Dagblad voor Leiden en Omstreken. BUREAU: HOOIGRACHT 35 - LEIDEN. - TELEFOON INT. 1278 ABONNEMENTSPRIJS IN LEIUEN EN BUITEN LEIDEN WAAR AGENTEN GEVESTIGD ZIJN PER KWARTAAL 12.50 PER WEEK10.19 FRANCO PER POST PER KWARTAAL 12.50 Iste JAARGANG. - MAANDAG 21 FEBRUARI 1921 - No. 274 ADVERTENTIE-PRIJS PER GEWONE REGEL 10.221/2 DES ZATERDAGS 10.20 INGEZONDEN RECLAMES DUBBEL TAR1EI KLEINE ADVERTENTIES vso hoosstcu 30 woordro 50 cent: Zaterdags 75 ccdL bij vooruitbetaling Blijvende samenwerking? Do komende verkiezingen voor de Twee- Ie Kamer in 1922 werpen hare schaduwen eods vooruit. Do verschillende linksche groepen hebben zich, met uitzondering van de Vrijzinnig- Democraten in den „Vrijheidsbond" veree- aiigd, om straks in gesloten gelederen zoo wel tegen de roode als tegen de rechteche partijen te kunnen optrekken. En zooals wij reeds mododeelden werd 'door een van onze bladen de vraag aan de orde gesteld, of hot niet betor zou zijn, dat de Antirevolutionaire partij inplaats van regeeringsverantwoordelijkheid te dra gen, zich in hare eigen tenten terugtrok, om weder don zuiver principieelcn strijd te gaan voeren en de echte, onvervalschle kleuren van het Anti-revolutionaire vaan del weer te doen uitschitteren. Er is in zulk een terugtrekken onge twijfeld veel wat weldadig aandoet. Het is zooals de Rotterdammer terecht opmerkt: „Die overwegingen van moge lijkheid en noodzakelijkheid, al dat rekenen met betrekkelijke waarden, kan zoo ver moeien, beneemt zoo den glans aan de po litieke worsteling. Konden we maar leven op do hoogte der bergen in de zuivere at mosfeer van de absoluutheid van het be ginsel, inplaats van in de dalen der regeer ringspartij." In do tent kan het zoo goed zijn. „Maar,, zegt hetzelfde orgaan, gij be hoort daar niet, wanneer uw roeping ligt op het slagveld, in de poort, op de maikt." Verloochening van ons beginsel moet buitengesloten blijven. Wij dringen onszelf niet op den voor grond. Maar wanneer de verantwoordelijkheid an rechtswege op ons drukt, mogon wij ze niet afwijzen en ons niet gedragen alsof wij geen deel aan David hebben. In andere kringen wordt dezelfde 6tem beluisterd. De voorzitter van het Provinciaal Co mité van A. R. Kiesvereenigingen in Gel derland, verklaarde de vorige week, voor hot verbreken van de coalitie weinig te ge voelen. „Het water staat tot aan den kruin van deu dijlc, die dreigt door te breken, en daarom moeten wij onze post op den dijk niet verlaten om ons in onze tenten terug te trekken." Voor ditmaal gaan wij op dit belangrij ke vraagstuk niet nader in. Het zal straks, in meer concroten von% ongetwijfeld opnieuw aan de orde worden •gesteld. 4 Stem uit het Roomsche kamp. In de Maasbode bepleit de heer A van Wijnbergen eveneens een blijvende sa menwerking van de rechteche partijen. De meeningsverschillen die zoo nu en dan aan het licht treden acht hij daarvoor geen bezwaar, daar er toch tusschen de drie rechtsche groepen geen fusie plaats had, maar slechts van coalitie 6prake was. In do bestaande omstandigheden zal naar hij meent alleen reeds op grond van n a- t i o n a 1 e overwegingen de bestaande toe stand gehandhaafd moeten worden. „Maar Ook en in niet mindere mate op grond van principieels over wegingen. Dc coalitie toch is niet ontstaan tenge volge van aangegane overeenkomst, zoo- als bijv. nu do Vrijheidsbond zaJ. tot stand komen. Neen, de drie rechtsche groepen hebben elkaar gevonden. Na ai-mate de liberale Staatsleer ten on zent moer en meer de gansche gemeenschap dreigde te gaan doordringen, gevoelde men dat tegenover de daaraan ten grondslag liggende theorieën de Christelijke beginse len moesten worden naar voren gebracht, en kwamen van zelf geleidelijk zij samen, die do Christelijke beginselen wilden ten grondslag gelegd zien aan wetgeving en Staatsbestuur. En zij zullen, zeker gelet op de geostcs- 6troomingen onzer dagen ongetwijfeld lot duren plicht zich rekenen 6aam te blijven, hopend en vertrouwend, dat steeds meer dere zullen komen tot hen. In de rede: „De antithese en het Chris- tel'ijkhistorisch standpunt" door Dr. van Idsinga in 1907 gehouden, zeid-o deze te recht: „Zij (do antithese) zal blijven leven tot dat het godsdienstig karakter van het Ne- derlandsche volk onverholen uitdrukking zal hebben gevonden in zijn openbaar le ven en in zijne publieke instellingen, toklat daarin het Christelijk geloof vojr goed do plaats zal hebben verkregen, die aan dat geloof toekomt." En verder: „Zij die gelooYen haasten niet, maar dat éénmaal dat oogenblik voor Nederland zal aanbreken, daarvan houd ik mij ten stellig ste overtuigd, mits de Christenen in ons vaderland zich inderdaad aaneensluiten, het oog gevestigd houden op hetgeen ons allon vereenigt; lijdzaam en geduldig zijn jegens hetgeen ons mogo verdeelen, en be reid eigen inzichten en verlangens onderge schikt te maken aan wat uitdrukking geeft aan het waarlijk historisch-nationaal ka rakter des volles; mits bovenal gelijk dezer dagi van onzen grooten en vroomen zeeheld werd getuigd.— Gijvreezen blijft der Vad'ren trouwen God. En Hem bevoelt uw toekomst en uw lot." Wat toen noodig werd geoordeeld, is het zeker thans, nu de wereldc-orlog zoo onnoe melijke schade in 't bijzonder op geestelijk terrein heeft aangericht, en het derhalve meer dan ooit gebiedende eisch is dat allen die de Christelijke beginselen op Staatkun dig terrein voorslaan, vereenigd zijn en blijven. Voor zoover wij den politieken toestand ton onzent kunnen overzien is er geen en kele grond om aan te nemen, dat zelfs maar één der rechts :he groepen daarvan niet diep overtuigd zoude zijn. De zaken o. i. zoo gunstig staande ten onzent, bestaat voor ©lk der drio groepen de plicht angstvallig toe te zien, dat niets worde gedaan, hetgeen die samenwerking onnoodig moeilijk maken zou." STADSNIEUWS. De Bank-Associatic. De Breestraat, schuin tegenover de Ge hoorzaal. is verrijkt met een nieuwen ge vel, die, hoewel hij oen plaats inneemt tus schen een reeks van in type verschillende huizen, ton zeerste die omgeving ten goede komt. Het is de gevel van het nieuw ingerichte kantoor van de Eank-Associatie. De goede stijl en de soliede afwerking van het front, bestaande uit zandsteen en graniet werkt mede dat dit gebouw de aan dacht trekt. En daarbij geeft het niet den indruk een verbouwd woonhuis te zijn, maar, men ziet het, 't is een perceel, Waar in een solide bank gevestigd is. De indruk die men buiten opdoet, wordt echter binnenin nog versterkt.. Door een draaideur binnengekomen treedt men een ruime hal in, met aan alle muurzijden marmerplaten Vanuit de hal komt men in de wacht- plaats, waar een zestal loketten zijn aange bracht voor de bedionang van de clientèle. Elk loket vertegenwoordigt een bepaalde afdeeling als: effecten, prolongaties, cou pons, spaarbankboekjes, deposito, credie- ton, vreemd geld, wissels, assuranties, pas- sagiersbospreking bij de Mij. „Nederland" enz. Tegenover deze loketten is het ruimj kantoor voor het personeel, waar voorloo- pig plaats is voor twintig man. Het kantoor-ameublemont bestaat uit eikenhout on is geleverd door de firma Hasselman en Pander. De kassier heeft zijn plaats in een afzon derlijk en afgesloten karaortje. Achter dit kantoor bevinden zich de ka mer van den procuratiehouder en die van de directeuren, de heeron H. M. Sasso en P. M. Rollandet. Ook is er nog eon eère voor ontvangst van personen die bijzondere aangelegenhe den hebben te bespreken. Do kantoren ontvangen voor een deel het licht door dakramen, die door gekleurd glaswerk de aangenaamheid in deze ver- .trekken verhoogen. Het geheele gebouw is van centraio ver warming voorzien, die in een afzonderlijke kelder is aangebracht. In den achtergang ontbreken de toilet kamers voor personeel en directeuren niet. Al daar bevindt zich de opgang van den concierge, die aan de achterzijde van het perceel, boven, woont. Een merkwaardigheid is dat de achter deur, dio toegang geeft van de Lange Brug naar de achterplaats terwijl men binnen is, electrisch is te openen, voor personen, die aldaar hebben aangebeld. Het kantoor is voorzien van de modern ste bankinrichling. Ook de draadlooze tele foon ontbreekt niet. Daarmede toch kan dit kantoor direct de koersopgaven uit Amsterdam opnemen, die door oen telefo nist op de beurs worden uitgesproken ea draadloos door het land geseind. Het mooie er van is wel, dat deze 6lem nog duidelijker is dan die van een gewone telefoon. De toegang tot den brandvrijen kelder is zeer ruim en net gemaakt. In de kluis zijn voorloopig 300 loketten aangebracht terwijl er, bij uitbreiding even tueel, 1000 kunnen geplaatst worden. Een afzonderlijko afdeeling is er voor plaat# ring van koffers met waardevollen inhoud, voor personen die 's zomers of bij andere gelegenheden naar buiten gaan. De kluis is voorzien van een ingang die met een hek en door zware deuren lean wor den afgesloten. Ook is er een klein nood- luik, voor het ge/al dat een van de hoofd deuren mocht weigeren. L Dit luik wordt op dezelfde wijze afgeslo ten en dient ook voor het ververschen van do lucht in de kluis. Gelijkvloers zijn hier ook eenige kamer6 voor het couponknippen ingebouwd. De controle-gang van de kluis is door hoekspiegols geheel te overzien, zoodat het verschuilen daarin onmogelijk is. In dit brandvrije gedeelte bevindt zich nog de kamer voor het bewaren van het archief van de bank. Door een kleine lift kunnen van hier de boeken 's morgens naar het kantoor gebracht worden on 's avonds weer terug. Het gebouw doet zoowel van binnen als van buiten de architecten Poggonbeok, v. Tussenbroek en Mouton van Amsterdam, alle eer aan. Zooals men weet was hier vroeger het kantoor van don heer Sêsso gevestigd; door bijtrekking van een perceel is het front als ook de inwendige ruimte aanzienlijk ver groot. i Do personen, met den bouw belast, de hoeren Splinter en Huurman, hebben oer van hun werk. Morgen wordt het kantoor van do Bank, Associatio van de N. Rijn, waar vroeger het kantoor van den heer Rollandet was, naar hot nicuwo perceel overgebracht on het is to zien dat dit bankkantoor in Leidon een goede toekomst tegengaat. Do Indische postschool die van hier naar Doventor zal worden overgeplaatst, zal, naar aan den raad aldaar wordt voor gesteld, in het gebouw van do Handelsschool v/orden ondergebracht. Op een Vrijdagavond gehouden leden vergadering van de Coöperatieve Ver- bruiksvereeniging Ons Voordeel, is na langdurige en uitvoerige discussie besloten met.62 tegen 26 stemmen en één blanco, de veroeniging op te heffen en terstond tot de liquidatie over te gaan. Een voorstel om do vereeniging om te zetten in een coöperatie kwam daardoor niet meer in behandeling. Daar verschillende bestuursleden hadden bedankt, (w. o. ook do voorzitter, de heer J. F. G. van Ewijk) had een benoeming van nieuwe bostuursleden plaats. Als zoo danig werden benoemd de dames Ten Bosch en Schilthuizen en de heeren Noë, Wedemeijer en Zitman. Men hoopt zonder bijpassing der leden to kunnen voldoen aan do verplichting der vereeniging tegenover de obligatiehouders. In do StodoHjke Werkinrichting zijn opgeno men 13 Febr. 28 volwassen personen, 8 kinde ren totaal 36 personen; 14 Febr. 28 idem; 10 idem totaal 38; 15 Fobr. 32 idem, 10 idem, üh taal 42; 16 Febr. 33 idem, 10 idem, totaal 43; 17 Fobr. 30 idem, 10 idem, totaal 40; k8 Febr. 29 idem, 10 idem, totaal 39; 19 Febr. 31 idern. 10 idem, totaal 41. Bij het in do vorige week gehouden, her examen aan do Indische - Postschool alhier, zijn alsnog geslaagd als commies bij do Post- en Te legraafdienst in Ncd.-Indië, Mevr. M. Veraart- Ponves en do heeren G. A. M. Garritscn, W. Jan sen, S. do Lange, H. J. Veraart en J. M. Willemse. Naar ons gemeld wordt is het bestuur van de Leidsche Studenten-Muziok-vereoniging „Les Chevaliers de la Lune," gedeeltelijk als volgt samengesteld: J. W. J. van den Berg, praeses, S. J. Fischr, ab-actis, A. in 't Veld quaestor. Hot aantal werkleozen, ingeschreven bij de Gemeentolijke Arbeidsbeurs bodroeg Zaterdag 558. Hicrondor waren 116 losse werklieden, 95 sigarenmakers, 25 id. gedeeltelijk, 87 textielar beiders, gedeeltelijk, 22 opperlieden, 21 schilders, 16 bankwerkers, 14 grondwerkers, 7 behangers, 6 betonwerkers, 6 broodbakkers, 5 loopknechten, 5 magazijnknechten, 5 meubelmakers, 5 zilversme den, 8 lextielarbeidstore, gedeeltelijk enz. 1Wij vestigen de aandacht onzor lezers en lezeressen op een in dit nummer voorkomende advertentie v. <L Leidschcn Christelijken Besturen bond, waarin wordt aangekondigd een te houden openbare vergadering in de Stadsgehoorzaal op Donderdag 24 Febr. a.s. De heer C. Smeenk, lid der Tweede Kamer hoopt als spreker op te treden, met het onder werp „Sociali6atie." Wij Week ken gaarne tot bijwoning op. De heer Smeenk is oen bekwame spreker en vaardig debatter en gelijk bekend, op 6ociaal ter rein, een oersto kracht. De in de j.L Dinsdag gehouden vergadering benoemde Controle-commissio voor het „Millioen- plan", laat er geen gras ever grooien. Reeds a.s. Woensdag zal zij vergaderen met de werkera (sters) van vijf bureaux. Het voornemen bestaat van de 40 bureaux, in welke de arbeid voor het „Millioen" wordt ver richt, telkens 'vijf afzondorlijk to behandelen en daarna de nalezing te organiseeren. Bij vernieuwing dringen wij aan de commissie in haar zware taak zoovool mogelijk te helpen on bij te staan. De stand van zaken is bekend! Minstens f 4000 moot de commissie nog trach ten bijeen te brengen, wil Leiden voldoen aan haar aanslag. (Laton zij, die tot nog tee aan de werkzaam heden niet hebben deelgenomen, zich enikelo avon den voor dezen arbeid geven- Do heer H Lambooy Jr Hoogewoerd 96 belast zich gaarne met het opnemen van de adressen dee dames en heeren, die alsnog aan liet „Millioea* plan" willen medewerken. BINNENLAND. „De Nederlander." De Nederlander het bekende „dag blad tot verbreiding vaoi de Christelijk Historische beginselen" is Zaterdag ia sterk vergroot formaat verschenen. Deze uitbreiding, zegt de hoofdredacteur! de heer A. F. de Savorain Lohman, ge schiedt nieé; om de goedkoopheid van het papier of om den voorspoed der tijden, maar is een gevolg van de gestadige uit breiding van het aantal lezers, en do meer dere behoeften waaraan tengevolge van die uitbreiding voldoen moet worden. Dat de teleurstellingen van de dagblad schrijvers vele zijn, ervaart ook de redac tie van de Nederlander. De druk van dit eerste nummer in vergroot formaat laat toch schier alles te wenschen over. Dat is jammer vooral ook in verband met do groote zorg aan den inhoud be steed. Wij wenschen de Nederlander in haar nieuwe kleed een voorpoedige reis. Terecht zegt de heer Lohman in het in leidend woord, waarin hij op medewerking en steun aandringt: „Meer dan ooit is het noodig dat, nu al les in de wereld, zelfs de aloude begrippen van goed en kwaad ,van recht en geweld, van orde en anarchie stuivertje gaan wisse len, het Nederlandscho volk behoefte gaat gevoelen aan vasten bodem, waarop tot het algemeen welzijn kan worden meege werkt." L. J. J. Michiclsen. f Te Voorburg is Vrijdag, 83 jaar oud, na een langdurig ziekbed overleden de heer L. J. J. Michielsen, oud-lid van den Raad van Indië. Chr. Nat. Vakverbond. De „Gids", het orgaan van genoemd ver bond, deelt mede, dat de algemeeno verga dering D. V. Maandag 20, Dinsdag 21 e» Woensdag 22 Juni plaats vindt. Inwisseling Zilverbons. „St.bl." 59 bevat en K. B. van 11 Febr.j houdende wedoropenstelling van de golegen- heid tot inwisseling tot en met 31 Decem ber a. 6. ten kantore van het. agentschap van het Ministerie van Financiën to Am sterdam van de zilverbons van f 1 en f 2.50 (beide ouden vorm) cn van f 5, alsmede van de zilverbons van f 2.50 als zilverbona van de eerste soort. Bijlegging arbeidsgeschillen. Het bestuur van de Vereeniging van Ne- derlandsche Werkgevers heeft een adrea tot de Tweede Kamer gericht, waarin eenige wenschen over en bezwaren togen het wets ontwerp, houdende bepalingen tot bevorde ring van de vreedzame bijlegging van ge schillen over arbeidsaangelengenheden en tot het voorkomen van zoodanige geschil len. In het adres wordt o. a. opgemerkt, dat het ontwerp niet is tot stand gekomen in gemeenschappelijk overleg tusschen werk gevers en werknemers. Daardoor steunt het niet op de practijk. Wil de Staat inder daad iets bereiken tot het voorkomen of vreedzaam bijleggen van arbeidsgeschillen, dan verdient het aanbeveling het ontwerp te ronvoyeeren naar een commissie van werkgevers en werknemers in den geest van de commissie Posthuma over de Ziek tewet. Voorts is niet gebleken op grond waar van de Staat geheel nieuwe organen (Rijksbemiddolaars) meet scheppen, terwijl FEUILLETON Langs den afgrond. au ,.'t Is een prachtexemplaar van een jon- igen," zeide Sir George den volgenden dag tot zijne vrouw. Hij heeft het gelaat en het hoofd van een Apollo, en zulke oogen zag ik nog nooit. Ik mende ©en diamant to zullen vinden maar een ruwe; een na tuurkind met een warm hart, maar met een beperkt verstond. Doch niets van dit alles. Die Vivians schijnen een ander soort als de gewone dorpelingen. Zijne moeder is een knappe, welgemanierde vrouw, zelfs min of meer gemaakt. Maar dat moet ik mis schien toeschrijven aan het onverwachte van mijn bezoek. De tweede zoon ie hulp onderwijzer aan de dork6school, en zien er ook hoogst fatsoenlijk uit. Maar deze Paul, de held van de Wheal Anthony, heeft iets buitengewoons over zich. Ik wilde, dat gij liem eens kondet zien, lieve." ,,'t Besto zal wezen, dat ik u op uw vol genden tocht eens vergezel," antwoordde Lady Penrith met een vriendelijken glim lach. „Uitstekend! Dat zal meteen ©en aardig uitstapje voor u wezen." Maar toen de tijd voor hot bezoek aange broken was, werd Sir George gekweld door een aanval van de jicht, en moest hij zijne kamer houden. Dit was een groote teleur stelling voor Lady Penrith, maar niet min der voor kapitein Perkins, die zeer verlan gend was den voorzitter van het bestuur te raadplegen omtrent gewichtige aangele genheden de mijn betreffende. „Luister eens, Vivian", zeide do kapitein op zekeren dag tot Paul, „gij zijt haast weer de oude, ik zou dus gaarne zien, dat gij eens naar Femdalo gingt, om Sir Geor ge het een en ander mee te deolen en uit te leggen, en hem te vragen hoe er gehandeld moet worden. Ik kan zelf niet gaan, de zaak kan niet per brief geregeld worden, en Sis George wordt door de jicht verhinderd hier. te komen, 't Is een aardig uitstapje voor u-, de verandering zal u goed doen, en Sir George zal blij zijn u te zien. Nu, wat dunkt u?" „Ik weet eigenlijk niet, wat ik hierop antwoorden moet," antwoordde Paul met een glimlach. „Dam weet ik het," hernam kapitein Per kins. „Gij vertrekt morgen met den trein van tien uur, en heden avond breng ik u de papieren en de teekoningen, en zal u alles uitleggen". En met een hartelijken handdruk nam hij afscheid. HOOFDSTUK XIX. In een opgewekte stemming begaf Paul zich den volgenden morgen op weg naar Femdalo. Hij was nooit in een andere streek geweest, eigenlijk nooit vorder dan twintig mijlen van Penwharf. Hij beschouw de een uitstapje naar het schoone en schil derachtige Devonshire dus als een gewich tige gebeurtenis in zijn min of meer eento nig leven. Hij zag nog altijd wat block en holoogig maar dat was niet in zijn nadeel; het gaf integendeel iets belangwekkends aan zijn voorkomen. In zijn beste pak zou iedereen hem voor een heer hebben aangezien, zoo eenvoudig en fatsoenlijk zag hij er uit. De andere jongelieden zagen er in hun zondag- 6che kleoren zoo opgeschikt uit, of waren zoo verlogen, alsof zij geen raad wisten met hun handen cn voeten. Maar mot Paul was dit geenszins het geval. Hij bewoog zich ongedwongen en natuurlijk, en gevoel de zich volkomen op zijn gemak in zijn motte kleeding. Dit gaf hem een onbewuste meerderheid, maar was tevens oorzaak, dat hij dikwijls door zijn dorpsgenooten met afgunstige blikken werd aangezien. 't Was oen liefelijke Meimorgen toen hij zich op weg begaf. De matuur lachte hem van allo kanten toe. Heuvels en velden wa ren met fri6ch green bekleed. Vroolijk kab belend stroomde het beekje langs het pad, dat hij volgen moest. De boterbloempjes op de woido glansden in het heldere zon licht. De vogels zongen in do boomen, als of zij zich verheugden in het heerlijke len teweer. Het geheele landschap was overgo ten met een schitterenden, gouden gloed. Toen Paul de top van den heuvel bereikt had, dien hij over moest, keerde hij zich om en wierp een blik op het dorp dat zich zoo vredig aan zijne voeten uitstrekte. Hij kon de ligging der huizen en der tuinen duidelijk onderscheiden. Een blinkende streep in de verte doed hem de baai van Portstress herkennen. In do diepte aan zijn rechterhand lbg de Wheal Anthony en een weinig verder ontdekte hij den kerktoren van Tronance. Aan zijm linkerhand rustte ziju oog op Rossvallion, schilderachtig ge legen te midden der akkers, en tusschen de boomgaarden half verscholen, en daar ach ter, waar do velden ophielden, kwam een breede 6trook duinen, cn eindelijk zag hij weer don glinslerendon Oceaan, 't. Was een heerlijk vergezicht. Zou er wel een liefe lijker natuurlooneel op aarde gevonden worden? Maar hij had thans geen tijd voor bespiegelingen; de tijd verstreek, terwijl hij ■daar op don heuvel stond, en spoortreinen zijn niet gewoon om te wachten. Met ver snelde schreden vervolgde hij dus zijn weg in de richting van St. Hildred. 't Gaf hem een vreemde gewaarwording den snuivenden en dampenden trein het station te zien binnen6toomen. Hij had nog nooit per 6poor gereisd, en in den beginne gevoelde hij zich niet op zijn gemak. Maar spoedig werd hij geheel cn al meegesleept door de steeds afwisselende tooneelen, dio hem voorbij stoomden, en al het vreemde dat hij te zien kreeg. Enkelen zijner medepassagiers, die naar Londen of nog verder reisden, pruttelden onophoudelijk over het langzame reizen ia een trein die overal stilhield. Paul daarente gen duurde de tocht veel te kort. Hij bad pleizier in de drukte en de beweging aaA de stations, die zij aandeden. (Wordt vervolgd.)!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1921 | | pagina 1