Dagblad voor Leiden en Omstreken.
NIEUWE
ABONNEMENTSPRIJS
feü LEiDEfl BS BL'lïilS LSIJJB3
WAAR AGESTEti üïiYEüïiüD ZUS l
nat Et? ABT AAI) S8A9
PEB Vr'KEK IC. 19
SBANCO PKB POST PBB EWABTAAL 1A98
2de JAARGANG. - MAANDAG 21 NOVEMBER 1921 - No. 501
BUREAU: HOOIGRACHT 35 - LEIDEN. - TELEFOON INT. 1278
ADVERTENTIE-PRIJS
PES GEWONE BEGSL &S2 Vji
DES ZATERDAGS 1030
INGEZONDEN RECLAMES DUBBEL TARJET
KLEINE ADVERTENTIES va* Loogiksi
80 voorden 60 eeaS: Zaterdag* 75 «al
WJ TMxittbeislÊag -ï I
V Het Kiesrechtvraagstuk.
De wegdoezeling van beginselen komt
volgens de Sneeker-motie verder daarin uit,
dat, wat het Kiesrecht, betreft., de actie te
gen het individualistisch algemeen mannen-
en vrouwenkiesrecht niet alleen verflauwt,
maar de revolutionaire kiesrechtidee zelfs
door con deel van onze leidende monschen
wordt aanvaard en de gedachte van Huis
manskiesrecht wordt verloochend.
Aan de eene zijde dus een verflauwde
actie tegen de revolutionaire thooTiën en
daarnaast een aanvaarding van de revolu
tionaire kiesrechtidee en een verloochening
van het Huismanskiesrecht.
Met het laatste is waarschijnlijk bedoeld,
dat het vrouwenkiesrecht in 6ommige pers
organen verdedigd werd en ook in de Kamer
steun vond, terwijl toch nog in 1916 bij de
herziening van het program van beginselen
werd uitgesproken, dat de partij een staat
kundig vrouwenkiesrecht wraakt.
De uitspraak dat de actie tegen het in
dividualistisch ldesrecht verflauwt-, berust
naar het ons voorkomt meer op indrukken,
dan op de werkelijkheid.
Voortdurend is toch door onze partij-or
ganen, we zouden haast zeggen zonder uit
zondering uitgesproken, dat het individuar
listisch kiesrecht met onze sympathie heeft
En wanneer de keus gestaan had tusschen
oen organisch kiesrecht en de voorstellen,
die thans in de Tweede Kamer aan de orde
kwamen, dan lijdt het geen twijfd, of over
heel de linie zou aau het eerste de voor
keur zijn gegeven.
Maar zoo stond de zaak niet.
Met het vrouwenkiesrecht werd geen
hieuw beginsel in de wet gebracht, even
min als met het algemeen mannenkïesre^ht
Men is alleen een stap verder gegaan op den
eenmaal ingeslagen weg.
Nu zien wij niet, over het hoofd, dat
hiermede niet de volle beteekenis van het
vrouwenkiesrecht is aangegeven. Ook de
taak en de plaats en de roeping van de
vrouw waren hierbij in 't. geding en wij
voor ons zouden gaarne gezien hebben, dat
onze mannen zich unaniem tegen het vrou
wenkiesrecht hadden uitgesproken en dat
onze pers in dit opzicht geen onzeker geluid
had eegeven.
Door een van onze bladen is de opmer
king gemaakt, dat straks voor het orga
nisch kiesrecht de tijd komt,, maar wij vree
zen dat dit niet veel meer is, dan een illu-
sie. Wij althans zien geen enkelen grond
voor deze verwachting en wij hebben ook
nog nergens zulk een grond zien aangege
ven.
Veeleer schijnt, het ons, dat wij door de
invoering van het vrouwenkiesrecht weer
verder van ons ideaal zijn verwijderd.
Toch willen wij bij de beoordeeling van
hen die de invoering daarvan steunden,
de billijkheid betrachten.
Wii zim met het, vrouwenkiesrecht niet
van de organische op de individualistische
lijn overgegaan en bovendien mag niet over
het hoofd worden gezien dat enkele candi
dal er voor de Tweede Kamer het program
hebben onderschreven onder dit voorbehoud,
dat zij in de gegeven omstandigheden voor
standers waren van het vrouwenkiesrecht,
een standpunt, waarmede de partij genoe
gen heeft' genomen.
Wii kunnen dit betreuren, evenals we bet
kfinnen betreuren dat op vorwezenliiking
van onze kiesrechtidealen al zeer weinig
uitzicht is. maar dit. geeft nog niet het
recht, om zooals Snoek dat wenseht kortweg
uit te spreken, dat de recolutionaire kies-
recht idee door een deel va.u onze mannen
wordt, aanvaard en de gedachte van Huis
man-kiesrecht wordt verloochend.
^STADSNIEUWS.
„De Lakenhal".
Nu de werkzaamheden voor het inrich
ten van 't nieuwe museum zullen beginnen,
komen er langzamerhand meer bewijzen van
belangstelling in „De Lakenhal".
Eenige dagen geleden vermeldden wij
reeds het geschenk van een belangrijk
vroeg 16de-eeuwsch-schilderij, door den
directeur, mr. dr. J. C. Overvoorde
Thans is door den heer S. J. Le Poole
L.Gzn. ©en groote vlag voor het gebouw
aangeboden. Mogen vele stadgenoot en het
gegeven voorbeeld volgen!
Door de welwillendheid van enkele Meen
de kunstvereerders is bij de opening een
collectie schilderijen en voorwerpen in
bruikleen gegeven door den heer Cremers
te '6-Gravenhage, den heer M. Coen,
te Brussel, en een kunstvriend in Amster
dam, terwijl door de heer Ohabos, te Was
senaar 17 schilderijen voor de eerste maan
den na de opening tijdelijk zijn afgestaan,
Graaf Van Stirum zal de bekende buiten
luiken van een tripliek van C. Engebrechtsz,
die op huize „Offem" bewaard worden,
voor enkele maanden ten toon stellen en
van andere verzamelaars zijn reeds toezeg
gingen in het vooruitzicht gesteld.
Men mag dus verwachten, dat bij de
opening van het museum, die over eenige
maanden zal plaats hebben, reeds zeer veel
belangrijks zal to bezichtigen zijn. Deze
bruikleenen zijn uit den aard echter slechts
van tijdelijken aard, doch men hoopt, dat
door de meer en meer ontwakende belang
stelling de bij het einde van don ten-mijn
van 't bruikleen te ontstane leemten althans
eenigszins door blijvende aanwinsten wor
den aangevuld.
Christelijke Onderwijzersvergadering.
Zaterdagavond vergaderde de afd. „Lei
den en Omstr." der Vereen, v. Chr. Onder
wijzers en Onderwij zei-essen in N. en O.B.
in het Nutsgebouw.
In zijn openingswoord bracht de nieuwe
voorzitter, de heer H. de Boer van Noord-
wijk a.Zee den afgetreden voorz. den heer
J. Schaap Hz., alsmede den afgetreden se
cretaris, den heer H. Schilp, dank voor wat
ze voor de Afdeeling hadden gedaan.
Na afdoening van eenige huishoudelijke
zaken, leidde de heer J. S c h a-a p Hzn.,
kort im het onderwerpSchoolgeld-
inning door Besturen ofdoorde
Gemeenten. Op verschillende gronden
achtte de inleider het 't meest gewenscht de
toestand te houden, zeoals 't nu is en zelf
de schoolgelden te innen. Do lasten, die er
zich misschien bij zuilen voordoen, doen
zich zeker thans in niet minder mate voor.
Wel achtte hij 't gewenscht, dat er eene be
paling kome op het niet-invorderbaar-zijn
van het schoolgeld. In de onderlinge bespre
king bleek wol. dat over 't algemeen zoo
gedacht werd, maar dat de toekomstige
schoolgeldheffing, vooral wat de vaststel
ling der bijdragen betreft, een niet zoo heel
eenvoudige kwestie is en nu reeds groote
moeilijkheden voor verschillende scholen
doet rijzen. Tevens bracht de heer Schaap
ter sprake het bericht uit Woubrugge voor
komende in de „Nieuwe Leidsche Courant"
omtrent de mededeeling van B. en W. al
daar over het gebruik van het gebouw der
Chr. School, anders dan voor onderwiis,
buiten de schooltijden. Indien B. en W
werkeliik zoo gedaan hebben, als dit bericht
aangeeft, meende de heer Schaap te moeten
wijzen op het antwoord van Z.Exc. Dr. de
Visser aan het Kamerlid Gerhard gegeven,
waarin duidelijk wordt uitgesproken, dat. de
schoolgebouwen buiten do schooltijden ook
voor andere doeleinden bijv. evangelisatie,
jeugdorganisatie e.d. mogen worden ge
bruikt. Dit antwoord van den Minister is
opgenomen in no. 16 van de „Mededoelin-
gen" van den Schoolraad.
Na de pauze leidde de heer De Boer van
Noordwiik in „Het vrije Stel onderwijs"
over welk onderwerp eerst in een volgende-
vergadering de bespreking zal plaats heb-
ben, daar wegens het vergevorderd uur de
vergadering moest worden gesloten.
De verdwenen distrifeutierijst.
In de heden te houden raadsvergade
ring komt aan de.orde de interpellatie van
den heer Sijtsma inzake de verdwenen
dis trib utaer i j s t.
De heer S. heeft tot B. en W. de vol
gende vragen gericht:
le. Was in verband met het bij den
directeur bekende feit, dat er in de laatste
helft van 1919 voor de distributie, van
ziekenlijst sleelits 6 ba.len per maand noo-
di'g waren en er aanleiding bestond om te
verwachten, dat de behoefte niet zou toe
nemen de aankoop in September en No
vember van dit jaar van resp. 125 k 130
balein niet veel te groot en had de direc
teur redelijkerwijs niet kunnen voorzien,
dat zij niet voor dit doel verbruikt zou
worden 1
2e. Waarom werd met de wetenschap,
dat deze groote voorraden aanwezig
waren, het den aanvragers van zieken rijst
zoo moeilijk gemaakt deze te verkrijgen
dat. velen zich nog liever tegen hoogeren
prijs deze rijst van de gewone winkeliers
betrokken
Waarom heeft de direote.ur van het
levensmiddelenbedrijf toen in de maanden
Sept. en Nov. 1919 de door de firma's
Schaardenburg te Rotterdam en Kaaphius
te Zaandam geleverde 125 en 130 balen
rijst hier aankwamen en bij de firma De
Jcngh Co. worden opgeslagen zich niet
persoonlijk van een en ander overtuigd
of een onderzoek door een zijner ambte
naren doen instellen?
Beschouwen B. en W. deze nalatigheid,
niet al een ernstig plichtsverzuim van den
directeur
4e. Heeft de directeur tot Sept. 1920
nooit naar de bij de fia-ma De Jongh Co.
aanwezige gemeentel-ijst omgezien Had
dit niet op zijn weg gelegen veeleer dan
dat hij rustig ging afgwaeliten of de fir
ma De Jongh hem zou waarschuwen?
5e. Is hot waar, wat de firma De Jongh
aan allen, die het weten willen, meedeelt,
dat zij onmiddelijk na de ontdekking, dat
er 137 balen rijst ontbraken, heeft aarge
boden al deze balen van do gemeente te
k'oopen voor 72.per baal?
En zoo ja, waarom is men daarop niet
ingegaan, hoewel wetende, dat deze prijs
bij de toen reeds dalende markt nimmer
zou bedongen worden?
6e. Had de directeur, voordat een schik
king, door de firma aangeboden, waarbij
de gemeente ƒ3600 in handen had gekre
gen, werd geweigerd} niet zich bij den
rechtskundige van de gemeente hebben
moeten overtuigen, dat de zaak vur de
genjeente zoo sterk stond, dat zij redelij
kerwijs moest worden gewonnen?
7e. Had de directeur, toen de burge
meester ziek was, nie.t hét college van B.
en W. of den waarnemenden burgemees-
ster steeds öp de hoogte moeten houden en
hen raadplegen hoe te handelen?
8e. Op wiens last heeft de directeur de
verklaring aan de firma De Jong Co. af
gegeven, dat de gemeente geen andere rijst
meer zou eischen, maar voor het geval
dat nog een strafvervolging zou worden in
gesteld, de gemeente haar standpunt bleet
handhaven, dat de firma andere rijst had
moeten leveren, welke verklaring volgens
het rechtskundig rapport van de heere-ii
Cosman en Trapman elke kans om met
suoces tegen de firma in rechten op te tre
den in duigen wierp
9e. Hebben B. en W. ook niet deoi in
druk gekregen, dat de gemeente voor een
verlies van pl.m. ƒ5000 had gevrijwaard
kunnen worden, wanneer de directeur in
deze. zaak zijn plicht had gedaan en zoo
ja, welke consequenties meen en zij daaruit
te moeten trekken?
Onze Leidsche Christelijke Oranjover-
eeniging, heeft ter gelegenheid van haar 13-
jarig bestaan tegen Donderdag 24 Novem
ber een groote feestvergadoring belegd,
welke zal gehouden worden in do Stadsge
hoorzaal.
Aan het programma is als naar gewoonte
groote zorg besteed.
De onvermoeide „Jahn"-gymnasten, zul
len weer op het appèl zijn. Bovendien zullen
het harmoniegezelschap „Polyhymnia" en
het, strijkorkest ,.Ad Nostram" hunne mede
werking verleenen, terwijl ook nog een
pracht-tableaii zal worden vertoond, waar
aan de strekking en verrassing moot bl:j-
ven.
Het hoofikium ner ran het, prog. amma is
echter een redo van D Lu ey n van
R'jnsburg, bij onze lezers reeds geen en-
bekende.
Ds. Luteyn 's een welsprekend man en hij
heeft een onder ws-'p gekozen, dat. in den
kring van de Orai-evcienkn zoo geheel op
zijn plaats is.
Onze Stadhouder-Koning zal n.l. worden
ge teekend als man van beginsel.
Dat belooft wat goeds te worden.
Mannen van beginsel waren het die ons
land groot maalden en vrij en mannen van
beginsel hebben wij ook in onze dagen, 'om
de gevaren, die van alle kanten dreigen,
weor noodig.
Gaarne wekken wij dan ook onze lezers
op do vergadering van de Oranjeverceniging
bij te wonen en daarna een verfrisschend en
versterkend geestelijk bad te nemen.
Onze stadgenoote, mej. J. v. d. Glas-
Klinkhamer herdacht. Zaterdag j.l. den dag
waarop zij voor 25 jaar belast werd met
■het schoonhouden dor Oponb. Meisjesschool
aan de Boommarkt
Mej v. d. Glas ondervond van personeel
en leerlingen veel belangstelling.
In het versierde gymnastiek-lokaal, werd
zij door do meisjes toegezongen.
Do directrice, mej. Bruintjes bood haar
daarop namens het personeel oen stoel en
een bloemenmand aan.
De leerlingen offroerdenhaar vervolgens
-een enveloppe met inhoud en een bloemen
mand.
Do heer A. A. J. Haarman alhier
slaagde voor het examen appofchekers-aesis-
tent.
Alhier zal gelegenheid worden gege
ven tot het afleggen van de practische ex
amens van apotheker. De examens zullen
aanvangen 12 December. Voorzitter der ex
amencommissie is de hoogleeraur drv L. van
ItalÜe.
Do heoren Deumer en Wilbrink, heb
ben hunne benoeming resp. tot ouderling en
diaken van de Ned. Horv. Gemeonte n'et
aangenomen.
In een op Vrijdag 25 November to houdon
vergadering van het kiescollege za.1 in deze
vacatures worden voorzien.
Blijkens eene in dit nummer voorlco-
modo advertentie, heeft het bestuur der
A.-R. Kiesvereoniging hare, tegen Donder
dag 24 Nov. a.s. te houdon vergadering
uitgesteld tot Vrijdag 2 December.
Aangezien a.s. Donderdag enkele belang
rijke samenkomsten plaats hebben, meende
het bestuur dien avond niet te moeten ver
gaderen. Thans is deze vergadering bepaald
op Vrijdag 2 December. Plaats en tijd zal
nog nader worden bekend gemaakt.
Mr. dr. C. W. van der Pot Bzn., oud-
wethouder dezer gemeente, nieuwr-benocmd
hoogleeraar in het Staatsrecht aan de Rijks
universiteit te Groningen heeft Zaterdag
j.l. zijn ambt aanvaard met, het uitspreken
van een redo over: „De vordeeling der
Staatstaak."
Spr. eindigde met de gebruikelijke toe
spraken, waarbij hij tegenover de studen
ten verklaarde, dat het zijn emst.ig streven
zijn zou, hun naast kennis van hot publieke
recht ook 1 i e f d e bij te brengen voor het
publieke leven.
Naar aanleiding van de berisping van
17 studenten door den lector-magnifus we
gens molestatie van eerste jaar studenten
in den na-groentijd te Leiden,
schrijft „Virtus Concordia Fides", het or
gaan van het Leidsche Studentencorps, o.ms
„Geheel terecht hebben "17 corpsloden da
onaangeame gevolgen moeten ondervinden
van de wijze, waarop zij in de maand Octo
ber eenige malen gemolesteerd hebben. Is
het molesteeren op zichzelf een oude ge
woonte en geen wangedrag in do laatste
weken hebben do hecren Zeventien do gren
zen van de gewoonte overschreden door niet
slechts op zich zelf wonende corpsleden,
maar ook hen, die bij hun ouders inwoon
den, des nachts met een bezoek te vereereo
on zich ook nog te misdragen in kamers,
waar zij heelemaal niets to maken hadden.
En tegen deze handelwijze moet van corps-
zijde heftig geprotesteerd worden. Wij kon
den het echter niet geheel eens zijn met de
rectorale boodschap aan de studenten der
Universiteit, noch met de manier waarop de
straf is opgelegd. O.i. is de plotselinge
boodschap van den rector en senaat geens
zins te rechtvaardigen door het feit dat er
gemolesteerd was. Want het molesteeren is
een gebruik dat dateert uit de dagen van
voor Klikspaan. Ook meenen wij dat over
leg met het collegium aangaande middelen
om de schuldigen te straffen en om herha
ling te voorkomen, ten zeerste gewenscht
ware geweest, zoowel uit een oogpunt van
tact en doeltreffendheid als wel om tenden
tieus geschrijf in de couranten te voorko
men. Bovendien lag, naar onze meening,
overleg met het collegium voor de hand,
daar de belangen van het corps evenzeer in
gevaar schenen gebracht als die van de Uni
versiteit."
Het Verbond van Nederlandsche Fa
brikanten-Vereen., heeft zich tot den Mi
nister van Arbeid gewend met het verzoek,
alsnog van do ontwerp-bogrooting te willen
terugnemen, de gelden die zijn aangevraagd
voor het in het loven roepen van een nieuwe
elfde arbeidsinspectie, waarvan de stand-
plaats te Leidon zou werden gevestigd.
BIHNEMLAND.
De ^Nederlander".
Naar aanleiding van het bericht van „De
Telegraaf", omtrent politieke meeningsver-
schillen, welke zouden bestaan tusschen de
leden der hoofdredactie van „Do Nederlan
der", deelt laatstbedoelde blad mode, dab
dit bericht ten eenenmale onjuist is.
Aanleiding tot het bericht kan gegeven
hebben het feit dat prof. Slotemakcr de
Bruine den wenseh te kennen gegeven heeft,
dat verandering in de 30 Sept. getroffen
regeling zou worden aangebracht, in ver
band mot technische bezwaren, waardoor de
instelling van eene meerhoofdigo hoofdre
dactie z.i. gedrukt wordt.
Prof. Slotemaker de Bruine blijft, echter
in elk geval, als vast medewerker, nnc de
hoofdredactie van de „Nod." verbonden.
Statuten van Zuid-Holland.
God. Staten van Zuid-Holland
voor eene terleenverstrekking van f I 15 l
aan de Verooniging tot opvoeding en ver
pleging van idioten en achlorliiko kï^'
voor den'aankoop van een terrein e r"! -
gemeente Noordwijk den behoeve Vu r-ai
bouw van een gesticht voor zwakzinnigen.
Dc Tubanlia-cnquêlc.
Prof. mr. dr. A. A. H. Struycken, lid
van den Raad van State, is uitgennndhrd
cn bereid gevonden als bijzonder agent bij
de Tubantia enquête-commissie de belan-
FEUILLETON.
STEPHANUS.
Naar her Frigeïsch van
4,1 M KINGSLEY.
52)
Saulus zweeg eenige oogenblikken. Voor
zi:n geestesoog doemdo het gelaat van Ste-
phanus op, zooals hij hem gezien had ge
durende de talrijke geschillen, die onlangs
plaats hadden gehad in de synagogen, ver
vuld van hoogen moed, hoop en vertrou
wen, zijn gelaat verhelderd door een boven-
nardsch licht, waarover hij zich menig
maal verbaasd had. Daarop kreeg zijn ge
laat een hardere uitdruking. „Het is recht
vaardig, dat deze afvallige ter dood ge
bracht, wordt." zeide hij, „dit is geen tijd
voor halve maatregelen, maar Iaat. dit ge
daan worden volgens de wet cn zonder vrees
voor hot volk."
„Go hebt het gezegd," riep Annas uit.
„Dit zullen wij doen, als do tijd daar is
Luister, heden nog zal hij voor den Raad
gebracht worden, er ziiu getuigen bij, zoo
dat ieder"woord geslaafd kan worden vol
gens do wet. Zooals geschreven slaat:
„Door den mond van twee of drie getuigen
ïal ieder woord bekrachtigd worden".
..Wie zijn de getuigon?"
„Eerbiedwaardige mannen zeer eer
biedwaardig zelfs. Een zekere Esek, oen
Jood, die dicht bij de synagoge woont en
„Getuigen dezen uit, vrije beweging
zonder geld, bedoel ik?" viel Saulus hem
met een wrevelig gebaar in do Fede.
„Het is de gewoonte, mijn zoon, om ge
tuigen het verlios te vergoeden van bun
tijd, dien zij anders gebruiken tot uitoefe
ning van hun beroep,begon Annas beüa-
icna
Doch Saulus viel hom ruw in de rede,
„Ik duld zoo iets niet." riep hij op de been
springende' en met gejaagde stappen het
vertrek op on neer gaande. „Gehuurde on
ruststokers tusschen het volk! Gehuurde
getuigon tegen oen man, die, wat ook zijn
gevloekt geloof moge zijn, stellig niet tot
een laagheid in staat is."
Annas verhief zich van zijn zelol kalm
en waardig on vestigde zijn doordringende
oogen op het opgewonden gelaat van den
jongen man. „Ge vergeet", zeide hij lang
zaam, „den eerbied, verschuldigd aan hem,
in wiens tegenwoordigheid gij u bevindt.
Als het hoofd der hoogeprieslerlijke fami
lie, die gedurende vele geslachten verdien
stelijk Jehovah gediend heeft in dit heilige
ambt, duld ik niet, dat men mij lichtvaar
dig beschuldigt van iets, dat mijn ziel ver
afschuwt. zooals ook geschreven staat:
„Ik haat eu verafschuw den leugen, doch
Uw wet heb ik lief."
Tweemaal hebt ge mij dit voor do voeten
geworpen, en dit doende hobt gij u onwaar
dig betoond voor het hoogo vertrouwen, dat
ik u geschonken heb; onwaardig ook de
liefde, die ik zoo mild over u heb uitge
stort; onwaardig
„O zwijg, bid ik u!" riep Saulus, de hand
opheffende. Hij was doodsbleek geworden
en beefde van ontroering. „Hot is waar, ik
ben to ver gegaan. Ik ben half waanzinnig
door den tegenspoed in alles, waarop ik
vol vertrouwen gehoopt had. Dag aan dag
ben ik uitgegaan, om voor Israël to strij
den, en dag aan dag heb ik de hoop mij
voelen ontzinken. Ik bon de onwaardigste
van alle mannen. Ik zal naar Tarsus terug-
keeren en go zult mijn gelaat niet weer
zien."
„Neen, mijn zoon," zeide Annas vriende
lijk, „omdat gij uw schuld bekend hebt,
zij het u vergeven. En denkt go dan, dat ik
u niet heb gadegeslagen in dezen strijd met
de ongerechtigheid dat mijn hart niet
voor u gebloed heeft? Bezit uw ziel in vre
de; vort rouw in God cn in mij en
het zal alles goed terechtkomen. Go zult de
vernietiging uwer vijanden aanschouwen;
voor de eer van Israël zal deze dag in glo
rie worden herdacht. Wat betreft do getui
genissen, zal het geschieden, zooals go ge
zegd hebt-. Er is geen gebrek aan getuigen
tegen dezen man; ja, zij zullen met vreugde
getuigen, voor de glorie van Jehova. Wij
behoeven niet to zeggen: „Wie wil tot ko
men tot hulpo van den Hcere om den
Heere to beschermen tegen de overmacht?"
Iracl zal in macht verrijzen, en zal zich
aangorden tegen hen, die het recht geweld
willen aandoen die het bezoedelen willen met
godslasterendo daden. Te lang reeds hebben
wij gezwegen tegenover dit verterende
kwaad; do steenon van den tempel zullen
het zelfs uitschreeuwen, indien wij het lan
ger dulden, dat Zijn heiligheid ontwijd
wordt."
„Evenals in het geval mot den Nazarener,
kunnen wij niets uit onszolf doen," zeide
Saulus op bitteren toon. „En de Romeinen
bekommeren zich niet om deze dingen."
„O, in dat opzicht hebben wij een groote
overwinning op onze vijanden behaal<1,"
zeide Annas triomfantelijk. „Herodes is dit
maal met ons, ofschoon niet openlijk. Ik
heb er zorg voor gedragen, dat nu en dan
goruchten tot hem kwamen, hoo deze man
non aanhoudend dm terugkeer van don Ge
kruisigde aankondigen, om over Israel te
rogc-oren. Hij heeft zijn armzaligen Voon
lief. en vreest werkeliik, dat dit gebéuren
zal Eeni-oo dagen geleden heeft hij om mij
■BB—BMiBIIIWIIIIimi*nnm I I
gezonden. Hij lag in zijn'vollo leaste op
zijn purperen kussens uitgestrekt!"
„Hebt ge gehoord, wat deze Gallilecrs
zeggen?' zeide hij, zich nauwelijks don tijd
gevende voor de gewone begroeting.
„Ze zeggen velo dingen, dio in tegen-
spraakspraak mot. de wet zijn," antwoordde
ik hem; „doch niets is zoo gevaarlijk voor
den vrede en den voorspoed van het. volk,
dan dat de gekruisigde boosdoener, dien zij
verkondigen, dat in leven is, binnenkort, zat
temgkeeren, om over Israël te heers eken."
„Gelooft ge, dat de Man in leven is?"
vroeg hij, zijn oogen angstig op mij rich-
tende. f
„Indien hij niet. in leven is," zeide ik,
„is toch een oproer te vreozen, want dezqv
mannen zijn in 6taat, het volk alles te doen
gelooven, wat zij willen. Wilt ge dan geeff'
maatregelen tegen hen nemen; ge hebt al
leen de macht er toe."
„Ik kan het niet." klaagde hij. „Ik vroed
het volk; ik vrees don Man den den
Gekruisigde. Ik ben ziek. Hobt. ge geen wet, t
om hun dat spreken te beletten?"
„Wij hebben en wet ja" ant woordde
ik hem; „doch wij kunnen ze niet uitvoo-
ren. sinds
„De wet! de wel viel hij mij ik de rodó.
ovVordt vervolgd.)