Staten-Generaal. EERSTE KAMER. Vergadering van gisteren. Ontginning Djaaibi-velden. Aan de orde is het ontwerp lot ontgin ning van aard olievelden in de residentie Djambi. Do heer Van Embden (V.D.) ziet in dit ontwerp de aantasting van de rechten van de minderheid en van het recht van oritiek, omdat men 'hiier te doen heeft met •en demissionair Kabinet. Het ontwerp treft handelspolitiek en bewapening tegelijk in verband niet de •taaisolie-kwestie. De Regeering is lijn recht tegen alle verzoeken ingegaan en heeft daarmede willen toonën, dat zij baas is in eigen huis. Zij heeft echter be wezen, dat zij dit niet is. Wie willens en Wetens <fen schijn wil wekken, dat hij on afhankelijk is, doet daarmede feitelijk het tegengestelde. Deze wet is er één die kmze populariteit niet zal vwgrooten. Te genover Indië is dat een slechte daad: Ne derland .speelt baas in het huis van zijn pupil, hetgeen niet klopt met het fraaie voorstel hij de Grondwetsherzieningen om het woord „bezittingen' te veranderen in „koloniën". Spr. oritiseert bet achterhouden van de correspondentie voor de Tweede Kamer. De Minister'had daarvan mededeeling moe ten doen en hij had moeten begrijpen, dat «de Kamer daarvan op de hoogte moest oijn. Omtrent de gunstige prospecten van de oliewinning vindt spr. in de Koloniale Ver slagen niets. De concessie in zake Djambi is niet vol gens het systeem van de open deur, maar wel juist in strijd daarmede. Het advies van den Indischen Volksraad is niet ge vraagd en daardoor is dit ontwerp een slag in het gezicht der democratie. Bij geruchte vernam spr. dat de Ko ninklijke bij de afdeeling Mijnwezen in ïndilö een exploitatie-vergunning heeft aangevraagd. Gaarne verneemt spr. of dit juist is. Vervolgens zet spr. uiteen, dat de Ba- taafsche alléén uit de vennootschap kan treden, terwijl de Staat dat n'iet kan. De, Minister van Koloniën, die heer De Graaff: De Staat, heeft alle macht in handen, want hij kan de Directie ontslaan. De heer Van Embden (V.D.) be toogt dat de concessie gratis wordt gege ven en dat de Regeering niet alle macht in handen heeft. Al geeft de Regeering in structies aan haar menschen; deze moeten toch met de gewiekste leiders van de Ko ninklijke handelen. Hoe zal het zijn als één der mannen, die de Regeering uit- Bond, een anti-revolutionair- is, die een vurig volgeling is van den leider dlier par tij, die tevens zoo nauw bij de Koninklijke is verbonden? Waarom gaf de Minister geen gewone concessies als hij geen Staats-exploitatie wil? De Minister: U kent de Indische. Mijnwet niet, want die staat geen conces sies meer toe. De lieer Van Embden (V.D.): Daar van kan worden afgeweken. In dit ver band behandelt spr. het karakter van de Koninklijke. Dat deze staat onder Engel- schen invloed, en dat de Engelsche Regee ring vele aandeelen daarvan heeft, is be kend. Het gaat hier Waarschijnlijk om de hegemonie ter zee tusschen Engeland en Amerika. De heer Coldjn heeft onlangs krachtig bepleit een oriënteering naar het Wésten. Het is z.i. een gevaarlijke taktiek «m zich aan de zijde van één der partijen te scharen. Ten slotte behandelt spr. eenige artike len uit het contract. De Staat geeft ide concessie cadeua, meent hij, en draagt zelf <Je risico. Het contract acht 'hij niet in het bciang A an Indië, dat. er niet veel voordeel bij zal hebben. Om deze reden acht hij reeds het ontwerp verwerpelijk. Spr. vraagt den Minister of hij bereid is, de instructie voor tie leden van den Raad van Beheer over to leggen. Uit partij-oogpunt zou spr. aanneming van dit ontwerp kunnen verlangen^ maar het belang des lands en des volks gaat daarboven u-it. Van harte kan spr. wie ra sdier dat diit ontwerp zal woéden ver worpen. De heer Van Kol (S.D). zegt al twin tig jaar gestreden te hebben voor het 'dienstbaar maken van de schatten van den Indischen grond aan het belang van onze Kolonie zelf. In 1904 waren er 1660 aanvragen voor concessies in Djambi ingekomen. De Gou verneur-Generaal van Heutsz heeft Djambi voor concessies gesloten, enkel en alleen om dit alle.s voor de Koninklijke te behouden. Deze Minister heeft alles gedaan om dit te bevorderen, en dat op een wijze, die al- gemeene verontwaardiging heeft gewekt. De Minister hield belangrijke med'edeè- 1 in gen achter, .verdraaide de waarheid en beging allerlei vergissingen en fouten. In één opzicht komen al die fouten en ver gissingen met elkaar overeen, n.l. dat zij allen hl het. voordeel van d'e Oolijn-groep zijn. De staatsexploitatie acht spr. nöodig en urgent. Z.i. is er geen enkel 'bezwaar daar tegen steekhoudend gebleken. Dit ontwerp houdt geen rekening met de rechten van den Inlander. Dit contract, brengt de Indische Regee ring onder dë m'acht van dë Koninklijke. Dit ontwerp schept een gevaar voorde internationale verhoudingen, hetgeen spr. uitvoerig uiteenzet. De heer C rem er (Lib.) meent, dat met verdeeling van de Djambi-terreinen de te genstanders niets tevreden zouden zijn ge weest. Dezelfde bezwaren zouden alweer geopperd worden wanneer de „Koloniale" daarbij betrokken was. Want ook die heeft belangrijke personen in zijn bestuur; Het is z.i. de. vraag of de serieuse ondernemer zou willen overgaan tot de verdeeling. Voor den exploitant zou er niet veel oven- blijven. Het is commercieel fair om met den besten biedfer door te gaan. De Amerikaansche gezant spreekt van het Amerikaansche kapitaal dat uitgeslo ten wordt. Maar spr. wijst er op. dat de aandeelen „Koninklijke" op "de Nie.uw-Yrk- sclie 'beurs zeer veel belangstelling hebben In Necl-Indië zijn reeds Amerikaanscihe be langen vertegenwoordigd, o.a. bij de Hol- land-Amerika Rubber-Maatschappij. Voor staatsexploitatie., waaraan veel ri sico is verbonden, acht spr. den hui- \digen 'tijd niet. gunstig, omdat het leenen van geld op dit oogenb'lik zeer moeilijk is. Spr. zal zijn stern gaarne aan dit ont werp geven. De heer Mendel s (S.D.) begrijpt niet hoe het Kab'inët er toe kan komen om déze zaken nog af te doen, terwijl het de- missionnair is. Voor spr. is het d'e vraag of de metho de, diie door Buitonlandisclie Zaken is ge volgd, de juiste is. De Minister bad de Tweede Kamer moeten voorlichten over de stappen van den Amerikaanschen ge zant. Heden 11 uur voortzetting. HET WETSV00RSTEL-B0MANS- Naar het „Hbld." verneemt heeft inen uit vooraans-taande parlementaire kringen de aandacht er op gevestigd, da.t de behande ling van het overijld ingediende wetsont werp van de heeren Bomans-Dr. Deckers, beoogende om de niet opgeroepen 10.000 man van de Hehting 1921 buiten dienst te houden, niet aanstonds behoeft te geschie den, maar zeer wel uitgesteld kan worden tot na het reces der Kamer. Om dit duidelijk te maken wordt er aan herinnerd, dat de wet van den 16en Fe bruari 1921, houdende tijdelijke afwijkin gen van de militie wet, de lichting 1921 vaai 23.000 man teruggebracht heeft tot 13.000 man, waardoor 10.000 jongelieden van den militairen dienst werdoai vrijgesteld. De be- ipaling van die vrijstelling zal ophouden van kracht te zijn, „indien niet vóór 1 Septem ber 1921 de sterkte van de jaarlijksche lich ting nader bij de wet is geregeld." Het voorstel-Boniams beoogt nu, om door schrapping van het tweede lid van art. 2 van de wet, houdende tijdelijke afwijkingen van de Militdewet, die vrijstelling van de 10.000 man van kracht te doen blijven. Een dergelijk wetje ds in ieder geval moodig, om dit resultaat te bereiken, maar het behoeft niet vóór 1 September 1921 te worden be handeld, zo o als de .heer Bomans meent, om dat art. 3 van de wet, houdende tijdelijke afwijkingen van de Militdewet, bepaalt, dat „ten aanzien van de inlijviaig kan worden afgeweken van artikel 72 van de Militie- wet-." Dit artikel 72 regelt het tijdstip van inlijving der verschillende troependeelcn, maar aangezien art. 3 van de wet tot tijde lijke afwijking der Militdewet uitdrukkelijk bepaalt, dat het tijdstip der inlijving kan worden verschoven, is er volstrekt geen re den om met het voor stel- B o mams zoo'n haast te maken. Wanneer de inlijving der bedoelde 10.000 man maar eenige maanden wordt uitge steld, 'kan het ontwerp zeer wel pas in Sep tember, desnoods dn October of November, worden behandeld, teneinde den 10.000 man definitief vrijstelling te verleenen. In verband hiermede verneemt het. Hbld. dat 't idaai ook niet waarschijnlijk moet worden geacht, dat het voorstel nog vóór het reces zal worden behandeld. Gemengd Nieuws Hier hakt men koek en op? Een schippersknecht wandelde gisteren laags de middeoistandstexiioonstelling te Delft. Hij liep er binnen en kwam in den tuin te lahdi, waar -het koekslaan zijn bijzondere aan dacht trok. De man liet zich het hoekijzer geven en begon te slaan. Eenmaal, tweemaal, drie maal, vier., vijf., zes.. „Meneer", zei do kockverkooper, „zoudl u eerst niet betalen?" „Komt in orde" was bet antwoord en de schippersknecht ging door, sloeg koek, koek en nog eens koek. Totdat hij eindelijk half ra zend het hoekijzer uit handen gaf. Hij had voor f23 koekgeslagen, maar helaas had hij geen geld. De politic heeft den man meegeno men. Er staan nog twee kisten vol stukgesla gen koeken klaar voor den tijd dat de man zijn schuld zal hebben afgelost. „D. Crt." Een kantoor loop er van een effectenfirma te Rotterdam was Woens dag Uitgezonden met een portefeuille, welke effecten en bankpapier bevatte. Bij 's mans-te rugkomst bleek het geld', f 54.000, verdwenen. In de dorpen gelegen b o- ven Amsterdam,'ds het gebrek aan behoorlijk drinkwater van dien aard, dat de Nooïd-Hol- landscke Tram deze plaatsen van drinkwater uit Amsterdam moet voorzien. Op sommige landerijen begint; het ook een lastig geval te worden, omdat ook voor de dieren het brakke water der polders'1 ondrinkbaar geworden is, door het uitblijven van regen. Op de kermis te Wij Ier (D.) bij Nijmegen heeft een smokkelaar M., die zijn medewerker nog steeds niet het smokkelloon ■had uitbetaald, zoodanig met een nies bewerkt dat diens gelaat geheel misvormd werd. Van een golfbrek er op het Stille Strand nabij Scheveniugen is Woensdag middag om drie uur een buitenlands che dame in zee gevallen. De heeren Peetoom en Keet- ncr sprongen haar na en hebben de drenke linge met. gevaar van eigen leven gered. In bewusieloozen toestand: is zij naar het zieken huis vervoerd. Heden is het vijf en twin tig jaar geleden, dat de Rijksvisschershavcn le IJmuiden werd geopend-. Het eerst binnen komende schip was dc Pernisser zeilbeuger Lckkerkerk. Een firma te Amsterdam zond den 25sten dezer een aangeteekenden brief, inhoudende eenige wissels tot een geza menlijk bedrag van f 3543 naar Rotterdam. Woensdag nu ble k, dat d'e brief zijn bestem ming nooit bereikt heeft. Waar op welke wijze de brief is gestolen, is nog' niet bekend. Echter brengt- men het vol gende hiermede dn verband. Te Heerenveen zijn in arrest gesteld twee Amsterdammers d.io te Akkrum probeerden wissels te innen die te Amsterdam gestolen zijn; Een nader onderzoek wordt ingesteld. Woensdagmiddag werdi op de schipbrug te Doesburg een paard en wagen van een vehtersvrouw door do Geld. Stoomtram aangereden. De wagon werd totaal vernield. De koopvrouw lag onder de machine bekneld en' kon alleeni door opvijzelen worden be vrijd. Ze had ernstige kneuzingen bekomen. De treinenloop was door dit ongeval ge stoord. Een motorwielrijder heeft Zaterdag bij Leiduin een portefeuille met 25 biljet>en van f 1000 verloren. De polilie beeft de nummers genoteerd. Resb. Twee vrouwen te A m s t e r- dam hebben bij de politie aangifte gedaan, dat zij dezer dagen van een persoon, die zich uit gaf voor inspecteur d'er Rijksdistrihutie van kleeding en die zich door een kaart legitimeer de, een lap stof hebben gekócht voor f 4750. Het is later gebleken, dat de stof geheel waar deloos was. Men s c h r ij f t uit Winters- wijk aan. het „Hbld.": De groote langdurige droogte baart den veehouders hoe langer hoe meer zorg. Een landbouwer te Woold bij Win terswijk heeft nu een Duilsche wichelroede- looper te hulp geroepen, wiens roede uit twee wilgentakken bestond. Op een plaats, aan den looper onbekend, was een put, waarvan de aan wezigheid niet bekend kon zijn. Toen de man daar boven stond, ging de roede direct naar ■beneden. In een weiland vlak bij het huis', wees de roede ook een waterader aan. Men begon de juistheid hiervan te onderzoeken en inder daad vond men water. De nieuwe put bevat •geregeld circa 5 voQt water. Ook een landbouwer te Miste liet genoem den Duitscher op zijn land een onderzoek in stellen. Hier werd' ook een waterader aange wezen en gevonden. Voor veehouders in dezen tijd van water- schaarschte zeker een gelukkige uitkomst! Ei?n abenné toonde aan liet „Hbld." twee zilverboni1 door hem ontvan gen als twee rijksdaaldersbons. Zij waren half dicht gevouwen zóó, dat alleen de beide op het eerste gezicht volkomen overeenstemmende ach terzijden, zichtbaar waren. Later, bij het uit vouwen bleek dat één rijksdaaldersbon. goed was-, het andere stuk was een -éénguldcnsbón van Ncd.-ïndic. "Klmr, afperking en versieringsornament komt aan de achterzijde geheel met elkaar overeen. Ook anderen blijken er op 'die manier inge- loopen te zijn. Men vouwe dur- de bons, bij ontvangst geheel open. Dan alleen kan men zich vrijwaren voor schade. Bij het spelen op een hout- vlotje in bet kanaal te Ter Neuzen is Dinsdag- dagavond een 16-jarige jongen in bet water gevallen en verdronken. Ofschoon een goed zwemmer, verdween hij terstond in de diepte, zoodat het ook zijn makker niet mogelijk was hem te helpen. De politie te Zand voort heeft vier -looddieven aangehouden. Zij hadden van een villa aan de Zandvoortschelaan 80 Kg. lood ontvreemd en in do duinen verstopt. Bij de Dinsdag te Kerk ra de gehouden rennen deedi zich, mede door slechte afzetting der baan een betreurens- waardig ongeluk voor. Bij de laalsle ronde in dé hindernisrennen begaf zich bet 9-jarig kind van den beer S. in de baan, en rverd dooi' een dor renneïs omvergereden, waarna nog ver schillende paarden over het meisje heengin gen. Het kind kreeg ernstige verwondingen aan borst en onderlijf en moest direct per auto naar het hospitaal worden gebracht. De toestand van h e t b o e- zennvator in Delfland blijft, naar de „Tel." meldt, voor de Wesllandsohe teelten nog steeds onvoldoende. In de honderden waterloopers eu tuinsloolen blijft het zoute water hangen, het zal nog weken lang voor do teelt gevaarlijk rijn. De schade, die de teelt nu reeds ondervon-' den heeft, is zeer groot on bedraagt .voor de tomaten alleen duizenden, guldens. Ook kom kommers, meloenen, boontjes en schier allo glasproducten hebben door het zoute water geleden, te meer, omdat er wegens de droogte zooveel gegoten moest worden en het zout door de snelle verdamping terstond de planten kon aantasten. Hoe sterk de verzilting geweest is, blijkt o.a: uit. de volgende feiten: In de kassen vond men na begieting het zout op den bodera der verdampte pi auj es. Da, peilgOiazen der verwarmingsketels in de stook- kasson bevatten veel afgez tte zoutlagen. In de omgeving van Naaldwijk ving'men onlangs zeevisschen. Oorlogsgruwelen, Bij de thans in Duitsohlajid gevoerde processen tegen de oorlogsmisdadigers zijn gruwelijke dingen aan het licht gekomen. Een Duitsoh generaal, Stenger, wordt be schuldigd een bovel te hebben uitgevaar digd alle Fransche soldaten, ook de gewon den te do oden en geen gevangenen te mar ken. Of deze beschuldiging juist is zal nog moeten blijken. Feit is echter dat een zekere Majoor Crusius verklaart zulk een order te hebben ontvangen niet alleen, maar ook uitgevoerd. Aan de schokkende verklaringen van Crusius is het volgende ontleend: In het begin van den oorlog, toen hij nog kapitein was, liep bij met een zekeren ma joor Müller over het. slagveld. Daar zagen zij een o ogenschijnlijk dooden Fransohen onderofficier liggen .Majoor Müller gaf den onderofficier een schop, waarop deze de oogen opende. Majoor Müller gaf toen aan twee Duitsche soldaten bevel, den onderof ficier dood te schieten. Toen de soldaten aarzelden, dit bevel op te volgen, zeide Mül ler dat zij waarschijlijk niet bekend waren met het brigadebevel. Ook een tweede gewonde, die juist kof fie dronk, moest op bevel van majoor Mül ler worden doodgeschoten. De gewonde smeekte kapitein Crusius op zijn knieën om zijn leven. Crusius heeft het bevel echter, laten uitvoeren. De president is blijkbaar geschokt door dit verhaal, en vraagt majoor Crusiu6: „Waarom hebt u dat toegelaten? Dat een maai, die n op zijn knieën om zijn leven sineekt, doodgeschoten werd? U was toch •niet de slaaf van een militair bevel? Ik heb alle respect voor de Duitsche militaire dis cipline, maar dit is nog nooit van con Duitsch officier gevergd." Majoor Crusius gaat daarop voort met zijn verklaring. De strijd en de verliezen waren destijds zoo zwaar, dat het hart hem letterlijk in het lijf omdraaide. Hij verkeer de toen zelf in een verschrikkelijken toe stand. Stenger heeft het noodlottige bevel op 21 Aug. des morgens tusschen 6 en 7 uur gegeven. Crusius heeft zich daarop on middellijk naar zijn compagnie begeven en zijn manschappen de noodige inlichti-ngen vérstrekt. Op 26 Aug. heeft generaal Stenger nog maals gezegd: „Geen gevangenen; er wordt geen pardon gegeven en geen pardon ge vraagd." Luit.-kolonel Neubauer den tegon- woordigen luit.-gcneraal heeft daar nog bij gevoegd: „Kein pardon, immer feste dvuf!" Hier onderbreekt generaal Stenger clen; getuige; hij ontkent met de meeste beslist heid, ooit een dergelijk bevel te hebben ge geven. Hij beroept er zich o.p, dat geen en kele der andere gotuigen iets dergelijks be» weert, en dat allen majoor Crusius zulke bezwarende verklaringen tegen hem aflegt. Crusius blijft echter bij zijn verklaring. Komt allen tot mij. j Fragment uit: Einübing im Chris- i tentum Tan Sören Kierkegaard. (Duitsche tert. uit het Deensch). G* V I. O, "wonderlijk, wonderlijk, dat Hij, die Wulp brengen kan, dat Hij zegt: komt: Welk «en liefde! Liefdevol is het reeds hen te helpen, die om hulp vragen! maar zelfhulp 'aanbieden en Ze allen aanbieden! Ja en juist d i e allen, die niet terug helpen kun nen. Ze aanbieden, neen', ze uitroepen, als behoefde de Helper zelf hulp, als ware Hij, die allen helpen kan en wil, zelf een be- hauwde maar het benauwt Hem ook om Je helpen, Hij verlangt 'naar de rijdenden, Kbn hen te helpen! BE K j K Komt! Ja, daarin is niets wonder lijks, wanneer demand die in gevaar is en hulp, misschien snelle en oogenblikkelijke hulp behoeft, roept: komt! En daarin is dok niets wonderlijks, dat een markt schreeuwer rondroepen laat: komt, ik ge nees alle ziekten; want bij den markt schreeuwer is het onware maar al te waar, dat de dokter de zieken noodig heeft. „Komt gij allen, die voor boogen prijs de' genezing betalen kunt of tenminste het geneesmiddel; .hler is medicijn voor ieder d!ie betalen kan; komt, kómt! Maar meestal is het toch- zo, dat men hem die helpen kan opzoeken moet; en wanneer mien hem gevonden heeft., krijgt men hém maar moeilijk te spreken, en wantoeer men hem te spreken gekregen heeft, moet men hem wellicht nog lang sm-eeken, en wanneer men hem (lang ge- iie.ekt heeft, laat hij zich misschien toch maar langzaam bewegen, diat wil zeggen, hij laat zich veel betalen; en soms, wan- i" o!- hij geen betaling nemen wil of edel moedig ervan afziet, zegt d'it slechts hoe oneindig duur hij is. «Daarentegen Hij> die' zich weggaf,Hij geeft zich ook hier weg; £ij zelf zoekt hen op, diie hulp noodig hebben, Hij zelf is het die omgaat en roepend, bijna smeekend spreekt: komt. Hij de Eenige, die helpen kan en redden kan van de eenige in waar heid levensgevaarlijke krankheid, Hij wacht er niet.op of iemang tot Hem ko men zal, Hij komt uit zichzelf, on geroepen immers Hij roept-, Hij biedt hulp aan én welk een hulp? A A Komt ail en! Wonderlijk, want dat een, die wellicht tenslotte niet één enkele helpen kan, den mond vol holle woorden neemt, dat is, zdoals de -men- schen nu eenmaal zijn, niet zoo verwon derlijk. Maar wanneer men er heel zeker van is, dat men helpen kan en tevens be reid is om te helpen, wanneer men al zijn ti'jd met alie opoffering daaraan beste den wil; dan behoudt men zich toch ge woonlijk één ding voor, namelijk dat men een schifting maakt. Hoe gewillig men ook zij om to helpen, men wil toch niet ieder helpen, zóo wil men zich locli niet weg gooien. Maar Hij, dei Eenige, die in waarheid helpen en allen helpen kan, de Eenige al- zoo, die in waarheid allen uitnoodigen kan, Hij maakt ook in 't geheel geen voor waarde; dit woord, dat van den aanvang der wereld als op Hem berekend is, Hij zegt het ook: komt allen! O, m-ensChelijko opoffering, zelfs' wan neer ge op uw mooist en edelst zijt en- het meest wordt bewonderd, hier is toch een geheel nieuwe opoffering: zoo geheel ieder voorbehoud van keuze opgeven, dat in'de bereidheid om te 'helpen pok niet de'min ste voorliefde is. O, liefde, zoo in 't geheel geen prijs op zichzelf- te stellen, geheel zichzelf te vergeten, dat men degene is diic helpt, slechts dat ziende, dat het een lij dende is, wat hij ook overigens'zijn moge; zoo zonder voorwaarde allen hélpen wil len ach, daarin zijt 'ge ook juist van al len onderscheiden Komt tot Mij Wonderlijk 1 Wantmenschelijke deelneming doet im mers ook gaarne iets voor hen, die ver moeid en belast zijn, men- spijst de hon- geri'gen, en kleedt de naakten, men geeft milde giften en bouwt milde stichtingen en is de deelneming innige.r, zoo bezoekt men ook wel hen, die vermoeid en bel'ast zijn. Maar hen-bij "zich in nood'igen, dat gaat niet, dan zou immers de gansche huishou ding en levenswijze veranderd moeten worden. Het gaat aftïct aan, zelf in over vloed of tenminste in geluk en vreugde, te leven en 'dagelijks omgang te hebben en samen te wonen niet de armen en elflendi- gen, met hen, die vermoeid en belast zijn. Om hen zoo bij zich in- te kunnen nooden, moet men zelf geheel op diezelfde wijze leven, arm als de armste, gering aange zien als de geringste man uit het volk, vertrouwd met 's levens zorgen kwaal, ge heel in d'ezelfde positie als zij, die men tot zich noodt, als de vermoeiden en be lasten. Wil mén namelijk e;en lijdenden bij zich innooden. zoo moet men óf zichzélf met 'hem 'géiijkslellen of den lijdenden niet zichzelf g. ijk stellen., anders wordt im mers het- verschil slechts grooler door de tegenstelling'. Mot één énkelen lijdende kan men -wel een uitzondering maken en hem 'in eigen positie overplaatsen maar wil men .alle ongslukkigen- bij zich innooden, zoo kan het slechts derwijze geschieden, dat men zichzelf aan hen gelijk maakt-, in dien het al niet oorspronkelijk daarop aan gelegd is, zooals het bij Hem h'èt geval was, die,-zegt: Komt allen tot Mij, die ver knoeid en belast Zijt.. Dat 'zegt Hij., en die met Hem leefden, die zagen en zie, daar is in zijn levenswijze ook niet het minste, wat dat tegenspreekt. Met do stille en- waar achtige welsprekendheid van de d a a d, drukt Zijn leven het uit; zejfs wanneer hij nooit dit woord haddc gesproken, Zijn le ven zegt: Komt allen tot Mij, die ver moeid en belast zijt. Hij staat zijn woord, of liever: Ilij zel'f is zijn woord, Hij is, wat Hij zegt; ook in dezen zin" is hij: het Woord. $7 {£ïü';s< '4 I irt A-llen die vermoeid, en b e- 1 a s t z ij t-. Wonderlijk! Het eenige, wat Hem bezorgd maakt is, dat er een ver moeide en belaste zijn kan, die Zijn noodi- ging niet 'kwam te hooren. Dat er soms te Veel mochten komen, daar heeft Hij geen vrees voor. O, waar wijdheid van hart is, daar is imhiers ste,eds plaats, en waar zou die wijdheid zijn*, zoo niet 'in Z ij n hart! Hoe de enkele de noodiging ver staan wil, dat laat hij dien enkele over; Zijn geitvetgn is vrij, H ij heeft allen uilge- noodigd, die vermoeid en beiast zijn. Maar wat is dat, vermoeid en be.lastzijn; waarom verklaart Hij het niet nauwkeu riger, opdat men precies weten kunne, wien Hij bedoelt; waaro'm zoo karig met .Woorden? O, gij kleinzielige, Hij is zoo karig met woorden om niet kleinziie'lig te zijn; gij enghartige, Hij is zoo karig met woorden om niet enghartig te zijn; Zijn 'liefdé (en de. liefde keert zich tot allen) wiil judst verhinderen, dat zich ook niet én enkele be angstige met zorg- of h ij ook onder de genooden .is. Wie een nadere bepaling verlangen zou, wars dat niet een zelfzuchtige, die daarop rekent dat hef bijzonder op hem van toe passing, was en op hem.sloeg zonder tc bedenken, dat zulke nadere bepalingen onvermijdelijk mdl zich meebrengen, dat het daardoor voor ander e enkelen slee.ds o nbepaalder wordt of z ij ook genood zijn. O, mensch, waarom ziet uw oog slechts op .waf, eiig'en is, waarom ziet'het schuins, terwijl Hij zoo goed tis! De noodiging opent, voor allen de armen van Hem die noodt en zoo.staaf Hij daar als een eeuwig' Beeld; zoodra een nadere bepaling komt,- die mis schien een enkel o bijzondere zekerheid 'geeft, 'dan ziet dë Noodiger er anders uit, dan vliegt toch iets als een schaduw van verandering over Hem. Ik zal u rust- geven,— Wonderlijk! Want nu moet toch dat woord „Komt toit Mij" zóó verstaan worden: „blijft bij Mij, Ik ben de. rust, of bij Mij blijven is rust. Het is niet als vaak, wan neer de helper, die zeide: „komt", vervol gens zeggen moet „ga nu", terwijl hij iede- ren enikele verklaart waar de hulp te vin den is, welke hij behoeft, waar he.t pijn stil lende, kruid groeit dat hem genezen kan of w&aT het stille plaatsje is. wa-ar hij dë moeiten achterlaten kan, of waar het ge lukkige werelddoel is, waarin mén niet belast is. Neen, Hij die Zijne afmen opent en allen noodigt 0, wanneer alle tot Hem kwa men d'ie vermoeid en belast-.zijn, zoo zou Hij ze allen omarmen en zeggen: blijft nu bij Mij, want bij Mij 'blijven is rust. De Helper is de hulp. O, wonderlijk, (er- wijl hij 'allen nob'dligt en allen helpen wil,' is Zijn Wijze om de be las ton 'te helpen op iedc.r afzonderlijk berekend, als ware iede re kranke de eenige kranke dien Hïï had. Vaak moet oen dokter zijn tijd ovej; zijn zieken vcfdee'lcn, die toch zondermeëï nJiet-allen- zijn, hoevelen het er ook zijn niogen. Hij' schrijft geneesmiddelen j voor, hij zegt, wat- er te, doen is, hoe mep^ het gebruiken moef en dan gaat hij - naar een andere zieke, of wanneer it© zieke bij hem was, dan laat hij hem gaan'. De dokter kan niet den gansche.il dag bijjL. een zieke blijven zitten zonder de an-Lj denen 'te verzuimen. Daarom is daar ool£i^ helper en 'hulp niet hetzelfde. De hulpen die de dokter voorschrijft, houdt 'de ziekQ^ den ganschen dag bij zich, om ze gedun&k| te gebruiken, terwijl de dokter slechts mffik en dan eens komt -toezien. Maar wanneer dë Helper zelf dë hulp$ j; ïs, dan moet Hij immers den gianschen <ko|£ bij den zieke blijven of de zieke bij Hec|^ o. wonderlijk, dal, nu juist, deze HëipOTp Hij is. die allen noodigt!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1921 | | pagina 6