Dagblad voor Leiden en Omstreken.
STADSNIEUWS.
Langs den afgrond.
ABONNEMENTSPRIJS
IN LEIDEN EN BUITEN LEIDEN
WAAR AGENTEN GEVESTIGD ZIJN
l KWARTAAL s 12.50
WEEK10.19
ANCO PER TOST PER KWARTAAL 12.&0
Iste JAARGANG. - DINSDAG 15 FEBRUARI 1921 - No. 269
BUREAU: HOOIGRACHT 35 - LEIDEN. TELEFOON INT. 1278
ADVERTENTIE-PRIJS
I'ER GEWONE REGEL 10.221)»
DES ZATERDAGS 0.30
INGEZONDEN RECLAMES DUBBEL TARIB»
KLEINE ADVERTENTIES van hoogatena
80 woorden 50 cent: Zaterdags 75 cen^
bij vooruitbetaling -S
Naar de Kweekschool.
Groot was do liefde en warm do belang-
Sling in onze kringen voor do Christelij-
fSchool.
offers die gevraagd werden waren
maar ze zijn met vreugde en
jfs met een dankbaar hart gebracht
dat levendig was de overtuiging, dat
Christelijke opvooding en christelijk
jerwijs voor onze kinderen en voor ons
van de allergrootste betoekenis wa-
0 schoolstrijd zeoals wij die gekend
iben behoort nu vrijwel tot het verle-
.an den druk is een einde gekomen.
1\\ hebben gekregen de financieele ge-
telling cn onze onderwijzers worden
langer als minderwaardigen achteruit
jteld.
iat is van groote beteekenis.
laar, daarmode zijn we niet klaar,
jjlet is "toe te juichen dat bij de ouders
)r het besef doordringt dat onze kin-
Christelijk onderwijs noodig hebben,
iet is een kostelijke gave, die we niet
g mogen achten, dat onze kinderen in
ie frisscho lokalen, met leermiddelen
aan alle eischen van dezen tijd voldoen,
non worden onderwezen.
[aar het is niet genoeg,
fat baat ons dit alles wanneer wij in
scholen geen Christel ij ke onder-
;rs hebben.
idien we niet hebben mannen en
luwen, behoorlijk voor hun taak toege-
die niet alleen in 6taat zijn de kinde-
te onderwijzen in alles wat zij in den
zwaarder wordenden 6trijd om het
aan noodig hebben, maar die ook zijn
voeders vol van liefde voor onze
!|inselen en voor het kind.
aarom moet aan het vraagstuk van de
leiding thans volle aandacht worden
[chonken.
>e voorstanders van het Christelijk ön-
hebben zich vele jaren lang zware
ancieele offers getroost,
t Thans worden gevraagd, hunne kinderen
in aanmerking komen om voor het
irerüjke opvoedingswerk te werden opge-
iaid.
In dit blad komt onder de advertentiën
Dr een oproep van die Christelijke Kweek
ool te Leiden inzake de toelating van
uwe leerlingen.
'„Wat zal het antwoord zijn?
Tan de zijde der openbare onderwijzers
-Jrden met miskenning van het vele goede
ift inzake de salarieering der onderwijzers
b gedaan, krachtige pogingen aangewend
de opleiding 6top te zetten,
liet do belangen van de 6chool, de belan-
van het kind wordt geen rekening ge
ilden. Uit stoffelijke overwegingen durft
>n het aan, een poging te doen, om het
lerwij6 in den hartader te treffen. School
kinderen worden eenvoudig aan persoon-
:e belangen opgeofferd.
IZoo manifesteert een groot deel van do
'•jenbare onderwijzers zijne liefde voor het
_Ad. Zoo blijkt hoe in die kringen niet
kind maar het eigenbelang de eerste
sjiats inneemt.
JAIzoo mag en zal het onder ons niet zijn.
Indien wij waarlijk overtuigd zijn van de
-: iote beteekenis van het Christelijk On
twijs, dan zullen we niet alleen ons goud
zilver offeren, maar dan zullen we in de
™r6to plaats onze kinderen geven voor
heerlijke werk.
Er is een tijd geweest dat dit voor velen
i offer betoekende.
Dat i6 thans niet meer het geval.
Ge positie van onze onderwijzers is veel
'beter d.
Zonder bezwaar kunnen de ouders hunne
ideren voor het Christelijk Onderwijs af-
lan.
Daarom wekken wij onze lezers op aan
den oproep van de Kweekschool die niet
zonder reden als oen van onze beste oplei
dingsinrichtingen wordt geprezen volle
aandacht le schenken en ernstig na te gaan
of zij ook een zoon of dochter hebben (lie
voor plaatsing op dezo school in aanmer
king komt.
V Goed Inzi ht.
Wij hebben gisteren de aandacht geves
tigd op do jammerlijke wijze waarop de
Alphensche propagandist voor de openba
re school, te Lisserbroek het godsdienstig
karakter van die school verdedigde.
Op een enkel staaltje van de aangovoer-
de „argumenten" moeten wij hier nog de
aandacht vestigen.
Spreker betoogde o. a. dat van de doops-
belofte een ergerlijk misbruik werd ge
maakt.
Ten bewijze deelde hij mede dat een hem
bekend predikant (wie en waar?) de doop
van een kind weigerde omdat do vader niet
beloven Wilde hot later naar de Christelij
ke school te zenden.
En om nu aan to too non hoe ongemoti
veerd dit optreden was, werd betoogd dat
de doopsbelofte met hot. onderwijs in de
6chool geen verband kan houden, omdat
toen het doopsformulier werd opgesteld nog
geen Christelijke scholen bestonden.
Is het niet kostelijk?
Welk een diep inzicht in de geschiedenis
blijkt dit schoolhoofd te hebben.
De Lisserbroekers hadden wel gelijk,
toen ze in massathuisbleven.
V Wie en Waar?
Een aandoenlijk verhaal van de bar-
baarschheid van de „drijvers" voor de
Christelijke School werd door den heei:
Tolk hoofd der O. S. te Alphen aan den
Rijn, te Lisserbroek gedaan.
Een vader kwam te sterven en weduwe
en kind bleven onverzorgd achter.
Do weduwe klopte aan bij do Diaconie
om 6teun.
Maar nu deed zich een moeilijkheid voor.
Volgens den wensch des vaders bezocht
het kind de openbare school.
En nu kwamen diakenen met den eisch:
dat kind naar de Christelijke School of
geen bedeeling. De openbare school den
rug toekeeren of verhongeren.
Zoo blijkt dus dat de openbaro school
onder „dwang" wordt o-ntvolkt.
Wij gaan op deze kwestie hier thans nog
niet nader in.
Alleen richten wij tot don heer Tolk het
verzoek het t« Lisserbroek meegedeelde te
willen b e w ij z e n cn met nadere gege
vens voor den dag te komen.
Zijnerzijds kan daartegen niet het minste
bezwaar bestaan.
En daarom: Wie? En waar?
Huldiging Ds. Hoogenxaad.
Gisterenavond verzamelden zich de le
den van den Christelijken Nationalen Werk
mansbond in hun gebouw, om hun eere-
voorzitter Ds. J. Hoogenraad, ter gelegen
heid van zijn 40-jarige ambtsbediening te
huldigen.
Te half negen nam do jubilaris, binnen
geleid door het bestuur, plaats achter de
bestuurstafel, waar ook het vaandel van
don Bond was opgesteld, omgeven door een
mooie plantengroep.
De aanwezigen zongen staande hun eere
voorzitter Psalm 121 4 toe. Daarna open
de de heer D. M. Kuivenhoven, voorzitter
van den Bond, de samenkomst. Vervolgens
richtte hij 'het woord tot Ds. Hoogenraad,
waarin hij sprak van de vriendschap die
steeds tusschen do werkmansbonders, en
hun eere-voorzittor had bestaan; liet uit
komen het 40 jaar getrouw .op zijn post
zijn, en ten slotte de behoefte van den Bond
om naast de Gemeente in eigen kring hun
eere-voorz. te huldigen.
't Speet spreker dat hij Ds. Hoogenraad
geen souvenir ter hand kon stellen; maar
vertrouwde dat hot bedrag spontaan bijeen
gebracht door de onderaf deelingen, hun
eere-voorz. in staat zou stellen, iets aan- te
schaffen dat hem elders aan do Leidsche
afdeeling zou herinneren.
Ds. Hoogenraad dankte allen hartelijk,
en gaf de verzekering dat de wensch ver
vuld zou worden en hij iets zoü koopen in
zijn nieuwe woonplaats dat hem aan den
Werkmansbond zou herinneren. Spr. liet
vervolgens uitkomen dat men hom te mid
den der werkmansbonders wilde huldigen,
iets wat door hem zeer op prijs werd ge
steld. Hij bracht verder in herinnering hoe
17 Y» jaar geleden de Leidsche afdeeling
werd opgericht,die ondanks alle stormen,niet
alleen was blijven staan, maar ook krach
tiger en grooter geworden was. Ook hier
bleek dat hoe donker het in 't veroonigings-
leven soms ook moge worden, achter de
wolken toch altijd de zon schijnt. We be
hoeven die stormen dam ook niet te vree
zen, omdat we gelooven in Jezus Christus,
de bestuurder van 't heelal. Laat de Werk
mansbond steeds omvat houden zijn vaan
met 't opschrift: Koning Jezus.
De voorzitter richtte nog eenige woorden
tot de leden, wekte hen op tot trouw ver-
gaderingsbezoek, en 't. lid worden van ver
schillende onderafdeelingen.
Na 't gezamenlijk zingen van Gezang 96
sloot Ds. Hoogenraad met gebed de sa
menkomst.
Eenige dames en hoeren van het zangkoor
„Halleluja" wisselden het geheel af met
eenige goed gezongen, en goedgekozen
nummers.
Prof. Hartman.
Prof. Dr. J. J. Hartman, werd gisteren
Ier gelegenheid van zijn 7 Os ten verjaardag
van allo zijden gehuldigd. Een groot aan
tal personen kwamen den hoogleeraar hun
ne gelukwenschen aanbieden.
Namens curatoren der Leidsche universi
teit kwam de secretaris, jhr. mr. J. F. Bod-
daert, prof. Hartman de gelukwenschen
van dit college overbrengen; namens den
Lèidschon academischen senaat, kwamen de
rector magnificus, prof. Yan Calcar, en de
secretaris, prof. dr. Snouc-k Hurgronjo, den
hoógleeraar feliciteeren; voor do faculteit
der letteren werd het woord gevoerd door
G?rof. Bolland die vergezeld was van den
secretaris Prof. Dr. Thierry.
Ook tal van ambtgenooten uit andere
universiteitssteden kwamen prof. Hartman
persoonlijk gelukwenschen. Groot was het
aantal bloemstukken, dat hem zoowel uit
Leiden als van buiten was toegezonden,
waarbij nog kwamen een groote reeks van
telegrafische en schriftelijke blijken van
belangstelling.
Voor onze jongelingen en jongedoehters.
Er is op- initiatief van den Ring Leiden van
den Goref. Jongelingsbond een Comité ge
vormd, waarvan voorzitten is Ds. W. Bouwman,.
Secre-taris-peumngmQCster de hoer N. Rudolph en
voorts zitting hebben do hoeren L. G. van Kamp
on A. Boekkooi, allen to Leiden, de heer W. War-
voor te Sassenheim en de heer G. van der Perk
te Katwijk. Dit comité hooft ten doel lezingen
to doen houden over onderwerpen, wolko op do
vergaderingen van de jongelingen en van de jon
gedoehters (moeilijk op deugdelijke wijze kunnen
worden behandeld en toch voor onzen tijd voor
hen van het hoogste bèlang zijn.
Zoo zal binnenkort de eerste lezing worden ge
houden, en wol ovor „De Christon on het
Tooncc 1", een onderwerp zeker wel van
zeer actueel belang.
Het comité ös zoo gelukkig geweest, dat voor
het behandelen van dat onderworp zich verbon
den heeft Dr. van Andel, Directeur van de
Chr. H. B. S. te Den Haag.
Die eerste lezing zal niet, zooals eerst was
vastgesteld, gehouden worden op 18 Febr., maar
op 25 Februari a;S.
Men lette wel op de nadere aankondi
ging, welke in de advertentie-kolommen van
dit blad spoedig volgen zal.
Met name voor onze jongelingen en jon
gedoehters cn voor allen, die in de moei
lijke vraagstukken betreffendo do verhouding van
Christendom en cultuur en betreffende de positie
welke do Christen tegenover het veelvormige we
reldleven onzer dagen heeft in te nemen, kan deze
lezing en kunnen de overige, die naar we hopen
nog volgen zullen, zeer intorressant en leerzaam
zijn.
Kon. Academie van Wetenschappen.
In de gisteren gehouden vergadering van
de afdeeling der Kon. Academie van Weten
sAappen, bestemd voor de taal-, letter-,
geschiodkundige en wijs geer igo wetenschap
pen, heeft prof. K. Kuipor te Amsterdam
het levensbericht van wijlen prof. Chante-
pie de la Saussaye uitgebracht.
De voorzitter, prof. C. van Vollenhoven,
wijdde enkele woorden aan de nagedachte
nis van den onlangs overleden hoogleeraar
prof. S. J. Fockema Andreae. Zijn heen
gaan is een groot verlies voor de Academie
van welke hij een der werkzaamste leden
was. Spreker schetste Andreae als een man,
die door zijn ijverigen en voortdurenden
arbeid do kennis van de rechtswetenschap
tienvoudig heeft vermeerderd.
Besloten is den Minister van Onderwijs
te adviseeren gunstig te beschikken op een
verzoek om een subsidie van f 2000 voor de
uitgave van het werk van prof. A. Eekhof,
„De theologische faculteit aan de Leidsche
Universiteit in de 17do eeuw."
Jubileum D. C. van Eek.
Dinsdag 1 Maart zal het 40 jaar geleden
zijn, dat de heer D. O. van Eek benoemd
werd tot amanuensis aan het Pharmacou-
tisch Laboratorium der Rijksuniversiteit te
Leiden.
Hot zal den jubilaris, die naar gemeld
wordt, op dien dag 's Rijks dienst met
pensioen verlaat, zeker niet aan bewijzen
van belangstelling ontbreken.
Onteigening.
Ten behoeve van den tramweg van
's-Gravenhago over Voorburg naar Leiden
zullen ten algemeenen nutte, ten name van
de Maatschappij tot Exploitatie van Tram
wegen, ter uitvoering van de wet van 30
April 1917 worden onteigend de eigendom
men in de gemeenten 's-Gravenhage, Voor
burg, Veur, Voorschoten, Zoelerwoude en
Leiden, aangeduid in het plan en de kaar
ten, welke ingevolge artikel 12 der ont
eigeningswet ter inzage van een ieder heb-
en vermeld zijn in Stcrt. no. 31.
Een doevig ongeluk
is gisteren voorgevallen in het laboratorium
van Prof. Storm van Leeuwen. Terwijl een
bediende de heer J. Kwik het gas zou ont
steken werd hij, terwijl hij juist de gas-"
kraan had opengedraaid even weggeroepen.
Voor zijn heengaan vergat hij de kraan
weer dicht te draaien. Toen hij eenigen tijd
later terugkeerde en oen lucifer aanstak
ontstond een ontploffing met het noodlot
tig gevolg dat de man onmiddellijk gedood
werd.
Naar wij vernemen hoopt Dr. Karl
Muck, de plaatsvervanger van Dr. Willem
Mengelberg aan het Concertgebouw-orkest,
de uitvoering van „Sursum Corda" as.
Vrijdag bij te wonen.
Donderdagavond zal de Jong. Chr.
Geh. Onth. Bond (J. C. G. O. B.) afd. lei
den een Propaganda Feestavond houden in
den Foijer der Stadszaal, voor het publiek
toegankelijk tegen den in de advertentie
genoemden prijs. Als spreekster zal optre
den Mejonkvr. L. S. Hania van Weidum
met het onderwerp„Alcohol on
Zielsziekten."
Ter opluistering zullen muziek, tableaux
en een verrassend lintenspel gegeven wor
den. Voor verdere bijzonderheden zie men
de advertentie in het nummer van Woens
dagavond.
Wij herinneren aan de vergadering
voor het Millioenplan die hedenavond
wordt gehouden en waarbij alle medewer
kers worden verwacht.
Hot belooft een belangrijke vergadering
ie worden, daar nu hoewel de voor-arbeid
nog niet geheel is afgeloopen, zal blijkfen
of Leiden aan zijn verplichtingen zal kun
nen voldoen.
Dr. C. de Boer, lector aan do Univer
siteit alhier wordt door B. en W. van Am
sterdam aanbevolen voor de benoeming tot
tijdelijk leeraar in de Fransche taal aan
het Gymnasium aldaar.
Het R. K. Huisvestingscomité bericht
ons, als dat op 25 Februari een trein voor
Hongarije en op 28 Februari een trein naar
Oostenrijk vertrekt.
Zij die met deze gelegenheid levensmid
delen willen verzenden kunnen inlichtingen
bekomen aan het Secretariaat.
Het aantal workloozen ingeschreven
bij de gementelijke arbeidsbeurs bedroeg
Maandag 500, waarvan 115 losse werklie
den, 90 sigarenmakers, 39 schilders, 28 op-
porlieden, 17 grondwerkers, 15 bankwer
kers, 9 meubelmakers, 8 bussenmakers, 7
loopknechten, 7 betonwerkers, 7 broodbak
kers 6 lompensorteerders, 6 slagers, 6
koks, 6 sigarensorleerders, 6 tgeenhouders,
5 electriciens, 5 koetsiers, 5. kellners enz.
Jhr. Mr. Dr. J. J. M. van Ey6inga, hoog-
leeraar aan de Rijksuniversiteit is door de Re-
gecring aangewezen tot plaatsvervangend gede
legeerde van de Verkeersconferer.tie op 10 Maart
op uitnoodiging van den Volkenbond to Barcelo
na te houden.
BINNtNLAnu.
De kaasuitvoer.
Zooals onlangs gemeld werd, zou de Mi
nister van Landbouw hoogstwaarschijnlijk
bereid zijn, om minstens vijftig procent van
de kaasproductie over do maand Februari,
ten uitvoer toe te staan.
Thans wordt gemeld, dat het in het voor
nomen ligt, om met ingang van 15 Maart
o. k. een algeheele dispensatie van het uit
voerverbod van kaas te verleenen.
Geen uitvoer van melk.
De Vereeniging van Zuivelfabrikanten in
Nederland heeft in antwoord op een desbe
treffend adres van den Minister van Land
bouw bericht ontvangen, dat dispensatie
van het verbod van uitvoer van versche
melk nog niet kan worden toegestaan, in
verband met de binnenlandsche melkvoor-
ziening. Voor room en gesteriliseerde melk
in blik of in flesschen is echter de gevraag
de dispensatie verleend.
UitvoeT van eieren gehandhaafd.
Uit de meest betrouwbare bron verneemt
het „N. v. d. D.", dat de minister van land
bouw den uitvoer van eieren niet zal beper
ken. In de eerste plaats zijn de prijzen weer
dalende, dan neemt de aanvoer gestadig
toe. Verder is het noodig, dat wij de Engcl-
6cho markt weer-trachten te bezetten, waar
voor het nu de beste tijd is, omdat de
Decnsche eieren nog maar schaars in Lon
den worden aangevoerd. En ten slotte zou
oen uitvoerverbod in de eerste plaats do
FEUILLETON
d|9)
„Aha," riep hij uit, „die kunnen mij te
is komen. Van daag behoef ik den honger-
od nog niet te sterven. Dat i6 zeker.
Eene poos daarna stak hij een tweede
eifer aan, maar daar waren er zoo weinig
it hij er slechts een spaarzaam gebruik
tn durfde maken. Op eenigen afstand zag
j een houweel, een hamer en eenige boren
„Zij zijn hier aan 't werk geweest, dat is
lidelijk", overlegde hij bij zich zelf. „Als
i nu maar wist welken kant ik op moest
aan, om er uit te komen."
Hij 6treelc weer een lucifer aan, en kroop
handen en voeten vorder, naar alle kan-
In uitziende.
Ii| „Men kan hier wel een maand lang rond
kruipen, en dan is men nog even ver," pre-
eldo hij. „De mijn is hier zoo uitgewerkt,
at het wel een honigraat lijkt. Ik moet
oorzichig zijn, of ik val door het een of
epidor gat weer in het water, en dan zou
.iet einde nog erger zijn dan het begin."
|Hij ging voort met het aansteken van
Qlcifers, en het onderzoeken van zijn onder-
prdsche verblijfplaats, maar hoe meer hij
zocht, hoo meer hij in verwarring geraak
te, in* alle richtingen grb tunnels en
gangen en zijgangen te zijn.
Men kon hier \veiK<. het oneindige
zooken en dwalen zonder den rechten weg
te vinden. Al rondtastende had hij een
tweeden jas gevonden, waarin zich insge
lijks 't dagelijksch rantsoen van den mijn
werker, zorgvuldig in papier gepakt, be
vond, maar hoe nauwkeurig hij ook alle
zakken onderzocht, een tweede doos met
lucifers was niet te vinden.
„Er moeten hier of daar kaarsen zijn,"
dacht hij. „Mijnwerkers hebben altijd een
voorraad bij zich, en 't is niet te denken,
dat zij die mee genomen hebben, terwijl zij
hunne jassen in den 6teek lieten. Als ik
die maar vinden kon, dan was ik gered.".
Maar te vergeefs liet hij zijn blikken
naar alle zijden gaan, hij kon goen kaarsen
vinden.
„Er is niets aan te doen," zuchtte hij,
„ik zal in liet duister dienen te blijven, tot
dat men mij vindt. Hij had nog twee luci
fers over, maar hij besloot die te sparen,
totdat hij wat gerost zou hebben. Hij was
dood moede geworden van al zijn zoeken,
en heen en weer sluipen. De eene jas als
peluw gebruikende, en de andere over zich
hoen werpende strekte hij zich uit op den
harden -grond, en verzonk in gedachten.
„Ik zou wel eens willen weten welk een
dag het is," zeide hij bij zich zelf. „Het
schijnt mij eene eeuw geleden, sedert het
water in de mijn kwam. Laat me eens zien.
't Zal Vrijdagmiddag ongeveer vier uur
geweest zijn, toen dit gebeurde, mij dunkt
het moet nu ongeveer Zaterdagmiddag
omstreeks dienzelfden tijd wezen. Misschien
is het wel Zondagmorgen. Hoe vreemd, te
denken, dat de menschen nu in den helde
ren zonneschijn naar de kapel gaan, terwijl
ik hier in het duister gevangen zit. Allen
donken natuurlijk dat ik dood ben. Wat
een grappig idee. Ik zou wel eens willen
hooren, wat zij van mij zeggen, want ik
zal wel het onderwerp van aller gesprekken
uitmaken, tenzij er nog andere mijnwerkers
in deze oude mijn opgesloten zijn. Maar
neen, dat geloof ik niet, geen van de an
deren waren in de diepte, dus hadden zij tijd
genoeg om zich te redden, en ik denk, dat
ik hier geheel alleen ben. Nu, als het Zon-
dagmorgon is, dan zal ik niet langer dan
twintig uren behoeven te wachten, maar
is het Zaterdagmiddag pas, dan hangen
er mij nog vier en veertig boven het hoofd.
Verhongeren zal ik gelukkig niet, en mis
schien zal die tijd mij in het donker niet
zoo lang vallen."
Aldus redeneerde hij met zich zolf, ter
wijl do uron voorbij kropen. De duisternis
en de eenzaamheid benauwden hem vreese-
lijk, en de pijn in zijn hoofd en in al zijne
leden was bijna ondragelijk. Maar hij was
van natuur moedig, sterk en dapper en
geene klacht kwam over zijne lippen.
Zijne redding was bovendien zoo wonder
baar geweest, en zijne dankbaarheid zoo
groot, dat het niet in hem op kwam om
te murmureeron. Integendeel kwamen hem
gedurig de regels van het gezangvers vcr&r
den gcost:
Wie maar den goeden God laat zorgen,
En op Hem hoopt in 't bangst gevaar,
Is bij Hem veilig en geborgen,
Dien redt Hij goddelijk, wonderbaar.
Na eenigen tijd, hij wist zelf niet hoe
lang, viel hij in slaap. Maar hij sliep niet
lang, en toen hij ontwaakte benauwdo de
duisternis hem zoo ontzettend, <jat hij geen
weerstand kon bieden aan de verzoeking
om een der twee lucifers, die nog in zijn
bezit waren te ontsteken. Hij had een gevoel
alsof hij krankzinnig zoude worden, wan
neer hij nog langer in 't donker bleef. In
de duisternis meende hij allerlei afschuwe
lijke dingen to zien cn te voelen, hetgeen
hem een vreeselijke schrik aanjaagde. Over
eind zittende stak hij dus ecu der twee luci
fers aan en hield die boven 't hoofd, terwijl
hij do oogen snel langs de wanden van zijn
kerker liet gaan.
„Halleluja!" riep hij uit. 't Was het eer
ste woord dat hem voor den geest kwam,
en hij had geen beter kunnen gebruiken,
want geen drie schreden van zich af zag hij
aan den muur een bundel kaarsen hangen.
Zijn licht was uitgegaan, voordat hij ze be
reiken kon, maar hij wist ze in het don
ker te vinden. Toen hem dit gelukt waa
ging hij weer zitten en haalde diep adem.
Hij bedacht zich nu dat hij nog slechta
één lucifer over had, en wanneer die niet
wilde ontbranden dan zou zijne vondst hem
van geen nut wozen en do duisternis nog
vreoselijker zijn dan voorheen. Gedurende
eenigen tijd deed hij geene poging om licht
te maken. Roerloos bleef hij zitten, terwijl
het angstzweet hem op het. voorhoofd pa
relde. Hij -gevoelde zich ziek en uitgeput.
Deze laatste opwinding was te véél voor
zijn overspannen krachten. Wanneer het
hem, let de kaarsen in de hand, niet mocht
gelukken dien éénen lucifer te doen ontr
ger kunnen verdragen. Hij vreesde dat hij
vlammen dan zou hij de duisternis niet lan-
daü krankzinnig zou worden.
Na verloop van eenigen tijd begon het
gevoel van onmacht en zwakte te wij
kon.
(Wordt vervolgd).