|Veede Blad. BINNENLAND. rgerdag I September 1921 ^")P DE RAADSTRIBUNE. I "landag goliouden RiuwUv&rgodering ,va# PO^ewcg bot grootste gedeelte gewijd aan roking van do steunverlening aan de s- kon weikloozcn. als bekend mag worden verondersteld, jvrtee laateto jaren, in verband met de bui de werkloosheid tengevolge van do cri- {•TEerkloozonkasacii in do golcgonhcid go 'kep.ringon to doen ook nadat do regle- JÓd' verstreken was. een wis dit niet het geval. Do werkloos f e n zijn oorspronkolijk bedoeld als vorze- ;t ksütuten. Een w erkgever stortto dan zijn (BSraarvoor hij een uitkeering kreeg, dio i-?\ Kijk werd aangevuld. Toen echter door gewone worklooeheid tal van arbeiders, on- verzekering geen uitkeering dreigden te besloot de rogeering doze werkloozen 'lijn door eon toelage te verstrekken, did ^Clijk door het Kijk en gedeeltelijk door .lente word betaald. rorzokei ing was hier dus eigenlijk geen ;/fl 't V> as oen gilt, zonder moer, die ivoer ing vond in de buitengewone ora- •M won© tijden eischcn nu eenmaal buiten- "maatrogolcu. crisiswerkloosheid is thans echter naar .."Joel der Regoeriag vrijwel voorbij; waar- Alde eleunrogoling wemsckt to beëindigen. ron mogen als zij dit wenschen met ing doorgaan, mits zij dan ook zalf êh daarvoor dragen. 7^»crschillendo gemeentebasturon ook door ■JÊB nog eon poging gedaan, dit besluit nog m tijd op te schorten, maar zonder rosul- *t wa3 in verband daarmede dat B. eu om met de uitkecringen op te «en de werkloozen op een andere wijzo van hot Burgorl. AnnbesL te hel- Elit volgt al dadelijk, dat absoluut onjuist Ó,t voorstelling als zouden B. en W. deze f>n zonder meer aan den hongor willen •n "W. wilden do betrokkenen helpen even- do opposanten, maar men verschilde al- ^er do vraag op wolke w, i j z o do noodige ïoest worden verleend. W. achtten do meest gewenschto weg deze 9 stoimverloening geschiedt langs don go- door hot B. A. dat hot best in staat —ie gaan waar aan steun de meeste be- |is cn waar dan in verband met de meor- r, mindere behoefte kan worden geholpen. {ffVaring hooft volgens B. en W. geleerd, hoer AV ilbrink bovestigde dit uiet een uit do praotijk, dat 6ommigc steun werkloozen allerlei bijverdiensten p b.v. door do uitoefening van huisiudu- niet verkeerd natuurlijk. Maar 't 3ecn ongezonde toestand, clat. dezulken prc- rj «n lijn worden gesteld met anderen dio fde gelegenheid zijn iets bij te verdienen l deze laaisten die niet kunnen weer vjp uitkeering krijgen als andoren dio niet willen. m TV. stonden dus op het standpunt etenn bohoefte, terwijl de Soc. Dem. gesteund door enkelo andere leden botoog- li iemand die zich tegen de werkloosheid orde zonder moor een vordering heoft op de kite. Als argument werd hierbij aangevoerd a gift rechtstreeks -uit de gecn.-kas, voor '.rkloozen minder deprimerend zou zijn, en %i georganiseerde werklieden dio getoond fli zichzelf te willen lielpen, een vernoderen- 1g naar bot B. A. moet worden bespaard, laatste mag een element van waarheid i een principieel verschil is hier toch niet. •is nog do vraag wat t meest onaangenaam ji het B. A. om steun te moeten vragen, 'el in oen publieke vergadering gebruikt te *1 als propaganda-object. Jj dit laatste van de zijde der S. D. A. P. f word, behoeft voor wio do debatten volgde, fl,betoog. nors, de "voorstelling alsof B. en W. en hun- (dostanders de betrokkenen niet zouden wil- Kpen was door en door leugenachtig cnoven? Mc voorstelling alsof 't juist de Socialisten zooveel voor de armen gevoelen. To ils er de vorigo week in dit blad op gewo- wn, boe ae Socialisten niets doen om nood ran hunne geestverwanten te lenigen. Niet alleen leugenachtig, maar ook demago gisch was het optreden van do Socialisten; on ophoudelijk worden de tribune-bezoekers geprik keld tot onwettige daden. Men zoi niet ronduit dat ze zich naar het- huis van den burgemeester moesten begeren om daar „vreten te oischen (deze werkmansvrienden gaan blijkbaar van do gedachte uit, dat arbeidors vreten) men zoi niet dat men don hoer Wilbrink dio hot voorstel van B. en W. durfde steunen oen pak slaag moest Sown, maar clo bedoeling was toch duidelijk! rin als straks dozo of gene workloozo arbei der zich mocht vergeten, dan kan zon dor vrees voor tegenspraak worden gezegd, dat de Socia listen in tien Raad daarvoor verantwoordelijk zijn, ook al zullen zo als hot zoover mocht ko men. die verantwoorde!ijkhoid van zich schuiven. Intu&schen had het debat dat. zoo nu on dan tamelijk heftig was, misschien ecu weinig be kort kunnen worden, indien do heer Bots be gonnen was, met wat hij aan 't eind van hoi. debat verklaarde, n.l. dal hij tegen eeuig uitstel om 't B. A. in do gelegenheid to stellen voor het nemen van maarregelen voor oen spoedige uil-» keering, goen bezwaar had. Het resultaat van de lange discussie is be kend. Met een stem meerderheid werd liet voor stel van B. en W. aangenomen, met dien ver stande evenwel, dat do uitkeeringen nog oon maand zullen doorgaan. En dus is doze zaak nu van de baan? 't Lijkt ons uiet waarschijnlijk. Een dor raadsleden Ter- klaarde althans, dat dit uitstel in elk geval ge bruikt kon worden om ©en nieuwe adresbewe ging op touw te zeilen en een nieuw debat uit te lokken. Wij spraken hierboven van demagogisch optra den. Een staaltje daarvan lcverdo ook do hoor v. Stralen in de vorigo vergadering toen hij vor- klaardo dat do heer da Lango wol zekere redenen zou hebben, om mot do actie inzake de uitvoe ring van d Huurwetten niot ineo to gaan. ca waarop de heor de Lango bij het vaststellen dor notulen de aandacht vestigde. Wat bedoelt u, zoo vroeg de heor do Lango, mol deze uitspraak?--Do heer v. Stralen die «iet den mood had om de govolgtrekking dio hot pu bliek hieruit moot maken, als juist te erken nen. om de eenvoudige roden dat hij zulk -vn infame beschuldiging niot kan bewijzen, bleef aanvankelijk zwijgen cn trachtte aan 'l oind der vergadering, zich nwt oon nietszeggend anti woord van dezo zaak af to maken. De indertijd ontslagen brugwariiUMS deden op nieuw hun intrede in do raadzaal, in verhand mot oon. verzoek, om do vroeger gestorte pon- sioenbijdragou terug to mogen ontvangen. B. en W. adviaeorden goh mi overeenkomstig de verordening om afwijzend le beschikken, maar daar ©r een sterke strooming was, om het moge lijk le maken iets in dezo richting te doen, word het voorstel van B. cn W. aangehouden. Waar-» schijnlijk zal nu wei vororieuing werden ge wijzigd in dien zin dat terugbetaling mogolijk wordt en dan krijgen do vroegero brugwachters nog eou goede kaas. Hot advies van do Comm. van Financiën ora do rekening van de lichtfabrieken niet goed te keuren, zag er nogal dreigend uit. Do heor v. d. Tot slaagde, er echter in de bezwaren te ©nt-« zenuwen en aan te toonon dat extra-afschrijving en re-servecring wel degelijk verdedigbaar is, en dat rentoheifing van de reserves weinig practiach nut heeft, terwijl hij toezegging deed dat aan hel zelfstandig optreden van de bedrijven bij hot aangaan van financieel© verplichtingen een ein de zal bomen. Na deze toezegging waron do bezwaren van de Comm. verdwenen cn word de rekening goed gekeurd. De marktkwestio is nu voorloopig van do baan. Waarom do heer Sijtsma tegen hot voorstel van B. en W. nog zoo sterk opponeerde is niet duidelijk. Als do kramers do keus krijgen tw echen de Beestenmarkt en do andero aangego- vn torreineu, dan is alle reden tot ontevreden heid vervallen. Het denkbeeld van den hoor Sijtsma om hot oude Invalidenhuis te sloopen ©n het ierreiu voor marktplein in te richten, vond weinig in stemming. Do Voorzitter verklaarde dat B. on W. met oen voorstel zullen bomenwaarvan te verwachten is dat het bij den Raad algemeen o instemming zal vinden. Daar de plannen odder nog (niet- vaststaan, kenden Kerdcxbrent geen na-lero rocdedeelingen worden gedaan. Aan het eind van de vergadering nam de hoor v. d. Pot afscheid van den. Raad. Door den Voorzitter en den heer v. Hamel werd do schob donde wethouder op zeor waardesrende wijzo too- gosproken en wij twijfelen niet of do wenschon door beide spreker-s geuit zullen ook in den kring van onze lezers instemming vinden. Het is een ver van gemakkelijke taak voor Mevr. van Italië die thans gekozen is verklaard, om deze plaats op waardige wijze te vervullen. As. Dinsdag zal waarschijnlijk in do wet- boudersvacatar© woirden voorzien. Praatjesmakers cn hnicBeïaari. In don vollen coupé, zoo lezon wij in 3e R.-K. M aast»., zat eon praatheld, zoo een, die niet aan dogma's gelooft, maar elke wijsheid, wolke zijn lippen loslaten, toch voor oon soort van encycliek houdt. Met eon aplomb van een Kakadorns strooit, hij zijn lovcmsinzicbten naar zijn medereizigers rond. 't Kwam over de interpellatie in don Haiagschen raad over de zedelijke verwilde ring van het. strandleven, en- de paa/theld maakte direct uit. dat dat natuurlijk fw Roomsche «huicholairij was. „Laat. ioder maar leven zooals 't hem goeddunkt!" dat was het ware evangelie. Allen die 't anders meenden, waren hui chelaars, opgekweekt door do mine's en pastoors. Wat had Kuyper ons levom niet verhui- cheld, en hoe was hij zelf. En de praatheid grapte over de Brussél- sche uitstapjes, en de luisteraars 'grinnikten mee. Zoo'n huichelaar toch, 't was maar ge lukkig, dat de man dood was. Maar de praathekL, die «alios vast, had nooit gehoord of gelezen wat -een man al6 Brosse, zoo pas nog bij den dood van Dr. Kuyper in -de „N. R. Out." van hem had ge tuigd, juist in verband met deze Brossel- scihe uitstapjes. „Wat een ontstellende massa kennis, wat een rijkdom aan ervaring, wat een ge weldig in de bloedwarme practijk gewor teld leveiisinzicht lag -er omsloten in dezo mach tige hersens. En hoe wonderlijk welspre kend, 'hoe boeiend om maar hoel klein en als weggevaagd naar te luisteren, was zijn wijze van vertollen, hoe 'diep mensehelijlc vooral zijn schier universeel begrip van alle levensverschijnselen, die hij, opgewekt voortredeneerende, aanroerde." „En toen" zoo vertelt Brosse verder kwam Dr. Kuyper hier over te spreken: over dc ontucht, waarvan hij do verschijn selen door eigen aanschouwing diep bleek le kennen. Van de prostitutie naar de pornografie. Dr. Kuyper over de pornografie en als oon college was 't waarvan oon geweldig dossier ook al berustte in dit. magazijn van veelzijdige kennis, onder dien machtigen schedel. Want hij wilde weten, alle levens verschijnselen doorgronden, om daarna, zelf, staardig te kunnen oordeel en. „Zoo vertelde Dr. Kuyper mij ook van zijn bezoeken aan Brussel, dat voor veel maatschappelijke verschijnselen het labora torium van zijn onderzoek was. Daar kon hij, dien in Nederland zoo velen kenden, on opgemerkt zich laten aanspreken, b.v. door praestituées, die hij ondervroeg over haar leven in ontucht. Hier liet hij zich weglei den van een boulevard door eenigerlei heil- soldaatje om zioh in te werken in de prac tijk van hot Leger des Heils. En als zij mij dan wilden meenemen naar de zondaars- bank dan -ging ik gewillig; om voor God en mensehem van mijn dwalingen en mijn kortzichtigheid deemoedig te getui gen Zoo schroef Brnsse maar daar wisten de kletsmajoors in den coupé niets van, maar zetten heel genoeglijk over het graf van don doodo heen de traditie ran dan las ter voort, dien zij zich hadden laten aan praten. „Geloof is wat de dominé's en do pastoors je aanpraten", ging do praatheid door. 't Is maar een kwestie wie do meeste re clame maakt. Dan slikken dc domme inen- schen 't wel, want als je weet dan geloof je niot moer." 't Is een kwestie van geboorte en opvoe ding, waar je zelf niets aan kan doen. Maar de hoofdzaak is als je voor je eigen maar weet. dat je -oen eerlijk en fatsoenlijk mensc-h bent. „En humaan!" zode een Joodje in den hoek van don coupé. En alle anderen knikten toestemmend „on humaan", en allon waren al weer ver geten, hoe weinig humaan ze zoo pas aiog •over een groeten gestorvene geoordeeld hadden. Toon stopten we aan een station, en oen kelner kwam voorbij met. oon blad glazen, c-n riep „Ranja, heeren!" Dat gaf afleiding aan 't gesprek. „Hooi Nederland zuipt Ranja", zei weer de praatheid, „en wat is 't voor kost. Geen sinaasappel heeft, er schuld aan". „Maar 't is toch verd knap", zoi weer de heer aan den overkant-, „om zoo heel Ne derland op commando Ranja te laten zffi- pen." „Ook een kwestie van reclame", maakte de praatheid weer uit. „Goed, maar toch knap om een artikel er zoo in to brengen". „Wat Beeft voor waarde, en We moe- tón er 30 centen per glas voor betalen zei weer de ander. „Och zoo gaat 't altijd" doceerde de piraatheid verder, „toen ik eon kind was, tas je op alle trams ,,v. Hou ton's cacao ie de beste", on boven op den Edfeltoren stond 't ook. Wilde dat nou zeggen, dat de andere merken cacao minder goed zijn? Maar het stond nu eenmaal in jo kop „van Houteu's cacao do beste on wij jongens wilden geen caoao drinken alk zo niet van v. Houten was. En nou ik zelf huisvader ben, wil ik n\'>g dat ze geen andere cacao halen dan van v. Houten „Dus toch eigenlijk ook een geloofs kwestie", merkte een dor reizigers op, die tot dusver gezwegen had. ,>Ja^ ja" 1 achten ttoea allen, «„eigenlijk ook oen geloofskwestie'". „En dan lijkt 't. mij üfcoch altijd nog go- lukkiger", ging de man voort, dat er in onze tegenwoordige verwarde maatschap pij nog dominé's en pastocva zijn, die de mónsöhen ar op wijzen, hoe zo hebben te leven, - dan reclamemakers, dio hun louter om het. stoffelijk gewin aanprijzen, wat ze hebben te eten en -te drinken. Alkvwi praat jesmakers kunnen dan do laatste®, voor knap prijzen, terwijl ze de andoresv voor huichelaars uitmaken". Rotterdam alles uitstappen! riep de con ducteur. Rijk on Gemeenten. De heer De Geer, minister geworden', zegt het „Hbld." stond voor een eigenaardig geval: (hij had zelf een inidatief-voorstel ingediend voor een noodregcling van de fi- nan-cieele verhouding van Rijk en Gemeen ten, maarer was ook een concureerond regeeringsvo oreteL Moest de nieuwe minis ter dit laatste nu intrekken en zijn ei gein ontwerp totregeoringsvoorstel maken? Een eigenaardige puzzle! Zooals gemoldt hoeft do minister nu zijn. voo.nstel ingetrokken, maar de voot- draeht van zijn voorganger gewijzigd natuurlijk in overeenstemming met zijn eigen denkbeelden. Een compromis een samensmelting dus. Een belangrijk verschil tusschea de beiden zat namelijk hierin, dat vclgens het ontwsrp-De Vries do bestaande Rijksuitkeeringen aan do gemeenten zouden worden verhoogd, wannoor do gemiddelde opbrengst der gemeentelijke mkomsten-be- lasting over 1917, 1918 en 1919 de Rijks inkomsten-belasting over het. dienstjaar 1918/19 overtrof. (De verhooging zou be dragen: 1020 p.Gt.., alnaannate van het verschil van bedde heffingen). Dezo bepa ling wordt nu zoo veranderd, dat de verge lijking van Rijks- en gemeentelijke inkom stenbelasting plaats heeft naar de jaren 1920, in overeenstemming met wat de heer Do Geer in zijn eigen ontwerp had gesteld Overigens had minister De Vries in een toelichting zich bijzonder pessimi&tisoh uit gelaten over de mogelijkheid van een d e- finitiove «regeling van do financieele verhouding. Minister De Geer denkt daar over wat hoopvoller, benoemt weer een staatscommissie om de zaak te onderzoeken on beperkt mot bet oog -daarop de nood- «regeling tot de jaren 1921 en 1922. Ton slotte is er nog een- «herziening van de bestaande wot van 1897 op de financieele verhouding noodig, in verband met «het. in werking treden van de nieuwe lager onder wijswet. Dit gaat buiten do eigenlijke nood- regeling om. Naair men weet was het oniwcrp-do-Geer voor de gemeenten royaler -dan dat. van den vorigen minister; dit laatste zou bijv. aan Amsterdam jaarlijks 2,4 millxoen hébben gegeven, tegen misschien 5 a 6 millioen vol gens het ontwerp-De Geer. Intussohen is 't ontwerp tot 'n derde itit- koering uit. de O. W.-bela&ting verschenen, waardoor de gemeenten aan don andoren kant oon zekere bate ontvangen, Amster dam bijv. 14 millioen) oen -bate, waarop wel eenigszins gerekend was, maa-r die nu toch p3s eenige zekerheid krijgt. Het spreekt overigeas van zelf, dat het regee- ringeontwerp nu, als werkelijke noodregc ling (naar gehoopt wordt, van korten duur) een ander karakter krijgt dan 'het. had; wij zullen daarom op de fijne verschillen met hot ingetrokken initiatief-voorstel niet in gaan. Wel as van belang, dat met dilt laatste vervallen is do daarin vervatto beperking van do .percent ages der gemeen tol ijko in- komstenbelastMig (tot hoogstens 10 pOt over olk inkomen, méér dan «bot percentage dei- Rijksinkomstenbolasting). (o) De NoPr^che re» Van E.V de Kooinglff» De aankomst van H.M. Koningin Wil-» hehnina. Prinses Juliana eü gevolg in. Aandalsnes heeft het Noorse he blad „Romsdal" geinspfreerd tol eenige be-« schouwingen, welke we hier curiosileild- lialve ongeveer woordelijk vertaald weer geven. Hel blad schrijft dan: „Het is juist niet onze koningsgezind heid, die ons ertoe drijft iels te schrijven over Nederland, in haar land zoo hoogge acht. staatshoofd. Koningin Wilhelmina. H.M. landde met lvaar dochtertje on ge volg. Dinsdag to Aandalsnes en de geheete stoet maakte in .rijtuigeiv een tocht door het dal. Men is er echter niet zeker van, of de Prins er ook bij was. Kr waren ver scheidene heeren in het gevolg. De lieer, die de leiding had, noemde zich kapitein. Do Prins kon ook wel kapitein in liet Hol- landsciic leger zijn. Deze kapitein reed alleen voorop ju een rijtuig, daarachter de Koningin met dochter in een tweede, vervolgens hot overige gevdig in drie rij tuigen. Natuurlijk had ieder paard zijn voerman. Bij het vertrek warea slechte weinig nienschcn aanwezig. Maar bij de terugkomst was er een massa volk bijeen gekomen om de Koningin to bekijken. En zo, kregen een tamelijk groote, niet oude, gezette dame te zien, met. een gevuld eit tamelijk germaansch uiterlijk. De dochter leek op de moeder. De Koningin mankte den indruk van gezond en krachtig te zijn. Hetgeen ons trof bij het beschouwen van deze zeer hoogstaande dame, waren l.aar eenvoudige, natuurlijke bewegingen en kleeding. zij leed niet aan grootdoenerij. Zij scheen ook geheel vrij cn gelukkig te zijn. Zij was geen modédanie. Haar klee ding was eenvoudig: gewone rijde zonder kunstige plooitjes en tierlantjjntjes. Zij •had onder haar schoenen lage breede hak ken. Haar hoed was kaal zonder veeren. En gemakkelijk stapte zij in den wagen. Zij was kortweg oen voorbeeld ter navol ging voor onze Noorsche dame3 van heel wat mindere afkomst. Het zou werkelijk nuttig voor Noorwegens dames zijn, al3 ons land bezoelk gehad had van veel zulke koninginnen. Om dezen redenen waren wij zoo vrij deze hooggeplaatste persoon nader te bespreken. En dat is de vrouw, die van Europa de opdracht gekregen heeft ora do bewakingspapieren te onderteekerven betreffende Keizer Wilhelm en den ge wezen Duilschen Kroonprins, die ziek bcid-e op Hollandscb grondgebied op houden'." Aan dit met dubbele Lusschenruimto tusschen de regels gedrukte hoofdartikel volgt verderop in de courant nog het vol gende supplement: „Het kan heel goed het geval zijn, dat de kapilefx». die als haar begeleider op trad, de officieele adjudant van de Konin gin was, en dat haar gemaal, de Prins, een minder opvallende plaats innam tus schen de overige heeren: van het gevolg, omdat het do persoon van de Koningin is, die Hollands staatshoofd is en niet haar gemaal, die slcolits Prins genoemd wordt» De dochter van de Koningin is kroon prinsen «u ingevolge Hollands grondwet aan do kroon Jen. evenals haar nxoedcr do Koningin. Daarom zat da kropnprinses naast do koningin". „Msbd." Onder geestverwanten. De medewerker „Argus" van de „Noten kraker", '-t Zondagsblad van „HetVolk", die onlangs cons iets over Rusland schreef, wordt deswegen in de „Tribune" achtereen volgens genoemd: raor&pruimer, augurkio, zuiger, duimen-aflikker, t'wohiom-lijdar broekeman, lcikvorsch en zi'ih-zelf bemor send idiootje, terwijl voorts vrvn hem wordt medegedeeld, dat hij vergeten «hoeft zioh U wasschen en zijn voeten in te groote, vieze schoenen eteékt en besloten wordt met een raad om de rei uit zijn f c-omangelen- s oil ill en te zoeken en tandenborstel en kaai «ten eeuwige dage te verdoemen. Speciaal tarief voor levensmiddelen, t Naar gemeld wordt, treedtmot ingang an 1 September bij de Nederlandse Spoorwegen een speciaal verlaagd tarief voor hel vervoer als ijlgoed van sommige levensmiddelen in werking. Dit geldt voor het vervoer als ijlgoed m: le. yorseho melk, viseh (lovende en ver- sehe (ook oppervlakkig gezouten haring), on gerookto bokking. 2e. vorscho mosselen, vorsche groenten, vorsche aardbeziën, bessen, boomvruchten, frambozen, meloenen en tomaten wordt eon spec-iaal-taricf ingevoerd. (o) FEUILLETON. Ivervloedig vergolden. ►en doze antwoordde dat de oude vrouw beschimt had en haro dochter van niets n wilde, stampte hij met zijnen go rden hiel hevig op den vloer en beval .eend de verschrikte, bijna onmachtige dalona haa«r weenen na to laten en hun nodige aanwijzingen to geven, of an- zou het haar slecht vorgaan. Yat zijt gij, dat gij mijn kind be ft!" borst nu moeder Campbell uit, die »ts met moeite haro aandoening en gruw iortoe onderdrukt had. ilt gij,, dat do vrouw haren man aan |bloedige klauwen ovorlevere? En wan- zij zwijgt, wilt gij haar dan vermoor- gelijk gij vroeger roods zoo menigeen gering verzuim gedood hebt? 0. mannen, indien gij mannen zijt, »t eeno lange rekening bij God, wilt g meer zonden op uw register brengen i last dor ongerechtigheid, die op uwe p. drukt, nog met eene nieuwe misdaad faren?" nu uw schimpen, oude heks, on gij, B vrouw «hoor mij aan. Ik raad ii, mij dig alles te zeggen wat gij weet, au- zal ik u er toe dwingen. Welken weg ging Angus Hope, toen hij, gelijk gij zegt, voor zeven dagen «heenging?" „Neen, mijne goede vrouw, gij moet. on zen korporaal maar niet om den tuin wil len leiden," merkte Black Bill met. een spot- ienden lach aan. „Claverhouso zelf verslaat hot. niet beter dan hij: de stommen tot spreken te krijgen. „Rustig Bill", sprak zijn meerdere ge biedend, „on gij vrouw, bedenk u nog een maal." „Et is niets te bedenken!" riep de oude weduwe er tusschen. De vrouw van Angus Hope zal niet den smaad over haren man brongen, ceno vorraderes te worden en dat voor do oogen harer moeder." „Draag zorg mij niet voor «den geile te houden", voor de korporaal gestreng voor, zonder van de woorden der moedor anders dan door oen toornig rimpelen van het. voor hoofd notitie te nemon. „Ik zal het u niet zeggen,"'ant woordde Ma.gdalena met. onverminderde s t and v astigheid „Zijt gij besloten? Ik zal u niet nog eenmaal gelegenheid geven u door cene be kentenis te redden. Wilt gij het mij zeg gen?" „Ik wil niot," sprak zij andermaal, zon der dat hare stem beefde, hoewel hare bloéke wangen nog meer doodsbleek, werden. „Wij, ruwe soldaten, hebben weinig ver stand eu willen met vrouwen geen krijg voeren," ging de «korporaal met bitteren lach voort-, doch als onderpand van uwen goeden wil neem ik dezen zuigeling in be slag." Met. dezo woorden ging hij als oen gier op zijne onsehuldigo prooi los en groep het kind aan, dat Magdalena altijd neg in hare armen hield: Met een angstkreet, die ieder minder verhard hart «had moeten verteede ren, stortte zij zioh op hem om hem het kind weder te ontrukken; dooh de wreod- aard hield het grimmig lachend eene arm lengte boven haar omhoog en zeide: „Gij moet mij of het kind laten behouden, of mij tot zijnen vader voeren." Met onstuimige hartstochtelijke woorden smeekte de ont zette moeder den man, haar den kleine te rug te geven; ook vrouw Campbell be zwoer hem, echter op een toon waaruit ver ontwaardiging cn smeeking tegelijk weer klonken. „Zie, vrouw, uw kind bidt. u, het van zijne ruwe dien-slmaagd 1o verlossen" zeide de wilde soldaat, toen de zuigeling begon te sohroien. „Wellicht hebt gij wel booTcn verhalen hoe wij zulke lammeren behande len: wij werpen ze in do hoogte en vangen hen met. de spitsen onzer lansen op." Geheel ontzet door deze herinnering aan eene geschiedenis, die. hoewel onwaar, des tijds van do onmouschelijkheid der dragon ders verhaald werd, sprong Magdalena woest tegen den soldaat op en poogde met bijna bovenmensehelijko kracht zijnen arm omlaag te trekken; doch gelijk soms een kindermeisje eon kind tergt, dat gaarne den appel grijpen wil, dien zij in do hand heoft, zoo nam ook de dragonder den zuigeling in de andero hand en zag met een oog vol zegepralende boosheid op do moeder neder „Spreek, thans!" zeide «hij' „spreek, en ik geef u uw kind terug; wanneer gij eohter onwillig blijft, dan hebt. gij hot- heden voor het laatst, gezien." Magdalena bijna uitzinnig, was niet in staat te overwegen in hoeverre het haren man schaden kon, 4at zij bekerde, waar hij heen was gegaan. Hij kon thans wellicht mijlen ver van die plaats verwijderd zijn, on in dit geval kon wat zij van hem te zeggen had, Irem geen nadeel aanbrengen: in allen gevalle was 't slechts een onzéker gevaar, het verlies van haa«r kind was daarentegen, indien zij zweeg, onvermijdelijk. Welk moe derhart. zou doze godaohte hebben kunnen verdragen! Zij wierp oen zwijgenden, smee kenden blik op haro moeder. „Bezin u wol,dochter", vermaande deze «als antwoord, „ik weet wat -gij doen wilt mij mijn kind. Ik wil u alios zeggen alles. Is het zulk een kleinigheid bet leven van zoovele heiligen in gevaar to brengen ora een eonig leven le redden, dat u dienaar is? Bedenk, dat gij eenen moord op uwo ziel laden zult, wanneer door uw toegeven het bloed van oon enkol kind Gods zal vergoten worden: en het kind, dat gij tot zulk oe-nou prijs redt, zou geen zegen voor u zijn." „God vargeve mij: maar in dezeu nood kan ik niet zwijgen," zuchtto de zwaar be proefde vrouw. „Te la«nt, to laat!"'" riep nu de eoldant., ter wijl hij deed alsof hij hot vertrek wilde verlaton. Magdalena wierp zioh voor hem noder, m smeekro hem te blijven, terwijl ha re moedor haar toornig beval op to staan en te zwijgen. „Hior, Bill, maak mij van dio vrouw los!" riep do korporaal onbekommerd om haren angst-. Do dragonder talmde eohter. „Hoort gij dan niet, Bill, hier scheur haar weg;: waarom is zij zoo lang eigenzinnig en dwaas." „Neen, neon!" gilde zij. „Man, man, geef mij inijn kind terug: „Magdalena, Magdalena!" riep de ouda vrouw, „gij zult- toch dezo zonde niot be gaan, Magdalena!" Maar de moeder hoonde naar haar niet. „o, Mijn kind, mijn kind!" snikte Zij, (Weidt verv®2j.j).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1921 | | pagina 5