tweede Blad.
[Misdag 14 December 1920
yj GEMEENTERAAD LEIDEN.
él» Begtootiag.
et J A1 g. beschouwingen.
(Vervolg.)
?aije heer v. d. Pot, weth., brengt dank aan
heer Sanders voor do moeite die hij zich
w ft getroost. Hij 6preekt echter zijn vorwonde-
uit over de wijze waarop de heer Sanders ia
reden. Spr. heeft hom tooh, toen lxij in par-
er gesprek deze dingen behandelde, aangobo-
'st^deze cijfers in de Commissie, met den Di
to behandelen, zoodat oen vruchtbare be
ng kon volgen. Inplaats daarvan is do lieer
echter begonnen met do cijfers hier te
;en, zoodat spr. niet op alle finosses kan in-
de eerste plaats de kwestie van den kost-
De hoer Sanders heeft vergelijkingen ge
pit. Do kardinale fout van zijn redovoering is
dat geen rekening is gehouden met het
[dat de eene fabriek onder geheel andere om-
Highedcn werkt dan de andere. Een groot ver-
j b.v. is of men als grossier optreedt of zelf
den kleinhandel verkoopt. Do kostprijs kan
|j Ihooger ^ijn, terwijl toch de winst niet lager
paarmoe moet hier rekening worden gehouden.
groot verschil is ook of men veel kleine of
ji grooto klanten heeft. Wij hebben hier ook
Isiors, maar leveren in hoofdzaak in het klein,
tegenstelling met b.v. Haarlem, die aan het
3w. Electr. bedrijf in N.-H. milioenen K.W. le
ft. Nadeelig is ook dat Leiden voel klanten op
«ten afstand heeft, waardoor de kostprijs ver-
Jgd wordt. Een bodrijf dat bijna uitsluitend in
kleine kom levert, zal goedkooper werken.
volgt na niet dat do buitengemeenten
ons nadeelig zouden zijn. Wij verdienen
behalve natuurlijk in 1919, toon geen
it werd gemaakt. Spr. meent te mogen zeg-
dat het resultaat van de lichtfabrieken dit
vrij gunstig zal zijn.
'il men een goede vergelijking maken, dan
r,)et men vergelijken de in de fabriek geprodu-»
rtorde hoovoelkeid electriciteit. Daaromtrent zijn,
I ar spr.moent,v r ij betrouwbare vergolijkingen.ge-
takt door de Vereen, van Directeuren van licht-
irioken.
Hieruit blijkt, dat Leiden oen zeer goed figuur
j hkt.
Wat betreft de vaste kosten zijn alleen
ger Rotterdam, Haarlem en Eindhoven. Al de
centrales ^ijn ongunstiger.
Voor de veranderlijke kosten neemt Lei-
een nog dunstigor plaats in. Alleen Haarlem
Amsterdam zijn lagor.
Over den kostprijs van het gas, bestaat niet
dergelijke grafiek. Leiden zou daarop een
inder gunstig figuur maken, wat een gevolg is
n liet feit dat wo hier ©pn zeer oude fabriek
ixbexx die duur produceert. Maar juist daarom
Ju maatregelen genomen om de fabriok to mo-
Irniseoron, waardoor veel bezuinigd kan worden.
Nu do ambtenaren. De heer Sanders heeft ge-
Éen op de verhoudingen in 1911 en -1919.
lier zijn versohillendo factoren, waarmedo ge-
ieud moet worden. Om te beginnen worden nu
schillcndo personen, die vroeger onder de ar-
1 iders voorkwamen, nu tot de ambtenaren ge-
;end. Dan was er vroegor meer los personeel,
rder moet gerekend worden met het personeel
de buitengemeenten. Daaruit blijkt dat een
rgelijking met de productie hier niet opgaat,
en moet rekenen met do meerdere aansluitingen,
fo het eigenlijke work goven. Do afname per
neluiting is door verschillende omstandigheden
ihteruit gegaan.
Dan kan er nog een andere factor zijnde
ne fabrikant zal de bijproducten aan grossiers
Teren, oen andere zal trachten ze rechtstreeks
leveren, om op die manier meer winst te ma
maar met het gevolg dat meer porsoneel
iodig is. Dit laatste is hier het geval. Verder
van beteekenis de aandacht die aan «de maga-
jnvoorraden wordt geschonken.
Meer ambtenaren opzichzelf wijzen dus nog niet
3p een minder economisch beheer,
i: Bij het maken van oen vergelijking mot vroe
gere jaren, moot ook rekening worden gehouden
,,iet de meerdere overuren, die toen gemaakt wer-
len.
Do uniforme salarisregoling werkt er ook niet
00 mee om do productie por ambtenaar te ver-
(oogen.
Een vergelijking met andero gemeenten is zeer
feoilijk, omdat het eene bodrijf op een geheel
aidcro wijze werkt dan het ander. Als men b.v.
»en groot afnemer heeft als te Haarlem, dan geeft
lit een groote tijdsbesparing.
Er is één vergelijking mogelijk, die eenig licht
n.l. het aantal Motors dat per dag en per
wordt opgenomen. Uit de cijfers, die spr. hier
omtrent voorleest, blijkt dat Loiden een zeer goed
figuur maakt. En van klachten dat dezo menschen
ardor werken dan anderen, heeft spr. niet ge
looid.
De heer Dubbeldeman: Er wordt wel
[eklaagd.
Stemmen: O, nu komen zo!
Wat de heer Sanders met geheime reserves bc-
loelt is spr. niet duidelijk. Er zijn geen geheime
leeerves. Hier wordt niets geheim gehouden. Ook
le opmerkingen omtrent nieuwbouw zijn spr. niet
bidelijk.
Spr. uit zijn verwondering over do bijval die
le heer de la Rie aan dezo redeneering schouk,
tonder dat hij een. poging hfceft ge-
an zich op de hoogte te stollen.
Cr is een vergadering gehouden waar do heer de
a Rie, naar hij verklaarde, niet wijzer is gewor-
len. Dat kan spr. echtor niet helpen. Hijzelf is
«•wol degelijk wijzer geworden en hij laakt het
n den heer de la Rie dat hij hierop niet in te-»
roggekomen.
Van een bezuinigingecommissio -door den heer
Sytsma voorgestaan, verwacht spr. niots. Iets an
ders zou njn, oen specialen ambtenaar aan to
Biellon als b.v. in Amsterdam. Als men het. ge-
tuk mocht hobben op een tactvol en krachtig
man de hand te leggen, dan zou zulk een ambte
naar naar spr. meent, meer dan zijn salaris
waard zijn, althans bij sommige diensten.
Spr. komt nu aan de rodevoeringen van de
Soc.-Dem. Hij zal daarop ingaan, alleen voorzno-
.ver hierin fiel beleid van B. en W. wordt ge
raakt.
De heer v. Eek heeft gezegd dat oen Soc.-Dom.
wethouder al spoedig door zijne colloga's wegge
werkt zou worden. Spr. begrijpt dat niet. Men
vergeet dat de weth. alleen bevoegdheid hebban
als college. Een weth. heeft natuurlijk voor zijn
afd. wel bijzondere verantwoordelijkheid, maar
belangrijke beslissingen worden alleen door hot
college opgenomen.
Do heer v. Eek hoeft hier verklaard, dat het
dool van burgerlijke gemeentepolitiek is, handha
ving van het kapitalisme. Wat verstaat hij daar-»
onder? De kapitalistische productiewijze? Een be-
elisto verklaring is zeer gewenscht. De gomeento
heeft immers met de wijze van productie niets te
maken.
Men kan onder kapitalisme ook zekere begelei
dende verschijnselen verstaan, b.v. de maatschap-
pelijko ongelijkheid. Is dat het goval, waaruit
blijkt dan, dat wij zulk een politiek voeren. Bij
het belastingstelsel b.v. wordt de ongolijkhoid te
gengegaan.
Ovorblijft dan nog wat men verstaat onder
dandhaving van het kapitalisme: handhaving van
de rechtsorde, die met hot kapitalisme gepaard
gaat. Maar dan wijst spr. er op, dat we hier met
privaatrecht niet te maken hebben, on dat, wat
het publiekrecht betreft, de Raad gocn invloed
in den aangegeven ziri hoeft uitgeoefend.
Men bedoelt waarschijnlijk dat men uitgaat
van do bestaande rechtsorde, dat wij voor "do
bestaande wetten buigen.
Is dat het geval, dan is er in den raad een
brcede klove, en dan heeft den heer v Eek volko
men gelijk als hij zegt dat hij in ons college
n i e t op zijn plaats zou zijn.
Spr. betoogt vorder nog, dat wat den H. O.
treft, de Raad inzake do progressie zoover is ge
gaan als de wet toeliet.
Op de progressiovo tarieven, hier reeds zoo
vaak besproken, meent 6pr. niet verder te moeten
ingaan.
Wat betroft de annexatie van Oegstgeest enz.
verwijst spr. naar een uitspraak van Gambet-ta
over den Elzas, dat men er nooit over moet spre
ken, maar er altijd over moet denken.
Dan de voorstellen van den heer v. Stralen
die hier beschikt over honderd-duizenden terwijl
Txij weet dat de gemeente ze niet heeft. Hij be
roept zich op de Staatscommissie die rekening
hield met een nog jaren stijgende conjunctuur.
Maar nu keert de conjunctuur.
De heer v. Stralen heeft gezegd dat Leiden in
vorband met andere gemeenten oen mander good
figuur maakt. Hij vergeet echtor dat gerekend
is met den toostand op 1 Jan. 1919, waarbij na
tuurlijk niet zijn verwerkt, de zeer belangrijke
loonsverhoogingen in 1920.
Wat nu de voorstellen zelf betroft. Spr. heeft
in Sopt. gezegd, dat B. en W. daarin niet mee
kunnen gaan.-
De indexcijfers dalen zeer stork. Wij gaan,
zooals he heer Knuttel betoogde, een crisistijd
tegemoet, waarin de personen met va6t salaris
in oen voordeelige positie verkeeren. Deze con
junctuur achten B. en W. zeer ongeschikt, om
nu de loonen te verhoogen. Het zou een onver-
antwoordolijke politiek zijn.
De toestand voor do arbeiders moge slechter
.worden, do toostand van de gemeentearbeiders
zal niet slechter worden.
Do heer v. Stralen heeft gewezen op andere
gemeenten dio pogingen doen de lasten op het
Rijk af te werpen. Als de vooroitstrovendhoid be
staat in het onderteekenen van adrossen, dan kan
de hoer v. Stralen gerust zijn, daar het ook door
Leiden is ondortookend.
Wat betreft hot voorstel-Wilmer, dit zal voor
hel vasté personool een uitgaaf moebrengen van
f 13.500. Hot voorstel zal echtor moeten aange
vuld worden. Er is geen sprake van losso of
vjste arbeiders"een bepaalde beslissendo datum
is niet aangegeven en ook is geen rekening ge
houden met grensgevallen.
In verband mot het feit dat thans geen salaris-
regeling aan de orde is, terwijl nog zoo kort ge
leden de salarissen werden verhoogd, meenen B.
en W. thans do aanneming van hot voorstel te
moeten ontraden. Bij een eventucele volgende her
ziening zullen zij mot dit voorstel zeer ernstig re
kening houden.
Do heer v. d. Lip, weth., zegt dat bij de al-
gemeene beschouwingen ook nog een enkole maal
over de gem. bcgrooting is gesproken. In de groo
to borden soep waren ook nog enkele balletjes.
Spr. wil er oen paar van oppikken.
De heer Dubbeldeman heeft gesproken over den
stadsgeneesheer. Waar echter geen feiten werden
genoemd kan 6pr. er niet verdor op ingaan.
De opmerkingen over de schoolgelden bij het
M.O. hebben spr. vorbaasd, daar do Soc.-Dem.
stoeds het pleit voeren voor kosteloos on-
dorwijs. Wo moeten hierbij e°hter rekenen met
wettelijke bepalingen en waar die er nu ziju,
zullen den Raad spoodig voorstellen bereiken.
Mevr. Dubbeldeman heeft, als spr. het goed be
grepen heeft, voorstellen toegezegd. Dm de de
batten niet te rekken, wil spr. dio voorstellen
afwachten.
Do heer v. Eek heeft er zijn spijt over betuigd,
dat B. en W. niet moor, ook ais dat niet noodig
is, advies van den Raad vragen. Bij de door hom
gogeven voorbeelden, zou dit echter neergekomen
zijn op een voorschrift van den Raad. Dit
acht spr. niet juist gezien.
Als wet- of verordening aan B. en W. een be
paalde opdracht geven, moeten zij ook zelf de ver
antwoording dragen. Werd aan den Raad ad
vies gevraagd en het werd niet opgevolgd, dan
had men de odolachtbaro poppen weer aan het
dansen.
Het oenige onderwerp waarbij een advies moge
lijk was, betreft hot tapverbod. Herhaaldelijk is
hier echter al betoogd, dat de Raad deze zaak
aan zich kan trekken. Waarom dient men geen
voorstel in dien geest in? Dan heeft de Raad
het zelf in handen.
't Best lijkt spr. dat ieder zijn eigen taak zelf
vervult. B. en W. willen gaarne een goede ver
standhouding met den Raad, wat hot best be
reikt wordt, als ioder op zijn oigen terrein blijft.
De heer Groonoveld heeft geklaagd dat do
Zondagswet hier toegepast word.
De heer Groeneveld: Neen, dat die wet
niet wordt toegepast.
De heer v. d. Lip begrijpt hem dan niet. Wat
optochten betreft, wijst spr. er op dat deze zaak
bij verordening is geregeld. Spr. komt er tegen
op, dat hier de vorostelling wordt gewekt als zou
de burgemeester partijdig optreden. De burgemees
ter kan zich hier thans niet verdedigen, maar oen
van zijn schooDSte eigenschappen is, dat hij 6trikt
onpartijdig is. De gemaakte opmerkingen acht
spr. volkomen ongegrond.
De heer Bots, weth., wensoht een opmerking
te maken over waf ten opzichte van den gem.
woningbouw verzuimd werd en wijst er op dat
voor den oorlog allerlei plannen bestonden om de
krotten op te ruimen. De oorlog heeft dit echter
onmogelijk gemaakt. Wat betreft de woniugnood,
dit is een zaak, die alleen landelijk afdoende kan
worden geregeld.
De hoor P 0 r a, woth., merkt op dat hier door
den heer v. Stralen telkens weer'is gezegd dat
hot minimumloon hier f 27 bedraagt. Dat is geen
juiste voorstelling, daar het loon bier voor de
oerste groep loopt tot f30.60. De gegeven voor
stelling is dus niet juist.
Wat de politie betreft, die is voor oen zeer
groot deel, ten gunste en ten voordeele van de
arbeidersklasse.
Het gem. levensmiddelenbedrijf kunnen B. en
W, niet aanbevelen en spr. zou niet weten op
welke gronden het zou moeten worden verdedigd.
Men wijst hier telkens op Amsterdam. B. en W.
hebben daar een- onderzoek ingesteld en daarbij
is meermalen opgemerkt, dat de zaken hier in
Leiden veel meer doeltreffendheid zijn goregeld.
In Amsterdam hoort men niet anders dan
klachten. Men loze slechts de verslagen van de
laatsto Raadsvergaderingen, waarbij bleek, dat
particuliere winkels vaak nog goedkooper lover
den. E11 is er dan voor one reden om dien weg
in te gaan? Als het te doen is, om geld te grab
bel te gooien en gold uit te geven waar niemand
van profiteert," dat moet men gemeentewinkelfl
openen.
Spr. wijst nog op de ervaringen hier met d?n
gom. groentenwinkel opgedaan. Er was eeret nog
al belangstelling. Daarna gingen particulieren la
ger verkoopen en liet men de gemeentelijke groen
ten eenvoudig verrotten.
De heer Dubbeldeman: daarin hadden zo
gelijk.
Men wijst op den gem. visohwinkel,maar hierbij
moet mèn niet vergeten, dat de particuliere visch-
handel hier zeer weinig beteekende.
Overigens is de meeste voorzichtigheid ge
wenscht.
Bij het aanhooren van de verschillendo rede
voeringen heeft spr. gevraagd, of het wel ver
standig was, de beschouwingen zoo V laten gaan.
Toen hij het verslag in „Het Volk" onder de
oogen kreeg, was hij blij, het zoo gedaan te heb
ben. Aan het slot van dat verslag, waarin de
andere sprekers doodgezwegen werden, (groot ru
moer bij de Soc.-Dem.), staat dat de Soc. er voor
gezorgd hebben dat de bogrooting niet in het
middelpunt stond, maar het Socialisme on do Soc.-
Dem.-gemeentepolitiok.
Do heer Knuttel: dat ?ijo er twee.
Spr. is voor die reclame niot bang. Wat zij als
reclame beschouwen, zullen de kiezers als een
waarschuwing zien. Bij eenig redelijk den
ken zullen de arbeiders begrijpen, dat -de Soc.-
Dem. hen van de eene ellende naar de andere
voeren.
Om de verschillende sprekers te beantwoorden
zou spr. kunnen verwijzen naar een rode Yan don
heer de Miranda, Soc.-Dem. wethouder te Amster
dam, die rechtstreeks ingaat tegen wat de hoeren
hier hebben verdodigd.
Nu men zij hart zoo hcelemaal heeft kunnen
uitstorten, verzoekt spr. dat men zich zooveel
mogelijk zal beperken on zich houden aan do bo
grooting.
Do replieken.
Do hoor de'Lango zal kort zijn, maar acht
zich, na de gehouden redevoeringen, verplicht met
een enkel woord buiten de begrooting to gaan.
Hij wil beginnen met den heer Sytsma, dio be
toogde dat de antirevolutionairen zich to buiten
hadden gegaan met hun „Oanje boven". Spr.
is geen voorstander van die plakkerij.
De hoer Sytsma: schei er dan mee uit!
De V 0 o.r z: al6 u nu uw mond een6 hiold.
De heer de Lange zegt dat nu de strijd gaat
tu6schen de partijen die zich houden aan Gods
Woord en hen die alles omver wenschen te wor
pen, het ons recht was en onze plicht het sym
bool der vrijheid omhoog te hoffen.
Spr. keert zich dat togen den heer v. Eek, tegen
do de Soc.-Dem. die het gomeentegeld vormorsen
en dc ambtenaren hier vastgehouden alleen om
maar propaganda te kunnen maken. Alleen ceu
redovoering als van den heer v. Eek kost de ge
meente een f 500.
De tyrannio van de rooden begint al als ze
maar een voet tusschcn de deur hebben. En zij
beheerschen tot op zekere hoogte de zaak, omdat
wij hier minder brutaal zijn. (Rumoer).
Do heer v. Eek hoeft gesproken over arbeiders-
invloed, maar stolde uitdrukkelijk op den voor
grond dat het revolutionair bedoeld waa. Toon
hij sprak van de politie, heeft hij gewezen op zijn
jpractijk als burgemeester; maar is nu een ver
gelijking met een plattelandsgemeente met een
of twee veldwachters hier op zijn plaats?
Spr. wenscht zijn instemming te betuigen met
het sympathnieke woord van den heer Meynen.
Met hora 6tellen wij tegen de revolutie het
Evangelie. Met hem kennen wij geen arboiders-
afgevaardigden, maar willen wij de belangen van
do geheele gomeente bevorderen.
De voorstellen inzake do pensioenpremie juicht
spr. toe, maar niot omdat het zoo democratisch is
Dit ,4s oen woord waarvan op treurigo wijzo mis
bruik wordt gemaakt. Als hij er voor ia, dan is
dat omdat het zoo weinig ko6t.
Wat do kindertoeslag betreft, sluit spr. zich
aan bij den heer v. d. Pot, die verklaarde dat
B. en W. togen de kosten geen bezwaar hadden,
maar dat zij deze zaak thans niet wenschen te
behandelen. Bij eventuoele voorstellen zal spr.
gaarne moehelpen plooien glad te strijken.
Met belangstelling heeft 6pr. het antwoord van
den heer weth. aan den heer Sanders gehoord.
Nog een enkel woord tot den heer Dubbeldeman
die enkole verwijten tot 6pr. richtte, die or geheel
naast zijn. Spr. wil hem gelegenhoid
geven die te herroe-pen; wil hij dat niet
doen, dat moet spr. aannemen dat hij opzoltelijk
oen verkeerde voorstelling geeft. (De hoer Dub-
beldeman: Ik zal het nazien). Spr. hoeft niets
anders gedaan, dan op limiteering van do wo-
ningbijdragen aangedrongen.
Do uitspraak dat Leiden ten opzichte van de
woningbouw zoo achterlijk is, zag spr. gaarne
bewezen. Hij durft beweren dat Leiden in de
voorziening in do bolioefte aan arbeiderswoningen
aan de spits staat, wat mot cijfers wordt aan
getoond.
Om zijn houding inzake den woningbouw te
rechtvaardigen richtte de heer Dubbeldeman zich
tegen hot onderwijs en de politie.
Met instemming heeft spr. gehoord dat nu ook
aan die zijde gezegd wordt, dat het onderwijs
hier te duur is.
De heer Dubbeldeman: dat heb ik niet
gezegd.
Spr. wijst or verder op dat deze philippica, nief
past in de mond van een Soc.-Dem., die kosteloos
onderwijs in hun program schrijven.
Wat de politie betroft, spr. wil or alleen dit
van zeggenstem er tegen. Dat de politio
verkeerd zou optreden ontkent spr. Wij zijn hier
bet meest vrijheidslievende volk en het is daarom
dat wij zoo gruwen van de Soc.-Dem. tyrannie.
Met de Soc.-Dem. plannen inzake de woning
bouw gaat spr. niot moe.
De heer Dubbeldeman: zegt dat nu eens
legen Heykoop.
Do heer Knuttel: die geeft rapporten.
Voor een bezuinigingscomm. gevoelt spr. niets.
Hij verwacht er niets goeds Yan. We hebben hier,
het onderwijs uitgezonderd, 5 directeuren, voor
ruim 900 menschen. Als daar nu nog oen beznini-
gingsinspecteur aan te pas moet komen, dan
wordt het spr. toch te machtig. Hij meent te
mogen verwachten dat B. en W. wel zooveel in
vloed hebben dat zulk een inspecteur onnoodig is.
Met voldoening vernam spr. dat B. en W. nipt
de minste hist hebben hier levensmiddelen te ver
koopen.
Tenslotte bevoelt spr. B. on W. aan de oplos
sing van het woningvraagstuk ook te zoeken bij
de particulieren.
De vergadering wordt nu verdaagd tot 's avonds
kwart over acht.
Avond vergadering.
De heer S ij t s m a betoogt dat hij met zijne
beschouwingen niet buiten de orde is geweest,
herhaalt wat hij omtrent de verkiezingsleuzen
heeft gezegd en blijft hel gebruik van het
„Oranje Boven" afkeuren. De heeT De Lange
kan weten dal de liberalen steeds voor de
vrijheid zijn geweest. Den heer Meijnen merkt
spr. op, dat zij die bij de Chr. Hist, heil zoeken,
conservatieve elementen zijn. Verder wil hij
hem opmerken dat Groon van Prlnsterer ook
huldigde de leuze: in ons isolement ligt onze
kracht. Als spr. verder allerlei opmerkingen
maakt over de rede van den heer v. Eek, roept
de Voorzitter hem tot.de begrooting te
rug. De heer S ij t s m a betoogt dat de heer
v. Eek ten onrechte spreekt van wij soc.-dem.,
terwijl hij alleen spreekt namens die paar
partijgenooten naast hem. Verder tracht hij
aan to toonen. dat hy steods een vooruitstre
vende politiek heeft gevoerd, waaraan hij ech
ter toevoegt dat hij geen hervormingen >01 die
niet beslist noodig zijn. Het denkbeeld om een
bezuinigingscommissie in te voeren, wil hij,
na wat daaromtrent is gezegd, niet in een
voorstel omzetten. Wel echter dient hij een
motie in, waarin de Raad de wenschelijkheid
uitspreekt dat een bezuinigings-inspecteur
wordt aangesteld.
De Voorzitter wil deze motie in ban
den stellen van B. en W. om praeadvies.
Aldus besloten.
De heer Van Eek begint met er op te
wijzen dat „Het Volk" de regel volgt dat we
gens plaatsgebrek in Raadsverslagen alleen de
raeening van partijgenooten wordt weergege
ven. (Algemeen gelach. Stemmen: alzijdige
voorlichting.)
De heer De Lange heeft gesproken van on
beschaamd optreden. Daarvan neemt spr. nota.
De soc.-dem. zullen hier optreden, zooals zij
dat gewenscht achten. Het verheugt spr. dat
Mer gelegenheid was groote lijnen te trekken.
Als de algemeene beschouwingen achter den
rug zijn, zal épr. weer de noodige kortheid
betrachten.
Spr. komt dan weer tot de wethouderebenoe
mingen. Zijn bedoeling is geweest te zeggen,
dat vruchtbare samenwerking zou zyn uitge
sloten en dat het zoo vanzelf tot een breuk
zou komen.
Wat spr. bedoelde tóen hij zeido dat de
burgerlijke gemeente-politiek ten doel heeft de
instandhouding vim het kapitalisme? De grond
slag van het kapitalisme is, dat de grond en
productiemiddelen privaat bezit zijn. Het doel
van den Ned. Staat is dit privaat bezit in
stand te houden en dit js nu ook het uitgangs
punt van een onderdeel van den Staat: do
Gem eerste.
Spr. ontkent dat dc gomeente onschuldig
zou zijn aan de gebreken van het belasting
stelsel en voorspelt dat de sterke depressie in
inkomens tot groote moeilijkheden zal leiden.
De gemeente had méér kunnen doen, had al
thans een poging bij de Regeering en Ged.
Staten kunnen doen, om de kleine inkomens te
ontlasten.
Inzake de verantwoordelijkheid van B. en
W. tegenover den Raad, erkent spr. tegenover
den heer v. d. Lip, dat de door hem genoemde
voorbeelden niet allen juist waren. Toch me^-mt
hij dat het gewenscht is, dat B. en- W. zooveel
mogelijk rekening houden met de wenschen
van den Raad. Dit is vooral gewenscht in tij
den van onrust en woelingen.
Spr. komt dan weer tot do verkiezingen en
de achteruitgang van het aantal leden der S.
D. A. P. Er zijn leden die mismoedig worden.
De heer De Lange: Daar is réden voor.
De heer. Van Eek: Voor het geroep om
zuinigheid gevoelt ik niets.
De heer Oost dam: Jullie stemt voor een
bezuinigings-inspecteur.
Do heer v. Eek: Neen, voor een advies.
Daaruit volgt nog niet, dal we er voor stem
men. We moeten eerst (dc heer Oost.dam:
We moeten het eerst vragen) daar over spre
ken.
Het eenigo voordeel van bezuiniging is: la
gor belasting. Maar dan zyn er geen gelden
voor sociale maatregelen.
Van de samenwerking, door den heer Sijts-
ma bepleit, verwacht spr. niets. Trouwens
eenige kracht gaat er hier van de vrijz.-dem.
niet uit.
Tot de Katholieken zegt 6pr. dat hun partij
bijzonder vruchtbaar is ia het produceeren
van uitschot Zij vormen ongeveer het vierde
deel van de bevolking en moesten hier dus 8
zetels hebben, terwijl zij or slechts 7 hebben.
De heer v. Stralen (soc.-dem.): Dat komt
van hetgroot aantal kinderen.
De h-ecr Heemskerk: Volkomen juist.
De heer v. E c k: gaat dan naar België en
Italië.
De heer Oost dam: Praat u nog wat over
Leiden, 't Begon juist zoo mooi te worden.
De heer v. E c k noemt het een buitenkansje
dat men partijgenooten-wclhouders tegen hem
kan uitspelen. Maar 't is toch bekend dat er
twee stroomingen zijn.
Dc heer Knuttel: Och kom.
De heer v. Eek: Ieder weet dat het.... (de
heer Sijtsma: tot een scheuring moet ko
men, gelach) steeds duidelijker wordt, dat men
geen verantwoordelijke posten moet aanvaar
den.
Spr. erkent dat de belastingen niet tot het
oneindige kunnrra word«?n opgevoerd. P.-n li -r
Mulder geeft hij toe dat het proletariaat m t
legen het kapitaal is, maar dat men bet «iet
in handen van enkelen wil.
Wat de toekomt vau spr.'3 party betreft?
hij geeft toe dat zij bij samenwerking met d«
burgerlijke partijen met hen nnar den kelder
zouden gaan.
De heer Eikerbout: En zonder hen ookt
De heer v. Eek: De verantwoordelijkheid
voor alles wat de partij doet wil spr. niot dra
gen. Inzake de arbeidscommissies betoogt spr.;
dut nu wel vaststaat, dat, als de arbeiders
rechten krijgen, zij daarvan in hun belang ge
bruik zuilen maken. Het doel is de arbeiders
op te voeden voor het mede-beheer. Hij tracht
dan den heer Knuttel in tegenspraak te bren
gen met het program van diens pailij.
Spr. komt dau tol den heer Meijnen. die hij
den meest principeelen tegenstander acht. Deze
heeft gesproken over de verantwoordelijkheid.
Hy erkent dat de weg van de S. D. A. P. een
weg is vol moeilijkheden, maar toch willen zij
de verantwoordelijkheid, dragen. Do heer Meij
nen beriep zich op Gods Woord, maar vraagt
spr., als wij opkomen voor het recht der klei
nen is dit dan in strijd met de moreele gebo
den van Gods Woord? En wat doen dan toch
de Chr. partijen? Hij 'heeft zich verder up
Groen's leuze beroepen. Maar zijn geestver
wanten hebben zich toch niet altijd van revo
luties afkeerig betoond. Spr. geeft dan een
omschrijving van het begrip revolutie, /.QoaJs
die het vorig jaar door den heer Knuttel is ge
geven, waaruit blijkt dat omtrent de vorm van
de revolutie niets te zeggen valt.
Spr. heeft in eersten termij vrij scherp de
Chr. arbeiders-afgevaardigden aange-vallen eu
hij is overtuigd dat dit bij de volgende verkie
zingen zal worden gevoeld. De Chr. arbeiders
zijn niet zóó dom.
De heer W i 1 br in k: Dat hebben we wel
eens anders gehoord.
Van den lieer Eerdmans zegt de heer Van
Eek, dat bij geen eigen geluid heeft laten
hooren. Zelfstandige denkbeelden worden door
de liberalen niet meer verkondigd.
De heer Eerdmans: Zegt u ons eens wat
een kapüalisl is. Dat heb ik nog niet geboord.
De heer v. Eek: Dan moet u maar eenn
op een cursusvergadering van ons komen.
(Gelach en geroep: Dat is een uilvluchL)
De heer Sanders constateert dat de wet
houder zyn cijfers niet gewraakt heeft. Hij
heeft alleen getracht ze te motiveeren. Dat spr.
de cijfers hier bracht, komt omdat hij geen
antwoord kreeg. Bovendien achtte hij de zaak
van genoeg belang om- ze hier in 't openbaar
te behandelen. De wethouder heeft gezegd dat
een vergelijking niet opging. Ton opzichte van
Haarlem kan dit juist zyn, maar dit geldt toch
niet van allo andere fabrieken. Spr. heeft voor
Eindhoven berekend de prijzen in den gas
houder en dan kreeg hij 'n vorhouding van
12.10 tot 7.10. Wat 't uitgebreide personeel be
treft, is gewezen op in eigen verkoop nemen
van de bijproducten. Hierop antwoordt spr.
dat de zwavelzure ainoniak-fabrieken met ver
lies werken, in tegenstelling met andero plaat
sen waar winst gemaakt wordt. Is, zoo vraagt
6pr., dat grootere personeel dan wel noodig?
Het groote personeel heette mede noodig
voor de controle. Maar is 't dan in andere fa
brieken zoo slecht. En als het resultaat dan
is dat de gasprijzen daardoor verhoogd wor
den, is het dan niet beter dio controle niet
zo© streng door te voeren?
De wethouder heeft de door hem gewraakte
reserves ontkend. Dit bevreemdt spr., daar hij
zich hierbij toch kan beroepen op het verslag
van den accountant over 1919, die zo uitdruk
kelijk noemt.
Hij kan zich dus met de meoning van den
wethouder niet vereenïgen en is dan ook niet
van plan zijn studie in dezen le staken. De
heer v. d. Pot hoeft trouwens in 1917 gespro
ken van een gebrek aan openhartigheid van de
directie tegenover den Raad.
Do heer Wilmer verdedigt nader zijn
voorstel tot het invoeren van een kindertoeslag.
Enkele aangevoerde bezwaren zijn juist. Spr.
is niet ten volle consequent geweest, maar bij
heeft om bijkomstige omstandigheden een
grens gesteld, om daardoor zijn voorstel meer
aannemelijk Jo maken. Met den heer v. Stra
len is hij het eens, dat er kans is dat deze
cersto 6tap door meerderen zal worden ge
volgd.
Tegenover de opmerking dat de massa er
niet van wil weten, wijst spr. er op dat bij het
rijkspersoneel van eenige actie in dezen niets
is vernomen. Dat bij invoering van deu kin
dertoeslag arbeiders aan een of ander bedrijf
zouden worden geweerd, acht spr. niet denk
baar. Vercfer wijst 6pr. er op dat er bij zijn
vorig voorstel in April wel meer dan 7 voor
standers waren, maar dat het voorstel niet
meer dan 7 stemmen kreeg, omdat de heer v.
d. Pot dreigde bij aanneming, om financieele
bezwaren, de geheele verhoogde sa.arisregeling
terug te zullen nemen. Aan fornuele bezwa-
r enwil spr. gaarne tegemoet komen, door ziju
voorstel in dezen gee^t te wijzigen, dat de kin
dertoeslag wordt berekend naar het aantal
kinderen onder de 16 jaar op 1 Jan. van ieder
jaar. Hij wil de regeling doen ingaan op i
Jan. 1921.
Financieele of principieelo bezwaren zijn
van de zijde van B. en W. niet- aangevoerd.
"Wanneer dus de formeele bezwaren zijn opge
lost, dan mee;nt spr. te kunnen constalegron
dat B. en W. mot hem kunnen meegaan. To
wachten op een latere hlgehcelo herziening der
salarissen acht spr. niet noodig of gewenscht.
Bezwaren tegen zijn stelsel kan spr. overi
gens best velen, maar hij acht het onuitstaan
baar, dat het wordt bestreden met uitroepen
als „fokpremie", vooreerst om het oneerbiedige
woord, ten tweede om de onware voorstelling,
die daardoor wordt gewekt. En hij keurt het
vooral af dat een vrouw, mevr. Dubbeldeman,
die zegt hier dc Leidsche vrouwen te vertegen
woordigen, hier op zulk oen schandelijke wijze
van „fokpremie" durft spreken.
Spr. behandelt dan nog kort wal de heer
v. Eek heeft beweerd en kourt het af dat dezo
hier urenlang gesproken heeft over zaken
waarvan men weet dat ze niet uitvoerbaar zijn
en waarop men geen invloed kan uitoefenen*
Met veel genoegen ^heeft spr. vernomen dat
uit gebrek aan ruimte in „Hot Volk" alle an
dero pariyen wordou doodgezwegen. Hij weel,
dat geen enkel kerkelijk blad op deze wijze da
journalistiek opvat. Spr. komt ©t tegen op, dat
het doel van de Gbr. partijen zou zijn, do ar
beiders in de ellende te houden; integendeoL
Bezuiniging als door den beer Sanders be
doeld juicht epr. ten zeerste toe.
Zie vervolg 1ste blad.