Aa*s het einde der week.
De afgeloopen week is voor den I e r-
schen vrijstaat geen ongunstig
tijdvak geweest.
Mot haar geregelde, good gedisciplineer
de troepen drijft de regeering meer en
meer het rebellenleger achteruit en weet
door goed overlegde tactiek de verschil
lende afdeelingen van elkaar te scheiden.
De republikeinen nemen thans het uiter
ste middel te baat en verschansen zich in
enkele steden, om van daaruit de omge
ving te bestoken en in het ergste geval
een belegering te ondergaan.
Maar van plaats tot plaats dringt men
hen achteruit en hun nederlaag wordt dan
ook nog slechts als een quaest.ie van tijd
beschouwt. En dan kan de herbouw be
ginnen van den door de veelvuldige crises
uitgeputten Ierschen staat.
Duitschland maakte iïi het ver
streken week vak heel wat wederwaardig
heden door, doch gelukkig waren de om-
etamdigheden vergelijkenderwijs gespro
ken wat gunstiger dan vorige weken.
De politieke crisis werd door een be
sluit der krakeelende socalistische par
tijen om gezamenlijk voor de wet ter be
scherming der republiek te stemmen op
gelost.
Een evenement, dat verscheidene goede
gevolgen had en zal hebben.
Vooreerst werd ontbinding van den
Rijksdag vermeden en werd voer de socia
listische partijen de weg tot nauwere sa
menwerking door haar overeenkomst ge
opend, terwijl in de laaitste plaats de aan
genomen wet tot handhaving der rust in
he<t. Rijk ook bet hare zal bijdragen;
slechts laat de verhouding tusschen Beie
ren en de Rijksregeering nogal iets te
wenschen over, doch dat i€ een kwaad, dat
men niet in eeni ge dagen verhelpt.
De jongste gebeurtenis, de overeen
komst tusschen de garantie-commissie en
de republiek getroffen, waarvan wij gis
teren reeds eenige bijzonderheden mede
deelden, schijnt op zichzelf ook al hoop
gevend, ofschoon er natuurlijk nog geen
peil op te trekken valt hoe deze zaak zich
verder kan ontwikkelen.
De jongste kabinets-crieie irn I tali 8
baarde nogal veel opzien. Hoewel alle kar
binetten, die tot nu toe Italië bestierden,
zich door haar instabiliteit naam hebben
gemaakt, werd toch niet verwacht, dat
dit ministerie, dat zich door moeilijke tij
den heen heeft moeten worstelen zoo spoe
dig af zou treden.
Van verschillende zijden werd er ook
terecht, op gewezen, dat de toenemende
verwijdering tusschen Italië en Frankrijk
door dit komen en gaan van landsbe
stuurders aanmerkelijk in de hand wordt
gewerkt.
De moordenaars van de beide bekende
mannen, die zoo noodlottig om 't leven
kwamen, Wilson en Rathenau, hebben in
deze dagen hun verdiende straf ontvan
gen.
Werden de beide Duitechere dood in de
ruïne van Saaleck gevonden, de Ieren
boorden voor eenige dagen het doodvon
nis tegen zich eiechen.
Vermelden we tenslotte nog de ontstel
tenis wekkende ramp bij de hoog
ovens te Couillet, waarvan steeds
treuriger bijzonderheden worden geseind,
dan hebben we de voornaamste gebeurte
nissen in het buitenland van de verstre
ken week besproken.
In ons land was merkwaardig in de
afgeloopen dagen dat veel ever de eventu-
eole vorming van een Kabinet werd ge
sproken, zonder dat we weten of er een
crisis is of k o m t.
Bekend is alleen dat H. M. de Koningin
de leiders der voornaamste partijen in ge-
boor heeft ontvangen, maar van de resul
taten van de besprekingen lekte niets uit.
Uit een opmerking in de Standaard
valt alleen af te leiden dat in elk geval
gewacht zal moeten worden tot de Kamer
bijeenkomt, wat gelijk men weet as.
Dinsdag het geval is. Eerst na afhande
ling van de Grondwetsherziening schijnt
als wij wel begrepen hebben, een defini
tieve beslissing te worden genomen.
Gebleken ie voorts, dat ondanks de
anti-papistische strooibiljetten, door som
mige Chr. Hist. Kio6vereeuigingen ver
spreid, door de Nederlander een samen
gaan van de drie rechtsche partijen op
prijs wordt gesteld.
Werd in de verkiezingsdagen den men-
schen voorgehouden, dat Rome overal
moest worden tegengestaan, het hoofdor
gaan van de Unie is zoo verstandig te
verklaren, dat tegen een aanblijven of
het optreden van een R. K. Kabinetsfor
mateur niet het minste bezwaar kan wor
den gemaakt.
Daarmee is ook dit been dat een oogen-
blik was uitgegleden in het lid.
Op economisch gebied blijft het rom
melen.
Telkens weer in er 6prake van loons
verlaging en werktijd verlenging en van
pogingen van arbeiderezijde om daaraan
te ontkomen.
Zelfs wist gisteren een der bladen te
vermelden dat in leidende kringen op een
algemeene spoorwegstaking wordt gere
kend.
Wij dienen hier echter bij te vermolden,
dat dit bericht uit Het Volk afkom
stig ie, en dat dus zeer goed, de wensch
hier de vader van de gedachte kan zijn.
Van harte hopen wo intusschen dat we
voor dergelijke conflicten die tot niets an
ders dan tot ontreddering kunnen leiden,
bewaard mogen blijven.
Van een gunstige toekomst kan echter
niet worden gesproken.
Uit het Sociale Leven.
Spoorwegpersoneel.
„Het Seinlicht", het orgaan van den
Chr. Prot. Bond van Spoor- en tramweg
personeel bevat een artikel van het hoofd
bestuurslid, den heer Ekelboom, tot op
schrift dragend: „Weg met minister Kö-
nig".
In het artikel wordt gezegd, dat de min.
andermaal is gezwicht voor de spoorweg
directie, n.l. verlaging der loonen - met
ingang van Aug. van het
„De Loonraad met z'n kundigen voor
zitter, de heer Kooien, en de organisaties,
hoe ze ook hebben gepraat, zij allen heb
ben het pleit verloren!
10 pCt. verlaging der loonen.
Wie weten wil wat dat zeggen wil,
moet na 1 Augustus eens de blauwe kiel
aantrekken en in de fabrieken der spoor
wegen voor luistervinkje gaan 6pelen.
Neen, we dreigen en hitsen de massa
niet op.
We hopen onze hersens goed te gebrui
ken en in geen enkel opzicht, mede te wer
ken om dooT—ongeoorloofde daden rancu
nemaatregelen te treffen, waard.ooT onder
onze kameraden nog méérderen het slacht
offer zullen worden.
Maar we willen ons toch de vrijheid
veroorloven door hier openlijk te zeggen,
en z o o luid-op, dat Regeering en Direc
tie het. duidelijk kunnen hooren, dat de
klap in het aangezicht, die men het ruim
'4000 man sterke werkplaat spersoneel
heeft gegeven, op 'n wijze die door geen
"Onkelen verantwoordelijken minister kan
goed gepraat worden, onder al deze colle
ga's een geest van onverschilligheid en op
stand gebracht heeft, die aan den „lust
tot arbeiden" ernstig schade zal doen en
weinig bevorderlijk zal wezen om door
„trouwe plichtsbetrachting" nog verder
mede te werken dat het spoorwegbedrijf
uit de misère zal worden geholpen."
Er wordt krachtig aangedrongen op te
rugname van het besluit.
Nieuwe loonsverlaging.
Men meldt aan het „Volk", dat de 5
groofe samenwerkende patroonsorganisa^
ties in de sigarenindustrie aan de werkne
mersorganisaties een schrijven hebben ge
richt, waarin zij berichten dat ze de 48-
urige arbeidsweek wenechen in te voeren,
ingaande op 31 Juli en gepaaid gaande
met. eene aan do werktijdverlenging even
redige verlaging van. de uur- en stukloo-
nen. De hoofdbesturen der werknemers or-,
ganieat.ies zijn uitgenoodigd heden met de
patroönsbesturen over de
heid te confereeren.
Uit de ri garen-in dustrieL51^
Men meldt aan het „Volk", dat de vijf
groote samenwerkende patroonsorganisa
ties oen schrijven hebben gericht, waarin
zij berichten dat ze de 48-urige arbeids
week wenschen in te voeren, ingaande op
31 Juli en gepaard gaande met eené aan
de werktijdverlenging evenredige verla
ging van de uur- en etukloionen. De hoofd
besturen der werknemersorganisaties zirjn
uitgenoodigd heden met de pat.roonsbestu-
ren over deze aangelegenheid te conferee-
PIET NOLTING ALS KAMERLID.
Bij gelegenheid van den zeventigsten
verjaardag, van den heer P. Nolting geeft
de T e 1 e g r. enkele herinneringen uit
diens Kamerlidmaatschap.
„Hij zat vlak onder de perstribune, en
had de typische gewoonte om, als er in
de Kamer iets bijzonders gebeurde, het
aller-eerst naar boven te kijken, naar óns,
journalisten, om van ouze gezichten Af te
lezen hoe we de zaak opvatten. Zoo was
er eens eenheftig incident tusschen eeni
ge leden van rechts. Nolting genoot er
van. Hij keek, met een broeden grijnslach
op het gelaat, naar de perstribune, en
riep: „Ze hebbe mét!" Dit woord leeft
nog tegenwoordig op de perstribune
voort, en bij frissche ruzietjes in do Ka
mer zeggen we het tegen elkaar.
Er is nog een andere uitdrukking van
Nolting, die onder ons bestaat.
Nolting zal eens te luisteren naar een
speech van K. ter Laan. Deze sociaal-de
mocraat was de eenige van zijn fractie,
die toen aanwezig was. Dc overige soci's
waren door den heer Van Kol meegeno
men naar de groote lustrum-feesten te
Delft; van Kol heeft in Delft gestudeerd,
z'n hart ging er naar uit, cn hij nam z'n
fractie mee. Allen K. ter Laan bleef over.
en hield een speech. Er was veel rumoer
om hem heen, maar Piet Nolting zat zwij
gend en aandachtig te luisteren. Tóen
echter het lawaai wat hl te erg werd,
keerde ter Laan zich nijdig om, zag Nol
ting zitten en riep: „Och, meneer Nolting,
wilt u zoo goed zijn te zwijgen?" Piel, die
werkelijk geen stom woord had gezegd,
zat even verpletterd van zooveel onrecht
vaardigheid. Dhn keerde hij zich naar de
perstribune en riep den journalisten toe:
„Wat seg je me ttaorfhn?" Vervolgens
keek hij als een tijger naar K. ter Laan
en brulde: „Je eigen mensche binne na
Delft I"
HET WONDERLAND.
Daar zijn heerlijke oorden op de aarde, waar
bet natuurschoon n overweldigd. Ja, daar zijn
tooverlanden
Bedenk echter bij het aanechouwen en genie
ten, dat er nog een ander tooverland is; heer=
Kjker, 6choonar; een wonderland 1
Jacqueline van der Waals zong er van:
„Waar gouden de portalen zijn,
Hoe moe ben daar de zalen zijn!"
En wederom
„Als goudene de gangen zajtt,
Hoe groot moet-mijn verlangen zijn
De zalen in te gaan!"
Leidsche Penkrassen.
Amice.
Ik «had eigenlijk nog iets willen schrij
ven over den uitslag der verkiezingen,
mede in verband met een de vorige week
geplaatst schrijven van A. W. te Sassen-
heim, waarin de groote beteekenis van
onze plaatselijke pers en van een goed ge
organiseerde propaganda nog eens weer
opnieuw duidelijk werd gemaakt.
't Behoeft wel geen betoog, dat ik het
daarmee heelemaal eens ben. Ik ben ook
voor niets zoo bang, dan dat we met onze
16 zetels in de Tweede Kamer nu z o o te
vreden zijn, dat we vergeten dat de kring
Leiden dan toch maar een bedroefd slecht
figuur heeft gemaakt en dat een Bterke
organisatie en een goed geregelde propa
ganda voor deze omgeving meer dan ooit
eisch ie.
Het wil mij ook voorkomen, dat een
Persvereeniging inderdaad zeer
goede diensten zou kunnen bewijzen en
dat een .^Centrale" van A. R. Propagan-
.dacluba eveneens niet zonder beleekeni6
zou zijn.
De vraag ie echter of het thans wel de
juiste tijd is om deze dingen aan de orde
te stellen. -
't Is nu de vacantietijd, althans voor
een doel van de menschheid.
De scholen zijn. gesloten en de onder
wijzers voorzoover ze geen examen doen
of anderen examineeren, genieten de eerste
vier of zes weken van een vacantie, die
hen in staat stelt straks weer met nieuwe
kracht zich te geven aan de onderwijzing
en de opvoeding der jeugd en misschien
ook wel aan het sociale en staatkundige
leven.
De laatste jaren liet. de belangstelling
van vele onderwijzers in die dingen wel
wat te wenschen over. Heel verklaarbaar
meende een mijner kennissen, ge kent im
mers het rijmpje: toen de kerken waren
van hout, waren de predikanten van goud,
maar toen de kerken werden van goud.
werden de predikanten van hout. Hij be
doelde daarmede te zeggen, dat de verbe
terde positie van de onderwijzers oorzaak
zou zijn, dat ze zich nu minder dan vroe
ger bekommeren om den socialen en staat
kundigen strijd.
Ik voor mij geloof echter niet, dat we
daar de oorzaak moeten zoeken. Mij zijn
althans verschillende onderwijzers be
kend, die niet. mee wilden werken omdat
'het tegenwoordige Kabinet en zeer spe
ciaal Minister de Visser hen teleurgesteld
had. Ze hadden gerekend op een veel be
tere salarisregeling, en omdat nu "het Ka
binet niet. alleen gerekend heeft met wat
voor een bepaalde groep wenschelijk zou
zijn maar ook met wat voor de schatkist
mogelijk was, hebben ze do verkiezingen
eenvoudig langs zich heen laten gaan.
Dat is opzichzelf al erg, maar veel erger
is, dat zulke mannen die zelf onverschil
lig staan tegenover de groote vragen die
het volksleven beheereohen, onwillekeurig
ook een onverschillig geslacht kweeken.
Dat kan niet andere.
In verband met den financieeJen nood
van een deel van onze gepensionneorde
onderwijzers wat in dezen dagen van
gelijkstelling ons Christenvolk niet tot
eer strekt sprak ik onlangs een leer
ling van een van onze oud-strijders. Zijn
hart was met dankbaarheid vervuld. Aan
bet. onderwijs ihdj gaf het toe ont
brak wel een en ander. De leermiddelen,
de lokalen het. was alles even gebrekkig
en misschien had de opleiding van den on
derwijzer ook wel iets te wenschen over-
En toch, zei hij, zal ik heel mijn leven
met dankbaarheid vervuld blijven, voor
het onderwijs dat ik ontving. Hoe wist
onze oude onderwijzer oiis in dagen van
verkiezingen en bij belangrijke gebeurte
nissen, de groote beteekenis van den strijd
die op elk gebied gevoerd wördt, in het
licht te stellen. Wat wist hij de rijke
historie van ons volk te doen leven. Met
hoeveel vuur en lièfde werden ze~ gewee
kend, de groote figuren die toen leiding
gaven, «natonen als Kuyper, Lohman 'en
anderen. Hij wiet een stempel te zetten
Op ons leven.
Do liefde voor de beginselen, de geest
drift veor den strijd om die beginselen,
gingen van den onderwijzer op de kinde
ren over.
Maar boe moet het. dan gaan als de on
derwijzer tegenover die dingen onver
schillig staat, als de kinderen voelen
dat de meester zich voor die dingen niet
interesseert en als hij. terwijl iedereen in
actie ie, rustig zijn pijpje etopt, en kalm
een wandeling gaat maken.
En zoo wae het toch, bij de laatste ver
kiezing en enkele jainen daarvoor, bij
meerdere onderwijzers. Mij Ï6 bekend hoe
bij hot overlijden van Dr. Kuyper, in ver
schillende Christelijke scholen, zelf6 in de
hoogste klassen van dat gewichtige feit
niet werd g e r e p t.
Nu wil i'k niet gaan onderzoeken, mijn
waarde, wat daarvan de oorzaak ie.
Maar wel weet ik*dat het anders moot
worden en- dat we ook meer dan tot nu
toe, onze onderwijzers in qnze actie moe
ten betrekken.
En daarom fts raet nu in den vacantietijd
niet het geschikte oogenblik om verschil
lende zaken aan te pakken. Trouwens ook
de predikanten bc-ginnen langzamerhand
te reizen en te trekken en althans inde
week vacantie te houden.
Gelukkig is het zoover gekomen lang
zamerhand, dat ook breede groepen van
arbeiders het begrip „vacantie" in hun
eigen leven ^gerealiseerd zien. Zij mogen
d.an niet als onderwijzers, leeraren enz.
van vier tot zes weken vacantie heb
ben, een vacantie van vier dagen be
hoort al niet. meer tot de uitzonderingen-
En 't is vreemd, ook al heeft men zelf
geen vacantie en al weef. men niet bij er
varing wat dat eigenlijk wil zeggen, toch
komt men in een soort vacantie-6temming
en trekt men niet bij voorkeur naar een
vergadering om b.v. de winterpropaganda
te regelen en de organisatie op pooten te
zetten.
We zullen dus geduld moeten hebben
tot September.
Maar dan moet ook worden aange-
p a k t, en moet zeer speciaal aan de pun
ten door A. W. in zijn ingezonden 6tuk
behandeld, aandacht worden geschonken.
Doen we dat niet, dan is voor do a.s.
Statenverkiezingen met vrij groote zeker-
ihieid op het verlies van een zetel te reke
nen en zal onze positie in deze omgeving
een geweldigen knoei krijgen.
Ik behoef het wel niet te zeggen m'n
waarde, dat ik van organisatie en wat
daarmede in verband staat niet alles
verwacht. Hoofdzaak is het persoonlijk
belijden en beleven van onze beginselen
en het leven in onze gezinnen. Als daar
ver ach tering komt en daarop mogen
we ook wel terdege letten dan ziet het
er donker voor ons uit.
Tot mijn groote epijt heb ik gezien, dat
B. en W. voot het. verzoek tot het invoe
ren van een tapverbod op bepaalde dagen
niets anders hadden dan c r i t i e k, en
dat zij daarin door vooraanstaande leden
uit. de rechterzijde gesteund werden.
Zij hebben ongetwijfeld gelijk, als zij
zeggen dat 'hier practische bezwaren zijn
en ik wil gaarne toegeven dat het resul
taat allicht niet mee zal vallen. En ik ben
ihet met den heer de Lange eens, dat we
dit kwaad het be6t bij de bron bestrij
den, dat de harten moeten worden ver
anderd, terwijl bij 'het maken van regelin
gen tot beperking van het misbruik een
Rijksregeling de voorkeur verdient.
Dat ie allemaal jui6t. Maar zoolang er
geen rijksregeling is, en zoolang de zon
dige begeerten nog hunne verderfelijke
werkingen oefenen, kan de Gemeentelijke
Overheid zich niet zonder meer van deze
ernstige zaak afmaken.
Het. alcoholisme maakt ook hier in Lei
den tal en tal van slachtoffers, ongeacht
het feit dat de politie daarvan niets
schijnt te bemerken. Wie op straat rond
kijkt., die weet het; wie gelegenheid heeft,
eens in de gezinnen te komen, die weet
het. De kroeghouders, zij weten hc-t. En laat
anders de vrouwen spreken, die 's a zonde
liare mannen, met zoete woordjes naar
huis moeten zien'te'lokken; dó i'móeders,
die wanhopige pogingen doen, om de
schande van vader vooï de kinderen te
verbergen.
Onlangs zag ik op een Zondagavond,
een oude vader en moeder, die hun dron
ken volwassen zoon, naar huis voorden.
Is het niet treurig, dat overal de gelegen
heid open is, om zoo de levens en de le
vensvreugde te verwoesten?
't Zal toch niet baten, zegt men. Och,
m'n waarde, dat is hetzelfde argument,
waarmee men vroeger den ouden Pierson
naar huis trachtte te sturen als hij tegen
de publieke oneerbaarheid te velde trok.
Dat er bezwaren zijn tegen een rege
ling als gevraagd werd, neem ik gaarne
aan. Maar waarom kwamen B. en W. dan
niet met een advies, waarin een betere
weg werd gewezen?
Wat Maandag in den Leidsehen Raad
gebeurde, 'heeft mij bedroefd en ik hoop
van harte dat de eerste gelegenheid de
beste zal worden aangegrepen, om wat
toen verzuimd werd, weer goed te maken.
VERITAS.
Mevr. van Itallie^van Embden.
Hd van den Lcddeahen Gemeenteraad en
een der voor-vrouwen van de Vrouwenbe
weging', hield de vorige week m het Han
delsblad een gezellige causerie over
den uitslag der verkiezingen.
Deze 'beschouwingen zijn voor ons voor
al daarom interessant, omdat de bekwa
me schrijfster daarin zij het dan onbe
doeld -- aan de vrouwen van Christelijke
belijdenis een welverdiend pluimpje geeft.
Zij vestigt er onder meer de aandacht
op, dat de 8. D. A. P. en de Vrijz. Dem,
Bond, volgens den regel „voor wat hoort
wat", van de vrouwenstemmen profiteer
den, omdat op hunne lijsten aan vrouwen
goede plaatsen waren gegeven. De Vrij
heidsbond daarentegen, wa6 door de toe
passing van denzelfden regel minder ge-
lokkig.
Wij laten wat Mevr. van Itallie daar
omtrent opmerkt hier volgen:
„Ik geloof wel, dat de S. D/ A. P. èn
iVrijz.-Dem. Bond tevreden zullen zijn
over de hulp door hun vrouwelijke propa
gandisten in de verkiezingsactie verleend.
Allen waren ze in touw en ieder nam,
naar den aard van haar aanleg, een deel
van de taak op zich. Dat is zoo genoeg-
Kjk. oandat het weer Kniertje's ©envioudi-
de levensles in het licht zet: „voor wat
ifaoort wat". Beide partijen hebben hard
gewerkt voot het vrouwenkiesrecht, heb
ben vrouwen goede plaatsen gegeven, dus
werkten vrouwen flink voor hen, en wat
•terker ie: moeten veel vrouwen op haar
lrjston gestemd hebben, anders zou b.v. de
D. ondanks de sterke zuiging naar
rechte en innerlijke strubbelingen die af
zonderlijke politieke lijsten ut 't leven
riepen van twee van zijn eigen Kamerle
den niet op zijn vol getal afgevaar
digden kunnen blijven staan.
Ook de Vrijheidsbond vertoont een
blanco schuldenlijst ten opzichte van het
vrouwenkiesrechtaan de partijen, waar
uit hij i6 samengesteld de Vrij-Libera-
len b.v. kan door de jaren heen zoo'n
zelfde getuigschrift niet worden uitge
reikt. Ook zou heb mij niet verwonderen
als bet élan van de vrouwen, die buiten
den V. B. staan (daarbinnen hebben de
propagandisten uitstekend gewerkt en ie
(het ledental zeer groot) door de on-vaste
plaats van mevr. W.Fr. beïnvloed was
De vrijzinnige en socialistische vrou
wen zouden due bepaalde partijen hebben
gesteund, omdat die partijen aan vrou
welijke candidaten een goede plaats had
den gegeven.
Nu ie dit zeer goed mogelijk.
In het gewone leven is het maar al te
veel regel dat het „voor wat, hoort wat"
de handelingen der menschen beïnvloedt.
Men wil nog wel iet6 doen, zich nog
wel geven voor een bepaalde zaak, mits
men er beter van wordt.
Zeer verklaarbaar is dat.
Maar het is toch' niet de hoogste levens
wijsheid.
H o o g e r staat, wie zich geeft, wie
werkt en steunt, zonder dat daartegenover
staat ©en belooning voor het goede ge
drag.
En zoo was het nu zeer speciaal bij de
Antirevolutionaire partij, die meende aan
hare beginselen verplicht te zijn, geen en
kel© wouw op hare candidatenlijsten te
plaatsen.
Ziet go nu wel, zoo werd van links ge
roepen, gij anti-revolutionaire wouwen,
hoe slecht daar, met uwe belangen gere
kend wordt?
Eerst heeft de A. R. partij zich verzet
tegen het Vrouwenkis-ereeht en nu wordt
op de candidatenlijston voor geen enkele
.vrouw een plaats ingeruimd. Én daarom
vrouwen, steunt de partijen, die het op
nemen voor de vrouw, en die haar ook
willen brengen in Raden en Staten.
En wat ie het resultaat geweest?
De Vrijz. Dem. Bond wist zich te hand
haven, hij behield zijn vijf zetels, de S. D.
A. P. moest twee zetels afstaan en de
Vrijheidsbond, die op groote overwinnin
gen had gehoopt, keert met slechts tien
zetels in het Parlement terug. De A. R.
partij daarentegen klom van 13 op 16 le
den, of als we het resultaat der lijsten-
groepoering buiten beschouwing laten
van 13 op 15 leden, dank zij vooral
de hulp der vrouwen.
Dat zegt wat.
De A. R. wouwen lieten zich niet lei
den dioor het: „voor wat, hoort wat",
maar zij lieten zich leiden door hare be
ginselen. Zij plaatsten zich niet op een
eng standpunt, maar zij hielden het ge
heel in het oog en vroegen welke partij
het meest beantwoordde aan hare begin
selen.
Zij hebben begrepen, om met Mevr. van
Itallie te spreken, „dat. allerlei wetten die
zij wenschelijk achten, zullen verschijnen,
die zij schadelijk oordeelen zullen verdwij
nen."
Zoo is Eet.
En dat beteekent voor onze vróuwen
een onverdachte hulde. Dat beteekent dat
zij zich niet met kleine dingen hebben be
zig gehouden, maar dat zij de groote be
teekenis yan den strijd hebben doorzien.
De waag bij deze stembus was niet of
nu ook enkele vrouwen zich in ihet parle
ment zouden kunnen laten hooren, maar
in wolken geest, naar welk© beginselen
ons land in de toekomst zal worden be
stuurd. En dat is ook voor de vrouwen
van veel meer beteekenis dan de waag,
of al dan niet vrouwen op de candidaten
lijston waren geplaatst.
Onzo wouwen hebben blijk gegeven van
een niet te waardeeren nuchterheid
Het werd haar zoo gemakkelijk gemaakt
naar links af te wijken. Die linksche par
tijen hadden immers zoo krachtig geijverd
voor de invoering van het vrouwenkies
recht ©n ze toonden ook de consequenties
daarvan te willen aanvaarden.
Maar onze vrouwen, ze dachten aan de
beginselen waarmee z© van jongsaf zijn
vertrouwd geraakt.
Neen, z© beschouwen het niet als ©en
achteruitstelling, wanneer de A. R. partij
haar wil laten op de plaats, op de eere-
plaate haar in het leven gegeven. Ze
voelden zieh niet verongelijkt.
Ze dachten aan de school waar hare
kinderen moeten worden onderwezen en
aan de gevaren waaraan die Christelijke
scholen zouden blootstaan als een vrijzin-
nig-socialistische meerderheid hot roer in
handen zou krijgen.
Ze dachten aan de gevaren die in onzen
tijd het gezin en het huwelijk bedreigen.
Aan de pogingen die gedaan worden om
het gezin te ontbinden, tot 6chade van de
kinderen en zeker niet in de laatste plaats
van de zwakkere eexe.
Aan de pogingen om den huwelijksband
losser te maken, waarvan de wouw in de
eerste plaats de dupe moet worden.
Aan het geroep om gelijkstelling van
dö gehuwde met. de ongehuwde moeder.
Aan de theoriön omtrent het moeder
schap- dat genoemd wordt een „maat
schappelijke. functie" die „betaald" moet
worden.
Aan deze dingen dachten onze wouwen
en daarom hebben ze zich geen ©ogenblik
door allerlei schoonschijnende theoriön op
een dwaalspoor laten leiden, maar hebben
ze welbewust de antirevolutionaire begin
selen verdedigd, en gestemd op de A. R
candidaten.
0, ze weten het ook wel dat ze van ze
kere zijde als dom, minderwaardig ©n nog
onbewust worden aangeduid, maar dat
heeft haar niet verhinderd te stemmen
volgens haar beginsel.
Aan Mew. van Itallie komt een woord
van dank toe, dat zij deze beginselvast
heid nogcens hóeft willen belichten.
En aan onze vrouwen mag een woord
van diepgevoelde erkentelijkheid niet wor
den onthouden.
Zij hebben aan on6 land een grooten
dienst bewezen.
Ongetwijfeld wachten haar nu 6cherpe
aanvallen.
Eenmaal in een politieken strijd betrok
ken, zullen zij zich daaraan liet meer
kunnen onttrekken.
Het lid van de Eerste Kamer, Carry
Pothuis, schreef dezer dagen in H e t
Volk, naar aanleiding van het optreden
der rechtsche vrouwen:
„Andere vrouwen, nieuwe vrouwen, be
tere vrouwen zien wij in de toekomst; on
ze heilige plicht, is 't om, gevoelend onze
verantwoordelijkheid in dit- opzicht, aan
de vorming van zulke vrouwen, ook door
eigen voorbeeld, in eigen leven, mee te
werken."
Men zal du6 trachten "haar om te vor
men, haar anders, haar „beter" te ma
ken.
Waakzaamheid en nuchterheid blijft
dus noodzakelijk ook voor onze vrouwen.
O
HUISHOUDELIJKE ZAKEN.
Koffie- of theevlekken ver*
wijdert men uit tafellinnen door het. ge
vlekte gedeelte over een kom te spannen.
Los een lepel borax in een kan kokend
water op en giet het door het linnen tot
de vlek verdwijnt. Koffie- en theevlekken
laten zich uit wit tafelgoed uitstekend
verwijderen door middel van bleekwater of
verdunde chloorkalk. Het- goed moet dan
onmiddellijk in koud water nagespoeld
worden.
Vruchten vlekken drenkt men
voor het wasschen oen tijd lang in to
matensap. Ook zoutoplossing wil soms
helpen. Vrucih ten vlekken- in linnengoed,
verwijdert, men door ititwasaehei: in te
kende melk. Ook worden dergelijk* vlok
ken in jenever gewoeld. uitgewreven tot
de vlek verdwijnt en o*v.cbeidoii kcere»
nagespoeld in frisch, schoen «ater.