K
Dagblad voor Leiden en Omstreken.
ABONNEMENTSPRI S
IN LEIDEN EN BUITEN LEIDEN
WAAR AGENTEN GEVESTIGD ZIJN
PER KWARTAAL 12.50
TER WEEK10.19
FRANCO PER POST PER KWARTAAL 12.90
3de JAARGANG. - DONDERDAG 8 JUNI 1922 - No. 658
Bureau: Hooigracht 35 - Leiden - Tel.lnt.i278 - Postrekening58936
ADVERTENTIE-PRIJS.
PER GEWONE REGEL f 0.221
DES ZATERDAGS s 10.30
INGEZONDEN RECLAMES DUURF* 0ARIBR
KLEINE ADVERTENTIES van hoogstens
30 woorden 50 centZaterdags 75 cent
bij vooruitbetaling.
Als van ouds
Wij hebben <er gisteren op gewezen dat
het stemplicht-voorschrift zonder effect is
gebleven.
Met n.amo onze Kiesvereenigingen en
Propaganda-clubs zullen' goed doen hier
mee rekening te houden.
Bij de invoering van den stemplicht
meende, men dat .nu het lastige en tijdroo-
vende en kostbare ophalen der kiezers kon
vervallen, daar de wettelijke bepaling alle
trage en slappe kiezers naar de stembus
zou jagen.
En aanvankelijk was dit ook nog ©eni
germate liet geval.
Thans echter kan daarop niet meer wor
den gerekend.
De' ervaring heeft geleerd dat ondanks
het stemgebod tienduizendo kiezers thuis
bleven en de ervaring van die spijbelaars
was weer van dien aard dat anderen daar
in licht aanleiding vinden om het ver
keerde voorbeeld te volgen.
Het veiligst gaan we, indien we den
stemplicht maar eenvoudig afschrijven en
maatregelen nemen, opdat allen, van wie
verwacht kan worden dat zij onze candi-
daten stemmen, ook aan do bus verschij
nen.
Inzonderheid aan de vrouwen moet
hierbij aandacht worden geschonken.
Niet omdat de vrouwen meer neiging
zouden hebben om de wet teontduiken,
maar wel omdat er allicht vele vrouwen
zijn voor wie het moeite kost enkele
oogenblikken uit te breken en hare kin
deren tijdelijk onverzorgd achter te laten
Vrijwillige hulpkrachten moeten hier
gereed staan om deze vrouwen den gang
naar de stembus mogelijk te maken.
Geen stem mag ditmaal verloren gaan.
Ook nu kan het verliezen van een stom
onl>erekenbare gevolgen hebben.
Als van ouds moet dus- overal
de ophaaldienst, op den stemmingsdag tot
in puntjes geregeld zijn.
Bezuinigende Vrijheidsbonders.
De Vrijheidsbond fungeert gaarne als
de partij van de bezuiniging.
Op felle wijze wordt voortdurend het
Kabinet aangevallen om daardoor den
indruk te wekken dat de regeering en de
rechterzijde de oorzaak zijn van de finah-
cieele moeilijkheden.
Op die wijze tracht- men kiezers te lok
ken en zieltjes te winnen.
Maar de Vrijheidsbond wil gaarne van
twee wallen eten en daarom wordt niet
alleen op bezuiniging, maar ook op het
doen van groote uitgaven aangedrongen.
Er mogen clan geen liberale arbeiders
meer zijn, zooals de heer Bijleveld terecht
opmerkte, men wil toch een poging doen
om arbeidersstemmen te winnen.
Vandaar dat men een premievrij Staats
pensioen voorspiegelt, dat vele millioenen
zal kosten cn wat erger is waarvoor
naar men zelf in zijn ziel overtuigd is, het
geld niet is te vinden.
Zoo traeht men de arbeiders te lokken.
Maar or zijn cok nog ambtenaren.
En nu is er een tijd geweest, dat alles
wat ambtenaar was, liberaal stemde.
Die tijd is echter voorbij.
Daarom wordt nu een poging gedaan
om de afgedwaalden terecht te brengen.
Niet door de liberale beginselen op
den voorgrond te stellen, maar door op
de portemonnaie te speculeeren.
De Vrijheidsbond wil bezuiniging, ver
sobering, beperking; maar zoo roept men
den ambtenaren toe, stemt ons, want er
moet nog irêer actie gevoerd worden tot
verhooging aer pensioenen.
Bekend is het verhaal van het paard,
dat van twee wallen wilde eten en dat
deswege verhongerde.
Maar hoe moet het dan wel gaan met
dan Vrijheidsbond, die met twee wallen
nog niet tevredenis'
Bedriegelijk bedrijf.
Do Soc. Democraten trachten de kiezers
te vangen door op te heffen de leuze:
Voor de ontwapening.
Teneinde het onwaarachtige van deze
leuze in het licht te stellen diende de heer
Wijk op 14 December van het vorige jaar
in do Tweede Kamer de volgende motie in:
De Kamer, van oordeel, dat Neder
land zich bij een aanval door een an
dere Mogendheid niet meer behoeft te
verdedigen, gaat over, tot de orde van
den dag.
Do heer Wijk wilde de Sociaal-democra
ten dwingen open kaart te spelen.
Tegen de verwachting van vele partij
gangers, gaven de roode leden aan deze
motie niet hun stem.
En toen zij over deze houding in Het
Volk hunne afkeuring uitspraken, verde
digde de heer Schaper het njet steunen van
deze motie in de volgende bewoordingen:
Het zou een ware zelfvernedering zijn
geweest, indien de fractie op deze flod
derige wijze haar nieuw standpunt voor
het eerst zou hebben gemanifesteerd;
nog wel onder leiding vam een man van
het kaliber van dezen voorsteller, die
zijn voorstel uitsluiten deed om ons te
verlokken tot het uitbrengen van een
votum even onvolledig als simplistisch,
om niet te zeggen idioot.
Thans echter komen de roode leiders
met eenzelfde uitspraak en noodigen de
kiezers uit daaraan hun stem te geven.
Wij willen dit bedriegelijk bedrijf niet
kwalificeeren.
De heer Schaper heeft het ons gedaan,
en wij dingen op zijn uitspraak niets af
STADSNIEUWS.
Staking Textielarbeiders.
Door den waara. burgemeester, Mr. J.
C. van der Lip, is tot do bij de staking
in de Textiel-Industrie betrokken organi
saties het volgende schrijven gezonden:
„Tot mijn leedwezen heb ik vernomcti,
dat de tusschen uwe Besturen en de
Directie der Leidsche Katoenmaatschappij
gehouden conferentie inzake het loon ge
schil, welke conferentie heeft plaats ge
had op initiatief van den Burgemeester
en op zijn verzoek geleid is door Prof. Mr.
D. van Blom, generlei resultaat heeft op
geleverd, evenmin als de daarop nog ge
volgde correspondentie, wat ten gevolge
beeft gehad dat Vrijdag j.l. in een verga
dering van arbeiders besloten is de sta
king voort t.e zetten.
In deze 'omstandigheden acht ik bet
mij een plicht meenende, hiermede te han
delen in den geest van den Burgemeester,
nog een laatste poging te wagen om te
geraken tot een minnelijke oplossing van
het gerezen en nog steeds voortdurend
goschil. Met dat doel Deem ik de vrijheid
mijn bemiddeling in het aanhangige ge
schil aan te bieden.
Gaarne zou ik spoedig van U vernemen,
of dit mijn aanbod door U kan worden
aanvaard.
Eenzelfde schrijven richtte ik tot de Di
rectie der Leidsche Katoen-Maatschappij.
De verschillende hoofdbesturen hebben
reeds bericht, dat zij bereid zijn, de aan
geboden bemiddeling te aanvaarden.
Politieke actie.
Wij vestigen de aandacht opzer lezers
op een in dit nummer voorkomende
advertentie van de A. R. Kiesvereeniging,
waarin eem ep a.s. Woensdag in -pPredi-
.ker" te houden buitengewone vergadering
wordt aangekondigd.
D s. G. H. B e o k e n k a m p zal in deze
vergadering als spreker optreden met het
onderwerp: „Waarom wél Anti-Revoluti
onair"!
Er zal gelegenheid zijn tot het stellen
van vragen. Ook geestverwanten zijn har
telijk welkom.
Verder vernemen wij nog dat het in de
bedoeling ligt binnenkort een vergadering
te houden, waarin waarschijnlijk als spre
kers zullen optreden de Heeren M r. V. H.
R u t g e r s" en F. H. de M o n t v e r-
Loren, re&p. No. 1 en 2 op onze candi-
datenlijst.
De Leidsche Winkelstand.
Naar -wij vernemen, is het pand Haarlem
merstraat 132. waarin tot nu toe het Iheeren-
'kleedingmagazijn „De Stad Berlijn" gevestigd
was, in eigendom overgegaan aan de N.V.
vjh. A. Waals.
Genoemde firma beoogt hiermee door bij-
trekking van. dit pand een geweldige uitbrei
ding te geven aan baar bestaande magazijnen
van Manufacturen, Confectie, Tapijten, Bedden
enz. De buizen Haarlemmerstraat 132, 134,
136, alsook de reeds in bet bezit der firma
zijnde perceelen v. d. Werfstraat 3, 5. 7, zul
len tot een groot en modern winkelhuis wor
den ingericht, waardoor de beschikking ver
kregen wordt over een bebouwd oppervlak van
ruim 900 M2., -terwijl de totale verkoop- 6n
magazijnruimte meer dan 3500 M2. zal be
dragen. Het plan is om deze verandering tot
stand te brengen, terwijl het geheele bedrijf
der firma (winkelzaak, en gros-afdeeling en
lingeriefabriek) onafgebroken wordt voort
gezet. Dit zal niet mogelijk zijn zander den
v-oorraad textielgoederen, die thans in de maga
zijnen liggen opgestapeld ivoor een groot ge
deelte té liquideer en, tot welk doel dan ook
door de firma een opruiming in alle afdeelin-
gen wordt voorbereid.
Deze opruiming zal ^zeker aan haar doel
beantwoorden en men verwacht binnen korten
lijd met den voorgenomen nieuwbouw te kun
nen aanvangen.
Do heer M. A". A. Steyns alhier, is
benoemd tot lid der commissie aan welke
is opgedragen het examineeren voor M.
O. en L. O. in de lichamelijke oefening.
Tot leden van het Provinciaal
Utrechtsch Genootschap van Kunsten en
Wetenschappen werden benoemd: in de
sectio van letterkunde, wijsbegeerte en ge
schiedenis, Dr. G. van Arendonk, conser
vator aan de Universiteitsbibliotheek al-
bier on Dr. C. W. van der Pot, vroeger al
hier, tha.us hoogleeraar te Groningen.
Ijl de commissies, die belast zijn met
het afnemen der examens in de Fransche,
E'ngelsche en Hoog-Duitsche talen zijn be
noemd
Tot lid en ondervoorzitter der commis
sie voor de in de maand Augustus af te
nemen examens in de Fransche taal; de
heer P. Werkman, oud-leeraar bij het
M. O. alhier;
tot leden dier commissie de heer dr. C.
de Boer, rector aan de Universiteit alhier,
en mej. J. P. W. Rijks, leerares in de
Fransche taal en letterkunde alhier;
tot lid der commissie voor de Hoog-
Duitsche taal eu letterkunde acte M. O
B. de hoer J. M. N. Kapteijn, lector aan
de Rijks-Universiteit alhier;
tot lid der commissie voor de Ëngel-
sche taal de heer Th. Neervens, leeraar
aan het St. Willebrord College te Katwijk
aan den Rijn.
Zekere C. Z. heeft aangifte gedaan
van de vermissing van een vat carboiineum
van oen terrein aan do Driftstraat alhier.
De rechtspositie van de kerkgenoot
schappen.
Do staatscommissie'voor de regeling
van de rechtspositie van de kerkgenoot
schappen, ingesteld bij Kon. besluit van
16 April,heeft thans een rapport met ont
werp van wet en memorie van toelichting
met. bijlage aan de Koningin aangeboden.
Aan het rapport wordt het volgende
ontleend
De commissie was als volgt samenge
steld:
Lid en voorzitter: professor mr. A.
Anema, hoogleeraar aan de Vrije Univer
siteit te Amsterdam, lid van de Eerste
Kamer der Staten-Generaal, te Haarlem;
Leden: L. W.-Bakhuizen van den Brink
emeritu9-predikant, secretaris van de Al
gemeens Synode van de Nederlandseh-
Horvormde kerk te 's-Gravenhage; mr. H
Binnerts, lid van de'Eerste Kamer der
Staten-Generaal, te Voorburg; mr. dr. A
Borret, S. J. te Oudenbosch; prof. dr. T.
Cannegieter, oud-hoogteeraar te Utrecht;
mr. W. J. A. J. Duynstee, C. Sr. R. te
Wittem; prof. dr. H. H. Kuyper, hooglee
raar aan do Vrije Universiteit te Amster
dam, te Bloemendaal; jhr mr. dr. A. F. de
Savornin Lohman, minister van staat, te
's-Gravenhage; mr. dr. J. Schokking, lid
van de Tweede Kamer der Staten-Gene
raal, lid van Ged. Staten van Zuid-Hol
land te Leiden! mr. dr. L. E. Visser, raads
heer in den Hoogen Raad der Nederlan
den, curator van het Ned. Isr. Seminarium
te Amsterdam, te 's-Gravenhage.
lid en secretaris: mr. J. M. I. A. Simons,
administrateur aan het dep'artement van
justitie, te 's-Gravenhage.
Toegevoegd als adjunct-secretaris was:
F. B. L. -M. Drion, hoofdcommies aan het
departement van justitie, to 's-Graven
hage.
De arbeid der commissie was goeddeels
voltooid, toen de heer Binnerts haar ont
viel.
De commissie besloot zich te beperken
tot dio voorzieningen welko binnen de
grenzen der Grondwet vallen.
Ook meende men dat het niet in de be
doeling van'do regeering had gelegen, dat
de commissie baar onderzoek zoude uit
strekken tot de financieel© verhoudingen
tusschen kerk en .staat 'of tot de vraag
omirent de toelating der openbare gods
dienstoefening buiten de gebouwen en be
sloten plaatsen.
Eenstemmig was de commissie van oor
deel, dat een kerk niet op een lijn behoort
te worden gesteld met een gewone ver-
©eniging. Hier is een w o z e n 1 ij k ver
schil.
Bij cle vraag wat de wezenlijke elemen
ten van het kerkbegrip zijn en hoe dit be
grip nader is te definieeren, liepen de mee
ningen uiteen.
- In voorkomende gevallen zullen derhal
ve de rechter en de administratie hebben
te beslissen of een zich zelf als „Kerkge
nootschap" betitelende corporatie inder
daad ook is een Kerkgenootschap in den
zin der Grondwet.
Eenstemmig was men van oordeel,.dat
erkenning van een kerkgenootschap door
góedkeuring van zijn statuten of regle
menten ontoelaatbaar ware.
Regeeringsbemoeiing met het optreden
van kerkgenootschappen als zoodanig
moet beperkt blijven tot registratie van
het feit en den inhoud van dit optreden,
waarna zij in hun bijzondere, zelfstandige
positie bekend zullen zijn.
De commissie was voorts van meèning,
dat aan de bekende kerkgenootschappen,
alsmede aan hun zelfstandige onderdeelen
vam rechtswege de rechtspersoonlijkheid
behoort toe te komen. Op het verzuim
van mededeeling van wijzigingen in de
eens medegedeelde reglementen en bepa
lingen, heeft de commissie gemeend gee
nerlei de rechtspersoonlijkheid treffende
sanctie te moeten stellen.
Wat betreft.de goederen der rechtsper
soonlijkheid bezittende, zelfstandige onder-
deelen, deze moeten uit den aard der zaak
aan die rechtspersonen toebehooren. Doch
de beschikking over die goederen kan re
glementair afhankelijk gesteld worden
van een machtiging van het bestuur der
corporatie waartoe de onderdeelen be-
'hooren.
De commissie kwam hierin tot overeen
stemming, dat de kerkelijke verordeningen
rechtskracht moesten hebben, voor zooveel
zij niet in strijd waren met het algemeen
geldende recht. Het. systeem van bijzon
dere voorzieningen op bepaalde punten,
van diverse maatregelen ad-hoc vond bii
de commissie geen voldoende instemming.
Algemeen was men het er over eens, dat
do rechter, wanneer bij de berechting
eener kerkelijke zaak intern-corporatieve
verhoudingen zich deden gelden, hij aa?x
aard en wezon dier verhoudingen volgens
de kerkelijke reglementen, ten volle recht
had te doen wedervaren.
Nopens die reglementen en bepalinga.
wensebte de commissie een uitdrukkelijk^
voorziening, dat daaraan burgerlijkr/
rechtskracht toekomt.
Vorder kwam aan de orde do vraag:
„Behoort het publiek gozag te word
verplicht bij het treffen van maatregel^
zijdelings do werkingssfeer van kerk en
over aangelegenheden, dio rechtstreeks of
kerkgenootschap raken, met hen te dezer
zake overleg te plegen of hun gevoelen in
to winnen? Indien ja, zijn deze aangele
genheden dan met eon al gemeen e om
schrijving of enumeratief of limitatief aan
te geven? Welke is de doelmatigste vorm
voor overleg of inwinning van gevoelen?'""
De commissie denkt zich een zeer groot
terrein van geestelijke en zedelijke belan
gen, dat op raadpleging of overleg aange
wezen kan zijn. Het omvat o.m. de Zon
dagswet, de armenzorg, onderwijsvraag
stukken enz.
De commissie kwam lot de volgt J
slotsom: Overleg of raadpleging zal, i-
derscheidenlijk kan geweïischt zijn jij
iedere gelegenheid, welko den godsdienst
of in het algemeen de werkingssfeer der
kerkgenootschappen rechtstreeks of zijde
lings raakt. Een meer concrete aanwijzing
der gevallen kan van te voren bezwaarlijk
worden gegeven; naar de omstandigheden
zullen zij zich voordoen. Hetzelfde geldt
nopens een vorm van overleg en raadple
ging en met betrekking tot de Corporatie
of de veelheid van corporaties, dio daarin
zullen worden betrokken
BINNENLAND.
Dc reis der Koningin.
Een H.N.-telegram uit Christiania d.d.
7 Juni meldt:
Naar uit. Aalesund wordt bericht, is de
„Batavier V" met de Koningin en do Prin
ses aan boord, begeleid door een torpedo
jager, aldaar aangekomen.
Op Pinksterzondag woonde do Konin
gin den dienst in de Sunelre-kerk bij.
Op Pinkstermaandag reed de vorstelijke
familie, terwijl het heerlijk weer was,
naar de Nordang-vallei. Do Koningin
was opgetogen over de wilde en mooie
natuur van do streek en betuigde herhaal
de malen haar bewondering.
Gisteren lav ara het. gezelschap te Aale
sund aan. Het koninklijk gezin deed een
wandoling door do straten cn bezocht ver
scheiden winkels.
Verkiezing Eerste Kamer.
Naar „Do Tijd" verneemt, heeft de heer
P. T. H. M. Dobbelman to Nijmegen, door
oonigc leden der R.-K. Staten club van Gel
derland daartoe aangezocht, zich bereid
verklaard een eventueele benoeming tot
lid der Eerste Kamer (vacature-mr. F. J.
M. A. Rockers) aan te nemen.
De Twoede-Kamerverkiezingen.
Naar wij vernemen is het beroep van
mef. Hendriks inzake het. ongeldig ver
klaren van een lijst door het hoofdstom-
bureau in kieskring VI to 's-Gravenhage
door Ged. Staten van Zuid-Holland afge
wezen.
Zondagsbcstelling ten plattelands.
Op de vragen van het Tweede Kamerlid
Schaper betreffende opheffing der Zon-
dagsbestelling ten plattelande, luidt het
antwoord van den Minister van Water
staat als volgt:
Zooals in de Mem. v. Antw. op het
Voorl. Versl. van do Tweede Kamer over
de begrooting voor hot Staatsbedrijf der
FEUILLETON.
De Germaansche gevangene
Een verhaal uit de eerste eeuw onzer
jaartelling.
32)
Germanicus was zelf niet ontbloot van
talenten als dichter en redenaar; zijn ern
stig karakter voelde meer voor Virgilius.
den godsdienstigen dichter van het. keizer
lijk huis, dan voor Horatius, den beeldrij
ken zanger van het weelderige keizerrijk.
Zijn eigen loven had meer overeenkomst
mot. een ernstig epos dan mot een bevallig
lyrisch gedicht.
Rein en eenvoudig van leven, was hij
omringd door de losbandigheid van een
maatschappij, die door haar eigen ondeug
den langzaam en zeker haar ondergang te
gemoet ging; ernstig en trouw van"karak
ter, werd hij steeds gedwarsbomd door de
verdenkingen van een jaloersch hof; hoe
konden dan zijn weinige levensjaren - een
kalme reis over een zonnige zee zijn?
Gedurende deze geheel© reis was steeds
aan zijn zijde zijn vijand, de vriend van
Tiberius, de aristocraat Piso, lid van hst
oude huis Calpurinus, dio den kleinzoon
van den plebejer Octavius verachtte, en als
vertrouwd afgezant van Tiberius geen ge
legenheid verzuimde om den neef te dwars
bomen, wiens populariteit do keizer vrees
de; en dio als practisch en prozaïsch Ro
mein voortdurend den. draak stak met Cae
sars' letterkundigen smaak.
Nauwelijks had Germanicus als eerbie
dig pelgrim Athene verlaten, of Piso toog
er in,_ met al de aanmatigende vertoon!n-g
van don overbeerscher, openlijk de hoffe
lijkheid van zijn meester bespottende, en
de Atheners uitmakende voor een onrein
samenraapsel, 't schuim van alle natiën,
vijanden van Sulla. en Augustus.
Laon, dit vernemende, gaf Piso grim
mig gelijk.
Do oude man geloofde niets van den be
weerden Trojaanschen oorsprong der Ro
meinen, en hij pruttelde over Germani
cus' bezoek aan do velden van Troje. De
Latijnsche letterkunde was in zijn oog
een gebrekkige nabootsing van do Griek-
sche. Van de Aeneide had hijbepaalden
afkeer, half uit letterkundig, ten deel© uit
staatkundig oogpunt.
„Dat heele ding", zeide hij tot Siward
cn Callias, die hem vergezelden, „is niets
dan een poging om don keizer een ge
slachtsboom té bezorgen, een poging om
een burgerfamilie in een patricisch ge
slacht te veranderen door het. Voorvaderen
in de wolken te geveji. Het laat de godon
alleen bestaan om voorvaderen van Cae
sar te zijn. Do Voorzinigheid dient alleen
cm Caesar do opperheerschappij te bezon
gen. Heel onze glorierijke oudo Olymp is
een troepje huisgodjes, gemaakt, om bij
keizerlijke begrafenissen in processie rond
gedragen te worden."
Laon waardeerde den moed en de hoffe
lijkheid van Germanicus hoog, maar voor
de Romeinschepogingen om aan letter
kunde moe te doen had hij slechts voor
name spotternij over.
„Caesar Germanicus zou zijn tijd beter
gebruiken door de Germanen te onderwer
pen on hun land van kanalen te voorzien,
gelijk zijn vader deden dan door te Ilium
in oudheden te snuffelen. Hij zou het ook
liever gedaan hebben; 't is niet zijn schuld
dat hij hier is. 't Ware type van den Ro
mein is Cneius Piso. Dat weet de keizer
wel, en wij Grieken weten het ook. We
kunnen van dit volle nog beter verdragen
dat het ons openlijk veracht, dan dat. het
voorwendt ons te begrijpen!"
Aeneas! Wie heft er ooit gehoord van
Aeneas! Indien hij waarlijk Trojaan ge
weest ware, zou hij met zijn geslacht te
Troje gevallen zijn, inplaats van do heele
wereld door te trekken om dwaze yrouwon
het. hart te breken, en zelf als een oud
wijf te luisteren naar ioderen waarzegger,
dien hij tegenkwam!"
Callias waagde liet hem de schoonheid
van sommige van Virgilius natuurbe
schrijvingen te herinneren.
„Gebazel", zei de oude man, „een kind-
sche oude heer die zit te babbelen over de j
bloemen dio hij in z'n jeugd zag. Wat ge
ven de oudo patriciërs of de nieuwbakken
rijke lui van Rome om groene velden en
mooie bergkloven? Dio zijn hun alleen
plaatsen om wijn te koelen en pauwenton
gen en speenvarkentjos te oten, betaald
met geld in de wingewesten gestolen!
Niets maakt me zoo kwaad als dio nage
maakte eenvoud, dio aanstellerige onnoo-
zelheid: behalve dat morsen met gods
dienst en dichtkunst om verzonnen stam-
boomen in elkaar te knutselen.''
De oude man kwam niet weer in z'n hu
meur voor hij de puinhoopen van Troje
en de heuvels van Ida uit het gezicht ver
loor. Toen werd zijn oordeel over de la
tijnsche dichters wat zachter, en stemde
hij toe dat Virgilius den eenigon gods
dienst en do eenigo dichtkunst bezat,
waartoe eon Romein instaat was, do ver
eering van de godin Rome; maar dat hij,
doelende in do ontaarding van zijn tijd,
keizersgezindheid voor vaderlandsliefde
gehouden had.
„En wie zijn wij, Grieken van dezen
tijd," eindigde hij somber, „dat ik een an
der zou hard vallen! De schoonheid van
onzo vorige dagen was de schoonheid der
mannelijke kracht, geoefend in worstel
perk en op slagveld. De schoonheid van
onzen tijd is die van barbier en kapper.
Vroeger, parein de woorden belichaming
van gedachten en niemand leerdo „stiil";
thans is de stijl dekmantel voor gedachte
loosheid."
Te Lesbos gaf Agrippina haar jongste
kind hot. leven, de laatste gelukkiec "O-
beurtenis in den korten levensloop m
Germanicus. Waar- deze ouders mr
kindoren ook kwamon, overal g; -ij
elkander een gelukkig tehuis. Goiiilv. uk
en Agrippina verblijdden zich over d, ge
boorte van negen kinderen, cn betreurden
den dood van drie.
Te Calophonie landden zij op dc \ziati-
scho kust. Daar aan don oever der heldere
rivier en in de schaduw der dicht-begroei-
de borgen raadpleogdo Gonnanicae het
orakel van den Clariaanscbcn Apollo, in*
een grot waar een heldere Bron uit de
rotsen ontsprong. Do priester dronk van
het heilige water en gaf in poëzie het ant- t
woord der godsspraak.
(Wordt vervolgd)..