Tweede Blad. in de te bouwen dubbele schooi op hel .Schut tersveld, aan de Kon. Rolterdaiasche Beton ijzer Maatschappij voorheen Vaa Waomg en Go. te Rotterdam. Wordt z. h. e. aangenomen. 21. Verordening, houdende wijziging van de verordening van 23 Mei 1912 (Geni. Blad no. 18) op het Rijden. Wordt i. h. e. aangenomen. 22. Voorstel om B. en W. te machtigen tot H. M. de Koningin liet verzoek te richten, om het maximum aantal patiënten, dat in het Krankzinnigengesticht „Endegeest" mag wor den verpleegd, tijdelijk te vermeerderen met 20. De heer Heemskerk heeft vernomen dat er gcon plaats voor meer kinderen op „Voor geest" is. Bestaan er bij B. en W. plannen hierin te voorzien? De V o o r z. zegt dat de noodzakelijkheid van uitbreiding lot nu toe niet is goblekcn. De heer Heemskerk heeft juist gehoord dat er absoluut geen plaats is, terwijl er vee: aanvragen zijn. De heer Huurman zegt, dat van de zijde van den Drecteur nog nooit een aanwijzing in dien geest is gedaan. Het voorstel wordt goedgekeurd. 23.- Verordening, houdende wijziging van de verordening van 3 December 1896 (Gem. Blad no. 15), houdende voorwaarden van opneming en verpleging van lijders in het Krankzinni- gengesticht „Endegeest" en de afdeeling voor jeugdige idioten „Voorgeest" te Oogslgeeat, nabij Leiden. Goedgekeurd. 24. Verordening, houdende wijziging van de verordening van 30 December 1913 (Gem. Blad no. 34), houdende voorwaarden van op neming en verpleging- van lijders in het Sa natorium voor Zenuwlijders .Rhijngeest" te Oegstgeest. De verordening wordt goedgekeurd. 25. Prae-advies op het verzoek van de Leid- sche Duinwater Maatschappij om vergunning tot uitbreiding van hare prise d'eau onder de gemeente Wassenaar. Goedgekeurd. 26. Voorstel in zake de verhooging van de voorschotten cn bijdragen, als bedoeld in art. 30 der Woningwet, ten behoeve van de meer dere kosten van uitvoering van het bouwplan aan en nabij de Bronkhorsfstraat, enz. door de Woningbouwvereniging „Ons Belang" en tot vaststelling van den desbetreffenden suppletoi- ren begrootingsstaat, dienst 1920. Aldus besloten. 27. Verordening, betreffende het bedrijf van don District6-keuring9dienet van War on. Den heer Groeneveld bevreemdt het dat de Commissie van Bijstand voor dezen dienst bij de samenstelling van de Verordening niet is gekend. Dé heer r. d. Li p, weth., zegt, dat verschil lende stukken reeds begin April naar de Com missie zijn verzonden, die na terugkomst dade lijk zou vergaderen. Het heeft echter twee maan den geduurd eer ze terugkwamen, en ook ls de Commissie nog niet geïnstalleerd. Waar het hier een voorstel betreft waarbij haast is, meen de spreker het direct bij den Raad te moeten brengen De heer Groeneveld meent, dat dit geen roden kan zijn de Commissie u« passes- reu. De heer v. d. Lip, weth., ontkent, dat het hier een belangrijk voorstel zou zijn. Hij wil gaarne met de Commissie meewerken, maar dan moet men ook niet de zaken op sleeptouw houden. Verschillende 6tukken zijn twee maan den in circulatie gebleven. Op die manier is het geen werken. Hel voorstel wordt goedgekeurd: 28. Begrooting van den Districts-keurings- cLienst van Waren, dienst 1921. Goedgekeurd. 29. Voorstel tot beschikbaarstelling van gel den voor de versterking van de Kraaierbrug, de Pauwbrug cn de Leiderdorpsche brug. De heer A. Eikerbout meent, dat het noodzakelijk is, dat de Havenbrug wordt ver breed. De toestand wordt daar anders onhoud baar. De heer Bots, weth., zegt, dat de Haven- brug no. 1 op de voordracht staat om verbe terd te worden. De heer Eikerbout is niet bevredigd. Als deze bruggen verbeterd zijn, en voor bet aulo- verkeor geopend', wordt de toestand daar on houdbaar. De beer Bots, weth., zegt, dat niet alle bruggen tegelijk onder handen kunnen worden genomen. De V o o r z. merkt nog op, dat de toestand van de Havenbrug veel beter is dan van de hier genoemde bruggen. De heer Eerdmans meent, dat de Kraaier brug zonder bezwaar neg wat kan wachten. Do heer Bots, weth., betoogt, dat het hier ten belangrijke verbinding betreft. De heer Wilbrink vraagt, of het niet mogelijk is de Leidvrdorpsche biug aan de provincie over te doen. De V o o r z. zegt, dat Teeds pogingen bij de provincie zijn aangewend, echter zonder re sultaat. HU voorstel wurdt goedgekeurd. 30. Vaststelling van het vennenigvuldiginge- cijfer, bedoeld in art. 8 der verordening op de heffing eener plaatselijke belasting naar het inkomen te Leiden, voor het belastingjaar Mei" 1921—Mei 1922. De heer Van Eek zegt, dat de S. D. A. P. het vorig jaar tegen de verordening heeft ge stemd. Zoo hier de belasting is geregeld, word het voor een groot deef der bevolking steeds moeilijker de belasting te betalen, daar ook het noodzakelijke gevraagd wo-dt. Daarvoor wunscht sprekers fractie de verantwoordelijk heid -niet te dragen. Daarbij komt nu nog dat men thans de zaak niet behoorlijk kan over zien. Het is nog niet bekend wat voor de eerste vier maanden van 1922 noodig i., en evenmin boe groot do opbrengst van de bela ti-ng zal zijn. Dit is niet de schuld van den wethouder, maar 't feit ligt er dan toch, dat hier de belas ting vastgesteld wordt, j^oder dat men weet hoeveü er noodig is. Spreker meent dat het niet aangaat, hierin maar zonder meer de Regeering te volgen. Do Soc. Democraten zullen dus stemmen legen dit voorstel. Wordt het toch aangenomen dan hoopt spreker dat de bezwaren tegen deze wijze van belasting heffing aan de Regeoring kenbaar zullen wor den gemaakt. Hierbij k mt nog dat reeds v oor een belangrijk deel over de begrooling van 1922 is beslist. Een prc/test tegen dit aan ban den leggen van don Raad is gcwcnscht. De heer De Lange kan ten deele het ge sprokene beamen. Spreker meent ook dat do gemeenten wel wat veel aan banden worden ge legd, als de rogetring nu ook het vermenigvul- digingscijfer wil goedkeuren, 't Is ook uiterst moeilijk het vermonigvukLigingscijfer vast te stellen zonder dat het belastbaar bedrag be kend is. Spreker is er niet tegen aandrang uit te oefenen op de Kroon om dezen maatregel in. te trokken. In de gegeven omstandigheden zal het achter wel noodzakelijk zijn, met dit vooi«t$ nee te gaan. De heer v. d. Po t, weth., zegt, dat het nu niet gaat ever de bela tingverordeoing. Het protest van den heer r. Eek is wol wat goedkoop. Ala toch de anders leden hierin meegingen zou de heele machine stop gezet moeten worden. Da bezwaren van den hoer v. Eek kan spreker ove rigens ten deele onderschrijven; zijn bezwaar tegen het vooruitgrijpen op het volgend jaar is overdreven, daar vroeger hel kohier ook vastgesteld werd van Mei tot Mei. Wat het vermenigvuldigmgscijfer betreft, wijst spreker er op dat er tal van Gemeenten zijn, waar dit cijfer reeds bij do begrootmg weid vastge teld. In dót opzicht vormde Leiden een uitzondering Le kans bestaat natuurlijk dat we voor onaan gename verrassingen komen te staan, maar dit kan zoo noodig in 1922 worden hersteld. Van eenigen aandrang op de Regeer'ig verwacht spreker niet veel. Het Rijk geeft voorschotten maar daar 6laat tegenover dat do aanslagbil jetten groepsgewijs worden uitgereikt, nog voor het totaalcijfer van 'het kohier bekend is. De heer Va® Eek blyfl het gewenscht ach ten de bezwaren onder de oogen van den Mi nister te brongen. De beer v. d. Pot, weth., vestigt er de aan dacht op, dat wij, door de timing aan het Rijk op te dragen, een deel van onze vrijheid hebben ingeboet. Werd op de gedachte van den hear v. Eek ingegaan, dan zouden we geer voor schot kunnen krijgen, wat voor de gemeenten een belangrijk renteverlies zou beteek en en. Het voorstel van B. en W. in'stemming ge bracht, wordt aangenomen met 18 tegen 7 stemmen. Tegen de Soc. Democraten. Het voorstel van den heer v. ^ck. een adres te richten lot de regeering. wordt verworpen met 17 tegen'8 stemmen. Tegen de Soc. Demo craten en de heer De Lange. Do vergadering wordt daarna verdaagd tot 's avonds kwart over acht. Avondvergadering. 31. Verordening, regelende de bezoldiging van de vakonderwijzers en onderwijzeressen in teekenen, gymnastiek en handwerken en de toelagen aan de kweekelingen en de helpsters bij het onderwijs in de vrouwelijke handwer ken der openbare lagere scholen van de ge meente Leiden. Door den heer A. Eikerbout is hierop eon amendement ingediend om Artikel 8 zoodanig te wijzigen, dat wordt gelezen: .JDeze verordening wordt geacht te zijn in werking getreden op 1 Januari 1 9 2 0." sDe heer A. Elkorbout betoogt dat voor de eerste onderwijzeressen die geen eigen klas heb» ben, en dus ook geen extra werkzaamheden, een afzonderlijke toelage niet noodig is. Wij moeten uitgaan van hot standpunt dat zij die voor de gemeenschap arbeiden daar ook wat voor over moeten bobben. De heer de Lange ie hot met het laatste niet eens, inzoovcno als het gcmeen6chapsge» voel niet mag leiden tot oen niet behoorlijk be- loonen van de diensten. Toch gaat hot voorstel van B. en W. hem wol Dinsdag 21 Juni 1921 Uit de Pers. De Vrijheidsbond. Wij lozen in de Neder la nder: Wil de Vrijheidsbond zichzelf en daarmee het liberalisme in Nederland als partij on- immogclijk maken? Zijn Kamerloden stemmen voor verzwak king van het leger. Zeker in strijd met de ovortuiging qnder de liborale kizers door het gansche land. En in den Amslmlamscben raad slem- men zij er drie sociaal-democratische wet houders in, nadat zij op de felste wijze tij dens de verkiezingen tegen „bet socialis tisch wanbeheer" zijn opgetreden. Wij onderstellen niet gaarne onzuivero motieven. Maar moeten thans t-och de op merking wagen, dat beide malen dit gedrag het eenvoudigst wordt verklaard, wanneer het als een anti-rechts che daad verklaard wordt; met name als eon daad tegen de aniwovululioimaixen on christel.-histori- 6chen. Mogen wij dat doen? Dan moge de Vrijheidsbond zich niet ver- bazen, wanneer juist weer door zijn gedrag do „christelijke" politiek wordt gesterkt in 6teo van verzwakt. De reehtscbe partijen zelf worden dan innerlijk bekrachtigd, doordat nog altoos zij de aangevallenen zijn. En de kiezers zullen het liever wagen met de ietwat go- smaden, die positief zijn dan mot ucgatieve „liboralea." Wij moot en nog eens zeggen, wat wij roods in antwoord aan het H a n d o l e 1> 1 bobben gezegd: de liberalen zijn bet, die de christelijke politiek in srand houden: door dat zij liberaal zijn. GEMEENTERAAD LEIDEN. Vervolg vergadering van gisteren. Benoeming van een lid dor Cvimmissio van Financiën. De heer Van Eek zegt, dal zijn fractie be sloten heeft aan deze stemming niet deel te nemen, daar door de wijze, waarop B en W. deze commissie behandelen, haar bestaans recht is weggenomen. Het uitbrengen van het advies heeft, zooals de zaken nu worden be handeld, geen waardo. Werd door den weth. van Financiën de Commissie voor het indie nen van voorstellen erkend, dan zou de zaak anders staan. De heer De Lange kan niet zeggen dat wat de heer Van Eek aanvoert onjuist is. Deze Commissie die van grooto beteekenis kon zijn, oefent weinig invloed uit. Maar ligt dit ook «iet voor een deel bij de Commi sic zelf, die «ieh zoo laat behandelen? De heer Huurman zegt, dat de Commis- hie volgens de verordening niet verder kan gaan. Wil mon dus de zaken anders behande len, dan moet de verordening worden ge wijzigd, en moet niet de schuld worden gege ven aan B. on W. Do V o o r z. meent dat men de beteekenis van dqze Commissie onderschat. Als zij haar taak ernstig opvat kan zij belangrijken invloed uit oefenen. De heer Huurman: als men de stukken op het laatste oogenblik krijgt! De liter Van Eek zegt dat het belachelijk 16, zoo de zaken nu behandeld worden. Hij meent dat het op den weg van B. -en W. ligt hierin verandering te brengen, en met voor stellen tot verbetering te komen. Spreker is het overigens met dm heer De Lange eens, dat de Commissie zelf ook niet geheel vrijuit gaat. Hoofdzaak is echter, dat in dezen toestand ver betering wordt gebracht. De heer Huurman zegt, dat men gemak kelijk critiek kan oefenen, -maar dat de leden van links die in de Commissie zitting hadden, inplaats van pogingen tot verbetering te doen, zijn gaan loopen. De heer v. d. P o t, weth., zegt, dat het een Commis ie van den Raad is Hééft do Raad dus behoefte aan verandering, dan ligt het op zijn weg, daarin verbetering te brengen. Spreker ontkent niet dat de stukken soms laat inkomen, maar er is dan ook niets tegen dat de Commissie in dergelijke gevallen tot aanhouding adviseert. De heer Van Ec'k meent, dat de Commis sie niet alleen den Raad, maar ook B. en W. heeft voor te lichten. Het zou dus aanbeveling verdienen dat B. en W. bij het formuleeren FEUILLETON Eindelijk thuis. 35) Het was duidelijk, dat, welke Ralphs fe- krtkemkigon ook waren, hij zeker niet. leed aan gebrek aan discours. En Esther, die ru wel inzag, dat het volstrekt niet noodig was moeite te doen om hem aan het praten te krijgen, daar hij van zelf steeds door babbelde, gevoelde zich verlegen cn vol strekt niet op haar gemak; daardoor was ze veel stiller dan anders en men miste in haar manieren de gewono ongedw )ngen- beid; boos was ze ook, op Abbie. op Ralph on op zich zelve. „Hoe kon ik ook joo on- noozel zijn", dacht ze, toen zij aan tafel tegenover haar neef zat en gelegenheid had hem in het knappe gelaat te zien, waarop licht en schaduw zich onophoudelijk afwis- selden en opmerkten met tv elk een welge vallen zelfs haar o-jm Ralph scheen te lui eieren naaT zijn woordenrijken zoon. Ik "wist immers, dat hij ouder dan Abbie en al in zijn dorde studiejaar was. Wat kon ik anders verwachten van don zoon van oom Ralph? Hij zal mo natuurlijk een' gans je vinden; hoe mal om zco'n kleur te krijgen eu zoo te stamelen als een .meisje dat nooit anders don haar dorp gezien heeft. Wat tor wereld kan Abbie toch bedoeld hebben. »an voorstellen, eerst de Commissie hoorden. Do heer v. d. Pot, weth., zagt, dat dit ook meermalen gebeurde. De V o o r z zou nu de discussie willen slui- ton. Hü wijet er voorts nog op, dat de taak van de Commissie zich volgens do verordening be perkt tot de financieele zijde van do begroo ting. Hioraa wordt tot stemming overgedaan. Gekozen wordt do heer Eerdmans met 17 stemmen. Do heer Eerdmans moet met het oog op de vroeger opgedane ervaring bedanken. De tweede stemming heeft tot resultaat dat worden uitgebracht op de heoren Sijlsma 10, Meijnen 5, Kinuttel 1, Splinter 1 en 7 blanco. De heer S ij t s m a neemt de benoeming niet aan. De beor M e ij n e n raadt aan niet op hem to stemmen, daar hij een benoeming niet zou aanvaardon. Besloten wordt daarna, op voorstel van den heer De Lange, dozo benoeming aan te houden. 2. Benoeming van twee leden vap het Be stuur der vereeniging tot bevordering van den bouw van werkmanswoningen. Benoemd worden de heeren Mr. E. A. Cos- man cn A. M. Touw, beiden aftredend. 3. Benoeming van een Directeur-Scheikundi ge van den Districts-Keuringadienst van Wa ren en vaststelling van dic-ns jaarwedde. Benoemd wordt deheer Dr. J. J. van Eek. Het voorgestelde salaris (750^ gulden) wordt goedgekeurd. 4. Benoeming van een Adjunct-Directeur van het Stedelijk Museum „de Lakenhal." De hoer Knuttel meent dat de lijst der sollicitanten duidelijk aanwijst dat voor een dergelijk salar s niet een werkelijk deskundige is te 'krijgen. Spreker wenscht diit even te con- stateeren. Benoemd wordt de heer A. Coert, kunstschil der to 's-Gravenhage met 22 stemmen tegen 3 stemmen op Jonkvr. C. Engelen te Zutphen, en 1 op Mevr. Baart. 5. Benoeming van een leeraar in de oude talen aan het Gymnasium. De heer De Lange heeft bij de stukken gezien een schrijven van den Inspecteur die aanbeveelt 1 do heer Thiel en 2 de heer Hon- dius. Curatoren gaan daar precies tegen in. Do Inspecteur motiveert zijn advies, wat cura toren niet doen. Wanneer spreker geen afdoen de weerlegging krijgt van de motieven van den Inspecteur dan zal hij stemmen op no. 2. Do heer Knuttel had hetzelfde willen zeggen en voegt er nog aan toe dat hij een vo rige benooming ook de motieven van curatoren ontbraken. De heer v. d. Li p, weth., zegt, dat na het advies van den Inspecteur, de beer Thiel be noemd is te Haarlem, welke benoeming hij aanneemt. Hij heeft echter zijn sollicitatie niet ingetrokken, vandaar dat nu de volgorde is omgekeerd. Wat de opmerking van den heer Knuttel betreft, zegt 6preker dat hij hierop de aandacht van Curatoren zal vestigen. De heer De Lange is slechts ten deele te vreden. Er is nog niet aangetoond dat de heer Hondius benoembaar is. Na het advies van den Inspecteur zou spieker gaarne nadere in lichtingen ontvangen. De heer v. d. Lip, weth., zegt, dat de beste van de sollicitanten voorgedragen zijn. Curato ren hadden geen bezwaar den heer Hondius althans voor één jaar voor te dragen. Benoemd wordt hierna de heer J. J. E. Hondius te Utrecht. 6. Benoeming van eene leerares in de Fran- sche taal en letterkunde aan de Hoogere Bur gerschool voor Meisjes voor het tijdvak 1 Sep tember 1921—1922. Benoemd wordt Mej. D. L. van Raalto al hier. 7. Voorstel tot bekrachtiging van de tijdelijke aanstelling van Mej. L. van Raalte tot leerares in de Fransche taal en letterkunde aan de Hoogere Burgerschool voor Meisjes. Goedgekeurd.- 8. Voorstel tot bevordering van den Opzich ter bij het Bouw- en Woningtoezicht J. Koel- ma tot technisch ambtenaar 2e klasse. Aldus besloten. De heer De Lange zegt, dat dit voorstel hem bevreemdt. Deze ambtenaar is 8 maanden in functie en nu stellen B. en W. niet alleen voor hem alle periodieke verhoogingen te laten overspringen, maar ook hem in een hoogeren rang te plaatsen. Spreker meent dat B. en W. hier een flater maken. Waartoe maken wij op deze. wijze nog verorderingen? Het advies wordt gemotiveerd omdat de man zijn plicht doet, wat tvch van 95 pet. van de ambtenaren kan worden ge zegd. Spreker heeft tegen dit abuis bezwaar. Waarom in elk geval niet gewacht tot de be grooting. Spreker zal hoofdelijke stemming vragen. De heer Heemskerk sluit zich aan bij den heer De Lange, voral omdat het door den betrokkene gevraagd is en onder de an dere ambtenaren een geest vau ontevreden heid wordt gewekt. teen ze zeide, dat ik haar helpen moest en dat ze zoo in zorg over hem verkeerde? Zeker weer een van haar mzinnigo, dweep zieke ideeën. Ik wou dat ze eoi.s sprak en deed als ieder ander." „Ik weet niet of dat b6t geval is", h„or de- ze Ralph zeggen, to*u rij rich genoeg hersteld had om aandacht te kunnen schen ken aan wat er geep; aken word. „Tk kan er alleen maar naar raden en dat vereischt al veel meer inspanning dan men van iemand kan vergen in zulk hee: weer. Johan, mijn glas is leeg. Deze wijn is nog beter dan die welke gij gewoonlijk in uw kelder hebt vader, en dat zegt wat, Zus, heeft Forster je tot de geheelonthouding overgehaald? Ik zie daar, dat. je ijswater drinkt." „O, zeker," antwoordde mevrouw Ried voor Abbie op dien half minachtenden toon, dien zij bij dergel Ljke gelegenheden aannam „ik waarschuw je, Ralph, om nog maar zooveel mogelijk van je leven te profiteeren want Abbie is van plan je altijd onder haar vleugelen te houden, als ze getrouwd is. dan kan je niet in verzoeking komen." Esther wierp een haastigen, bezorgden blik op haar nichtje. Hoe was mevrouw Rial dat geliefkoosd plannetje te weten ge komen en hoe was het Abbie mogelijk haar gowone zelfbeheersching te behouden onder het spottend sarcasme dat haar zoo duide lijk uit haar moedors stem togonkloirk. Wel De lieer A. Eikerbout is het met de an dore heeren geheel eens. Hij wil wel verboogen maar dan over de geheole linie. Spr. *»eft geïnformeerd waarom juist deze man voor verhooging wordt voorgedragen, waarop geant woord werd, dat hij bijzonder geschikt was. Spreker meent dat de salarissen in 't algemeen te laag zijn. De hoor Splinter kan zich met dit voor stel geheel voreenigen. Men krijgt van dezen ambtenaar een uitstekenden indruk en waar hot 'hier een uitzonderingsgeval betreft zal spr. voor stemmen. De hoer Bots, Weth., zegt dat er meer malen aanmerking op wordt gemaakt dat iemand voor verhooging wordt voorgedragen als hij op het punt staat weg te gaan. Het be treft hier een uitstekend ambtenaar die een onderscheiding tenvolle verdient. De Voorzitter is het eens met wat door den heer de Lange is gezegd. B. en W. stonden aanvanJcelijk tegenover dit voorstel niet sympathiek. Als argument is eohter aan gevoerd dat bij zijne benoeming met een spoe dige verhooging is gerekend. De capaciteiten van dezen man dringen er toe met dit voorstel to komen. De heer de Lange vraagt het woord. De Voorzitter: Nou dan! Do heer de Lange wenscht niet afge snauwd te worden, ook niet door den Voor zitter. De Voorzitter lieeft dat niet be doeld De heer de Lange vraagt hoofdelijke stemming. Het voorstel van B. en W. in stomming ge bracht, wordt aangenomen niet 13 tegen 11 stemmen. Tegen de heeren Sijtsma, Oostdam, Huurman, de Lange, Heemskerk en de aan wezige Socialisten. 9. Prae-advies op het verzoek van Mej. J. M. H. Voigt om eervol ontslag als leerares in de Plant- cn Dierkunde aan de Hoogere Bur gerschool voor Meisjes. Goedgekeurd. 10. Idem als voren op dat van Mej. G. J. do Vries om eervol ontslag als leerares in de Engclsche taal aan de Hoogere Burgerschool voor Meisjes. Goedgekeurd. 11. Idem als voren op dat van C. Wiskerke om eervol ontslag als tijdelijk leeraar in de Staatkundige Aardrijkskunde aan de Kweek school voor onderwijzers en onderwijzeressen. Goedgekeurd. 12. Idem als voren op dat van C. Wiskerke om eervol ontslag als onderwijzer aan de Bui tengewone school voor Lager Onderwijs. Goedgekeurd. 13. Idem als voren op dat van Mevr. de Wed. W. W. Muijs van der Moer om eervol ontslag als lid van hot College van Vrouwen- Kraammoedcrs. Goedgekeurd. De heer Heemskerk zegt dat deze dame ontslag 'heeft gevraagd als secretaresse, maar niet als lid. Dit punt wordt aangehouden. 14. Prae-advies op het verzoek van de N.V. Mineraalwater- en Limonadefabriek R. H. W. (Riedel-Hoogenslraaten-Willaars) om de drie afdakjes op het terrein achter de perceelen Rembrandtstraat Nos. 21 en 23, van hout te mogen maken. Goedgekeurd. 15. Idem als voren op dat van den Eerst aanwezend ingenieur in het 2e Genie-Comman- dement om het te bouwen wachthuis op het terrein aan den Lagen Morschweg Sectie O no. 244, van hout te mogen maken. Goedgekeurd. 16. Voorstel om. aan het genootschap „Ma thesis Scientiarum Genitrix" het kosteloos ge bruik af te staan van eenige lokalen der Stads- Gehoorzaal, ten behoeve van het houden der algemeene vergadering en de tentoonstelling van werkstukken en van een bekroond ontwerp van een groep van 24 middenstands-étagewo- uingen. Aldus besloten. 17. Voorstel tot kostelooze overname in eigen dom en onderhoud bij de gemeente van de Ha verzaklaan, Kad. bekend Sectie A No. 158. Goedgekeurd. 18. Voorstel in zake het sluiten van kasgeld- leeningen gedurende het 3e kwartaal 1921. Goedgekeurd. 19. Verordening, houdende wijziging van d,e verordening van 14 April 1904, regelende de benoeming en. den werkkring van de Commis sie voor het Stedelijk Museum „De Lakenhal" (Gem. Blad no. 11). Goedgekeurd. 20. Voorstel tot ondevhandschc opdracht van den aanleg van de centrale verwarmings- en v niilatieinrichting in de te bouwen dubbele school op het Schuttersveld aan de N. V. Utrechtsché fabriek yan centrale verwarming en constructiewerken, voorheen H. Zimmer- manu en Co. te Utrecht. A-ldus besloten. 20a. Voorstel tot onderhandsche opdracht van de \iitvoering der gewapend betonwerken. weni haar blos merkbaar booger, maar zij antw>Drdde zonder een zweem van lichtge raaktheid: „Wees maar niet bang Ralph, als je eens een heele poos good oppast, dan krijg je oen dagje vrijaf, hoor." Ralph zag zijn zustor met liefdevollen blik m het jeug dige liefderijk gelaat on was dadelijk met zijn antwoord klaar: „Als mijn zusje Abbie voor cipier speelt, dan blijf ik even graag thuis, dat verzeker ik je." Wat kon er in dezen jongen man zijn, dat reden tot be zorgdheid gaf en in welk opzicht moest bij anders zijn? Maar terwijl Esther zich dit afvroeg, schoof hij zijn glas voor de derde maal zijn knecht toe er. toen zij zag, dat Abbie daar neerzat met. ©en pijnlijken trek op het gelaat., vuurrood o wangen cn neer geslagen oogen, kwam zij eensklaps tot het besef, dat het kwaad in het wijnglas school Abbie dacht dus, dat hij in gevaar verkeer de en nu werd Esther de beteekenis duide lijk van den zin, waarin haar nichtje dien eersten avond was blijven steken; nu be greep zij ook, waarom deze sinds dien tijd ever deze zaak een vedegen stilzwijgen be waande, want van Esther, die stoods een gevuld glas naast haar bard had staan, dat ij weliswaar een enkele maal onaangeroerd liet, maar dat zij toch ook op andere tijden gedurig aan de lippen bracht om haar oom bescheid te doen, was in dit opzicht geen hulp tc verwachten. Esther had zoo gaarne geweten of die jonge man met zijn knap gelaat tégenover haar werkelijk in gevaar verkeerde, of dat dit weer een van Abbie"s inbeeldingen was; toch stond het haar legen voor zijn oogen wijn te drinken en zij bet haar glas dien avond onaangeroerd; zij gevoelde zich be- 7waa«i over deze en nog vele andere dingen. Den volgenden morgen gingen de meisjes winkelen cn Ralph zou haar vergezelkn Abbie bezag verscheidene doezen met zak doeken cn wist niet. welke le kiezen. „Deze moet je nomen, Abbie", drong Esther, „dat naamcijfer in den heek is zoo lief en wat zijn er beeldige takjts omneon geborduurd, sn>ezig m één woord". „Daar zit het hem juist", lachttr Abbie „ze zijn te snoezig en daarom tc duur. Ver beeld je, zooveel geld bit te geven enkel er alleen aan zakdoeken!" Ralph, die bij haar tegen den toonbank leunde en zijn best deed om niet te la'en merken, hoe hij zich verveelde, trok zijn wenkbrauwen op, toen zijn oor deze woor den opving en fluisterde haar toe: „Is For ster er zoo slecht aan toe? Als dat zoo is wc-1 je bent nog niet mot hem getrouwd, zus en ik zou donken, dat je vader rijk gencep k om alles te kunnen betalen, waar je /in in hebt." „Nu zio ik wel, dat je heel geen verstand V an de zaak hobt of dat je mij hooger schat dan ik verdien. Ik verzeker je, dat ik vadora zaken leclijk in de war kon sturen, als ik alles kocht, waar ik zin aan bad.' „Staat vader zoo zwak, of kan men oen fortuin aan linties en strikjes zoek bren gt®?" Abbio logdo haar hand op cn stuk rag fijne kant. Dat kost alleen vijf en zeventig dollars, Ralpp!" „Nu, wat. zou dat? Wil je hei hobbm? El hij taettc met de 1 and in den /ak Abbie wondde Aj.-.h nier een lichte rilling van de toonbank af „Ik hoop, Italpa", zei- de zij met plolselingen nadruk, „dat ik nimmer zulk oen onwaardig en slecht, ge bruik zal maken van hot mij toevertrouwdi goed." Toen vervolgde zij luchtiger: „Je maakt het waarlijk nog erger dan koningin Esther en die hooft al zulke vorstelijke nei gingen, dat mijn zuinigheid bet hard te ver antwoorden heeft-. „Maar, Abbie, hoe kun je nu zoo dwaaa zijn," verdedigde zich deze jonge damo „Ze zijn beusch niet duur, tenminste niet voor jou en je moet. toch ook wat mooie hebben. Als ik maar het dordo deel had van jou kleedgold, dan zou ik me geen oogenblik langer bedenken." (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1921 | | pagina 5