Tweede Blad. ran Van het feest der Eeuwigheid. Zaterdag 27 Mei 1922 Do wegen Sions treuren omdat er niemand op het feest komt! Klaagl. v. Jereiiiia 1:4. Waar do Eeuwigheid zich openbaart in den tijd, daar is feestt God is oen God van feesten, on daarom verkeort Hij alle smart in feest! Want als daar was „in den beginne" de aarde,en zij was woest on ledig, en dus „chaos", en dus „smart" kwam 5ijn Geest on Zijn scheppende kracht, en de werelden, do vorm-heerlijke ontbloei den uit Zijne hand. I Hij sprak, ©n „het licht,' was er; en zoo kennen we do gouden morgenstonden jen do avond-purper-brandon. 1 Hij sprak, en borgen hieven zich, ber- ;en met blank-besneeuwdo toppen, die op den avond de zon kaatsen in rose gloeiïn- gen. Dalen ontrolden zich, veeivervige, doemgedoste dalen. Hij sprak en rivieren zilverden van de hoogten, sproeiden de velden en stortten zich in de zeecn, de geweldige zeeën, die parelmoeren schatten op de stranden fferpen. Op Zijn woord kwam „lento" mot haar bruidslampen „Zomer" met zijn woel- dedracht van groen „Herfst" met zijn robijnen fonkelingen, en „Winter" kwam, Winter met zijn wit-marmer en ijs-kris- talle bouwingen. Wat al feesten! En ten laatste als opperste scheppings daad de mensch, spiegel van den Aller hoogste. En deze mensch schreed door de feest zalen als een koninklijk gastheer, noodi gen de tot den disch der vreugde. Maar ach, maar ach, nog waren de klanken der feestklokken niet gestorven of hem gleed 't statie-gewaad van de schou deren, en door do volden ging de mensch, die zaaien zou zijn bloed en zijn zwoet in de voren, on hij droeg- den don deren mantel der zonde. En waar deze mensch verschijnt is de smart. De mensch is een mensch der smarten, i daarom verkeert hij alle feest in smart. Kaïn slaat Abel dood, en Noach drinkt den zoeten druiven-drank en ligt zijnen zonen tot spot; in Sodom en Gomorra icorscht de ontucht, en Jacob bedriegt zijn ouden rader. En de menschen-moord groeit, en daar 'zijn gevangenissen en slagvelden die er van getuigen. Spot sleept het heiligste neer. Do leugen neemt toe, zoo, dat naaste naaste niet meer kan vertrouwen, en dc ontucht, o, de ontucht, loert, zij niet uit elke buizen-rij? Smart is er, niets dan smart, omdat al les door den zonde-mensch ontluisterd wordt. Welk een smart! Of is het geen smart dat daar is het feest der Eeuwigheid, en dat als in Jo- remia's dagen moet worden gezegd: „de wegen Sions treuren omdat er nie mand op het- feest komt!" Do bruidsdisoh aangericht, en geen brui loftsgasten! De feestzalen hel verlicht, en daarbuiten de stem van den wachter: „dooft de lichten, want geen voetstap kondigt de komst van een gast. God is een God van feesten, en Hij kan niet. 'hebben, dat daar is Zijn feest, en dat het ontheiligd en ontluisterd wordt door don men6ch. Hij kan niet hebben dat broeders, broo ders moorden; dat laster ©n leugen heer- •chen en „do spot" op een „zegekar" gaat Hc-m gruwt de ontucht, die mensch la- Rar maakt dan dier. on vergiftigt en wondt het lichaam. En daarom zal Hij komen tot Zijn schepsel, tot hot verbleekte beeld Zijner liefde! Maar, hoe zal hij komen?» Zal Hij als Heerscher koinon? O, neon, want hqe zullen, die in knecht schap der zonde zijn, en dus 6laven-zielen bobben, Hom, den,Koning durven nade ren! Zal Hij in feest-gewaad verschijnen? O, neen, want hoe zullen die in smart zijn, on hebben de londenon omgord met rouw, naderen tot oen, die draagt het kleurig gewaad der vreugde? Weet ge hoe Hij komen zal? Hij zal komen in velerlei gestalt! Hij zal komen in knechts-gestalte, zoo zullen tie armen, zelfs zij die geen bed tot 6lapen; geen schoeisel voor de voeten en geen kleed om het naakte lijf hebben, tot Hem kunnen gaan. Hij zal komen als medicijn-meester, zoo zullen de zieken tot Hem gedragen wor den, en blinden aan den wog zullen Zijn naam" roepon. Hij zal als Priester komen, zoo zullen die in ziele-nood zijn Hem vragen: Goede Moester, wat moeten we doen om zalig to worden? Hij zal komen als oen die niet met ver achting neerziet op ontuchtigen on tolle naren, zoo zal een Maria Magdalena aan Zijn voeten kunnen knielen cn een Za- cheiis Hem tot gast hebben! Maar voor allen zal Hij komon als „feostbereidor', als een die noodigt tot het feest der Eeuwigheid, en die alle 6mart in feest .verkeeren zal. O, mochten wij, Christenen onzer da gen dit verstaan, dat wij allen tot taak bobben mot Hem „feostbereiders" te zijn O, mochten wij dit verslaan, dat God ons roept tot hot groote werk: smart in feest te Yorkeeren! God. heeft ons Zijn Zoon gegeven, den Grooton Noodiger tot den Bruilofts- disch; laat ons dan mede-noodigers zijn! Zie. de naam van „vrome" heeft in do wereld geen besten klank; dat ligt aan de antipathie die do wereld hoeft voor „het geestelijke", maar méér nog ligt het aan ons. Wat. ontdekt men bij ons aan „feest"? Welk beeld toonen wij van den „feest ganger"? Ach, bij ons ontdekt men smart, •en onze feestgang lijkt wel een* begrafc- nistocht, en in vertrouwen gezegd bijna overal, zelfs in het kerk-portaal hangt de museum-lucht! Hoo zullen wij dan noodigen? Laat ons maar aan God vragon of Hij bij ons beginnen wil, allereerst bij ons de smarten koeren tot feest, en dan o, ja dan als or waarlijk do stom doe ge- iuichs is; als eigen borst met bloemen, en hood met linten gesierd is, dan uitgaan, en kloppen deur aan dour, en noodigen: Ga meê ga meê opdat de wegen Sions blijde zijn, omdat zoo velen gaan tot het feest. O LANDSCHAP VAN HOLLANDSCHE SCHOONHEID ïïwr, voor mijn zonnig© weid©, mijn molentjes cn mijn viiofc, ben ik zoo innig dankbaar, i al 2tjn„h©fc gelukc rij niet! Want zoo ik zo moest, ontberen, maar Gij bleeft mij nabij, dan ware bót donfcereto slobjo toch nog een bom el roor mij. Doch nu ik ze mag bézitten, nu Uw gen ze 'mij gaf, f bozie 'k ze met bevende oogen, en t mooi gaat er nooit van afl 't Begint in" den vroegen ochtend, als Dageraad alles bcroost, en 'tis niet gedaan als de hemel van purperen avondgloed bloost. want het wil met den nacht niet éndenf zoo stil in den manoschijn droomén, ak sprook-betóoverd, wei, water en molentjos-raïjn of, wazig vervaagd hun vormen, wegdoezelend in donkeren nacht, liggen ze in vrodigen sluimer bij fonklender storren pracht, v -if En als er een grauwe nevel daalt over het landschap neer, ==s het is een'gesluierde Schoono: straks, stralend, onthult zij zich wéér! O landschap van Hollandsche schoonheid, o landschap van Hollandsche rust, mocht ik-toch van u genieten totdat do Dood mij kust om, in nog wijder gewesten van nog véél dieper rust, mot al Gods kindren te baden in licmclschen schoonheidslust (Uit .Stamolingen"). Uit de Pers. Do gi'omlslaft positief. Wij lezen in de Standaard: Hot Utrecht sc h Dagblad neemt onder onze dagbladpers een eigen plaats in. Het is van huis uit liberaal, maar beweegt zich onder zijn legenwoor- digen hoofdredacteur in een richting die meer gelijkt op het Engelschc liberalisme in zijn besten tijd (Gladstone) dan op bet Nederlandschc. Dat valt loc te juichen. Al heeft dat Engelscho liberalisme in do laatste jaren veel van onze sympathie ingeboet, .in Gladstone met name zagen we veel dat ons, Antirevolutionairen, toe sprak. En zeer stellig zou do politieke ontwikkeling van ons land een ander beeld vertoond hebben, indien hier te lande de geest vr\n Gladstone leiding gegeven had aan de liberale partijen. Onze Ulrechtsche zuster betreurt dat de loop van zaken niet alzoo geweest is cn zoekt naarstig naar een middel om er alsnog toe to geraken. De Depulatenrecle was haar in dat op zicht een teleurstelling. Daarin toch wer den de goedwillende liberalen,'7 die met bns het goed recht eener geestelijke an tithese erkennen willen, afgestooten. \Vc hadden ons te stevig vastgeklampt aan de Heilige Schrift als openbaring Gods. Nu echlcr is Lobman gekomen met zijn laatste brochure en de toon daarvan klinkt gemeenzamer; ja if voor sommi gen dér gesèverwanten van het blad het verlossende woord. Wij verheugen ons daarover oprecht. Natuurlijk zijn ook wij niet vrij van polilieken naijver en zien we liefst van al eigen partij groeien. Maar als het er om gaat te kiezen of we anderen liever zien bij onze Cbr. Hist, geestverwanten, dan links van de tot nu toe aanvaarde scheidslijn, dan valt die keuze niet moei lijk. Alleen -maar, ons ia nog niet recht dui delijk waarin het verschil volgens het „U. D." eigenlijk schuilt. Lohman's verlangen was altijd vereeni- ging, zoo mogelijk, van allo Christenen op politiek gebied. Hij vraagt of niet, bij korkelijk verschil, een politieke band tussc.hen Christenen mogelijk is, om op politiek gebied alleen met dien band en niof. met een kerkdijken bancl te rekenen. 3}ie band, zoo concludeert Lohman dan, is er: het Evangelie! Daarmee is daa hot verlossende woord gesproken. Voor menigen liberaal zoo beloogt het „U. D." i— is deze verklaring een lichtend peispeetief; zij geeft een richtsnoer niet alleen yoor Christelijke politiek, „maar ook wel degelijk voor de politiek dor Vrijzinnigen". Natuurlijk is daarmee bedoeld voor een deel der Vrijzinnigen.. Maar ook aoo zouden wc gaarne toejuichen, indien we geloo- vjoR konden, dat do alleszins sympathieke rp.daeteur hiersprak naar het hart-yan het vrijzinnige volksdeel. Vooralsnog twijfelen we daaraan nog wat. Want wat Lohman schroef heeft ook in ons oog groote waarde, maar het is niet nieuw. Het werd reeds vaker gezegd. Eu ook, zij het dan wellicht in andere woorden, door anderen. Met D e Neder lander zijn wij geneigd te erkennen, dat lief. Ulrechtsche Dagblad niet meer links van dc streep gaat, maar we vreezén, dat het rechts ervan nog niét te best thuis is. Dc erkenning dat er ver band is lusschen geestelijke overtuiging cn politiek beleid is een belangrijke stap af van het oude liberale standpunt, maar het beteekent nog niet een schréde naar den grondslag waarop wij staan. In dit opzicht wij beiden staan: Chr. Histori- sclren zoowel als Antirevolutionairen. Zal het Evangelie als band iets betee- kenen, dan kan dat alleen als men liet in den meest posilicven zin aanvaardt als Openbaring Gods. KERK EN SCHOOL NED. HERV. KERK. Boroopen. Te Lobith: W. A. F. van Dijk O.-I. predikaat met Yerlof; te Linsclioten. (U.) (tocz.)C. Leenmana te Waardcr. Aangenomon. Naar PuttenH. H. v. Anveide te Ridderkerk; naar Almkerk: J. F. Rooth to Sloten (Fr.) Bedankt-. Voor Kiundert: J. F. Rooth te Sloten (Fr.) GEREF. KERKEN. Beroepen. Te RozenburgJ. Ooatervecn te Wilnis. Bedankt. Voor Woudsend en Oudega (W.) II. Fokkcna fce Boovubergumvoor Berk elJ. Yissclier te Hijlaard. CHR. GEREF. KERK. Beroepen, Tg Rozonburg: L. H. Beokamp te Amersfoort. Dinsdagavond deed De. J. Mulder bij de Gereformeerde Kerk te Leeuwarden zijn intrede met oen predikatie over 2 Cor. 5: 18—20. Ge wezen werd op doe Dienaars taak om te predi ken het woord der verzoening. Hij bepaalde de gemeente bij: lo. den weg der verzoening; 2e. de bediening der verzoening; 3e. do bede tot verzoening. Algemeene Synode. Tot afgevaardiode naar de Algemeene Synode heeft de Waalsche Commissie benoemd den heer mr. II. J. M. Tijssens, oud-ouderling te 's-Gru- Venliage, en tot zijn secundus den heer M. D. van Lessen, ouderling te Utrecht. Da. M. J. Beukenhorst. Dinsdag 23 Mei j.L herdacht Da. M. J. BeukciH horst, te Sluis, zijn 25-jarig jubdoum als pre dikant der Ned. Herv. Kerk. Bij deze gelegen heid word oen dankstond gehouden ia het kerk- gobouw, geleid door Ds. P. Krul van Biervliet. Den jubilaris werd door do gemeenteloden een prachtige massief eiken boekenkast geschonken^ Ver. van J'redikanteu der Gereï. Kerken. Op Woensdag 13 en Donderdag 14 Sept. zal de Vor. van Predikanten der Geref. Kerken to Utrecht saamkomen. Er komen vier referaten aan de orde. Prof. Ridderbos, van Kampen, zal spreken over: „Het Oude Testament en do pre diking". De Missionaire predikant, De. D. Bak ker zal een onderwerp in verband met hot zem dings werk in Indië behandelen. Ds. Kramer, van Beverwijk, spreekt over hot gemis aan geloofs zekerheid in onzen tijd, Ds. van der Sluis, van Gendèrtn, referc-crt over „Onzo houding tegen over „De Ethischo Vereeniging"'. Rekening hou dend met geuite wenschcn is er oen referaat, min der dan do laatst© jaren. Ér zal na lijd zijn voor kprte bespreking van vraagpunten. Opgave daar van wordt ingewacht bij den Secretaris, Ds. J. G. Kunst, te Arnhem. Vaa een reactionair wethouder. „Het Amsterdamsche Schoolblad" zegt. dat B. en W. van Amsterdam, bij het indienen van hun reorganisatie-voordracht van hot lager on-» derwijs het oordeel der onderwijzers niet hebben afgewacht. Verwijzende naar artikel 25 dor wet op het Iagor onderwijs zegt het blad, dat B. en W. door nu roeds voor te stellen «Be lagere scholen zovenklassig to maken, hun boekje sterk te buiten gaan. Art. 25 houdt in. dat de regeling van schooltijden, verdeeling der school in kl.»^ een enz. door hot hoofd der school na be sproking met. de - gezamenlijke onderwijzers worden ontworpen en na kon n «neming van do bij di© bespreking ingediend© afwijkend© voorstellen door B. en W. zoo noodïg gowip zigd. Het blad wijst or op, dat met groote meor.- derheid ia een vergadering van hoofden van scholen en secretarissen van schoolvergaderingen o.ui. do volgende stollingen werden aangenomen. „Een schoolstelsel absoluut zonder eepigo differentiatie moet .voor deze gemeente ver werpelijk worden geacht. „D© grondslag voor zulk oen differentia tie moet gevonden worden in. do begaafd-s hoid dor leerlingen. „Behalve de kindoron, die tegenwoordig door de scholen voor achterlijken worden aangenomen, dus dp psychisch defecten zijn er een aantal loerlingen, die zoo zwak be gaafd zijn, dat en hot tempo van het on-» derwijs, en het belang van die kindoren zelf eischen, dat deze leerlingen van de ab gemeene l3gere school verwijderd worden. „De«e zwakbegaafde kinderen dienen ge» plaatst te worden op scholen niet een loer* plan, dat in groote lijnen overeenkomt met dat van de algemoene lagoro 6chool, doch beperkter uitgewerkt is." Het vervolgt dan: „Het is niet do eersto keer, dat wij den wet houder van het ondcrwjs opmerkzaam moeten maken op gebrek aan 6tudïe van do zaken, dio hij in den Raad te behandolen hoeft: Deze voor lichting sluit zich waardig aan bij dio omtrent de overplaatsingen van nummer-1 naar naaru- 6cholen en bij dio over do wenschén der band- workonder wijze rees en. Zij leidt den gemeenteraad op een dwaalspoor. „Over de verdiensten der aartsconservatieve on zelfs rcactionnairo voorstellen aan den Raad willen wo hier niet sprokon. Alleen wenschen wo op te merken, dat ze deels overbodig, deels on tijdig zijn. Over do verdeeling dor school !n klassen hoeft do raad niets tg zeggen. Noemt hij daarover een besluit, dan legt hij burgemeester en wethouders vast, hetgeen do beraadslagingen met den inspecteur bij verschil in mooning met hem, niet bevorderen zal. En de zaken, waarover hij wol gehoord moet worden: zooals het aantal leerlingen per klasse, hot beschikbaar slcHött van gelden voor onderwijs in vreemde talen, het oprichlen. van cursussen voor talen, Imago* zoozeer met-de verdeeling dor school in klassen en de regeling der schooltijden samen, dat dio eerst, hadden mogen komen, nadat daaromtrent langs wettelïjken wog onlworpon ingediend va» ren. „Ons doel motdit artikel was de fenetionnaira neigingen van burgemeester cn wethouders 'u-gom over een na lang wachten verkregen recht der onderwijzers in het licht (o stellen", aldus hof blad." Onwillckenrig vraagt men 2ich al wie toch wol de welhonder is dio zoo autocratisch optreedt cn zulko aartsconservatieve en reactionaire voor-» stelleu bij den raad indient. Koker een volgeling van Min. do Visser of an-» dors van Colijn? Ach neen, lezer, deze wethouder, van wiea gezegd wordt dat hij van de zaken gc.-n studie maakt ia niemand anders dan de hoer Vliegen voorzitter van do...... 6. D. A. P. De gruwelen der Turken. Steeds meer wordt de openbare meeniug verontrust door do gruwelen der Turken, ia Klein-Azië. Dezen week werd dit pijnlijko onderwerp opnieuw ter sprake gebracht in het En gelscho Lagerhuis. Van regeeringswego werd bovestigd, dat 12.000 Griekscho ballingen onlangs bij Karpoet het leven hebben gelaten ou der precies dezelfde omstandigheden als die waaronder duizenden Armeniërs eeni- go iaren geleden vermoord zijn. De regee ring had inlichtingen ontvangen over den doortocht van 20.000 ballingen door Kar poet, grootendoels vrouwen en kinderen, die half naakt door dikke sneeuw naar het Oosten werden gedreven. Vau do 15.000 Armeniërs, dio oor spro nkeliik ,in Cilieië waron, waren na den forugtoeht van de Franscheu onge- veor 5000 gebleven. Vele vluchtelingen schijnen in Syrië tamelijk goed verzorgd to ziin,- magr vrecselijke berichten zijn ont vangen over den toestand van de vluchte lingen te Alexandrofcta. De Eemalistische autoriteiten zouden van plan zijn to decre- toaron, dat do eigendommen van Arme niërs, dio uit hét land gevlucht zijn, ver beurd zullen worden verklaard, indien zij niet bmncn drie maanden opgeëiseht wor den. De inlichtingen her Engel ache regoering worden nog aangevuld door hetgeen da correspondent to Konstantinopel van de •iManchester Guardian" schrijft. Deze ver zekert, dat ten minst© het drie vierde ge deelte der circa 150.000 Griekscho inwo ners van Póntus uit hun dorpen zijn weg gevoerd en dat men hen langs doVogen als kudden vee heeft voortgejaagd, opdat zij onderweg zonden bezwijken. Dozo bewoging begon in Mei van hot vorig jaar, toen het grootste gedeoUo dor mannelijke bevolking van de dorpen nabij de Zwarte Zeekust naar het binnenland werd gezonden om bij Si was cn Karpoet werkzaam te worden gesteld bij den aan leg van wegon. Hun. .arbeidsvoorwaarde®, waren zoo hard geen buisYcrstrag en weinig voedsel dat de mannen in den herfst en winter in grooton getale rijn ge storven ten gevolg© vau ontbering, nit* putting, typhus, ©nz. In November en December van het vo rige jaar begonnen de autoriteiten de vrouwen eti kinderen uit dezelfde dorpen te verjagen, alsmede de mannen uit Tro- bisoude en andere kuststeden. In Maart van dit jaar vertrokken circa 30.000 de zer ongelukkige schepsels uil Siwas naar Karpoet, waar er sV^hfs ?0 000 aankwa men. Men had aan de ongeiukkigep sloebtn toegestaan om zooveel mee te nemen ala zij op hun rug konden dragen. Zoodra zij op weg waren begon hot plunderen, roe ven en moorden. Op hun geld is spoedig beslag gelegd door de gendarmes of later door de rooversbenden der Koerden, die do mannen doodden, de jonge meisjes en kinderen wegvoerden. De honger dwong hen 'al hun kleeren in ruil to geven voor voedsel, zoodat zij geheel ten prooi wer den aan weer en wind. Overal langs do wegen rondom Siwas en Karpoet liggen do bewijzen van deze onmeoseholijke poli tiek van het verlichte Tnrksehe nati^a- lis me. Hel wordt hoe langer hoe duidelijker, dat het de bedoeling der Turkon is om do Christenen systematisch uit te roeien. De regeering van. Kcmal te Augora. dio hei* hervormingsgezind heet en in velerlei op zicht met de Turkscho traditie breekt, go- draagt zich tegenover do Christenen even Turksch als de Tnrksehe vaderen. En het is te vroozen, dat het thans ia! gaan, zooals het vroeger ging: do Chris telijke Fcgeeringen van Europa cn Ame rika zullen verontwaardigd zijn, nuiar niemand zal helpen, terwijl liet nog tijd is. FEUILLETON. De Germaansche gevangene Een verhaal uit de eerste eeuw onzer jaartelling. |24) „Kan ik iets voor je doen? Jo hebt goed en moedig voor ons gehandeld," zei- de zij met vriendeliiken eenvoud. „De tVostaalscbe maagden hebben sommige rechten en bijzondere voorrechten.. Wan neer wij bijvoorbeeld een misdadiger op weg naar de strafplaats ontmoeten, kun nen wij zijn vrijheid eischen." Een vurige hoop kwam in het hart van den gevangen knaap op; zijn gelaat toon de mannelijke kracht, EÉij sloeg do oogen A>P en blikte onbeschroomd in het reine lieflijke gelaat. Jk ben geen misdadiger; 'k ben zelfs Roeu krijgsgevangene. We werden verra den: we zijn vrijgeboren. Maar nu ben ik Blaaf van Caesar Germanicns." Haar gelaat bewolkte. „Het huis des keizers is boven alle reehl en wet. Ware slechts een ander uw meester." Zij stond daar met gevouwen handen en droef-neergeslagen oogen. Hij zou veel willen geven om zijn woorden te kunnen ^er-roepen en don glimlach op haar gelaat torug to brengen. Eindelijk waagde hij boe te zeggen: „Laat mijn ongeluk u niet be droeven, jonkvrouwe. Anderen hebben hun vrijheid herwonnen; ik zal 't ook doen, voor mij en do mijnen. Vrijheid is beter voroverd dan geschonken." Ze zag op en haar gelaat glansde op nieuw. Zijn woorden klonken als eon pro fetie. „Moedige woorden," hernam zo, „en waar. Indien ilc iets doen kan voor uw vrijheid, dan zal ik hét dóen. Zoo niet, dan zult gij hot doen; en dat zal beter voor u zijn." En met een glimlach, dio hem oen heilig voorteeken van overwinning was, verliet zii de werkplaats; terwijl hij haar zag heonzweven onder de schaduw der bal kons, door de nauwe, volle laan. 't Scheen hom alsof de weg door do menigte haar gebaand werd niet door den bijldrager, maar door haar eigen schoonheid. Als een zonnestraal ging ze door de menigte heen. Siward hervatte zijn werk, dat hem door reukwerk en offerande gewijd scheen. Eenst na langen tijd zeide hij: „Laon, zij is geen aanbidster van Tibe rius Caesar of van do Muntgodin." „Neen," antwoordde Laon, „zij leeft in een heerlijk visioen, waarvan ze zelve het beste deel is. Haar godsdienst is die van oud-Home. Dag ea nacht bewaakt rij Let Heilige Vuur voor haar vaderland, voor Home, on zij weet niet dat het Rome, waaraan zij haar loven wijdt, niet meer leeft. Het vuur brandt o-p het altaar, doch do godheid, het vaderland, ter wier eero heb brand, ligt in slof ©n asch." Weken en maamdon gingen voor Si ward voorbij. Niet langzaam, zelfa niet treurig. Eiken dag vöelde hij zijn wils kracht versterkt, en dat mot hot edelst doel. Onderwijl vergaarde hij onbewust andere krachten, hooger dan hij vermoed de. Een voorraad van wijdheid uit da oudo beschaving verkreeg zijn geest door de woorden van den ouden Laon. 't Werd helder voor hem. Voortdurend werd hem niouwen gezichtseinder geopend. Bij den dag werd do wereld hem grooter en wij der; '6 verleden van Griekenland en Romo en van do oude wereldrijken traden in 't licht. Toch bleef zijn eigen tehuis zijn schat. Het heiligdom der wereld bleef hem zijn vaderland, waarheen hij met moeder en zuster hoopto terug .to keeren, om het met al do schatten van deze nieuwe werelden to verrijken. Cloelia Diodora kwam dikwijls en zat dan in do kleine kamer achter do werk plaats to luisteren naar hot gesprek der beide mannen. Soms zong zij mot haar rijke zuidolijko stem de legenden van oud- Rome. Hij hoorde haar gaarne. Maar de zang van het arme kind bracht zijn hart niet zoo in verrukking als 't minste woord van Cloelia de Vestaalecho. Alleen voor den ouden man bleef het arme mismaakte kind het dierbaarste van allee. Soms legde hij haar kleine teedere hand met oostereoh eerbetoon op zijn voorhoofd en zeide: „Diodora, mijn Godsgave, gij en ik le ven hier vermomd. Wij zijn vorsten, maar niemand weet het. Wat doet het er toe? Onze wijsgeer zeide dat we hier in den kerker zijn. Hoorden en verslonden wij- niet een lied, dat weinigen verstaan? Ook ik," vervolgde hij, woorden van Socra tes aanhalend, die beiden zoo goed kon den: „acht mii den medodienaar dor zwa nen, denzolfden god gewijd. Hun schoon ste lied zingen zij stervend. „Lees mij nog eens dién zwanenzang van dien oud- Athocnsche zwaan voor!" Hi] had haar zeldzaam voor een moisjo lozen geleerd. En liefst van al les hoorde hij haar kinderstem de Phaodo lezen; hoe „gerechtigheid en goedheid de hoogste werkelijkheid zijn," en hoe ,.de onzidhlbare ziel uit den kerker des lichaams verhuist naar een andere plaats, gelijk zii zelve heerlijk, rein en onzicht baar." „Deze barbaareehfl iongen ie dapper, oprocht en leergierig," zeide hij dan, „maar wij moeion hem neg verder leiden alvorens hij onzen zwanenzang verslaan kan." Het hart van Cloelia do Vestaalsche werd meer dan vroeger bedroefd. Zij bo* proofdo vergeefs Siwards vrijheid te ver krijgen. Terwijl zij het vuur in den tempel onderhield, word haar hart meer en moer beklemd door al do onvermijdelijke smar ten rondom haar, het lijden barer zuster, hot lot van Siward, en het groote lijden der wereld! En daarbij kwamen van tijd tot tijd lot haar geruchten omtrent do goddeloosheid der stad. Een verlammend o vrees bekroop haar dat het Romo, waarvoor zii het hei lige vuur onderhield, niet het vrije oud- Rome was, maar het tegenovorgesteldo de stad die op do plaat van Augustus af gebeeld was, dio met versteende statig heid de verdrukte wereld vertrad. En temidden van die vrees dook dan eoo liefelijk visioen op van enkele haarden^ die door haar dienst bronnen van reine vreugde en heldor licbL waren. Eiken ayond kwam Siward voorbij hol paleis van Tiberius Caesar, en dacht daa mot een uitdagend hart aan de afbeelding van bot goddelijk bestuur van Auguatun. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1922 | | pagina 5