Uit de Omgeving. Ingezonden. «N 2.0ETERMEER ZEGWAART. Do Landbouwtentoonstelling. De cere-voorzitter der afdeeüng Zoelermeer- Zegwaart en Ometreken der Hollandschc Mij van Landbouw heeft het Hoofd-comité voor de tentoonstelling, welke bij gelegenheid van de in de maand September a.s. te houden algo- meene vergadering der Hollandsclie Maat schappij van Landbouw, alhier wordt gehou den, in een bijeenkomst geïnstalleerd met een rede, waaraan wij het volgende ontleenen: Spr. zeide, dat deze tentoonstelling hier moet worden gehouden, omdat in de alge- meeoe vergadering der Hollandsche Maat schappij te Schagen het voorstel daartoe doöï afgevaardigden onzer afdceling gedaan is aangenomen niet alleen, doch met applaus is begroet. Het besluit te Schagen genomen werd alhier met verdeelde instemming begroet; over het algemeen werd gedacht, hoe moeten wij daaraan gevolg geven, aangezien tot het doen der opdracht aan de afgevaardigden in een algemeone vergadering der afdeeling, waar in slechts 22 leden tegenwoordig waren (en zicli slechts 16 leden daarvoor verklaarden) is besloten. Enkele leden van het bestuur behoor den tot degenen, die zich daartegen hebben verklaard. Het bestuur heeft, omdat het moet, de voorbereiding ter hand genomen. Ecnc commissie van voorbereiding is benoemd* wel ke een drietal barer leden naar Schagen zond om bij don heer Joh. de Veer, algemeen-secre taris (Ver groote Landbouwtentoonstelling, wel ke in September 1920 aldaar is gehouden, het nood5g licht op tc steken. Welwillend ont vangen en ingelicht kwamen de afgevaardig den verlicht terug en nadat de overige leden der commissie waren op de hoogte gesteld, be gon men te begrijpen, dat met goeden wil en algemoéhe samenwerking toch alhier ook wel i e t s te verkrijgen zal en moet zijn. Een terrein is inmiddels gehuurd en lijsten circtriceren voor het vormen van een waar borgfonds. Thans reeds is voor een bedrag van ruim f 26.000 geteekend. Twijfel of de landbouwtentoonstelling zal worden gehouden bestaat alzoo niet meer; deze moet en zal worden gehouden aldus 6pr. en zal sla- ren. mijne hoeren, omdat gij dat met mij wilt »i omdat u, professor dr. Remmelts, zoo goed geweest het voorzitterschap van het hoofd comité te aanvaarden. Het bestuur vraagt u, mijne hcoren, te willen bevorderen, dat alhier wordt gehouden een flink opgezette land- en tuinbouwtentoonstelling, liefst in den uitge- breidslen zin. Met den geheelen opzet moet nog worden begonnen, aangezien de omvang der tentoonstelling afhankelijk is van het waarborgkapitaal. Een algemeen secretaris, de heer J. Tanis, en een algemeen penningmeester, de heer C. P. Blaauwhof, zijn reeds benoemd. Laat ik u, aldus spr., in het bijzonder zeg gen, dat aan allo feestelijkheden welke nood zakelijk bij de lenloonsetlling behcoren, allo schijn van ..kermis" dient te worden vermeden. De voorzitter van het hoofdeomité sprak daarna m. het volgende; De Holl. Mij. van Landbouw zal hier ver gaderen: uit alle doelen van Noord- en Zuid- Holland zullen daarvoor mannen opkomen die aan de besprekingen zullen deelnemen en hon derden, ik wil hopen duizenden, zullen zich laten opwekken can de bij deze plechtigheid gehouden tent<>dns1ell'Ug te bezoeken en aan de feestelijkheden deel te".nemen en zij allen nemen een indruk mede van hun bezoek. En die indruk wenschen we. dat zal zijn een goede. Zc zullen moeten ervaren, dat in het centrum van Zuid-Holland een paar^gemeen ten gelegen zijn. die weten als gastvrouwen te ontvangen: ze moeten ervaren dat in dat cen trum van Zuid-Holland een boerenbevolking woont, die de oud-HolIand«che gastvrijheid weet te handhaven en liet don bezoekers aam geitaam weet te maken. Gij zult mij echter, aldus spr.. ten «roede houden dat door mij niet wordt voomitgeloo- pen op n! hetgcu de commissie zal doen. Laat bel thans voldoende zijn. dat zij de haar opgedragen taak aanvaardt met het volle be- wistzljn. dat op haar hoogc plichten rusten n dal zij opgewekt en welgemoed aan den arbeid gaat. In het land der veel man nerij. In Travel vertelt een reiziger, die de IJi- malayahooglanden bezocht (Freeman over de veolmannct'ij onder de Lad aki 18, .de be volking der woeste, winderige valleien, waar alleen op enkele stukjes grond aan sneeuw, ijs en rots ontwoekerd, schrale plantengroei voorkomt. Wanneer *de oudste zoon uit een gezin achttien of twintig jaar is geworden, gaat hij aan trouwen denken en doet bij de ouders van een meisje van gelijken leeftijd aanzoek. Het huwelijk heeft met weinig ceremonieel plaats en gelijkt met kleine afwijkingen veel op de feestelijke bruiloft bij andere volkeren. Maar als de jonge vrouw het huis van haar man (steeds de oudste zoon in een ge zin} is binnengolreden, is zij niet alleen zijn echtgenoote. maar ook de vrouw yan alle andere broeders! Bij de lagere stan- jlen althans hebben alle broers één vrouw, welke door den oudsle ten huwelijk wordt gevraagd; bij de betere standen blijven slechts drie broers thuis en gaan jongeren hel huis uit, om óf in een gezin met slechts twee of één zoon opgenomen tc worden," óf in een klooster tc gaan. De oudste broer, die in clc wittebroods weken zijn rechten .handhaaft én eerst daarna zijn broers in liet echtelijk geluk laat deelen, blijft in zekeren zin haar echt genoot; bij zijn ov< lijden kan zij zich ge heel vrijmaken dooi- zich met oen draad aan het lijk tc verbinden en den nacht al dus door (e brengen. Is des morgens de draad-kapot m.a.w. beeft ze dezen door gesneden!) dan is zij vrij en verliezen ook de jongere broers dus hun vrouw. Ook als rnan en vrouw niet harmonieeren cn in on derling overleg gaan scheiden, tellen de Andere eclitgenooten niet mee. Wanner een huwelijk kinderloos blijft, mogen inccr vrouwen, tot vier loc in huis gehaaid worden en ook een vierde echtge noot aan het drietal worden toegevoegd; tevordt ook dan deze veelvuldige cchtver-. binlenis niet met nakomelingen gezegend, dan kiezen de oudste broer en zijn eerste vrouw een Jongeman en meisje uit hun fa milieleden uit die uitgenoodigd worden, deel van hei gezin te gaan uitmaken als vijfde echtpaar. Zijn de Goden zoo ver toornd dat zij ook nu het gezin rnog niet met kinderen zegenen, dan geeft men het huwelijksleven er aan, het huishoudenspat uiteen, ieder gaat in een klooster, over tuigd dat er een vloek op hem of haar rust, die alleen door een kloosterleven te niet gedaan kan worden. Er zijn mannen, die in een lama-klooster zijn gegaan, omdat zij het veld hebben moe ten ruimen voor de vrouw minner drie oudste broers: maar ook deze mannen krij gen nog een kansje om het huwelijksgenot te smaken. Wanneer n.l. in een gezin alleen dochters zijn. erft de eerstgeborene het ge- heole familiebezit en heeft dan tevens heï recht uit alle ongehuwde jongemannen een levensgezel te kiezen. Maar-een echt huwe lijk wordt de verhouding niet; de man mag zoolang in haar huis blijven, als zij hem daar gedoogt, verveelt het haar, is zij eens slecht gehumeurd of niet lekker, dan geeft zij hem den bons en haalt een anderen pre- tedent in huis. Als compensatie krijgt de verstootenc een schaap mee; aan zijn leven als „makpo" komt dan een einde. Terwijl een Ladakh-meisje op achttien jarige leeftijd huwbaar is, mag-de oudste dochter van een rijken man zonder zoons reeds op haar twaalfde jaar een „makpo" kiezen; en zij kan het zooveel veranderen van smaak als haar vader scnapen heeft. Eenzelfde soort privilege bezit de eenige zoon van welgestelde ouders, die 'n huw baar meisje als kinderjuffrouw krijgt, waarmee hij echter, op huwbaren leeftijd gekomen, ook in intiemere relatie mag tre den. Gewoonlijk kiest de jonge man dan echter een jongere vrouw; hij, de rijkaard, kan zich de weelde van een vrouw voor zich alleen veroorloven! (De Aarde). Gemengd Nieuws. I r sta y i „He ik" is de ongehuwde Duitsche mijnwerker H., uit Wurselen, onder neerstortend gesteente geko men en zoo ernstig gekwetst, dat hij kort na dien overleed. Tot welke gekke toeslan- den de Huurwet kam leaden blijkt, volgens de „Gooi- en Eemlandcr" uit het volgende staaltje: Een inwoner van Hilversum, die zijn huur huis moest verlaten en daarom een pand kocht aan de Albertu-s Pekstraat, dat ver huurd wordt voor f36.50 per maand, alius door de Huurcommissie vastgesteld, mocht hij gratie dier commissie bij dezen huurder in wonen voor f 43.75 per maand, zoodat de eige naar van het pand nog méér huur moet fcc'a- len om in zijn eigendom te mogen wonen dan de oorspronkelijke huurder. In do afgeloopen week hebben zich te Delft twee gevallen van hik- ziekte voorgedaan, o. «i. hij een zekeren werk man B. Te Neer (L.) kwam ,0 e n werkman, die de stoom zaag bedient, in de houtzagerij van den heer E. zoodanig niet de zaag in aanraking, dat hij bijna terstond dood was. De schipper van de gis- teren te IJmuiden binnengekomen beugeloep M.A. 56 (Lotty) rapporteerde, dat de opva rende J-. G. E. A., afkomstig uit Middelharnis, tijdens ed visscherij overhoord geslagen is en verdronken. Zaterdagmiddag is een verpleegde uit het krankzinnigengesticht te Delft weten te ontvluchten; bij Pijnacker werd de ongelukkige door een veldwachter aange houden en naar het gesticht teruggebracht. Te Wierdon is de ploeg- baas F. Kippers Zondag met afgereden been dood aan de spoorlijn gevonden. Uit de Mark bij de sui- kerfabriek te Breda is het lijk opgehaald van een tot dusver onbekend persoon. De gehuwde R. uit Nieuw- stadt bij Sittard wordt sinds verleden Donder dag vermist. Men vermoedt dat R. een onge luk is overkomen. Z o" ïi d a g a v'o nd is de siga- renfabriek van den heer Bceks, firma Heynen en Go., te Eindhoven, afgebrand. Een aanzien lijke voorraad sigaren ging verloren. Op een der stations in Noord-Holland kwam dezer dagen 's avonds hal ft waal f een goedermitroim binnen, uren over tijd natuurlijk, meldt het „N. v. d. D.". Een kwartiertje later zou met ramgeeron worden begpomien, doch toen de rangeerder de seinen gaf. kwam er geen beweging in den trein. Hij liep naar voren, doch hoe hij ook op zijn hoorn blies en met licht zwaaide, de 1reim bleef slaan. De rangeerder ging daaTop naar de machine, om de oorzaak hiervan te vernemen, en vond zoowel machinist als stoker slapende. Deze mannen hadden vam 's morgens 6 uur af dienst gedaan en waren van oververmoeidheid in slaap gevallen. En na het rangeeren moesten zij nog eenige stations verder. - Door de politic te IMaar- (1 in gen is aangehouden iemand afkomstig uit Rotterdam, doch sedert maanden in een sme derij te VJaardingen werkzaam onder een valschen naam, die verdacht wordt van mede plichtigheid aan den diefstal mot braak bij de firma v. Kempen te Schoonhoven in 1919 ge pleegd, waarbij voor circa ©cn halve totn aam goud en zilver werd gestolen. In e-en woning aan den Witte Vrouweneingol te Utrecht, sprong Zater dagavond, terwijl de bewoners zich in de ka mer bevonden, do kachel met een hevigon knal uiteen. Eenige ruiten werden vernield, ter wijl aan het meubilair belangrijke schade werd toogedmacht. Wonder boven wonder kwamen de bewoners er vrijwel met den schrik en een schadepost af. Slechts twee hunner bekwamen eenige ontvellingen. Men vermoedt, dat zich in de steenkolen een dynamietpalroon of ander ontploffings- iniddel heeft bevonden. In de buurt vam de woning verwekte de ont ploffing een heele consternatie. To Zevcnaar paseecrcn zeer vele Hongaren, Slowaken, Polen, GaJI- óërs en Duit schors voor emigratie naar Ar gentinië. Vooral jeugdige gewezen officieren uit Oostenrijk passeeren veelvuldig met hun' vrouwen op weg naar Zuid-Amerika. Alweer een moordaanslag. Gister werd ter beschik- king vian de justitie te Utrecht gesteld de 22- jarige landarbeider J. van R. uit Kamerik, verdacht van poging tot moord op den land arbeider G. A. Roeleveld, eveneens woonach tig te Kamerik. Tusscben beide jonge mannen bestond een vete, waarom van R. gepoogd heeft Roeleveld in een sloot te duwen en hem herhaaldelijk ge tracht heeft onder water te houden. Deze poging tot verdrinking mislukte door dal Roeleveld kans zag zich uit de sloot te werken. De ^veldwachter to Kamerik arresteerde van R. en bracht hem over naar Utrecht. Branden. Maandagavond om half elf ontstond brand op den zilder van de woning van J. F., rijwielhandelaar te Wormer. Door den storm stond de gansche behuizing in een oogcnbLik in lichterlaaie. Zij is geheel uitge brand. De werkplaats is gespaard gebleven, doch alle fietsen in den winkel zijn verbrand. Van den inboedel is niet6 gered. Alles was verzekerd. Door de goede werking van de motorspuit en de handspuiten zijn de belen dende gebouwen bewaard gebleven. Te Eindhoven (Strijp) is de hoeve, van den landbouwer J. van Doorn grootendeels, en de stalling geheel afgebrand. Het vee werd gered. Omtrent den brand te Tilburg kan nog nader worden gemeld: Ongeveer drie uur 's nachts ontdekte de commissaris van politie, do heer Soentjens, bij zijn politie-inspectie brand in het met kunstwol gevulde magazijn van den heer Van do Port, aan de Spoorlaan gelegen, tusschen een complex gebouwen. De vlammen sloegen reeds uit het dak van het vrij groote gebouw. Hoewel dadelijk de noodige maatregelen wer den getroffen, sloeg de felle brand, aangewak kerd door den stormwind, over op een nabij- staand oud fabrieksgebouw. Dit gebouw, 3 verdiepingen boog, is thans in gebruik bij grossiers in manufacturen en wol, etc. Hier vond het vuur gretig voedsel in den grooten voorraad wollen stoffen. De brand woedde ontzettend. De aangerukte brandweer kon slechts met de grootste in spanning de aangrenzende woonhuizen be schermen. De brand sloeg over op een maga zijn van lederwaren en vervolgens op een an der magazijn. Eerst tegen zes uur was het ge vaar voor de aangrenzende huizen, waarvan de ruiten door de hitte gesprongen waren, ver dwenen. Gistermiddag was de brandweer met een zestal slangen nog in actie om het telkens oplaaiende vuur tusschen de groote ruïne in bedwang te houden. De schade wordt nu geschat op circa 2Ys millioen gulden Te Hulsberg is een wo- ning van S., waarin drie huishoudens woon den, geheel afgebrand. De bewoners moesten met hunne kinderen in nachtgewaad vluch ten. Van twee huishoudens waren de vaders, mijnwerkers, afwezig wegens hunne werk zaamheden. Tegen de tuberculose. Naar Havas uit Parijs 6eint, heeft men in den laatsten tijd groote reusltaten bereikt in den strijd tegen de tering. Dank zij het geduld cn de wetenschap van dr. Galmette, onder directeur van het Instituut Pasteur, dat er nu oprechte hoop bestaat dat de ziekte zal ver dwijnen onder de menschen. Voor wat het vee betreft, is men reeds zoover. Calraotte heeft namelijk de volgende proefneming genomen: In een stal plaatste li ij tien koeien, allen zwaar tuberculeus. Onmiddellijk achter die tien zieke koeien werden er tien gezonden ge plaatst, zoodat de uitwerpselen der eerste zich mengden met het stroo. dat onder de anderen lag. Van de tien gezonde dieren werden er zes ingeënt met teringbacillen, vier werden daar enboven nog ingeënt met de kiemen van een etterende tuberculose. Na drie jaren bleek het, dat drie van de niet ingeente koeien tering hadden. De twee, die slechts de eenvoudige inenting gekregen hadden, toonden eenige leringachtige ver schijnselen. De vier anderen echter waren volkomen gezond. De proefneming wordt nu hernieuwd op groote apen in Fransch-Guinea. Gevecht met een bunsing. In Friesland worden 's avonds en 's nachts veel drijfjachten op bunsings gehouden met honden. Deze honden worden speciaal gehou den voor de jacht op den huneing, welk roof dier in het Frieseh mud wordt genoemd. Een bunsingjager is gewapend met een haak en met een schop, welke dient, om den hond bij het opgraven van het bunsinghol behulpzaam te zijn. In het „Vad." wordt een beschrijving' gege- n van zulk een jacht met een „muddehoun" buneinghond „Hektor hoorde niks, hij draafde op 't ijs voorbij 't hol en weer terug, ten slott^ boven op den dijk in al kleiner kring en op eens halt, op de kruin, waar-ie met alle macht be gon te krabben. Wij er heen. En ja, daar was 'n tweede gat. „Pak ze Hektor!" Ruul! Röut! stoven zand en kluiten. En dan weer dc bek cr*in en weer graven. ,,"k Scil dy 'n handje hclpe." lk zal jc 'n hande helpen. Nu ging 't gauwer met de schop. De hond ■was één en al zenuw, telkens liep z'n kop ge vaar onder dc schop te komen. We legden een met ruigte gevoerde holle bloot. Een nest. Woedend, beet Hektor er in on kort en nijdig sloeg-ie aan. Een tweede komvormige holte werd open gelegd. „Pak ze, Hektor." „Daar is-ie!" zei ik, 'k had één seconde M spitse snoetje gezien, 't geel er van blonk even op in 't maanlicht. Waar zou-ie uitbreken? Misschien aan den onderkant? En ja, !k had goed geraden. Nog maar nauw'lijke stond ik weer op 't ijs, of als de bliksem schoot iets slank-gerekts langs me heen. „Hier-ifi-iel" Maar de hond had 'm ook al bemerkt, klikl klik! gingen de nagels over 't ijs.... Ze leken één golvende lijn, hond en bunsing. Hij baald' 'm in. Daar had-ie 'm. Neen. Snel als 't w©erlicht had de bunsing zich omgeworpen en 6tond nu recht voor den hond, te blazen, te blaffente stinken.... „Toe dan Hektor. Pak 'm!" Met 'n gehuil van woede draaide bruin-oor om den bunsing heen. „Toe dan Hektorl" Toen 'm sprong en 'n schreeuw van pijn. De bunsing hing aan de onderkaak van den hond. „Dat was niks, zei Oege, daar werd-ie des te wilder van." En hij kreeg gelijk. Een diep gegrom bor relde uit Hektór's ©riot, we hoorden 'n ge kraak, zagen hoe hij den bunsing wild heen en weer schudde en.... 't was gebeurd. Hij had 'm den kop vermorzeld, 't Bloed droop Hektor uit den bek en uit den ecnen voorpoot. Stil en languit lag Pretorius op 't ij6. Het donkerbruin van zijn rugr't geel van z'n flanken blonk in de schijning van de maan. Dreigend waren nog z'n korte pelspootjes met de 6oherpe nagel6 uitgestrekt, 't felle oog en de scherpe tanden glommen nog uitdagend in den dood. De muizen, leeuwrikken, kieviten, grutto's, al wat in de groote Krite een toevlucht vond, bad 'n vijand minder, een bloedgierigen. (Buiten verantwoordelijkheid der «edJ Geachte Redactie 1 Mag ik namens het Suppletiefonds „Schoolhulp" der Geref. Schoolvereeniging alhier opname verzoeken voor het vol gende. „Nog houdt het schrikkelijk pleit van dwang en vrijheid aan", aldus zong een maal onze dichter Tollens toen liij een der bekende momenten uit onze vadcrlandsche geschiedenis herdacht. Dit woord is ten volle van toepassing op de in onze kringen zeer bekende "Ver- oeniging „Schoolhulp", het Suppletiefonds uitgaande van de Geref. Schoolvereeniging. Maar, hoor ik u zeggen, hoc is dit moge lijk, waar kortgeleden alom en met dank zegging is herdacht dat na een worstel strijd van tachtig jaren ons christelijk volksdeel recht wordt gedaan, zoo te kla gen? Zeker, is dit volkomen waar, maar dit geldt nog niet voor „Schoolhulp". Wat toch is het geval? Over het boek jaar Mei 1919Mei 1920 moest onze pen ningmeester sluiten met een tekort van on geveer 500.— en verheugden wij ons er in, dat als straks de volkomen gelijkstelling er was ook wij uit de zorgen zouden geraken en onzen arbeid zelfs overbodig worden. Maar daar kwam het besluit van den mi nister van onderwijs, dat de schoolgeldré- geling eerst zal ingaan 1 Januari 1922, een streep door onze rekening halen, en-zullen wij tot dien datum den ongelijken kamp met het openbaar onderwijs moeten voort zetten en de ouders die het schoolgeld niet ten volle kunnen betalen moeten supplee- ren. Waar wij nu jaarlijks ongeveer ƒ1500. suppletie uitkeeren, moeten wij dus vanaf Mei 1920 lot 1 Januari 1922 nog voor ƒ2300 aan schoolgelden bijpassen, waarbij nog komt het tekort over 1919, groot ƒ500. maakt tezamen ƒ2800.— Zeggen wij dan teveel als wij liet woord van Tollens tot het onze maken? Tot opwekking van belangstelling in on zen arbeid houden wij jaarlijks een open bare samenkomst in de Hooigrachtkcrk, die dit jaar door een samenloop van verschil lende omstandigheden niet kon worden ge houden. Daarom besloot onze verceniging, door een aanbod van welwillende zijde ge daan, D. V. den 9e Februari a.s. een samen komst te houden in de Stads-Gelioorzaal waarbij zal optreden den heer J. G. Lam- booij, Theologisch student te s-Graven- hage met het onderwerp: „Nederland het geweld onttogen" (Het Belgisch oor logsfront in woord en beeld). "Vertoond zal worden een schitterendlichtspel van 80 platen welke zullen worden toegelicht door den heer J. v. d. Leeuw van Den Haag die dit op zeer onderhoudende wijze doet. Op meerdere plaatsen waar genoemde heeren optraden hadden zij stampvolle zalen en ging het publiek opgetogen huis waarts. Gegeven Wordt het volgende reperto rium: Inleiding: „Ziet hoedanige stcenen en ge bouwen' (Brussel). „Een kleine kerk in een groote wereldstad". „De bouwvallen en wonderen van Nieuwpoort'.' „Een val lei des doods" (de Yser.) „Een marte laar der bosschen" (Bosch van Houthulst). „Niet één steen op den anderen" (Ypc- ren). „Het doodenveld'op den Kemme- lenberg". De Leeuw van Waterloo. „De sehoone Maasvallei". „Een lustoord en een oord der smarteh" (Dinant.) Besluit: Nederland het geweld ont togen. Bovendien zal de bekende Zangvcreeni- ging L. E. D. A. G. O. H„ directeur de lieer Snel, het onlangs door hun uitgevoerde stuk: „De laatste eer", de bekende geschie denis die zich te Antwerpen heeft afge speeld tijdens de bezetting van die stad uitvoeren; het geheel wordt bogeleid door het strijkorkest van den heer Plu. Ik behoef zeker niet te zeggen dat dit een zeer mooie avond belooft te worden terwijl dc toegangsprijs is f0.60 met inbe grip der Stedelijke belasting. Dit kan zeker geen bezwaar zijn, hoe menigmaal gaan wij naar een of andere uitvoering enkel voor on6 genoegen, hier kunnen wij genieten en de gedachte mee dragen, Schoolhulp tc steunen. Nederland.... het geweld onttogen; kan Schoolhulp dat ook op zich niet toepassen? Ja als gij allen de schouders onder onze zorgen zet mogen wij dit straks zeggen. Maar daartoe moet dan ook de Stads- Gehoorzaal op 9 Februari a.s. zijn uilver- kocht. Namens „Schoolhulp": J. VAN WEEREN, Secretaris. Land- en Tuinbouw. Land- en Tuinbouw-Gngevallenwet. J Dezer dagen is in druk verschenen hetf ontwerp van wet nopens de „verzekering van personen, werkzaam in de landbouw-^ bedrijven legen geldelijke gevolgen van ongevallen, hun in verband met de uitoefen I ning van het bedrijf overkomen." Het ontwerp is echter nog niet definitief) vastgesteld, wijl eerst de Hooge Raad van] Arbeid zijn advies er over nog aan dopF Minister moet uitbrengen. De „Tel." deelt uit het voor-ontwerp eens»E en ander mede. g>$ Het bevat 121' artikelen, waarvan velei|fj vooral die op de uitvoering der wet bo-L trekking hebben, zijn ontleend aan de „OnJ* gevallenwet 1901". Het ontwerp gaat vergezeld van eeni „Korte toelichting" van den Minister vanfee Arbeid. Daarin wordt herinnerd aan do geschiedenis der verschillende ontwerpen rën Land- en Tuinbouw-ongevallenwet, lletcre eerste ontwerp werd in 1905 door Ministenf Kuypor ingediend; dit werd later door Mi-8e nister Vcegens gewijzigd voorgesteld en 3e het ontwerp-Veegens werd vervolgens doorïo diens ambt-opvolger, Minister Talina. na-F genoeg geheel overgenomen. Minister Aalberse heeft echter gemeen rl.-fpn dit ontwerp-Talma te moeten intrekken en te vervangen door een nieuw wetsontwerp.lei Voorts zegt de Minister: rl« „Zijn bezwaar tegen het vroegere ont-L, werp betreft in hoofdzaak de daarin gero-Lj« gelde organisatie der verzekering. Die or ganisatie was in hoofdzaak gelijk aan die^fc der bij de Ongevallenwet 1901 geregelde verzekering; de verzekering zou worden uitgevoerd door de Rijksverzekeringsbank met gelegenheid voor den werkgever om het risico van de verzekering zijner arbei-]K ders hetzij zelf te dragen, hetzij over te dragen aan eene bijzondere verzekeringsin- i stelling. jfr Sinds de laatste 10 jaren zijn echter ver- 1 schillende organisaties van landbouwers tot stand gekomen, welke de ongevallen- verzekering der land- en tuinbouwarbeiders ter hand hebben genomen en welke vrij- willig aan de arbeiders, in dienst der bij die organisaties aangesloten werkgevers, in geval van bedrijfsongeval geldelijke uit- ov keeringen verleenen, welke in aard en om- vang overeenkomen met die, waarop de Ongevallenwet 1901 den door een bedrijfs- L, 1 getroffen arbeiders aanspraak Van de zijde dier organisaties i6 de wensch naar vorengebracht, dat de ko mende wettelijke regeling haar in de gele genheid zal stellen, haar bedrijf te blijven uitoefenen. Ondergeteokende meent aan dien wensch te moeten voldoen. Da bedoel de organisaties, waarvan De Centrale Landbouw-nOnderlinge, de Tuinbouw-On- derlinge, de Roomsch-Katholieke Boeren bond de meest belangrijke zijn, hebben het bewijs geleverd, met. ernst te streven naar, eene zoo goed mogelijke vervulling van de vrijwillig op zich genomen taak, zoodat er in beginsel geen bezwaar behoeft te wor den gezien om aan dergelijke organisaties bij de uitvoering der wettelijke verzekering aandeel te geven. Met het oog op de belangen der verzo- kerdo arbeiders is echter het geven van al geheel e bewegingsvrijheid aan die organi saties niet wel mogelijk. Daarom heeft de minister gezocht naar een regeling, waarbij eenerzijds de goed ingerichte onderlinge organisaties kunnen blijven voortwerken, doch anderzijds die organisaties worden onderworpen aan verschillende regelen, welke alle bcoogen den betrokken arbeider den noodigen waarborg te geven, dat hij 't hem toekomende inderdaad zal ontvangen. In hoofdtrekken geschetst, komt do voor gedragen regeling op het volgende neer. De arbeider in een landbouwbedrijf is van rechtswege verzekerd bij de Rijksverzeke ringsbank. De werkgever is echter bevoegd toe te treden tot eene door de Koningin er kende Bedrijfsvereeniging. In dat geval draagt deze bedrijfsvereeniging het risico der verzekering van de arbeiders van dien werkgever. De bedrijfsvereeniging is ge houden om aan de bij haar verzekerde ar beiders bij ongeval ten minste dezelfde schadeloosstelling te verleenen, als do Rijksverzekeringsbank volgens de wet aan de bij haar verzekerden verplioht is, te ver leenen. Tot zekerheid voor de naleving ha- rer verplichtingen stort -de Bedrijfsvereeni ging in handen van het bankbestuur een algemeen pand. Van deze verpliohting zal echter goheel of gedeeltelijk vrijstelling kunnen worden gegeven indien in de statu ten der Bedrijfsvereeniging wordt bepaald, dat de leden der vereeniging hoofdelijk voor de schulden der vereeniging aanspra kelijk zijn. Bij elke toekenning van eene blijvende rente stort de bedrijfsvereeniging voorts in handen van het bankbestuur do contante waarde dier rente als pand. Van do beslissingen der Bedrijfsvereeni ging nopens het recht op schadeloosstelling kunnen de betrokken verzekerden in beroep komen bij de Raden van Beroep, en den Centralen Raad van Beroep. Eene commis sie van toezicht, waarin naast werkgevers ook arbeiders zitting zullen hebben, oefent verder het noodige toezicht uit op de uit voering der verzekering door de Bedrijfs- vereeni gingen. De bij een Bedrijfsvereeniging aangeslo ten werkgever staat buiten de verhouding met de Rijksverzekeringsbank. Hij zal ech ter aangifte moeten doen van zijn bedrijf en van eventuoele staking daarvan, opdat zal kunnen worden uitgemaakt, of de aan ge ver werkelijk een verzekeringsplichtig be drijf uitoefent of heeft gestaakt. Mede zal deze werkgever ook aan de bonk aangifte moeten doen van de in zijne onderneming plaats gevonden hebbende bedrijfsongeval len. Deze aangifte is uiterlijk noodig voor de controle op de Bedrijfsvereenigingen. Overigens i6 zooveel mogelijk het stelsel der Ongevallenwet 1901 gevolgd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1921 | | pagina 6