo veel mogelijk in overeenstemming met de bepalingen dier wet gehouden. Dit is wel de voornaamste reden, dat het personeel der Nederlandsche spoorwe gen van 31 December 1919 tot 31 Decem ber 1921 is toegenomen met 8.206 man (van 43.872 tot 51.078), hetgeen bij de tegenwoordige loonregeling een uitgave bciteekent van minstens f 15.000.000. Dd cijfers spreken nog sterker als men 1921' vergelijkt met 1918, toen op 31 December! slechts pl.m. 39.000 man in dienst waren, terwijl toch sedert dien geen nieuwe 6poorwegeu in exploitatie werden geno- men cn de dienst nog altijd niet de uitge breidheid van 1913 heeft; in 1919 werd reods, in verband met de toegezegde ver korting van diensttijd met aannemen vai* personeel begonnen. Spoorwegvcrbind ing. Aan het kruispunt der spoorlijnen: Amersfoort—Kesteren en Utrecht-Arn hem wordt aangelegd een vorbindings- boog ten behoeve van het goederen vervoer p~trecht KesterenNijmegen. Waarschijnlijk zal deze in de toekomst ook voer het personenvervoer worden be nut. Ecu commissie uit de Kamer van Koop- handol De Geldersche Vallei, onderzoekt thans, naar een V. D.-bericht meldt, de mogelijkheid van een tweeden boog aan genoemd kruispunt voor oen directe ver binding Amersfoort.Arnhem. De Kamer te Arnhem interesseert zich eveneens vooï dezo verbetering. De Plattolandersbond. Te Utrecht komt Woensdag 23 Aug. het hoofdbestuur van den Plattelanders- bond bijeen, om nogmaals de kwestie in zake de gekozen candidaton te bespreken. Tovens wordt dan de vraag behandeld of de linksche en rechtsche fractie van den Bond geen afzonderlijke partij zullen vor men zonder eenig hoegenaamd onderling vorband. De Invaliditeitswet. Ingediend is een wetsontwerp houdende bekrachtiging van den bij Kon. besluit van 17 September 1921, gewijzigd 20 Mei 1922, vast.gestelden algemeenen maatre gel van bestuur tot regeling van een pre miebetaling over meer dan één termijn* waarover loon in geld wordt betaald. Italiaansche oorlogsschepen. Het Italiaansche opleidingeschip „Fer- rucio" en do Italiaansche torpedojager „San Martino" zullen den Hen September ons land bezoeken, waarbij echter in af wijking van een vroeger voornemen uit sluitend Amsterdam zal worden aange daan. Den klasseplicht verzaakt. In Amerika is een conflict in het mijn wezen, waardoor de kolenvoorziening ge vaar loopt. De Amerikaansche industrie tracht zich nu van elders te voorzien en maakt daarvoor gebruik van Engelsche, Hollandscho en andere 6cheepsruimte. Do Ned. Federatie van Transportarbei ders, in samenwerking met de Ned. Zee- liedenvor. „Eendracht", hoeft in verband hiermede het bestuur der Intern. Federatie van Transportarbeiders gekapitteld ovef zijn passieve houding bij dit conflict. „Het heeft ons getroffen, zeggen da •briefschrijvers, dat de leiding van de In tern. Foderatie van Transportarbeiders gemeend heeft, in dezo haar klasseplicht te moeten verzaken, en niets doet teneinde de reeds maandenlang strijdende klago gen ooien uit het Amerikaansche mijnbe drijf te hulp te komen, ja zelfs toelaat, dat door haar leden de strijd van de Ame rikaansche arbeiders ernstig wordt bena deeld. Volgens onze meening moet het me dewerken bij het vorvoer van kolen naar Noord-Amerika dienstig om het effect van de mijnarbeidersstaking buiten wer king to stellen beschouwd worden als onderkruiperii. Wij willen derhalve oon- stateeren, dat de leiding van do Intern. Trainsportarboidersfedoratio ernstig in ge breke i6 gebleven en haar klasseplicht verzaakt heeft." Brrrü FEUILLETON. De Germaansche gevangene Een verhaal uit de eerste eeuw onzer jaartelling. 86) Niet alleen het leven aan gene zijde van deze lagere wereld; ook dat der kleine kinderen, dartelend aan den ingang, elke trap, elke halte op den langen pelgrims weg was geheiligd door dat menschen- ieven zonder zonde, dat ook zondeloos •geëindigd en nu voor eeuwig hernomen was. Die Zaligmaker wijdde alles voor haar tot een tehuis; niet alleen het graf, maar ook Hilda's woning met kleine kin deren; ook den oever van 't meer; ook den disch dien hij gezegend had. In Siward ontwaakte opnieiiw met ver hoogden glans al de hoop en elk voorne men zijner jeugd. Hij had den Bevrijder gevonden, den Koning, die verlost door te Tegeerendie de ware vrijheid geeft, niet van de beesten in 't woud, maar van 't geordende koninkrijk; die de vrijmaking der menschen aanvangt door hen uit hun eigen slavernij te verlossen. Christendom verdoofde niet., maar veredelde en ver hoogde in" hem de vaderlandsliefde. De Kerk in haar eerste dagen wischte niet de kleuren en eigenaardigheden der verschil lende rassen, uit. Haar „In Christus is geen Jood of Griek", veranderde het volloskartikter evenmin, als haar „In Christus is geen man of vrouw", het on derscheid tusschen man eu vrouw weg nam. In hem werd niets eigenaardigs ver nietigd, maar alleen wat scheidt wegge nomen. Nooit sloeg Si wards hart warmer voor ziin volk; gevoelden Cloelia, Calüas en Esther meer ieder voor hun vaderland, dan toen zij in den éénen Heer de vervul ling hadden gezien van 't hoogste ideaal van Germaanschien vrijheidszin, Ro- meinsch plichtgevoel, Grieksche mensche- lijkheid on Hebreeuwsche godsvrucht; en de vervulling daarvan hoopten in 't ©ene gezin van vele broeders en zusters. Het nieuwe koninkrijk was gekomen, dat An- tiochiö bijna evenveel wijdde als Jeruza lem. Jeruzalem was het Bethlehem der Kerk, waar de engelen rondom haar wieg zongen van welbehagen in menschen; An- tiochiö was haar Nazareth, 'het eerste te huis van haar zelfbewuste jeugd; de doop vont waar ze haar eigen naam kreeg; de plaats waar de Joodsche natie werd inge lijfd in do algemcene kerk als een dor pro vinciën van 't algemeone koninkrijk; de plek waar de douren des dageraad® werdon geopend om hot volle zonlicht over de heidcnwerold te doen stralen. De rustolooze, 'geestige menigte die de zuilengangen langs de Orontes vulde en door do lusthoven van Epidaphne drentel de, dacht weinig dat ze- toen haar vernuft om karakteristieke namen te zoeken zich ook met de kleine groep geloovigen be moeide, der wereld een grooten dienst be wees. Ze dacht weinig* dat eeuwen later de lusthoven verdwenen zouden zijn, de Orontes niet meer langs de marmeren pa leizen zou 6troomen, maar door een on aanzienlijk Syrisch stadje. Maar dat dan de heele wereld nog aan 't oude Antiochiö denken zou door één spotnaam: „En 't ge schiedde dat de discipelen het eeret te An tiochiö Christenen genaamd werden." Denken we er wel eens aan hoe heerlijk getuigenis aan die eerste discipelen gege ven wordt door het feit dat die naam him van buiten af gegeven werd? XXXVIH. Oude Laon hield zich onzijdig. Ooi as en Siguna waren de twee leden van de kleine groep, wier harten 't minst werden geroerd door de tijding van groote blijdschap, welke als de muziek in de oude legende, de levende steenen tot elkander dreef om den tempel Gods te bouwen. Uit zeer verschillende oorzaken. Meer dan ooit verlangde Siguna haar echtge noot nog eons te mogen ontmoeten, opdat zij 6amen zich over den groeten schat ver heugen mochten. Nooit was het yoorge- voel dat hij nog leefde, de hoop dat ze hem weerzien zou, in haar hart verdoofd; en nu in het licht van deze nieuwe hoop, werd de oude hoop des te helderder. Haar dochter Hilda "had nu in 't Oosten een tehuis. Zij besloot niet langer van Rome weg te blijven; maar het overige haars levens in dat middelpunt der wereld door te brengen om tot oog to houden op alle krijgsgevangenen, de" uit het Noorden aangevoerd werden, zoowel als op alle pelgrims die van daar vrijwillig naar de gouden godenslad kwamen. Onias verkeerde in de grootste verlegen heid, want. nu eischte do oude vraag on verbiddelijk zijn antwoord. Er wa6 geen middenweg tusschen de be lijdenis dat de Nazarener de Messias wa>, en de overtuiging dat. hij ©en verleider des volks was. Dat was niet slechts een gods dienstig vraagpunt daarover kunnen de meeningen in 't eindelooze verechillen maar een zaak die volstrekte toewij ding of tegenstand vorderde, 't Wa6 de vraag van getrouwheid of oproer; geen vrome overpeinzing sver de toekomende wereld, maar een ingrijpend belang voor de tegenwoordige; een vraag die in alles, dagelijksch leven, bedrijf en beroep, bezit en eigendom lellelijk in alle6 in greep. Want de kerk, aan welke de Antio- chiëre zoo goed een naam gegeven had den, was daar ter plaatse niet een vroo- lijk eu liefhebbend kind, levenslustig maar haaT plicht en roeping nog 6lechta half bewust. Bij den kinderlijken eenvoud, die haar genade deed vinden in de oogen van 't gansche volk en dien ze nooit rnochiü verliezen, had ze haar wapenrusting ge voegd. Ze ging niet alleen van huis tot huis brood brekende in verheuging doa harten, maar ze ging uit overwinnendo en cm te overwinnen. Die veldtocht van de kerk eischte krijgsmoed. Mocht ook al do gave der ia» len de eerste Christenen ontslagen hebben van de moeite om talen te loeren voor de verkondiging des Evangelies; in elk gevaü was er geen gave van een onuitputtelijks geldkist. Alexandrijnsche korenschepeni namen de apostelen niet gratis aan boord3 men kon in Rome en Corinthe geen hui* zen huren zonder betalen. Do gemeenschap van goederen in Jeru zalem, waarschijnlijkeon gemeenschap waarin niet al te veel rijken deelden, was geëindigd in de noodzakelijkheid om voor, de broodoren in Judea giften in te zame-, len. Onias had het wel gezegd! En van 't- begin af scheen het wel alsof men Antio-, chiö voor oen van do rijkste afdeelingen dor kerk hield.; welke een gedurige bob-' sing tusschen God en den Mammon modo« bracht voor de meervermogende leden, j (Wordt, vervolgd), j

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1922 | | pagina 1