Uit de Omgeving.
Ingezonden.
«N
2.0ETERMEER ZEGWAART.
Do Landbouwtentoonstelling.
De cere-voorzitter der afdeeüng Zoelermeer-
Zegwaart en Ometreken der Hollandschc Mij
van Landbouw heeft het Hoofd-comité voor
de tentoonstelling, welke bij gelegenheid van de
in de maand September a.s. te houden algo-
meene vergadering der Hollandsclie Maat
schappij van Landbouw, alhier wordt gehou
den, in een bijeenkomst geïnstalleerd met een
rede, waaraan wij het volgende ontleenen:
Spr. zeide, dat deze tentoonstelling hier
moet worden gehouden, omdat in de alge-
meeoe vergadering der Hollandsche Maat
schappij te Schagen het voorstel daartoe doöï
afgevaardigden onzer afdceling gedaan is
aangenomen niet alleen, doch met applaus is
begroet. Het besluit te Schagen genomen werd
alhier met verdeelde instemming begroet;
over het algemeen werd gedacht, hoe moeten
wij daaraan gevolg geven, aangezien tot het
doen der opdracht aan de afgevaardigden in
een algemeone vergadering der afdeeling, waar
in slechts 22 leden tegenwoordig waren (en
zicli slechts 16 leden daarvoor verklaarden) is
besloten. Enkele leden van het bestuur behoor
den tot degenen, die zich daartegen hebben
verklaard. Het bestuur heeft, omdat het moet,
de voorbereiding ter hand genomen. Ecnc
commissie van voorbereiding is benoemd* wel
ke een drietal barer leden naar Schagen zond
om bij don heer Joh. de Veer, algemeen-secre
taris (Ver groote Landbouwtentoonstelling, wel
ke in September 1920 aldaar is gehouden,
het nood5g licht op tc steken. Welwillend ont
vangen en ingelicht kwamen de afgevaardig
den verlicht terug en nadat de overige leden
der commissie waren op de hoogte gesteld, be
gon men te begrijpen, dat met goeden wil en
algemoéhe samenwerking toch alhier ook wel
i e t s te verkrijgen zal en moet zijn.
Een terrein is inmiddels gehuurd en lijsten
circtriceren voor het vormen van een waar
borgfonds. Thans reeds is voor een bedrag
van ruim f 26.000 geteekend. Twijfel of de
landbouwtentoonstelling zal worden gehouden
bestaat alzoo niet meer; deze moet en zal
worden gehouden aldus 6pr. en zal sla-
ren. mijne hoeren, omdat gij dat met mij wilt
»i omdat u, professor dr. Remmelts, zoo goed
geweest het voorzitterschap van het hoofd
comité te aanvaarden. Het bestuur vraagt u,
mijne hcoren, te willen bevorderen, dat alhier
wordt gehouden een flink opgezette land- en
tuinbouwtentoonstelling, liefst in den uitge-
breidslen zin. Met den geheelen opzet moet
nog worden begonnen, aangezien de omvang
der tentoonstelling afhankelijk is van het
waarborgkapitaal.
Een algemeen secretaris, de heer J. Tanis, en
een algemeen penningmeester, de heer C. P.
Blaauwhof, zijn reeds benoemd.
Laat ik u, aldus spr., in het bijzonder zeg
gen, dat aan allo feestelijkheden welke nood
zakelijk bij de lenloonsetlling behcoren, allo
schijn van ..kermis" dient te worden vermeden.
De voorzitter van het hoofdeomité sprak
daarna m. het volgende;
De Holl. Mij. van Landbouw zal hier ver
gaderen: uit alle doelen van Noord- en Zuid-
Holland zullen daarvoor mannen opkomen die
aan de besprekingen zullen deelnemen en hon
derden, ik wil hopen duizenden, zullen zich
laten opwekken can de bij deze plechtigheid
gehouden tent<>dns1ell'Ug te bezoeken en aan
de feestelijkheden deel te".nemen en zij allen
nemen een indruk mede van hun bezoek.
En die indruk wenschen we. dat zal zijn een
goede. Zc zullen moeten ervaren, dat in het
centrum van Zuid-Holland een paar^gemeen
ten gelegen zijn. die weten als gastvrouwen te
ontvangen: ze moeten ervaren dat in dat cen
trum van Zuid-Holland een boerenbevolking
woont, die de oud-HolIand«che gastvrijheid
weet te handhaven en liet don bezoekers aam
geitaam weet te maken.
Gij zult mij echter, aldus spr.. ten «roede
houden dat door mij niet wordt voomitgeloo-
pen op n! hetgcu de commissie zal doen.
Laat bel thans voldoende zijn. dat zij de haar
opgedragen taak aanvaardt met het volle be-
wistzljn. dat op haar hoogc plichten rusten
n dal zij opgewekt en welgemoed aan den
arbeid gaat.
In het land der veel man nerij.
In Travel vertelt een reiziger, die de IJi-
malayahooglanden bezocht (Freeman over
de veolmannct'ij onder de Lad aki 18, .de be
volking der woeste, winderige valleien,
waar alleen op enkele stukjes grond aan
sneeuw, ijs en rots ontwoekerd, schrale
plantengroei voorkomt.
Wanneer *de oudste zoon uit een gezin
achttien of twintig jaar is geworden, gaat
hij aan trouwen denken en doet bij de
ouders van een meisje van gelijken leeftijd
aanzoek. Het huwelijk heeft met weinig
ceremonieel plaats en gelijkt met kleine
afwijkingen veel op de feestelijke bruiloft
bij andere volkeren.
Maar als de jonge vrouw het huis van
haar man (steeds de oudste zoon in een ge
zin} is binnengolreden, is zij niet alleen
zijn echtgenoote. maar ook de vrouw yan
alle andere broeders! Bij de lagere stan-
jlen althans hebben alle broers één vrouw,
welke door den oudsle ten huwelijk wordt
gevraagd; bij de betere standen blijven
slechts drie broers thuis en gaan jongeren
hel huis uit, om óf in een gezin met slechts
twee of één zoon opgenomen tc worden," óf
in een klooster tc gaan.
De oudste broer, die in clc wittebroods
weken zijn rechten .handhaaft én eerst
daarna zijn broers in liet echtelijk geluk
laat deelen, blijft in zekeren zin haar echt
genoot; bij zijn ov< lijden kan zij zich ge
heel vrijmaken dooi- zich met oen draad
aan het lijk tc verbinden en den nacht al
dus door (e brengen. Is des morgens de
draad-kapot m.a.w. beeft ze dezen door
gesneden!) dan is zij vrij en verliezen ook
de jongere broers dus hun vrouw. Ook als
rnan en vrouw niet harmonieeren cn in on
derling overleg gaan scheiden, tellen de
Andere eclitgenooten niet mee.
Wanner een huwelijk kinderloos blijft,
mogen inccr vrouwen, tot vier loc in huis
gehaaid worden en ook een vierde echtge
noot aan het drietal worden toegevoegd;
tevordt ook dan deze veelvuldige cchtver-.
binlenis niet met nakomelingen gezegend,
dan kiezen de oudste broer en zijn eerste
vrouw een Jongeman en meisje uit hun fa
milieleden uit die uitgenoodigd worden,
deel van hei gezin te gaan uitmaken als
vijfde echtpaar. Zijn de Goden zoo ver
toornd dat zij ook nu het gezin rnog niet
met kinderen zegenen, dan geeft men het
huwelijksleven er aan, het huishoudenspat
uiteen, ieder gaat in een klooster, over
tuigd dat er een vloek op hem of haar rust,
die alleen door een kloosterleven te niet
gedaan kan worden.
Er zijn mannen, die in een lama-klooster
zijn gegaan, omdat zij het veld hebben moe
ten ruimen voor de vrouw minner drie
oudste broers: maar ook deze mannen krij
gen nog een kansje om het huwelijksgenot
te smaken. Wanneer n.l. in een gezin alleen
dochters zijn. erft de eerstgeborene het ge-
heole familiebezit en heeft dan tevens heï
recht uit alle ongehuwde jongemannen een
levensgezel te kiezen. Maar-een echt huwe
lijk wordt de verhouding niet; de man mag
zoolang in haar huis blijven, als zij hem
daar gedoogt, verveelt het haar, is zij eens
slecht gehumeurd of niet lekker, dan geeft
zij hem den bons en haalt een anderen pre-
tedent in huis. Als compensatie krijgt de
verstootenc een schaap mee; aan zijn leven
als „makpo" komt dan een einde.
Terwijl een Ladakh-meisje op achttien
jarige leeftijd huwbaar is, mag-de oudste
dochter van een rijken man zonder zoons
reeds op haar twaalfde jaar een „makpo"
kiezen; en zij kan het zooveel veranderen
van smaak als haar vader scnapen heeft.
Eenzelfde soort privilege bezit de eenige
zoon van welgestelde ouders, die 'n huw
baar meisje als kinderjuffrouw krijgt,
waarmee hij echter, op huwbaren leeftijd
gekomen, ook in intiemere relatie mag tre
den. Gewoonlijk kiest de jonge man dan
echter een jongere vrouw; hij, de rijkaard,
kan zich de weelde van een vrouw voor
zich alleen veroorloven!
(De Aarde).
Gemengd Nieuws.
I r
sta
y i
„He
ik"
is de ongehuwde Duitsche mijnwerker H., uit
Wurselen, onder neerstortend gesteente geko
men en zoo ernstig gekwetst, dat hij kort na
dien overleed.
Tot welke gekke toeslan-
den de Huurwet kam leaden blijkt, volgens de
„Gooi- en Eemlandcr" uit het volgende
staaltje:
Een inwoner van Hilversum, die zijn huur
huis moest verlaten en daarom een pand
kocht aan de Albertu-s Pekstraat, dat ver
huurd wordt voor f36.50 per maand, alius
door de Huurcommissie vastgesteld, mocht hij
gratie dier commissie bij dezen huurder in
wonen voor f 43.75 per maand, zoodat de eige
naar van het pand nog méér huur moet fcc'a-
len om in zijn eigendom te mogen wonen dan
de oorspronkelijke huurder.
In do afgeloopen week
hebben zich te Delft twee gevallen van hik-
ziekte voorgedaan, o. «i. hij een zekeren werk
man B.
Te Neer (L.) kwam ,0 e n
werkman, die de stoom zaag bedient, in de
houtzagerij van den heer E. zoodanig niet de
zaag in aanraking, dat hij bijna terstond
dood was.
De schipper van de gis-
teren te IJmuiden binnengekomen beugeloep
M.A. 56 (Lotty) rapporteerde, dat de opva
rende J-. G. E. A., afkomstig uit Middelharnis,
tijdens ed visscherij overhoord geslagen is en
verdronken.
Zaterdagmiddag is een
verpleegde uit het krankzinnigengesticht te
Delft weten te ontvluchten; bij Pijnacker werd
de ongelukkige door een veldwachter aange
houden en naar het gesticht teruggebracht.
Te Wierdon is de ploeg-
baas F. Kippers Zondag met afgereden been
dood aan de spoorlijn gevonden.
Uit de Mark bij de sui-
kerfabriek te Breda is het lijk opgehaald van
een tot dusver onbekend persoon.
De gehuwde R. uit Nieuw-
stadt bij Sittard wordt sinds verleden Donder
dag vermist. Men vermoedt dat R. een onge
luk is overkomen.
Z o" ïi d a g a v'o nd is de siga-
renfabriek van den heer Bceks, firma Heynen
en Go., te Eindhoven, afgebrand. Een aanzien
lijke voorraad sigaren ging verloren.
Op een der stations in
Noord-Holland kwam dezer dagen 's avonds
hal ft waal f een goedermitroim binnen, uren over
tijd natuurlijk, meldt het „N. v. d. D.". Een
kwartiertje later zou met ramgeeron worden
begpomien, doch toen de rangeerder de seinen
gaf. kwam er geen beweging in den trein. Hij
liep naar voren, doch hoe hij ook op zijn hoorn
blies en met licht zwaaide, de 1reim bleef slaan.
De rangeerder ging daaTop naar de machine,
om de oorzaak hiervan te vernemen, en vond
zoowel machinist als stoker slapende. Deze
mannen hadden vam 's morgens 6 uur af dienst
gedaan en waren van oververmoeidheid in
slaap gevallen. En na het rangeeren moesten
zij nog eenige stations verder. -
Door de politic te IMaar-
(1 in gen is aangehouden iemand afkomstig uit
Rotterdam, doch sedert maanden in een sme
derij te VJaardingen werkzaam onder een
valschen naam, die verdacht wordt van mede
plichtigheid aan den diefstal mot braak bij de
firma v. Kempen te Schoonhoven in 1919 ge
pleegd, waarbij voor circa ©cn halve totn aam
goud en zilver werd gestolen.
In e-en woning aan den
Witte Vrouweneingol te Utrecht, sprong Zater
dagavond, terwijl de bewoners zich in de ka
mer bevonden, do kachel met een hevigon knal
uiteen. Eenige ruiten werden vernield, ter
wijl aan het meubilair belangrijke schade werd
toogedmacht. Wonder boven wonder kwamen
de bewoners er vrijwel met den schrik en een
schadepost af. Slechts twee hunner bekwamen
eenige ontvellingen.
Men vermoedt, dat zich in de steenkolen
een dynamietpalroon of ander ontploffings-
iniddel heeft bevonden.
In de buurt vam de woning verwekte de ont
ploffing een heele consternatie.
To Zevcnaar paseecrcn
zeer vele Hongaren, Slowaken, Polen, GaJI-
óërs en Duit schors voor emigratie naar Ar
gentinië. Vooral jeugdige gewezen officieren
uit Oostenrijk passeeren veelvuldig met hun'
vrouwen op weg naar Zuid-Amerika.
Alweer een moordaanslag.
Gister werd ter beschik-
king vian de justitie te Utrecht gesteld de 22-
jarige landarbeider J. van R. uit Kamerik,
verdacht van poging tot moord op den land
arbeider G. A. Roeleveld, eveneens woonach
tig te Kamerik.
Tusscben beide jonge mannen bestond een
vete, waarom van R. gepoogd heeft Roeleveld
in een sloot te duwen en hem herhaaldelijk ge
tracht heeft onder water te houden.
Deze poging tot verdrinking mislukte door
dal Roeleveld kans zag zich uit de sloot te
werken.
De ^veldwachter to Kamerik arresteerde van
R. en bracht hem over naar Utrecht.
Branden.
Maandagavond om half elf
ontstond brand op den zilder van de woning
van J. F., rijwielhandelaar te Wormer. Door
den storm stond de gansche behuizing in een
oogcnbLik in lichterlaaie. Zij is geheel uitge
brand. De werkplaats is gespaard gebleven,
doch alle fietsen in den winkel zijn verbrand.
Van den inboedel is niet6 gered. Alles was
verzekerd. Door de goede werking van de
motorspuit en de handspuiten zijn de belen
dende gebouwen bewaard gebleven.
Te Eindhoven (Strijp) is
de hoeve, van den landbouwer J. van Doorn
grootendeels, en de stalling geheel afgebrand.
Het vee werd gered.
Omtrent den brand te
Tilburg kan nog nader worden gemeld:
Ongeveer drie uur 's nachts ontdekte de
commissaris van politie, do heer Soentjens,
bij zijn politie-inspectie brand in het met
kunstwol gevulde magazijn van den heer Van
do Port, aan de Spoorlaan gelegen, tusschen
een complex gebouwen. De vlammen sloegen
reeds uit het dak van het vrij groote gebouw.
Hoewel dadelijk de noodige maatregelen wer
den getroffen, sloeg de felle brand, aangewak
kerd door den stormwind, over op een nabij-
staand oud fabrieksgebouw. Dit gebouw, 3
verdiepingen boog, is thans in gebruik bij
grossiers in manufacturen en wol, etc. Hier
vond het vuur gretig voedsel in den grooten
voorraad wollen stoffen.
De brand woedde ontzettend. De aangerukte
brandweer kon slechts met de grootste in
spanning de aangrenzende woonhuizen be
schermen. De brand sloeg over op een maga
zijn van lederwaren en vervolgens op een an
der magazijn. Eerst tegen zes uur was het ge
vaar voor de aangrenzende huizen, waarvan
de ruiten door de hitte gesprongen waren, ver
dwenen. Gistermiddag was de brandweer met
een zestal slangen nog in actie om het telkens
oplaaiende vuur tusschen de groote ruïne
in bedwang te houden. De schade wordt nu
geschat op circa 2Ys millioen gulden
Te Hulsberg is een wo-
ning van S., waarin drie huishoudens woon
den, geheel afgebrand. De bewoners moesten
met hunne kinderen in nachtgewaad vluch
ten. Van twee huishoudens waren de vaders,
mijnwerkers, afwezig wegens hunne werk
zaamheden.
Tegen de tuberculose.
Naar Havas uit Parijs 6eint, heeft men in
den laatsten tijd groote reusltaten bereikt in
den strijd tegen de tering. Dank zij het geduld
cn de wetenschap van dr. Galmette, onder
directeur van het Instituut Pasteur, dat er nu
oprechte hoop bestaat dat de ziekte zal ver
dwijnen onder de menschen. Voor wat het vee
betreft, is men reeds zoover. Calraotte heeft
namelijk de volgende proefneming genomen:
In een stal plaatste li ij tien koeien, allen
zwaar tuberculeus. Onmiddellijk achter die
tien zieke koeien werden er tien gezonden ge
plaatst, zoodat de uitwerpselen der eerste zich
mengden met het stroo. dat onder de anderen
lag.
Van de tien gezonde dieren werden er zes
ingeënt met teringbacillen, vier werden daar
enboven nog ingeënt met de kiemen van een
etterende tuberculose.
Na drie jaren bleek het, dat drie van de
niet ingeente koeien tering hadden. De twee,
die slechts de eenvoudige inenting gekregen
hadden, toonden eenige leringachtige ver
schijnselen. De vier anderen echter waren
volkomen gezond.
De proefneming wordt nu hernieuwd op
groote apen in Fransch-Guinea.
Gevecht met een bunsing.
In Friesland worden 's avonds en 's nachts
veel drijfjachten op bunsings gehouden met
honden. Deze honden worden speciaal gehou
den voor de jacht op den huneing, welk roof
dier in het Frieseh mud wordt genoemd.
Een bunsingjager is gewapend met een
haak en met een schop, welke dient, om den
hond bij het opgraven van het bunsinghol
behulpzaam te zijn.
In het „Vad." wordt een beschrijving' gege-
n van zulk een jacht met een „muddehoun"
buneinghond
„Hektor hoorde niks, hij draafde op 't ijs
voorbij 't hol en weer terug, ten slott^ boven
op den dijk in al kleiner kring en op eens
halt, op de kruin, waar-ie met alle macht be
gon te krabben.
Wij er heen. En ja, daar was 'n tweede gat.
„Pak ze Hektor!"
Ruul! Röut! stoven zand en kluiten. En
dan weer dc bek cr*in en weer graven.
,,"k Scil dy 'n handje hclpe." lk zal jc 'n
hande helpen.
Nu ging 't gauwer met de schop. De hond
■was één en al zenuw, telkens liep z'n kop ge
vaar onder dc schop te komen.
We legden een met ruigte gevoerde holle
bloot. Een nest. Woedend, beet Hektor er in
on kort en nijdig sloeg-ie aan.
Een tweede komvormige holte werd open
gelegd.
„Pak ze, Hektor."
„Daar is-ie!" zei ik, 'k had één seconde M
spitse snoetje gezien, 't geel er van blonk even
op in 't maanlicht.
Waar zou-ie uitbreken? Misschien aan den
onderkant?
En ja, !k had goed geraden. Nog maar
nauw'lijke stond ik weer op 't ijs, of als de
bliksem schoot iets slank-gerekts langs me
heen.
„Hier-ifi-iel"
Maar de hond had 'm ook al bemerkt, klikl
klik! gingen de nagels over 't ijs.... Ze leken
één golvende lijn, hond en bunsing. Hij baald'
'm in. Daar had-ie 'm.
Neen. Snel als 't w©erlicht had de bunsing
zich omgeworpen en 6tond nu recht voor den
hond, te blazen, te blaffente stinken....
„Toe dan Hektor. Pak 'm!"
Met 'n gehuil van woede draaide bruin-oor
om den bunsing heen.
„Toe dan Hektorl"
Toen 'm sprong en 'n schreeuw van pijn. De
bunsing hing aan de onderkaak van den hond.
„Dat was niks, zei Oege, daar werd-ie des
te wilder van."
En hij kreeg gelijk. Een diep gegrom bor
relde uit Hektór's ©riot, we hoorden 'n ge
kraak, zagen hoe hij den bunsing wild heen
en weer schudde en.... 't was gebeurd. Hij
had 'm den kop vermorzeld, 't Bloed droop
Hektor uit den bek en uit den ecnen voorpoot.
Stil en languit lag Pretorius op 't ij6. Het
donkerbruin van zijn rugr't geel van z'n
flanken blonk in de schijning van de maan.
Dreigend waren nog z'n korte pelspootjes met
de 6oherpe nagel6 uitgestrekt, 't felle oog en
de scherpe tanden glommen nog uitdagend in
den dood.
De muizen, leeuwrikken, kieviten, grutto's,
al wat in de groote Krite een toevlucht vond,
bad 'n vijand minder, een bloedgierigen.
(Buiten verantwoordelijkheid der «edJ
Geachte Redactie 1
Mag ik namens het Suppletiefonds
„Schoolhulp" der Geref. Schoolvereeniging
alhier opname verzoeken voor het vol
gende.
„Nog houdt het schrikkelijk pleit van
dwang en vrijheid aan", aldus zong een
maal onze dichter Tollens toen liij een der
bekende momenten uit onze vadcrlandsche
geschiedenis herdacht.
Dit woord is ten volle van toepassing
op de in onze kringen zeer bekende "Ver-
oeniging „Schoolhulp", het Suppletiefonds
uitgaande van de Geref. Schoolvereeniging.
Maar, hoor ik u zeggen, hoc is dit moge
lijk, waar kortgeleden alom en met dank
zegging is herdacht dat na een worstel
strijd van tachtig jaren ons christelijk
volksdeel recht wordt gedaan, zoo te kla
gen?
Zeker, is dit volkomen waar, maar dit
geldt nog niet voor „Schoolhulp".
Wat toch is het geval? Over het boek
jaar Mei 1919Mei 1920 moest onze pen
ningmeester sluiten met een tekort van on
geveer 500.— en verheugden wij ons er in,
dat als straks de volkomen gelijkstelling er
was ook wij uit de zorgen zouden geraken
en onzen arbeid zelfs overbodig worden.
Maar daar kwam het besluit van den mi
nister van onderwijs, dat de schoolgeldré-
geling eerst zal ingaan 1 Januari 1922, een
streep door onze rekening halen, en-zullen
wij tot dien datum den ongelijken kamp
met het openbaar onderwijs moeten voort
zetten en de ouders die het schoolgeld niet
ten volle kunnen betalen moeten supplee-
ren.
Waar wij nu jaarlijks ongeveer ƒ1500.
suppletie uitkeeren, moeten wij dus vanaf
Mei 1920 lot 1 Januari 1922 nog voor ƒ2300
aan schoolgelden bijpassen, waarbij nog
komt het tekort over 1919, groot ƒ500.
maakt tezamen ƒ2800.—
Zeggen wij dan teveel als wij liet woord
van Tollens tot het onze maken?
Tot opwekking van belangstelling in on
zen arbeid houden wij jaarlijks een open
bare samenkomst in de Hooigrachtkcrk, die
dit jaar door een samenloop van verschil
lende omstandigheden niet kon worden ge
houden. Daarom besloot onze verceniging,
door een aanbod van welwillende zijde ge
daan, D. V. den 9e Februari a.s. een samen
komst te houden in de Stads-Gelioorzaal
waarbij zal optreden den heer J. G. Lam-
booij, Theologisch student te s-Graven-
hage met het onderwerp: „Nederland
het geweld onttogen" (Het Belgisch oor
logsfront in woord en beeld). "Vertoond zal
worden een schitterendlichtspel van 80
platen welke zullen worden toegelicht door
den heer J. v. d. Leeuw van Den Haag die
dit op zeer onderhoudende wijze doet.
Op meerdere plaatsen waar genoemde
heeren optraden hadden zij stampvolle
zalen en ging het publiek opgetogen huis
waarts.
Gegeven Wordt het volgende reperto
rium:
Inleiding: „Ziet hoedanige stcenen en ge
bouwen' (Brussel). „Een kleine kerk in
een groote wereldstad". „De bouwvallen
en wonderen van Nieuwpoort'.' „Een val
lei des doods" (de Yser.) „Een marte
laar der bosschen" (Bosch van Houthulst).
„Niet één steen op den anderen" (Ypc-
ren). „Het doodenveld'op den Kemme-
lenberg". De Leeuw van Waterloo.
„De sehoone Maasvallei". „Een lustoord
en een oord der smarteh" (Dinant.)
Besluit: Nederland het geweld ont
togen.
Bovendien zal de bekende Zangvcreeni-
ging L. E. D. A. G. O. H„ directeur de lieer
Snel, het onlangs door hun uitgevoerde
stuk: „De laatste eer", de bekende geschie
denis die zich te Antwerpen heeft afge
speeld tijdens de bezetting van die stad
uitvoeren; het geheel wordt bogeleid door
het strijkorkest van den heer Plu.
Ik behoef zeker niet te zeggen dat dit
een zeer mooie avond belooft te worden
terwijl dc toegangsprijs is f0.60 met inbe
grip der Stedelijke belasting.
Dit kan zeker geen bezwaar zijn, hoe
menigmaal gaan wij naar een of andere
uitvoering enkel voor on6 genoegen, hier
kunnen wij genieten en de gedachte mee
dragen, Schoolhulp tc steunen.
Nederland.... het geweld onttogen; kan
Schoolhulp dat ook op zich niet toepassen?
Ja als gij allen de schouders onder onze
zorgen zet mogen wij dit straks zeggen.
Maar daartoe moet dan ook de Stads-
Gehoorzaal op 9 Februari a.s. zijn uilver-
kocht.
Namens „Schoolhulp":
J. VAN WEEREN,
Secretaris.
Land- en Tuinbouw.
Land- en Tuinbouw-Gngevallenwet. J
Dezer dagen is in druk verschenen hetf
ontwerp van wet nopens de „verzekering
van personen, werkzaam in de landbouw-^
bedrijven legen geldelijke gevolgen van
ongevallen, hun in verband met de uitoefen I
ning van het bedrijf overkomen."
Het ontwerp is echter nog niet definitief)
vastgesteld, wijl eerst de Hooge Raad van]
Arbeid zijn advies er over nog aan dopF
Minister moet uitbrengen.
De „Tel." deelt uit het voor-ontwerp eens»E
en ander mede. g>$
Het bevat 121' artikelen, waarvan velei|fj
vooral die op de uitvoering der wet bo-L
trekking hebben, zijn ontleend aan de „OnJ*
gevallenwet 1901".
Het ontwerp gaat vergezeld van eeni
„Korte toelichting" van den Minister vanfee
Arbeid. Daarin wordt herinnerd aan do
geschiedenis der verschillende ontwerpen rën
Land- en Tuinbouw-ongevallenwet, lletcre
eerste ontwerp werd in 1905 door Ministenf
Kuypor ingediend; dit werd later door Mi-8e
nister Vcegens gewijzigd voorgesteld en 3e
het ontwerp-Veegens werd vervolgens doorïo
diens ambt-opvolger, Minister Talina. na-F
genoeg geheel overgenomen.
Minister Aalberse heeft echter gemeen rl.-fpn
dit ontwerp-Talma te moeten intrekken en
te vervangen door een nieuw wetsontwerp.lei
Voorts zegt de Minister: rl«
„Zijn bezwaar tegen het vroegere ont-L,
werp betreft in hoofdzaak de daarin gero-Lj«
gelde organisatie der verzekering. Die or
ganisatie was in hoofdzaak gelijk aan die^fc
der bij de Ongevallenwet 1901 geregelde
verzekering; de verzekering zou worden
uitgevoerd door de Rijksverzekeringsbank
met gelegenheid voor den werkgever om
het risico van de verzekering zijner arbei-]K
ders hetzij zelf te dragen, hetzij over te
dragen aan eene bijzondere verzekeringsin- i
stelling. jfr
Sinds de laatste 10 jaren zijn echter ver- 1
schillende organisaties van landbouwers
tot stand gekomen, welke de ongevallen-
verzekering der land- en tuinbouwarbeiders
ter hand hebben genomen en welke vrij-
willig aan de arbeiders, in dienst der bij die
organisaties aangesloten werkgevers, in
geval van bedrijfsongeval geldelijke uit- ov
keeringen verleenen, welke in aard en om-
vang overeenkomen met die, waarop de
Ongevallenwet 1901 den door een bedrijfs- L,
1 getroffen arbeiders aanspraak
Van de zijde dier organisaties i6 de
wensch naar vorengebracht, dat de ko
mende wettelijke regeling haar in de gele
genheid zal stellen, haar bedrijf te blijven
uitoefenen. Ondergeteokende meent aan
dien wensch te moeten voldoen. Da bedoel
de organisaties, waarvan De Centrale
Landbouw-nOnderlinge, de Tuinbouw-On-
derlinge, de Roomsch-Katholieke Boeren
bond de meest belangrijke zijn, hebben het
bewijs geleverd, met. ernst te streven naar,
eene zoo goed mogelijke vervulling van de
vrijwillig op zich genomen taak, zoodat
er in beginsel geen bezwaar behoeft te wor
den gezien om aan dergelijke organisaties
bij de uitvoering der wettelijke verzekering
aandeel te geven.
Met het oog op de belangen der verzo-
kerdo arbeiders is echter het geven van al
geheel e bewegingsvrijheid aan die organi
saties niet wel mogelijk. Daarom heeft de
minister gezocht naar een regeling, waarbij
eenerzijds de goed ingerichte onderlinge
organisaties kunnen blijven voortwerken,
doch anderzijds die organisaties worden
onderworpen aan verschillende regelen,
welke alle bcoogen den betrokken arbeider
den noodigen waarborg te geven, dat hij 't
hem toekomende inderdaad zal ontvangen.
In hoofdtrekken geschetst, komt do voor
gedragen regeling op het volgende neer.
De arbeider in een landbouwbedrijf is van
rechtswege verzekerd bij de Rijksverzeke
ringsbank. De werkgever is echter bevoegd
toe te treden tot eene door de Koningin er
kende Bedrijfsvereeniging. In dat geval
draagt deze bedrijfsvereeniging het risico
der verzekering van de arbeiders van dien
werkgever. De bedrijfsvereeniging is ge
houden om aan de bij haar verzekerde ar
beiders bij ongeval ten minste dezelfde
schadeloosstelling te verleenen, als do
Rijksverzekeringsbank volgens de wet aan
de bij haar verzekerden verplioht is, te ver
leenen. Tot zekerheid voor de naleving ha-
rer verplichtingen stort -de Bedrijfsvereeni
ging in handen van het bankbestuur een
algemeen pand. Van deze verpliohting zal
echter goheel of gedeeltelijk vrijstelling
kunnen worden gegeven indien in de statu
ten der Bedrijfsvereeniging wordt bepaald,
dat de leden der vereeniging hoofdelijk
voor de schulden der vereeniging aanspra
kelijk zijn. Bij elke toekenning van eene
blijvende rente stort de bedrijfsvereeniging
voorts in handen van het bankbestuur do
contante waarde dier rente als pand.
Van do beslissingen der Bedrijfsvereeni
ging nopens het recht op schadeloosstelling
kunnen de betrokken verzekerden in beroep
komen bij de Raden van Beroep, en den
Centralen Raad van Beroep. Eene commis
sie van toezicht, waarin naast werkgevers
ook arbeiders zitting zullen hebben, oefent
verder het noodige toezicht uit op de uit
voering der verzekering door de Bedrijfs-
vereeni gingen.
De bij een Bedrijfsvereeniging aangeslo
ten werkgever staat buiten de verhouding
met de Rijksverzekeringsbank. Hij zal ech
ter aangifte moeten doen van zijn bedrijf
en van eventuoele staking daarvan, opdat
zal kunnen worden uitgemaakt, of de aan ge
ver werkelijk een verzekeringsplichtig be
drijf uitoefent of heeft gestaakt. Mede zal
deze werkgever ook aan de bonk aangifte
moeten doen van de in zijne onderneming
plaats gevonden hebbende bedrijfsongeval
len. Deze aangifte is uiterlijk noodig voor
de controle op de Bedrijfsvereenigingen.
Overigens i6 zooveel mogelijk het stelsel
der Ongevallenwet 1901 gevolgd.