Dagblad voor Leiden en Omstreken. BINNENLAND. ABONNEMENTSPRI S IN LEIDEN EN BUITEN LEIDEN WAAR AGENTEN GEVESTIGD ZIJN PER KWARTAAL 12.50 PER WEEK 10.19 FRANCO PER POST PER KWARTAAL 12.90 3de JAARGANG. MAANDAG 3 JULI 1922 No. 680 Bureau: Hooigracht 35 - Leiden - Tel. Int. 1278 Postrekening 58936 ADVERTENTIE-PRIw 6. PER GEWONE REGEL 4 f 0.221 DES ZATERDAGS B 5 10.30 INGEZONDEN RECLAMES DL*PP UUEB! KLEINE ADVERTENTIES van hoogstens 30 woorden 50 cent; Zaterdags 75 cent •a* bij vooruitbetaling. V Er dreigt gevaar. Er dreigt gevaar voor onze scholen. Onlangs hebben wij melding gemsu van een uitspraalc van een der vrijzinni- ige propagandisten, die de Christelijke schoolpolitiek vergeleek met schat- kistpiraterij. Én tegelijkertijd acht' te Ihet hoofdorgaan van de S. D. A. P. het noodig te spreken van b o e v e r ij. Mevr. WennigerHulsebos, die de vo rige week te Rotterdam voor den Vrij heidsbond optrad sprak volgens het ver- elag in de N. R. Crt. in denzelfden geest teen zij zich aldus uitliet: „Godsdienst als prikkel voor het sen timent mag in de politiek geen rol spe len. Het splitsen van de scholen „vol gens de godsdienstige sekten" neemt spreekster geldverspilling en- der het mom van Godsdienst." De voorstanders van de Christelijke school zijn dus onoprecht. Zij ge bruiken den Godsdienst slechts als een mom om hunne geldverspilling goed) te praten. Deze uitspraken zijn zeker teekenend. Ze loeren ons wat ons te wachten staat, indien ooit weer een tijdperk van vrijzin nige overheersching mocht aanbreken. En nu zegge men niet dat dit onmoge lijk is. Men kan zijn tegenstander nooit een grooteren dinst bewijzen dan door hem te licht te achten! Wanneer slechts een klein smaldeel on der de kiezers zich laat verleiden om op de linksehe candidaten of op die van de -belangenpartijen te stemmen, dan staat alles op losse schroeven. Voor de vrijheid en het recht van onze scholen is vele tientallen jaren geworsteld en gestreden. Aan ons de taak om te behouden wal verkregen werd. Er dreigt gevaar voor onze scholen. Meer misschien dan wij wel vermoeden. Daarom is 'het temeer noodzakelijk, dat, wij a.s. Woensdag onze stem uitbren gen op den eersten candidaat van lijst 6, op M r. V. H. Rutgers. V Vrouwen, stemt Rutgers „Do taak, waarboe de overheid tegen woordig is geroepen, is m. i. de bescher ming der zedelijke machten, die werken in do maatschappij. Daartoe reken ik o p de eerste plaats de verdedi ging van het huisgezin, het fundament van onze samenle ving, tegen alle aanvallen van vrije liefde, neo-malthusianis- m e, waaraan het blootetaat." Zoo schreef Dr. H. Bavinck in 1918. Welnu, de Anti-Revolutionaire partij wil niet anders, dan een Overheid te steu nen, die het huisgezin, het fundament van onze samenleving, tegen alle aanvallen wil verdedigen. Do strijd van de A R. Partij gaat mede vo<or heb behoud van gezin en huwe lijk. Daarom, vrouwen, stemt a.s. Woensdag Mr. Rutgers. Maakt rood het eerste hokje van Lijst N o. 6. Stemt anti-revolutionair. D s. H. J a n 6 e n, voorheen pred. bij de Chr. Geref. Gem. te Leidon, schrijft ip de „N. Haagsche Courant" het volgen de: Wie gisterenavond met mij tegenwoor dig geweest zijn in het gebouw „de Dage raad" alhier, zijn voor het meerendeel stellig teleurgesteld huiswaarts gekeerd. Blijkons een aankondiging zou daar im mers door een van de candidaten der „Staalkundig Geref. partij" Ds. Vreug- denhil van Borsele, gesproken worden over „Ons Beginsel" en ieder heeft daar bij gedacht aan het beginsel van de „Staatkundig Geref. partij". Dat heeft ook mij genoopt te gaan luisteren, Maar als ik ooit teleurgesteld ben, dan ie het gisteravond geweest. En als mij iets dui delijk geworden is, dan is het dit: dat wij dergelijke menschen niet naar de Tweede Kamer moeten zenden. Daar zijn al war hoofden genoeg; laten wij toch dat aantal niet meer vermeerderen. Ds. Yreugdenhil heeft in naam over „Ons beginsel" maaT in werkelijkheid over zich zei ven gespro ken en een poging gewaagd om zijn can- didaatstelling voor do Tweede Kamer uit zijn ambt te verklaren. Wanneer dan ook de dwaze en onbijbel- sche theorieën, die Ds. Vreugdenhll over het ambt verkondigd heeft, in praktijk moesten worden gebracht, dan zouden alle ambtsdragers naar het lidmaatschap der Tweede Kamer moeten staan; dan was het allerbest, dat men de kerkelijke ver gaderingen maar met staakundig gezag bekleedde en den Staat liet opgaan in Kerk. Ik kon niet gelooven dat deze rede neeringen kwamen uit den mond van een predikant, die met het schoone formulier in zijn ambt was gesteld en de vragen van het formulier had beantwoord. Ik zou dan ook Ds. Yreugdenhil ern stig aanraden, dat formulier nog eens te lezen en te zien of hij daarin ook maar eenigen grond of aanwijzing vindt voor datgene, wat hij gisterenavond inzake het ambt heeft beweerd. Laat ik hem eerlijk mogen zeggen, dat ik mij niet geërgerd, maar bedroefd heb, omdat deze onbijbel- eche redeneeringen gestaafd werden met een beroep op „bijzondere goddelijke in leidingen". Dat heeft mij bedroefd, want daarin heb ik gezien het groote gevaar van het subjectivisme. Als wij geen steun vinden kunnen voor onze beweringen en bedoelingen in de Heilige Schrift., dan zoe ken wij die eenvoudig in 'n diepere inlei ding des Heiligen Geestes. In dat gevaar is Ds. Vmigdenhil gevallen en ik moét hem ernstig waarschuwen op dezen weg niet voort, te gaan. Want op dezen weg verliest hij den geopenbaarden wil van God die ons allen, en dus ook hem, tot een richtsnoer voor geloof en leven gegeven is, en hij loopt gevaar te vervallen tot geestdrijverij. En allen, die hem gehoord hebben, roep ik toe: zend zulk een man niet naar de Tweede Kamer, want daair hoort hij allerminst thuis. Daar hebben wij behoefte aan mannen die niet alleen beweren een beginsel te hebben*- maar die ook de gaven en de kennis van God heb ben ontvangen, om dat beginsel in onze Volksvertegenwoordiging uit te dragen. Daarom stemt A n t i-R e v o 1 ut i- onaid STADSNIEUWS. De excursie der Haagsche gedelegeerden. Over de excursie, waarvan wij in ons nummer van Zaterdag melding maakten zij nog het volgende medegedeeld: Het Haagsche gemeentebestuur had een groot aantal uitnoodigingen rondgezon den en het gezelschap, dat aan den tocht deelnam, was niet alleen zeer uitgebreid, maar ook zeer internationaal. Behalve de leden van de delegaties en de buiten- en binnenlandsche conferentie-j ouroalis tea" waren genoedigd de leden van het Inter nationale Hof en het corps diplomatique. Natuurlijk behoorde ook minister Van Aynebeek tot de gasten. Verder waren er led\ri van de rechterlijke macht en ande rs hooggeplaatste ambtenaren genoodigd. Ook <nkele leden van Gedeputeerde Star ten maJa^ten het tochtje mee. 'Als gawhoeren traden do leden van het college van tl en en Van den gemeen teraad op. De excursit was uitnemend geregeld. Elk van de f^o*4igden had bij de invita tiekaart een spetskaartje ontvangen, waarop hij het traw ]£011 nagaan, dat bij den tocht gevolgd 7011 worden, en om i 11 uur des morgens stond er aan het Hol- lamdsche Spoorstation voor 't gezelschap 'n extra-trein gereed om bet naar Leiden te brengen. De gasten verzamelden zich te gen dien tijd in een dichte menigte op het perron. Hoevelen het er waren is moeilijk -te zeggen, doch het zullen er niet veel minder dan 400 geweest zijn. De leden van de delegaties werden van hun dames vergezeld. Afzonderlijke vermelding ver dient, dat de Russische delegatie mot eeniga van haar experts en secretarissen van de partij was. Zij trok op het perron wel de meeste belangstelling tot zich en niemand die meer aangesproken werd dan de onverstoorbaar glimlachende Litwinof. In de Oude Vest voor de Lakenhal wachtte een vloot van 21 vaartuigen om het gezelschap aan boord te nemen. Er was één groote boot, de „Pauline", voor de hoofd gedelegeerden met hun dames en de Nederlandscbe autoriteiten en een an dere groote boot, de „Volharding VII" voor de internationale pers. De overige leden waren in kleine groepen over de andere vaartuigen verdeeld. De gemeente Den Haag had over de motorvaartuigen de beschikking gekregen, dank zij de be middeling van de Koninklijke Nederland sche motorbootclub. De vaart ging eerst langs den Ouden Rijn op Alphen aan. Onder '6 Molenaars brug werd „aangelegd". In den tuin van de Villa Nuova waren een tweetal groote tenten opgericht; waar een copieus dejeu ner werd geserveerd. Daarna ging de toch' over het Braassemermear met zijn wijde aspecten en prachtige vergezichten, langs Oude Wetering, door de Ringvaart naar het Kaagermeer, waar de ranke boo ten een poosje om de eilanden „spelevaar den", de kleurige vlaggetjes wapperend in don wind. Langs de Lee bereikte men ten slotte Warmond, vanwaar in den laten namiddag een extra trein de deelnemers, blozend van den frisschen bollen wind, zon en lucht, huistoe bracht. Winkelweek. Blijkens eene in dit nummer voorko mende advertentie, worden onze Leidsche winkeliers opgeroepen tot deelname aan de dit jaar wed^-" te houden Leidsche Winkelweek. Zooals men zich herinneren zal, werd in de jaren 1919 en 1920 reeds een zoo danige winkelweek gehouden, welke bei de koeren schitterend slaagde. Het initiatief werd toen genomen door de 3 Oct.-vereeniging. Het vorige jaar besloot de 3 Ocf.-Ver- eeniging echter geen winkelweek te orga- niseeren, dioch dit over te lat^n aan den Leidschen Winkelstand zelf. Van de zijde der winkeliers werd toen geen verdere aandacht aan de zaak ge schonken. Thans evenwel hebben de. drie hier ter stede gevestigde winkkdiensvereenigin gen n.l. de neutrale, katholieke en christelij ke, het initiatief genomen tot hel organisee- ren van .een winkelweek, welke zal -gehouden werden vau 27 Sept. tot 3 Oc tober a.s. Een uitgebreid regelingscomité zal de zaak organiseeren en leiden. Wij kunnen niet anders dan deze actie toejuichen. Niet alleen geeft een winkelweek aan de viering van den gedenkdag van Lei den's Ontzet eene feestelijken inzet, maar tevons brengt ze voor nering en hantee ring weder leven en vertier. Vooral in den tijd waarin we thans le ven, nu alles zucht terecht: of ten onroch- te over de gevolgen der malaise, verdient de actie vam onze Leidsche middenstands- vereenigingen waardeering, en wij hopen dan ook hartelijk dat evenals vorige jaren de winkelweek van 1922, schitte rend zal De Propagandartoclit voor Rutgers. Zelden hebben wij een verkiezing voor de Staten-Generaal meegemaakt, waarbij het zoo kalm en rustig toeging als dit maal. Zaterdag is de stemming er echter een weinig ingekomen. Voor drie verschillende partijen werd Zaterdag door fietsende partij-genooten -gedemonstreerd, n.l. de R. K., de S. D. A. P. en de A. R. Van de drie genoemden, was do rijwiel- optocht van de A. R. partij zeker verreweg de mooiste. Het was in één woord een keurige stoet, bestaande uit 70 doel nemers en deelneemsters. Onder leiding van den heer C. A. de B r u ij n werd de stoet aan de Burggra- venlaan opgesteld. Voorop ging een schitterend versierde auto, waarin een tweetal in het wit ge- kleede en met Oranje gesierde meisjes, die uitstekend dienst deed om baan to ma ken en den te volgen weg aa.n te geven. Achter de auto reden de Voorzitter en Secretaris der Organisatie, de heeren Karstens en Lambooy, waarachter om beurten twee dames en twee heeren volgden. De heeren waren getooid met Oranje- strikken, terwijl de dames een breed Oran jelint over den schouder droegen, waarop de naam der Anti-Revolutionaire Kies- voreeniging „Nederland en Oranje" in goed sprekende, zwarte letters was ge drukt. Allen voerden een op de fiets gebonden reclamebiljet mede, waarop te lezen stond Wij stemmen Rutgers Te circa 4 uur reed de stoet af, het ge- toeter van den auto en het geklingel der fietsbellen deed de menschen bij bosjes toestroomen. Nadat een gedeelte van de 6tad door kruist was, waarbij alle buurten zoo veel mogelijk werden bezocht, reed de stoet via den Morschweg over Rhijnhof •naar Oorstgeest, waar aan Café „Het Witte Huis,, werd halt gehouden cn ge- pauseerd. Nadat weder het commando „aantre den" had geklonken, en de gemeente' Oegst.geest was doorkruist-, ging het via den Rijneburgerweg, weer naar de stad, waarop het andere stadsgedeelte met een bezoek werd vereerd. Toen de stoet het Kooikwarcier had bezocht, werd nog even langs Lage Rijn dijk naar Leiderdorp gereden, waar men ©venals te Oegst.geest niet weinig ver baasd was over deze mooie demons!rade voor den Candidaat der A. R. Partij, Mr. Rutgers. Menige uitroep als, mooi zoo, prachtig zoo, of, ja, Rutgers stemmen w ij ook, mochten de fiersende demonstranten op vangen. Te circa half negen keerde de stoet in uitstekende orde op het terrrein aan de Burggravenlaan terug. Geen enkele wanklank was gehoord. Alles liep in de beste orde af. Hoewel de deelnemers en deelneemsters na bijna 4ji uur gefietst te hebben, uiter mate vermoeid en bestoven aankwamen, was men toch niet te vermoeid om, na een kort- woerd van dank van den voor zitter, den heer Karstens, aan alle dames en heeren voor hun verleende me dewerking, nog uit volle borst een twee tal coupletten aan te heffen uit Da Costa's strijdzang, waarna de schitterend geslaagde rijwieloptocht weer tot. het ver leden behoorde. Zaterdag j.l. herdachten mej. A. C. Berends, bibliothecaresse en de heer P. J. Smit, concierge bij" de Openbare Leeszaal en Bibliotheek „Reuvers" alhier, beiden den dag, waarop ze voer 12 XA jaar hun betrekking aanvaardden. Des namiddags 3 uur werden de beide jubilarissen door het Bestuur ontvangen, waarop Prof. Kuenen beiden in een korte toespraak namens de Vereeniging voor hun ijver en toewijding dankte en hun een enveloppe met inhoud overhandigde. Een onzer lezers deelt ons mede da* hij de plaat, ingestoken in de verkiezings courant en waardoor gewaarschuwd wordt rechts te houden, voor zijn raam heeft gehangen en dat deze propaganda zoor de aandacht trekt. Wij maken hier van melding om daardoor anderen op te wekken dit voorbeeld te volgen. Zekere G. G. heeft aangifte gedaan dat hem op de Zaterdagavondmarkt een portemonnaie, inhoudende f 7.—, ont rold is. L. H. deed aangifte, dat een glatruit in zijn woning aan de Heerenstraat in de nacht van Zaterdag op Zondag is vernield. Van de daders geen =noor. Onze goede oude Sleutelstad neemt zoo langzamerhand alle allures aan van een wereldstad. Hedenmorgen werden we verrast door het bericht van een complete scraatioof, zoodat zeik de apachen niet ontbroken om het geheel in stijl te houden. Toen mej. S. hedenmoroen op het Ra penburg wandelde., werd haar handtaseh- je, dat een vrij groot bedrag aan geld bevatte, haar door een ongunstig uit/iend individu ontrukt. De man was in een ommezien verdwe nen en doordat, alles zoo vlug in zijn werk ging kon mej. S. slechts een zeer onvolledige signalement, verschaffen. Do aanrander was een gezet-flink persoorv vermoedelijk met een bruine pet op en gekleed in een donker gekleurd costuum. De botervsrkoop. Wij hebben, zegt het Hdb l., al meer malen geschreven over de eigenaardige sprongen, dio de boterprijs tegenwoordig maakt. Ook over den verminderden ex- r<r>rl. tot de binnenlandsche consump tie in een omgekeerde verhouding staat als vroeger: voor den oorlog ging ge middeld een 70 pet. van de productie over de grenzen, tegenwoordig zal een onge veer gelijk percentage in het land blijven, al is sedert het intreden van de droogie do export in de laatste weken weer wat toe genomen. De oorzaak van de groote verandering zit niet alleen direct in de valuta-verhou dingen, maar ook in de veel grooter ge worden binnenlandsche vraag. Wij eten wel degelijk een deel van onzen export op, wat overigens uit een oogpunt van volksvoeding een gunstig ver schijnsel is. Wat speciaal de boter betreft, is het goeddeels veroorzaakt door den invoer van de Australisch-Engelsche gouverne- ments-boter, groote geconserveerde oor- logs voorraden, die tegen een ongekend- lagen prijs verleden jaar op onze markt werden geworpen; er kwam trouwens nog import van versche Australische bo ter bij, die ook goedkooper was dan de onze. Geen wonder, dat de boter zoodoende de margarine voor een deel heeft verdron gen, ook nadat de bijzonder lage prijzen tot het verleden behoorden. Of deze toestand zal aanhouden, hangt grootendeels af van de vraag, of de Australische concurrentie, van versche bo ter dan, tegen one winterseizoen zal wor den hervat. De laatste maand is er een ge voelige stijging ingetreden, waarbij hefJ merkwaardige verschijnsel zich voordeed, dat het buitenland (speciaal Engeland) weer door zijn vraag den prijs op onze markt begon te bepalen, zooals dat ook vroeger gebeurde. De veranderlijke verhouding tusschen export on binnenlandsche consumplie hoeft, geleid tot een crisis in de Ncd, Ooöp. Zuiververkoopcentrale, die voor don uitvoer werkte, en die nu met haar FEUILLETON. De Germaansche gevangene Een verhaal uit de eerste eeuw onzer jaartelling. Uit geheimzinnige bronnen, waarvan hij geen opheldering gaf, had Onias den koopprijs voor Hilda en Siward beiden bolaald. Hij wist wel dat Siward in wei nige jaren dat bedrag voor hem terugver dienen zou. Een gemeenschappelijk belang verbond die drie mannen; ieder hunner aange spoord door zijn eigen hoop. Laon ver langde naar zijn pleegkind; Siward werk te voor eigen vrijheid en die zijner zuster, eu bovendien voor 'zijn vaderland (hij wist nog niet hoe Germanië door den op Her man gepleegden moord den eersten tijd geen uitzicht op redding had)en Callias werd bezield door de lang-gekoesterde begeerte, welke hij dien avond voor 't eerst aan Siguna openbaarde. Hij had er zijn hart op gezet om bin nen enkele jaren Hilda zijn bruid te ma ken. Gaarne was hij bereid zijn „zeven jaren" te dienen om de zuster van een jongen held, de dochter van oen goede moedor, zelve uitnemend schoon en edel, de zijne to mogen noemen. Siguna en Esther hadden do zaak ern- i stig besproken. Het har. <jier Germaan sche was het ras genegen, in ^en soon van Laon haar zoon zir*VO0j vriend schap bewees. Ook Callias wa jiaar jief( ter wille van zijn beschaafd en hoffelijk gedrag. En de Joodsche vrouw zi? de zoveu jaren, waartoe Callias zie, bond,aartsvaderlijke wijding. Donzeden avond werd do toestemming der moe^r verkregen on Hilda aan Callias tot briis toegozogd, zonder dut ze er zelve iets van wist. Thans was Siguna's hart over haar kin deren gerust. Voor zichzelve wiet ze wat haar te doen stond. Zij moest Agrippina naar Romo volgen, en daar zoo spoedig mogelijk haar vrijheid verwerven, om tot haar kinderen terug te keeren. Dit ver telde zij huu allen. Maar aan Siward deelde zij, in het laatste uur van samen zijn, mede welke diepere beweegredenen ongeschokt in haar hart lag. Zij had het besluit opgevat om zoodra zij vrij was terug te keeren langs den noodloftigen Romeinschen weg naar het Lippedail, en daar Olaf, haar echtvriend terug to vin den. Alles wat haar verder to doen stond, hing van den ui! slag vail die reis af. Nie mand anders, zelfs niet Siward, vertrouw de zij dat toe. Anderen zouden te spoedig ontmoedigd worden. In haar hart. gloeide de ondoofbare verwachting dat hij nog loefde. En dan zou zij hem vinden. Zoo werden de Germaansche bloedver wanten gescheiden. Hilda bleef in het ge zin van Esther de Jodin; Siward in de werkplaats van Laon aan de Orontes; Siguna ging andermaal met Agrippina over zee. Naar Rome terug ging Agrippina met haar treurend gevolg; naar Rome dat nog geen twee jaren geleden de vorstelij ke gestalte van den jongen Caesar in zijn zegekar tusschen zijn zoontjes als over winnaar begroet had; door de zeeën die Temelden van dichtbevolkte eilanden; vanwaar enkele maanden vroeger elke haar honderden en duizenden gezon- ad, om hem blijde te verwelkomen. den hij de kust van Azië, ont moetten schepen van Piso. t öcneen u gevecht te zullen komen. r o® vlo-*n gingen elkaar voorbij on der het toeroten wedorkeerig - van bedreigingen eu,rerwenschingen. Die vijamdelijk^gjj j-0I1(]en Agrippina slechts weinig vero,rasten In haar jourf had zij alleen aaa dloever vaa den Riin het dichtst bij den vi^ t om do brag vna te houden ..00r do le ioenen van haar echtgenoov Manr met het voorwon) harei )ifH haar moet» aangevuurd had oe d vreeg djcr liefde verdwenen Voor fcaah,^ de TCreM we: mg verschrikkelijks moer;.behalv(! do vrees dat haar zwakke besche^;ur, yoor haar kinderen onvoldoende zijn zou. Langzaam zeilde zij de volkrijke zeeën door. Toon ze de kust van Italië verliet had een storm de schepen verstrooid. Thans hinderden geen stormen de reis. De machten der onderwereld hadden het erg ste gedaan; de naijver der goden brand de nu niet en bedreigde de weduwlijke- vorstin niet met schipbreuk. Haar gang met de. asch van haar echtgenoot, naar een hof dat haar haatte, was maar al te zeker een schipbreuk, Door kalme zeeën, onder de stralen van een onbewolkte zou, naderde zij Rome. Zoover ons bekend is legde ze bij geen der plaatsen aan, waar ze nog kort gele den met Germanicus feestelijk ontvan gen was. Geen optocht te Athene; geen wandelingen in Actium langs plaatsen hun beiden dierbaar door familieherinne ringen. Allen to Corcyra rustte ze eenige da gen, om haar geest tot kalmte te bren gen, haar geschokte gezondheid te her stellen. en kracht op te doen voor de aan doenlijke, hartelijke en deelnemende ont vangst, die ze aan de Italiaansche kust tegemoet ging. Zij had vernomen hoe diep Rome de smart gevoeld had; hoe op een va'lsch ge rucht van Germanicus* dood de gerechts ziftingen waren verdaagd en de huizen gesloten, hoe bij hot bedrieglijk bericht van zijn horstel alle tempels overstroomd waren door verheugde aanbidders, en hoe later, in December, de Sarturnaliën nau welijks gevierd waren, omdat de stad in droefheid gedompeld was. De vrienden van Caesar wachtten haar ontscheping niet af, maar haastten zich naar Brindusium, waar ze met een ge- heele vloot haar omringden. Zij kwam te Brindusium aan land. de urn haare gemaals in de armen, haar bei de jongste kinderen aan haar zijde. Haar overige kindoren ontmoetten haar op het strand. Toen de vloot in zicht kwam was or beraadslaagd over de boste wijze van ont vangst: in stilte of met rouwbeklag? Maar toen ze met. de urn aan land stapte, barstte één luid geween los uit aller borst. Men kon de stem der mannen nieti van die der vrouwen onderscheiden; al leen was, naar gemeld wordt, de wee klacht dergenen die haar ontmoetten lui der dan van hm die reeds met baar ge rouwd hadden. De kaden, de wallen, de daken der hui zen waren opgepropt met een zwijgende menigte, treurende met „het laatste ware kind van Augustus, het laatste overblijf- sc-1 dor oud-Romeinsche deugd."Nooit, wel licht, had oen geheel volk aldue gerouwd. (Wordt vervolgd)'.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1922 | | pagina 1