HieaweleidsctieCBurant Tweede Blad. Zaterdag 15 Juli 1922. Bruiloft en tempel. En Jezus was ook genood en Zijne discipelen tot de bruiloft En Hij vond in den tempel Johannes 2: 2 en 14. Het blijve altijd de aandacht trekken, dat Jezus Zijn eerste Messiacteekcn ver richt. heeft op een bruiloft. Nauwelijks i6 Hij van Zijn. wegbereider tot Zijn openlijken Messias arbeid inge leid. Pas is de Heilige Geest in duivcngc- daante op Hem nedergedaald en werd over Hem de stem des Vaders gehoord. De verzoeker, in de woestijn moest wij ken voor Zijn: „daar staat geschreven!" Uit de kringen van den Dooper volgen Hem Zijn eerste discipelen. Nu gaat Hij dan heen, bereid tot den doodelijken kamp, waarvan de woestijn- verzoeking het voorpostengevecht 'is ge- woest. Hij gaat heen met het doel de werken des duivels te verbreken. Misschien zoekt uw oog Hem in Jeru salem, in den tempel. Straks. Straks. Dan zal Hij daar met den geesel van touwtjes wegdrijven de kooplieden en de wisselaars, de schapen en do ossen. Nu nog niet. Nu is Zijn eerste gang naar een bruiloft. Eerst de bruiloft, dan do tempel. Toevallig kan dit niet zijn. Zoo moet hei. Zoo ligt dat in Gods Raad. Dezo orde is Gods orde. In de woestijnverzotking ging Jezus in in het huis van den Sterke om dien Sterke te binden. Nu gaat Hij hem zijn vaten ontrooven. Nu moet de in eenzame wor steling behaalde triumf worden verwerke lijkt in het leven. En dan niet slechts in een stukje van het leven maar in héél het volle leven, in al z'n geledingen en verhoudingen, in all zfn hoogten en diepten. Daartoe gaat Jezus uit de woestijn nog niet naar den tempel maar juist het al lereerst naar de bruiloft. Daar, op die bruiloft, méér neg dan in den tempel, hoort Zijn oor het mensdhen- leven Moppen. In de bruiloft begint het huwelijk.^ En in het huwelijk begint het gezin. En in dat gezinsleven liggen de wor tels. de kiemen, de spruitsels, de botten, waaruit heel het menschenleven moet wassen en Moeien. Dat huisgezin is het vat bij uitnemend heid, dat aan den Overste dezer wereld moei; worden ontweldigd. Zonder het huisgezin geen tempel. Want niet uit enkele personen, hier één en daar één, los en vreemd van elkan der, belieft het God Zijn kerk te bouwen, maar juist uit de huisgezinnen. Geloof in den Heere Jesus Christus en gij zult zalig worden, gijen uw huis! Satan in het gezin, dat is: Satan in het leven. Jezus in het gezin, dat Ls: Jezus in het leven. Eerst de bruiloft, dan de tempel. - jf w Deze orde Gods zij er ook in het le ven van wie zich naar Jezus noemen. Waar reformatiedrang in de harten ontwaakt, leye die reformatie zich ook uit in onze kerkelijke samenleving, maar beginne bij de bruiloft. Er ie, bij veel lauwhartigheid, in me nigeen onder ons nog prijselijke ijver voor allerlei arbeid in Gods koninkrijk, naar het oude recept, in „Kerk, Staat en Maat schappij". Broeders, wier activiteit moeilijk zou kunnen worden gemist. Die voor velen en voor veel een zegen zijn en willen zijn. Maar juist zij loopen niet weinig ge- raar, ijverend in-den tempel, hun aller naaste omgeving, waar ze als man of huisvader hun roeping hebben, geestelijk te laten verkommeren. Het i'a niet altijd zoo. Er zijn gezinnen, waar man èn vrouw, één van zin, in gemeenschap met Jezus voor elkander en samen voor anderen een zegen zoeken te zijn. Maar e: - '":-k niet weinigen, waar bij alle actie naar beiicn. daaroin- nen da 3caer.~1oon gcesieiij:-: zinkt. Do wijn der echte, Christelijke levens vreugde parelt er niet in den levensbeker. Er is levensniatheid en levensverwcl- kkrg. Indien althans de beker niet vol is van onderlinge levensverbittering. Want Jezus is daar op de bruiloft niet. Hij wordt er misschien nog wel in den tempel gezocht. En men zou Hem er wel willen met-den geesel van touwt jes.- Maar men hoeft Hem niet op de bruiloft ingewacht. En Hij wil eerst de bruiloft, dan pas den tempel. Voor deze orde Gods zij open het oog van wie zoekt naar de oorzaken van de onmiskenbare ontreddering in menig jong leven. Waar de band aan Woord en belijdenis is gerekt of stukgerafeld, is dit, wel niet altijd, maar toch vaker dan wel eens wordt vermoed, middellijkerwijs gevolg van de scheefgetrokken verhoudingen in eigen huiselijk leven, waar te weinig in gezien de blijde kracht van het geloofs leven. De critiek der jongeren is wel eens te wijten aan de kwaal der ouderen. Dan is er in zulk een huis nog wel ge bod op gebod. Er is ook nog wol oen Bij- bol en oen gemeenschappelijk gebed. Maar er is niet meer de 'heerlijkheid van Jezus uitschitterend in een elkander toegewijd samenleven. Het water wordt- er niet meer tot wijn. En dan kan men wel pogen den tempel te refoiimeereh. Maar reformatie van den tempel zon-, der reformatie van het huisgezin mislukt. Eerst de bruiloft, Dan de tempel. ZIJN STEM. Een grool© toekomst gaan we tegen^ De menschon zijn zoo knap; Ontdekt wordt alles, on steeds vorder Gaat aHe wetenschap. En tooh.en toch.oen bange vreeze Woont diep in mijsi gemoed. We gaan vooruit 't zal wri zoo wezen, Maar is de richting goed? Ik hoor zoo velo stemmen tritien Van nijd en klassenhaat, Mijn geestesoog ziot niet de toekomst In zoo héél iicht gewaad Tevredenheid is ver te zoeken, Geloof en liefcte kwijnt, Omdat de Zon van Echt öq leven Niet meer in 't harte 6ohijnt. Ik hoor zoo veile stemmen trillen, Maar zeidon LLefdo's stom. Zou niet -de richting boter wezen, Ging zij terug naar Hèm? KERK EN SCHOOL NED. HERV. KERH. Drietal. Te Delft: J. Bub te Ouddorp: E. V. J. Japchen te Hei- en Boeieop en J. Keiler te St. Maartensdijk. Beroepen. To Leerdam: S. C. Groen weid te Zuilichom. A a n g o n o men. 'Naar Vinkeveen: H. van Eist te Genemuiden. Bedankt. Voor Lexmond: S. C. Groenoveld te Zuilichem; voor Zalk: A. J. Eijkman Jr., to Hattem. GEREF. KERKEN. D riot al. To Middelburg: H. Brouwer HMzn. to Heemstede; S. G. de Graaf to Rijswijk (Z.- H.) en J. Wijmenga to Dronrijp, Bod ank t. Voor Thesinge: G. D. Scheeps- ma to Westergcest; voor Zoutkamp: W. Weenor to Raard; voor Kommerzijl: D. B. v. d. Meulon to OoBtermeer. J. van Vliet. In aansluiting aan het bericht dat de hoer J. Yan Vliet, voorganger bij de Goref. Gomocnte van Boskoop, beroepen is bij de Gerof. Gomeenlo to Dordrecht, kan do R o 11 e r d. nog inededoo- len, dat hot doel is in laatstgenomdo plaats ovor to gaan tot de stichting van een Vrije Gorof. Gemeente, als wier voorganger dan de heor van Vliet optreden zou. Naar men weet, wenschte de heor van Vliet, die niet toegelaten word tot het onderzoek voor het predikambt hij de Gorqf. Gemeenten zich niet te schikken naar het besluit, dat hij nergens elders clan te Boskoop zou mogen voorgaan. Hij meende elke Gemeente, die hem daartoo uitnoo- cligdc, te mogen dienen. Hiertegen nu werden de Gerof. Gemeenten gewaarschuwd. Hot beroep van den hoer van Vliet naar Dordrecht en da stichting van oen lïjo Goref. Gemeente aldaar, wijst dus, in verband met liet bovenstaande, op een uittreding uit hot verband der Gercf. Gemeenten. Grooto schoolklassen. In „De Seh. m. d. B." maakt do redacteur J. L(ens) in een artikel over „De technische her ziening" do volgende opmerking: Voor 261 leerlingen krijgt men 1 hoofd en 6 onderwijzersvoor 522 leerlingen, dat ift twee maal zooveel, krijgt men 1 hoofd en 10 onder wijzers. In totaal dus in het eerste geval 7 leerkrach-? ten en in het tweede geval niet totaal 14, maar slechts 11. De schrijver verwacht als gevolg: dat do scho* len zullen worden ingericht voor of toruggo^ bracht tot schelen met 261 leerlingen en dat men dan inplaats van bezuiniging nieuwe des-organL salie en duurder onderwijs krijgt. Colijn over de Vrije Universiteit. Onze ruimte laat niet toe, van do jaarverga dering van de Vereen, voor Hooger Onderwijs op Geref. Grondslag oen breed verslag te geven. Wij geven daarom alleen een kort overzicht van wat door den heer H. Colijn, die tot di rect our gekozen werd, gezogd werd over: De toekomst van het Hooger Onder- wijs. Spr. zoide niet een redevoering te willen hou den. Hij wil slechts brengen een eenvoudig woord tot hen op wier sympathie de V. U. steunt en van wier steun rij afhankelijk is. Een woord steunend op eenigo zuiver zakolijko gegevens. We staan op een tweesprong in 't leven van on zo V. TJ., welko richting moeten we uit? Daarom- t-rent moot klaarhoid zijn. 't Halvo eeuwfeest ligt vlak voor ons. Spr. bedoelt echter niet een: zoo kan het; maar meer oen: zou het zoo niet kunnen? Do directeuren gaven him crculaire, met 3 groepen van- behoeften: a. wat onmiddellijk noodig is oïn opheffing van de V. TT. te voorko men; b. vooiriening in de localitoit; c. wat noo dig is om te voorzien in de behoefto aan leer krachten. Wat 't eerste betreft, de inkomsten moeten met f 35.000 per jaar toenomen. Daar over spreken we niet. Voor het tweede is f 44.000 jaarlijks noodig als rente en aflossing op een kapitaal van f 540.000. Dit bedrag van f 44.000 is te laag en moet f 20.000 hooger worden ge steld. Samen een ten per jaar meer, om de unv versiteit op haar tegenwoordig peil te handha ven en haar te huisvesten in oen passend gebouw*. Ook hierover spreken we verder niet. Voor het dorde begrootten de directeuren f 175.000. Spr. wil f 200.000 per jaar. Naar hot plan van di recteuren is er dus 3 ton per jaar meer noodig. Ook do eiech der wet komt er bij. De gezamen lijke inkomsten zouden dus tot oen half millioen per jaar moeten stijgen, opdat de vier faculteiten aan redelijke eischen voldoen. Yan practische opleiding van genocsheeren is dan nog geen sprake; alleen met 't beginsel is dan nog maar gerekend. Spr. vraagt: kan ons volle jaarlijks 5 ton bij eenbrengen alloeu voor do V. U., terwijl daar naast zooveel belangen behartigd worden. Spr. zegt: ja op één voorwaarde. Dat men n.L t- besof heeft dat als men dit bereikt heeft men dan ook do eindstreep hieeft gehaald, 't Bedrag is zeer groot maar niet onoverkomelijk; Het aantal belijdende leden van de Geref. Kerken in Ne derland haalt reeds 230.000. Ovor een paar jaar 2,50.000". Als ieder lid van die kerk nu f 2 por jaar bijdraagt is het bedrag gevonden. Nu gaat dit velen to zwaar, maar anderen kunnen ook voel weer bijdragen. Dit is te bewijzen. Er rijn 2 locale comiló's in ons land waar de contributie voor de Y. U. ruim f 6 bedraagt per belijdend lid maat v. d. Gerof. Kerk. Maar ook in gewono streken haalt men toch do f 2. Hot is dus geen hersenschim. Mits men slechts dit zeggen kon: is dit half millioen er, dan zijn wa klaar, dan kobben we onze V. U. met 5 faculteiten! Dan kwam het er (luid applaus.) Maar zoo staat do zaak niet! Dan hebben w© nog slechts 1/3 van wat noodig i6. Zulk oen be drag van li millioen bijoen te brengen is onmo gelijk. Evenwel: dat dit II millioen niet opge bracht worden kan brengt mee dat bet half mil lioen niet opgebracht worden zal. Hier werkt do psycholgische factor. Ontmoediging geeft inzin king. Do helft van het half millioen komt er niet als men denlct: wo komen nooit bij het eind doel. Hoe dan nu? Zullen we een smeekend oog naar do Staatskas opheffen? Afgezien van hot feit dat spr. hoopt dat ©r in do komend© jaren een grimmige waakhond hij de Staatskas zal lig gen, brengt men zoo de oplossing niet aan. Do eisch tot steun kan bij het hooger onderwijs niet worden gehandhaafd wat het bijzonder hooger onderwijs betreft. Spr. voornaamst© bedenking is dezo dat we nu reeds moeite hebben in ons land om do leorstcolen aan allo universiteiten to be zetten. Kwamen er nu nog een Hervormde en Roomscho universiteit bij, onder het regiem van gelijkstelling, dan zou 't peil van hot hooger onderwijs omlaag worden godrukt. Maar waar dan de oplossing te zoeken? Die vraag houdt spr. allang bezig. Spr. heeft in Engeland kennis ge- :i'«kt mct.de ucircrslte&ii van OrJóvd en Cam bridge'oir dit gaf rïeiJ.i.-g aan tpr. deuken. voor 't eoist cut ia Oxford of_ Cambridge war U voorat getroffen doo? tweo dingenprac! isoho oude gebouwen vol van traditie ec een leger van studenten nagenoeg geheel ondergebracht in Hoe- pit i en. Maar 't meest trclt de inrichting der universiteiten, 't Is eigenlijk goen universiteit. Maar een verzameling van nie; geheel conipl-to universiteiten, 't Is een federatief lichaam dal do verschillend© „colleges" uiterlijk in één lichaam saambrengt maar dat do zelfstandigheid van de doelen geheel onaangetast laat. Elk college is een incomplete universiteit dat soma, afgezien van hot beginsel, lijkt op onze V. U. als twoo water droppels. Zo dateoren van 1256 tot 1807. Ze zijn in verband met den tijd waarin z© gesticht werden ingericht. Elk „college" heelt ©igen hoog leeraren, die niet hoogleeraren zijn aan 4e Ox- fordsche universiteit. Nu heeft men in Engeland niet het verschil in geestelijke 6trooming; één college heeft soms vrijzinnig© enRoorascho en Calvinistische hoogloeraren. Maar men kou de splitsing in colleges doorvoeren op t princiop van de scheiding door geestelijke strooming. In Ox ford wordt d© medische, en natuurwetenschappe lijke faculteit ingericht op dezo wijze dat zij uit gaan van al do colleges gezamenlijk. Kan nu do oplossing van ons universilei te- vraagstuk niot in gelijke richting worden ge zocht? We kunnen, het niet precias zoo doen als in Engeland. Maar wel zon kunnen, dat alle male- ricclo hulpmiddelen voor het - natuurkundig en medisch onderwijs werden afgenomen van de uni versiteit die ze nu.heefft en werden ondergebracht bij een afzonderlijke staatsinstelling, opdat zo ten dienste kwamen van het hooger onderwijs en do studenten van alle inrichtingen voor hooger on dérwijs. ter plaats© gevestigd er van konden ge bruik maken. Kon die oplossing gevonden wor den, dan war© het voornaamst© struikelblok tor uitbreiding van onze Y. weggenomen. Het is een denkbeeld waartegen véle bedenkingen kunnen worden ingebracht. Wo zijn dusgenaamd democra tisch, maar tegelijk een uiterst conservatief Yolk. Spr. wil dat niet zijn. Spr. ziot d© bczwjuen, maar ook do groot© - voordeden: 1. De V. U. wordt geholpen uit een anders onoverkomolijko moeilijkheid. 2. Zoo komt er beperking van kos ten. Er is vak en vak. Voor het ceno hebben we menschcn van onze richting noodig; bij hot an dore vak spreekt dit rooi minder. Spr. denkt zich de V. U. en een rijksuniversiteit op een plaats govostigd en zondert do theologische faculteit gebod uit, maar acht het dan zeor wel moge lijk, dat de studenten voor sommige faculteiten eigen hoogloeraren moeten hebben, voor andere hot onderwijs van de rijkBunivorsiteitshoogloera- ren konden volgen. 3. Het derde grooto voordeel is de aanraking met andere universiteiten. De voorzitter verheugt, rich, na dit woord, dat de hoor Colijn directeur is geworden. Men zal hot mot hom niet makkelijk hebben. Er komt friseft bloed. Maar spr. is toch niet zoo pessi mistisch. Deze buitengewoon drukbezochte verga dering bewijst» dat de V. U. d© liofd© van het Goref. volk toch nog heeft. Spr. gooft gelegen* heid tot bespreking. De heor van der Ploeg zegt: Wo hebben 5 univorsiloiton. Doek er tweo van op! Geef van d© gebouwen één universiteit aan do rooni6chen en één aan ons. Dan rijn;wo ear (hilariteit.) Do hoor Colijn antwoordt dat dit geheel on mogelijk is. Maar iets anders is hot denkbeeld vroeger Toods door dr. Kuyper gekoesterd, of bij min volledige bezetting van iedere rijksuniversi teit niet bezuinigd zon kunnen worden. Maar be zuiniging is zaak van de regeering. De voorzitter stolt voor, dat de plaat© voor de volgende jaarvergadering door directeurou zal worden bepaald. Spr. dankt do Friezen en wie voorts uit hot gehoolo land kwamen voor hun tegenwoordigheid. Yan dezo zeer welgeslaagde vergadering is opnieuw rijk enthousiasme uitge gaan. Spr. herdenkt hot sterven van prof. B.a- vinck. Maar voor iets nieuws roept God weer grooto mannen. Spr. is optimist en vindt dat wo rijke ©tof tot danken hebben. Er is geen land met zoo uitgebreid© christelijk© actie. En ook dezo vergadering, zoo groot in getal, kenmerkt© zich door groot© geestdrift. Met dio gedachte gaan we van hier en voorts doe iodor in zijn kring wat zijn hand vindt om to doen. Spr. ein digt met dank aan velen. Dr van Es, van Leeu warden, ging voor in dankgebed. De gevaren der bioscoop. Wo nemen via „Het Kind" ©ver hetgeen De B. (mr. H. d© Bie) in „Hoendorloo" schrijft over de bioscoop: „Hot strafgeding tegen den filmspeler „Fatty" t© San Francisco en hot afschuwelijke drama, dat daaraan blijkbaar is voorafgegaan, hooft in do Unie eon veldtocht tegen do gevaren van deu bioscoop ontketend, waarvan o.a. een uitvloeisel is do openbaarmaking van een enquête te Chicago onder de voormannen op het gebied van onder wijs en opvoeding. Prof. W. Burgess hooft do volgende samenvatting van de conclusies dor in- gokomen antwoorden gegeven: .Do bie:-open: !.:u e l:ct' Schoolwerk; rvr.co don kinderen c a n togotf beeld van het leven en zijn plichten verminderen don eerbied voor hel gezag; leidon tot oen zekere vroegrijpheid in sexueeb aangelegenheden wekken geringschatting voor het huiselijk» leven; oefenen een Biechten invloed op zedelijkheid en reinheid; rijn, over het geheel genomen, ook sdiadMijK voor hot lichaam, daar zij nadeelig werken op do ©ogen, ook rijn zij 6lecht voor vitaliteit on mentaliteit." Na een aantal cijfers te hebben gegeven over den omvang dor filmindustrie in Amerika zegt d© schrijver: „Men wiego zichzelf niet in 6laap met te den ken: Amerika is ver weg; de filmindustrie daar werkt ook voor d© Europeesch© bioscoopen en ondanks don woningnood en d© bittere behoeft© aan moor kerken en meer gebouwen voor maab» 6chappelijken en paedagogischen arbeid onder de rijpende }e«gd verrijzen thans b.v. in een stad als Rotterdam op peperdure terreinen w©1or twee goweldige bioscooptheaters, waarvan hot een© aankondigt, dat er 1100 fateuils zullen zijn! „13 het onverantwoordelijk en droevig togtx lijk, dat diverse kapitaalkrachtige ondernemingen en personen in de Nederlandsche Bioscoop-trust dezen onze volkskracht sloopenden arbeid steunen an or wellicht van profiteeren ook? Zal hot nu aanhangige wetsontwerp tegen dezen machtigen 6troom een dam van voldoend© kracht opwerpen." Als het goud verdonkert. Op Westervcld werd iemand „ver- ascht": 't Lijk kwam heelemaal uit Deventer. Als 'fc meer gaat: er werd voor de veraeschiiig door enkelo vrienden gespro ken, zooals men dit bij ©en Christ©'ijke begrafenis ook wed a<an de groeve doet. Maar wat me vooral trof, zegt U i fc- k ii-k in Fr. D g b 1. Daar sprak ook 'n Deventer d 0 m i- ne 0. Echter niet in zijn ambt: Neen, lees ik, hij trad op als woordvoerder van de lege der Deventer Vrijmetselaars! Eon predikant, krachtens zijn ambt Be dienaar des Goddelijken Woords, die voord© verbranding namens de vrijmet selaars het woord bii de lijkbaar voert, hoe ver zijn we van de dagen Revius', die ook als predikant te Deventer stond in onzen tijd af! „EEN HEIDËNSCH LAND." Dio uitdrukking is van dr. A. W. Bronsveld, den bekenden Utrechtschen predikant in ruste, redacteur van Stemmen voor Waarheid en Vrede." Eon heidensch land dat werd Nederland in de jaren 1870 en volgende. Door af te zakken tot allerlei goddelooze practijken Door hot verkon digen van allerlei paganistischo leerstellingen. Dat voelde dr. Bronsveld heel duidelijk in 1871. En hij verblijdde zich van heeler hart© over d© verkiezing van dr. A. Kuyper die door het dis trict Gouda afgevaardigd werd ate lid van do Twcedo Kamer. In do Eteramen voor Waarheid en Vrede" vertolkt© hij zijn vreugd aldus: „Neen, we zijn geen machtoloozo. geen stille" partij meer. D© liberalen „het denkend deel dor natie" mooton met otio rekenen. Hun schoonste dagen zijn voor bij. Het blijkt meer eri meer, dat er ook nog bij do kern van onzo natio niet weinigen worden aangetroffen, die van het streven om ons land woor tot oen hoi dons ch land t© maken, af- koerig zijn." Wat had zegt de Waarhoidsvriond, dr. Bronsveld in 1874 een goeden kijk op de din gen! Geen .^tillo" partij do liberalen moeten met ons rekenen de kern van onze natie wil niet dat van ons land Óen heidensch land g©< maakt wordt.allemaal waarheden. En nu is dr. Bronsveld al zoo veranderd, dat hij zijn vloek uitspreekt over de Antirevolutio nairen dat hij in toorn ontsteekt als er go- zegd wordt, dat er paganistische factoren in ons Volksleven zijn, waarvoor to waarschuwen is en als bewijs, dat dr. Bronsveld heelemaal op z'n hoofd loopt, kan dienen zijn advies bij den nu gelukkig volbrachten stembusstrijd gegeven n.l. dat wio evangelisch-chrislen is, in do poli tiek iibo-Taal moet zijn. Wat kan oen mensch toch wonderlijke dingen uithalen in z'n leven. Toen or liboralen waren waarschnwdo dr. Bronsveld voor hen en juichte over de vorkio» zing van dr. Kuyper. Nu er geen liberalen meer zijn zegt dr. Brons veld. dat evangelische christenen er voor moeten zorgen, dat zo er weer komen! Gelukkig, dat „de korn van ouzo nalin" er anders over gedacht heeft! FEUILLEf ON. De Germaansche gevangene Een verhaal uit de eerste eeuw onzei jaartelling. 58) Dat. welbegrepen eigenbelang en die scherpziende voorzichtigheid, die de on veranderlijke grondstellingen van hefc Fa rizeïsme zijn, maakten due dat Onias zijn vrouw aanmoedigde in haar mildheid voor de arme leden der eynagoge. Alleen was het hooge bedrag een oorzaak van botting tusschen het genoegen van alom gewerd te worden en het gevaar van voor rijk te worden aangezien. De dag van Hilda's huwelijk kwam. Met bruidszangen en door een stoet van maagden met brandende lampen werd de jenge bruid lange de e tra! en en tuinen van Antiochië naar haar nieuwe tehuis geleid. Met behaaglijke zelfvoldoening streelde Onias zich aan den avond van dien dag den langen baard. Hij 'had goedgevonden da[ Esther de arme bruid oen behoorlijk f van kaderen gegeven had; zelfs 1 had hij zonder veel tegenzin gezien dat sommige gouden en zilveren sieraden uit Esthers zwarte hairen naar de blonde lok- j kon dor Gennaantche verhuisd waren, Bo- i. vondien was het reeds een weldaad dat hij haar togen losprijs vrijgelaten had. In Leviticus was geen enkele .aanwijzing dat de wet van vrijlating in 't Sabbatjaar ook op heidensche slaven toepasselijk was. In geen geval was de prijs bepaald. En Hil da's diensten werden elk jaar meer waard. Hij voelde dat. hij veel verdor gegaan was dan do wet voorschreef, en dat hij verdiende door do profeten vermeld te worden. Dat maakte zijn hart zoo edel moedig dafc hij des avonds tofc Si ward) zeido: „Do dag komt nog eens. mijn zoon, dat ik misschien ook u toelaten zal u vrij te koopen." „Zeg maar dadelijk don prijs!" ant woordde Siward kortaf. „Geduld, mijn zoon, geduld! 't Is van daag feest; dan doen we geen zaken! Maar ik houd veel van u on uw zuster. Hebt ge haar gouden armversiersol go- zien? Dat heb ik zelf lang geleden aan Esther gegeven. Dit is een dag van ge schenken, niet van zaken." Siward werd driftig. Hij had de vrij heid zijner zuster gekocht voor den hoo- gon prijs, letterlijk van jaren van zijn eigen leven. Met. geduldige, edelmoedige opoffering had hij haar een U-hui* .m 'liefde en vrijheid verschaft. Voor m; 1 waren nog lange jaren vau <1: heid en kleingeestig oniah: schiet, mot de mogelijkheid althans van een cindo in het juk, de zweep, het kruis. Hij kon niet verdragen dat het geen hij zelf gekocht had zou aangezien worden voor de weldaad van een ander. „Ik vraag u geen aalmoes; ik vraag rocht!" zeide hij. „Spreek open, noem den prijs van mijn vrijheid, en neem uw ga ven terug zonder ze als een deel van mijn losgeld te rekenen." Maar aalmoezen geven wais den Fari- zeör veel gemakkelijker dan recht te doen. Een aalmoes is een bepaald deel, dat af gezonderd worden kan van de rente, die het bedrijfskapitaal afwerpt, en dat het geheel onaangetast laat. Maar recht is ©en groot woord, dat ieder kan uitleggen naar eigen verkiezing, 't Kan zelfs het kapitaal, den geheiligden 6chat van de Muntgodin, aantasten! „Recht!" riep hij boos. „Recht! Dat iö een - sluwe heidensche verdraaiing van mijn mildheid. Ik geef vorstelijk, en gij ei3cht. van mij recht, alsof 'k oen dief was." „Mijn zuster mag nooit door uw ge schenken aan banden gelogd worden!" wierp Siward heftig tegen. „Morgen kunt ge den armband weer bij uw schatten bor- M'O.r Esther kwam stil tol hem cn d? bad vriendelijk op Onias' in», ep Siward's 'hand leggende, sj; zij: ,,'t Was mijn armband Siward; mijn geschenk aan 't kind, dat ik liefheb. Laat haar het houden, 't Is me hard genoeg van haar te scheiden. Beroof me niet van het genoegen haar van dienst te zijn. En geloof me: Onias zal u recht doen, hij wil het; onze wet gebiodt het. Morgen wordt het contract tusschen u beiden opgemaakt. En geloöf mo: hij zal het nooit willen verbreken. Voor wie zou den wij sparen en opgaren? Wat kan dat leven ons schenken, dat we daarvoor war gen zouden onzen God te beleodigen?" Haar oogen schitterden met een glans, die Gallias roden zou gegeven hebben haar eer onder de profetessen te rang schikken dan bij de Hannahs en de Ruth's. Zo had daar een snaar aangeraakt, dio haar hart van angst trillen deed ©n het nKten van haar echtgenoot te luide spreken om het te wederstaan. Ze had zichzelve met hem verantwoordelijk gesteld. Met bevende hand toekende hij den vol genden dag do overeenkomst, waarbij hij zich onherroepelijk verbond Siward in vrijheid te stellen, zoodra die hem een vastgroeide som betaalde. 't W; s voor Siward niet gemakkelijk bijten te brengen; daar onder- vals!0 deel zijner vordicn- t ...as zou zijn. Toch gevoelde hij sedert dien dag der druk der go'.on- dorihcid van zich afgenomen. Voor zich zag hij zijn trljheijl, er. /'in edel doel van bevrijding van zijn volk; cn daartussehen alleen do volharding van zijn eigen moedige hart en den arbeid van zijn sterken arm. Hij vóelde zich weder mensch, niet. lan ger koopwaar. En nu, het hart. me dio niouwo hoop vervuld, begon hij weder te golooven dat er oen levende God was. in wien Esther geloofde, do Hope van Lraël en van ieder mensch, die als Hilda geleerd had Hom lief te hebben. XXIV. 't Was hot jaar 30, Agrippina'- eerste iaar van haar ballingschap op Iit ibnd Paudataria, die drie jaren duren zou. Tiber:na had die jaren doorgebracht i« vrijwillige ballingschap buiten Rome, dafc hij regeerde cn haatte, in de twaalf villa'i op Caprea, in zulk oen paradijs als mei* schen zlchzdven scheppen kunnen, wan neer zij bo:-loten hebben niet te letten of. hef vlammend zwaard der goddelijke go- iXK-hl igheid, allen arbeid in hot zweet hun» aanschijns te vermijden en zich alle® bezig te houden met. hetgeen aangenaai* voor 't oog en streelond. voor do tong iM als goeden kennendo het good cm b€C kwaad in d© wereld van doornen cn dte« telen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1922 | | pagina 5