Dagblad voor Leiden en Omstreken. BINNENLAND, ABONNEMENTSPRIJS IN LEIDEN EN BUITEN LEIDEN WAAR AGENTEN GEYESTIGD ZIJN TER KWARTAAL f2.50 PER WEEK 10.19 FRANCO 'PER POST PER KWARTAAL f2.90 V Volgen of leiden? „Van Gereformeerde zijde" schrijft men aan het Handelsblad een artikel waarin ge wezen wordt op het verschil van levensbe schouwing, dat ook in Gereformeerde krin gen openbaar wordt. De schrijver wijst op schouwburg en bioscoop die wel officieel worden veroor deeld, maar die toch vooral in de groote steden door 6teed6 meerderen worden be zocht. En daar in bioscoop en tooneel toch ook nog wel iets goeds is, meent de schrijver dat de officieele organen der Gereformeer den verstandiger zouden doen, hiertegen over-cm andere houding aan te nemen. Zooals zij nu 6preken zegt hij, vertegen woordigen zij niet de meening van allen die zij rekenen tot de schapen hunner kudde. Deze gereformeerde schijnt dus van mee ning te zijn, dat de taak van predikanten en officieele organen niet is te 1 e i d e n, maar te volgen en zich to refereeren aan de meening van de (of een deel der) schapen yan hunne kudde. Zeker een eigenaardige opvatting. Ds. B. Wielenga heeft eens geestig op gemerkt, dat soms predikanten verketterd worden omdat zij weigeren te 6preken niet naar het hart, maar naar den mond yan Jeruzalem. Ten opzichte van de pers ontmoet men yaak dezelfde misvatting. Ook van de pers wordt door velen ver dacht dat zij zal volgen en niet leiden. Wat natuurlijk omtrent de taak van de pers een zeer verkeerde opvatting is. Zal de pers voor het leven van ons volk iets beteekenen, dan moet zij niet vragen wat hare lezer6 welgevallig kan zijn, maar dan moet het haar ernstig streven zijn lei ding te geven, volgons het altijd betrouw bare kompas van Gods Woord. Iste JAARGANG. - MAANDAG 6 SEPTEMBER 1920. - No. 133 BUREAU: HOOIGRACHT 35 - LEIDEN. - TELEFOON INT. 1278 ADVERTENTIE-PRIJS PER GEWONE REGEL f0.22>/t DES ZATERDAGS fü.30 INGEZONDEN RECLAMES DUBBEL TARIEF KLEINE ADVERTENTIES van hoogstens 30 woorden 50 cent: Zaterdags 75 cent, bij vooruitbetaling, V De briefjes verscheurd. In een der bladen vonden we een kort maar veelzeggend bericht uit de mi]n- streek. Iemand die bij do uitbetaling der loonen tegenwoordig was, merkte op dat alle ar beiders behalve hun salaris een briefje ont vingen dat zij na het t'e hebben ingezien in kleine snippertjes verscheurden. Hij vroeg hieromtrent inlichtingen. En wift bleek toen? De mijnarbeiders zijn gewoon veel drank te gebruiken en na de loonbetaling is dan hun eerste werk, hunne drankschulden af te doen. De eerste gang was dan ook niet naar huis, maar naar de kroeg, waar onfler muziek en dans nog menig „gezellig" uurtje werd gesleten. Men acht het echter niet dienstig dat moeder de vrouw precies weet welk bedrag in de kroegen achterblijft en daarom wer den de briefjes, de loonbriefjes, verscheurd. Wat hier in de mijnstreek gebeurde zal ook in andere streken wel voorkomen. Ook in onze omgeving kan men menig maal zien hoe arbeiders zich 's Zaterdags na afloop van het werk naar de kroeg be geven om een gedeelte van het zuur ver diende geld in drank om te zetten. Een bewijs dat verhooging van loonen en in het algemeen materieele vooruitgang op zichzelf voor opheffing van het levens peil en voor verbetering van maatschappe lijke misstanden nog weinig beteekent. Daarvoor is nog iets anders, isméérnoo- dig. Daarom is het noodig ook in den maat- schappelijken strijd steeds meer op de gees telijke zijde van dit vraagstuk den nadruk te leggen. Uit de Pers. ALLES ANTI. Het hoofdbestuur van den Economischen Bond heeft onlangs een advies gepubliceerd' waarin bet op fusie van alle vrijzinnige par tijen aandringt. De vorming van een staatkundig blok wordt noodig geacht zoowel om de bedriifs- vrijheid tegenover de meest linksche partijen als om de geestelijke vrijheid tegenover de d'ogmatiisoh-godsdienstige richtingen te ver dedigen. Naar aanleiding hiervan merkt de „N. Pr. Gr. Crt." op: De nieuwe parMj van den heer Treub. de nauwaaneengesloten \-rijzinnige partij zal an tisocialistisch zijn. Naar de meening van den heer Treub moet zij opkomen voor de bedrijfs- vrijheid, de vrije ontwikkeling der persoonlijk heid en van1 het bedrijf, al wil men erkennen dat de sociaal economische vraagstukken ook voor het staatsleven van groote beteekenis zijn geworden. De eenheid der vrijzinnige partijen is noo dig. om het wegnemen van de bedrijfsvrijheid te keeren. Maar in de tweede plaats moet de vereonig- de partij anticlericaal zijn. Immers zij zal moeten strijden voor de gees telijke vrijheid en wat daaronder te verstaan zij. Wordt aanstonds duidelijk als men ver neemt dat van dogmatisch godsdienstige zij ie pogingen) te duchten zijn tot onderdrukking der geestelijke vrijheid. Het zou zoo zeer te wenschen zijn dat on der den druk der geweldige problemen van den tegenjwoordigen tijd alle nagalmen van de religieus politieke antithese zouden weg sterven. Men hoort hier oude bekende klankem. On der deze lettten is de vrijzinnige anticlerical e politiek steeds verdedigd. 'Niet de liberalen randden de geestelijke vrijheid aan, maar dat dedent zij. die voor hun beginsel: tegen de revolutie het Evangelie, op alle gebied van het leven uitkwamen. Groen was een belager van de geestelijke vrijheid- Dr. Kuyper was het ook. Wie spreekt van de ordinantiën Gods. brengt, zooals het heet. d° geestelijke vrijheid in gevaar. Het komt ons voor. dat de historie een heel duidelijk bescheid op deze voorstelling van zaken heeft gegeven. Wij weten wat de vrijzinnige geestelijke vrijheid .'beteekent. Wij hebbent het gezien in ons land en in Frankrijk. Het is nu dit oude,anticlericalisme, dar Ja heer Treub als iets nieuws aanbeveelt. A's zijn fusie tot stand komt is men weer even ver als vijitdg jaar geleden. Ja, dit spreekt nog te meer, omdat de heer Treub gewaagt van innige godsdienstige overtuiging, voor al onder de vrouwen, die brengen zal tot d-s vrijzinnige groote partij en tot het sfrijden voor de door hem hem verdedigde beginselen Niet ten onrechte is gezegd, dat wij hier de oude witte das weer voor den dag zien ge haald. Voorzeker er is niets nieuws on der de zon Dit tweeërlei anti moet echter, ook al komt de fysie tot stand, de vrijzinnigen tamelijk machteloos dodn blij vent ten opzichte van de gtoote problemen van onzen tijd. Tegen) het socialisme, d. w. z. tegen de re volutie. Maar aegelijkertijd v de aanvaarding? van liet hoofdbeginsel der revolutie, n.l. de weigering rekening te houden met de Godde lijke openbaring, ja zelfs de weigering om te erkennen dat er door anderen met de groote waarheden van het Christelijk geloof ook op politiek terrein gerekend mag worden. Strijd - tegen) de revolutie mef verwerping van het eenige wat de revolutie kan over winnen. Wij zien zoo wel. dat de heer Treub geen origineele.denkbee.lden) verkondigt. Hij mag menschen vereenigen. De begin selen zijn de oude, die juist hun onmacht en hun droeve gevolgen ten volle hebben doen zien). OPZET OF TOEVAL. Dezer dagen had de huldiging plaals van prof. dr. J. Ritzema Bos van de Landbouw- hoogeschool te Wageningenl een dier geleer den. waarop Nederland terecht trotsch mag zijn. Na door verschillenden gehuldigd te zijn voerde prof. Ritzema Bos zelf het woord en zeide aan het-slot zijner rede: ..Spreker heeft de wettenschap niet ver laagd1 tot hulpmiddel om roem üf winst te bejagen, maar haar gesteld' in dienst van tfenj Almachtige. Als spr. iets geweest is voor de wetenschap en de bodemenltunr. is dat niet zijn verdienjsfie; de eigenschappen en talenten daartoe werden hem meege geven; hij heeft ze slechts gebruikt. Als er gehuldigd moet worden^ dan „s o 1 i Deo gloria". Nu trof het ..de Tijd", dat èn „N. Rotter- camsche Courant" èn- „Het Vaderland" wel melding maakten van de verklaring van prof. Ritzema Bos, dat hij. de talenten, die hem ge geven waren, had gebruikt doch gecni woord repten van bovenstaande heerlijke uiting van groot geloof, van waren godsdienstzin, van afhankelijkheid van God, zoo openlijk uitge sproken door dezen man van Jiooge weien schap. Moeteif wij hier aan toeval denken? Wij veronderstellen het. Waar blijft intusschen, dat de loutere rede- dienst, gepaard met een geest vaan hoogmoed, nog steeds rondwaart in de kringen' der vrij zinnige Wetenschap, en dan kunnen we de gedachte niet van ons afzetten, dat op zettelijk achterwege bleef deze nederige erken ning, dat ooik het hooggeleerde schepsel een schepsel is en blijft, dat van zijn Schepper af hankelijk is. aan Dezenj alles te danken heest. Mocht zulks het geval zijn, dan ware alle andere beschouwingen daargelaten reeeds prof. Ritzema Bos onrecht aangèdaan, door weg te laten eente venklaring, waaraan docr dezen blijkbaar groote waarde werd gehecht. STADSNIEUWS. Zaterdag hield de Vcrceniging van Ar chivarissen' in Nederland in het Stadhuis al hier hare vergaderingen. Deze vereeniiging bestaat uit twee afdeelingem, ééne tot het be hartigen van de materieele belangen der rijks archiefambtenareri) en ééne tot behartiging van die der archiefambbeniaren in dienst van gemeente, waterschap, veenmol lap of veenpol- der. die beide afzonderlijk vergaderden en ieder een bestuur kozen. Des middags werd de algemeenfe 'vergade ring gehouden, die gepraesideerd werd door prof. mr. R. Fruin, algemeen Rijksarchivaris- De voorzitter, gaf een overzicht van het afgeloopen jaar. wat op het gebied van liet Archiefwezen/ tot stand kwam. S(pr. herinnerde aan, de overbrenging van de notarieele archieven tot 1842 en de rech terlijke archieven tot 183S naar de Rijksar chieven en de daarvoor in aanmerking ke nterde gemeentearchieven. Het Kon. besluit van 14 Januari 1920 (Sbl. 33) stelt deze ar chieven zonder minasterieele machtiging te vorderen voor het publiek toegankelijk. De 'overbrenging naar de rijksarchiefdepots der oude doop-, trouw- en begraafboeken. die onder de gejneenitebesturen berusten, heeft een aanvang genomen. Echter heeft het Rijk gee nerlei gezag over de oude registers van den burgerlijken stand. De op die wijze in de Rijksarchiefdepots bijeengebrachte gegeven^ voor den 'burgerlijken stand der inwoners van ons land v6or l&ll zijn dus uit den aard dei- zaak onvolledig. Ds. Knipscheer te Zall Bom mel is echter van plan die kerkelijke registers te excerpeeren en) die op fiches gebrachte aan loekeningen over te brengen naar ae Rijks- depots- De regeering heeft aan dit plan steun toegezegd. Ook op het gebied der kerkelijke achieven heerscht een opgewekt leven. Deze zijn aan de goede zorgen van ds. Lasonder toever- troirwd en gaan. naar prof. Fruin is 3<ebleV/n, eene betere toekomst tegemoet. Daarop bracht de lieer Baart de la Faille verslag uit namens de financieele commissie, welke voorsbelt de rekening van de penning- meesteres onder dankbetuiging goed te keuren Dit gschiedt onder applaus. De onwangs'.eri heooeni f 1355, de uitgaven i 9T3. bedragen, zoodat ar een batig saldo is van f 382. Besloten wordt de uitgaven van de ontbonden vereeniging van Gemeente-archivarissen1 voor rekening van de vereeniging van Archivaris sen in Nederland te nemen. De afgetreden be stuursleden. de heeren prof. mr. Fruin, dr. .Wiersum. dr. Heeringa, mr. dr. Overvoorde en mej. Visscher worden) met overgroote meer derheid hetkozen. De volgende jaarlijksche vergadering zal in Zutphen gehouden worden. Tot redacteur van het" Bulletin wordt geko zen) de heer dr. Lasonder. Tot vertegenwoordiger van het bestuur in de af deeling Rijksarchivarissen is benoemd de heer dr. Heeringa. en in de afdeeling ge meenteambtenaren) de heeren mr. dr. Over voorde. Na afloop van de vergadering brachten de leden een bezoek aan het Gemeenlundshuis \am Rijnland. De vereeniging voor den rechtstoestand van amlbbenaren heeft, adhaesie verzocht cp ■haar bekend adres aan de Tweede Kamer. Aan dit verzoek zal niet worden voldaan, omdat het bestuur het adres niet hééft kunnen be- sbudeerenj en reeds zeer spoedig de wet in de Tweede Kamer zal komen. De afdeeling rijksarchivarissen koos een voorloopóg bestuur, bestaande uit de heereu mr. jde Bussy te Utrecht, Feiith in Den Haag ein mr. Berends in Den Haag. Aan dat bestuur i£ opgedragen het ontwerpen van een (egle- ment en het overwegen) van maatregelen in het materieel belang der rijksarchiSf-ambtena- Mej. W. S. Russer, alhier, is bij Ko ninklijk Besluit benoemd tot leerarea aan do R. H. B. 8., te Heerenveen. Te Amsterdam slaagden voor het exa men voor de hoofdacte, onze beide stadge- nooten, de heeren J. C. en J. J. Eggink. Door de heeren W. J. Holwerda en J. A. Stol, respectievelijk Voorzitter en Se cretaris van den Ned. Federatieven Bond van Personeel in Openbaren Dienst afd. Leiden, is, namens genoemde organisatie tot den Raad dezer gemeente het verzoek gericht, het loon voor de werklieden in dienst der Gemeente te verhoogen met f 4 per week; het salaris der ambtenaren beneden 't be drag van f 4000,— met f 208.— te verhoo gen; deze besluiten terugwerkende kracht te verleenen tot 1 Jan. 1920 en als voorschot op dit bedrag zoo spoedig mogelijk een uitkeering te doen verstrekken van f 150. In een bijgevoegde memorie van toelich ting heet het o. m.: Daar de prijzen der levensbenodigdhe den nog steeds stijgende zijn, en het zich laat aanzien, dat deze stijging ook dit jaar nog niet tot stilstand zal zijn gebracht, dat er voor het Personeel Uwer Gemeente nog een groote achterstand was, toen Uwe Raad haar salaris met een minimum-loon van f 27,vaststelde, en toen reeds ontoerei kend was om een gezin van het enigszins noodige te voorzien, is dit nu in elk opzicht onvoldoende geworden. Dat inderdaad dit minimum in vergelijk met andere plaatsen te laag was, moge blijken, hieruit 't minimum is in de Gemeen ten: Hilversum van f 32,— met 3 pet. voor elk kind boven 't derde; Leeuwarden f 31. Zaandam f 33,30; Schoten f 31,50; IJmui- denVelzen f 31,95; Watergraafsmeer f 34,60, enz., dit bedrag ver overtreft en ze ker niet, omdat de prijzen daar hooger zijn als hier. Op 't oogenblik geven ook deze cijfers geen duidelijk beeld meer, daar 't mogelijk is, dat nu reeds weer door 't werken der or ganisaties, in verband met het steeds stij gen der prijzen, deze minima weer ver hoogd zijn geworden. Zoo wordt op het oogenblik in Zaandam voor f 36.in 'Arnhem f 36,(met premievrij pensioen)* Schoten voor f 38,25, enz., door hun orga nisatie als minimum-loon naar voren ge bracht. Hier blijkt h. i. duidelijk uit, dat hefi Leidsche Gemeentepersoneel achter is, tea opzichte van veel kleinere plaatsen, ten: koste van hun gezin. Na dan verschillende cijfers te hebben gegeven, waaruit de nog steeds stijgende prijzen aan allerlei artikelen blijkt, heet het: De verhouding van het loon, ten opzichte van de stijging der levensbenodigdheden, van voor een jaar en nu. eeven dan ook duidelijk blijk, dat hun verzoek bescheiden is. Zij geeft ook weer, dat er geen sprake is van en op peil komen der levensomstan digheden met voor een paar jaren, laat staan dat er een stijging ten opzichte daar van is aan te nemen voor het personeel. Al deze feiten geven hen dan ook alle redenen, er bij Uwen Raad met klem op aan' te dringen aan hun verzoek te voldoen. Blijkens een in dit nummer voorko mende advertentie, zullen de repetition van het Gemengd Koor Sursum Gorda, Direc teur Louis Robert- weder aanvangen op Woensdag 8 September a. s. Het koor zal in studie nemen: Le deluge van Saint Saëns en L'au mil van Pierne. Zaterdag j.l. werd hier ter stede een vergadering gehouden van den Bond van Ambtenaren bij do Waterschappen in Zuid en Noord-Holland. De vergadering werd geleid door den heer C. Dorland, van Beemster. Er werd mededeeling gedaan van een' door het bestuur gevoerde correspondentie met den Bond van Ambtenaren der zeewe- rende waterschappen in Friesland en den Bond van waterbouwkundige ambtenaren in Zeeland, welke correspondentie tot fusie had moeten leiden. Tot dusver zijn er, echter nog geen bepaalde resultaten verkre gen. Mededeeling werd gedaan van het voor nemen van het bestuur tot omzetting van den tegenwoordigen bond in een „Noder- iandschen Bond van in vasten dienst zijnde ambtenaren bij waterschappen- en polder besturen." Na eenig debat besloot men in beginsol tot een voorgestelde statutenwijziging, waardoor ook werklieden tot den Bond kunnen toetreden, en de eventueele invoe ring van deze wijziging te laten afhangen van de resultaten betreffende de pogingen tot fusie met den Landelijken Bond. In de middagvergadering werd door den heer A. J. Mulder, assistent voor de Wa terbouwkunde aan de Technische Hooge- school te Delft, een voordracht gehouden over „De boezem van Rijnland voorheen en thans." De Nederlamlsche haringvissclierij. De Nederlamdsche harifflgvisscherij bevindt zich in een; hoogst onzekeren toestan 1, tonjge- volg» van het niet' afnemen van haring door Duitschland. Volgens de bepalingen van heb crcdie'ver- drag zou anderhalf miHioenl gulden van het levensmiddclen-crediet. gebezigd worden voor den aankoop van haring hier te lande, mits het verdrag vóór dgn löen» Juli tot stand zou zijn gekomen. Dit is intusschen niet geschied. En van die omstandigheid schijnt Dui.sch- land gebruik te maken om onze haring niet ai te nemen. Ieder, die eenligszins georiënteerd Is om- •trent de verhoudingen, zegt het H d b 1.* weet. dat de „Arbeitgemednschaft der groo te Duitsdie vischimpoitbeurs. die gedurende den oorlog het nmopolie van den invoer heeft venkregert en dat. althans voor haring, tot op FEUILLETON. Langs donkere wegen. 101) Lettice vleide zich in de duisternis ge zellig tegen haar tante aan. Mary voelde dat. warme kinderhanden zich om haar hals sloegen. „O lieve Tante Mary, wat was het een heerlijke middag! en o, ik ben zoo moe en gelukkig!" En dit zeide Lettice bijna eiken dag; zij was altijd „zoo moe en zoo gelukkig" eni de bleeke magere wan gen werden iets meer gevuld en de blau we oogen stonden veel vroolijker. Janet zou haar kind bijna niet herkennen", schreef zij. Het speet haar, dat zij die op merking, hoe onschuldig ook, gemaakt had; Janet vond noodig er een lang, scherp antwoord op te geven. „Kun>t gij u daarover verwonderen?" antwoordde de bezorgde moeder. „Lettice ziet er goed uit, omdat zij de buitenlucht inademt; voor het eerst van haar leven leidt zij een natuurlijk bestaan voor een kind. Voorheen sleepte zij slechts een ziekelijk 'bestaan voort. „Met al uwe liefde voor Lettice, kent, ge haar nog niet zoo goed als ik", (hier keelc Mary twijfel achtig). „Zij is Zoo vreeseiijk gevoelig. Ik ge loof, dat zij daarin veel van mij heeft; en al deze cezichten en geluiden, waardoor wij hier omringd zijn, deze arme en ellendige menschen, waarvoor gij en Maurice ^zooveel voelt, drukken haar ter neer. Waarom zijn er zooveel ongelukkige menschen in de wereld? dat vroeg zij al tijd; en zelfs het lijden van stomme die ren, mishandelde paarden en honden, •scheen haar te drukken. „Maar al mijne lievelingen zullen hunne bevrijding aan de dappere zelfopoffering van Tante Mary te danken hebben. O Ma ry, Mary! hoeveel zijn wij u niet verschul digd?" Mary legde den brief bloeend neer en zuchtte: „Anne Janet! Als het dan eene opoffering is, waarom stapelt ge dan steeds de takkenbossen weer op?" dacht zij in haar smarti en was toen. boos op zichzelve over haar lichtgeraaktheid; maar In haar volgenden brief sprak zij zoo min mogelijk over Lettice. Zij vond de dankbaarheid van Janet soms zeer zwaar om te dragen. Maar één ding verblijdde haar; zij vond eene rijke bron van werk voor haar en Maurice, en in den namiddag ontdekte zij, dat haar 'n zwaar gewicht ontnomen was, en had zij een gevoel, alsof zij vrijer 'kon ademhalen. Zij had zich n.l. eensklaps on gerust gemaakt, dat 'de ijVer en werkkracht van Maurice zouden verroesten iri dit af gelegen plaatsje. Het dorp lag verspreid en uitgezonderd enkele hutten bij de kerk waren do inwoners vrij welgesteld. E-enige der gemeenteleden1 waren zelfs rijk en woonden op groote buibens, wervvaarts de jonge meesteres van Crome geen welwil lende blikken/ wierp, want zij zou zich gaarne aan hare rijke buren onttrokken en zich alleen aan de armen gewijd hebben. Wat betrof „het Innemen van haar plaats in het graafschap", zooalis Janet, wenschte, daarop sprak Mary op haar besliste wijze een „nooit" uit. Er wareni scholen, eni deze worden vrij goed' bezocht, maar de onder wijzeres Avas een vluchtig, slap persoontje. Mary vond, dat de kinderen er vervelend en luisteloos uitzagen, de vreemden op domsne wijze aanstaarden en ongetwijfeld bang waren' voor hunne onderwijzers. „Ik vind Miss Leigh al buitengewoon slecht berekend voor haar werk", schreef Mary. „Als ik mij niet vergis lijden de kinderen onder een tyraniek systeem, au toch schij/nen zij geen vaste methode te volgen en staan zij niet onder bepaalde tucht. De school moet hervormd worden en het zou mij zeer verbazen) als gij bin nen een half jaar geen andere onderwij zeres gevonden hadt." Mary zwierf met Lettice het dorp door, bracht hier en daar een bezoek, en eiken dag geraakte zij meer in verlegenheid en werd zij meer ontmoe digd. Want wat zou Maurice te dbem vin den? Al de menschen gingen ter kerke en knikten en sliepen gedurende de preek. De vrouwen droegen hunne geladen boe ken in blauwe zakdoeken gewikkeld, en hadden soms tevens een ruiker in de hand; er waren één of twee mannen in boerenkielen en eene oude vrouw met een vuurrooden mantel eni een' zwart mutsje. Mary bemerk, te, dat ziji potd'oof was en «niet lezen kon. En toch zat zij daar altijd op haar plaats met het groote .boek in het. blauwe omhul sel, en maakte eene oudenvetselie buiging als haar op het kerkhof iemand' van de voorname lieden voorbij ging. Alles was landeüijk en lief en het rustige geheel had ook zijne bekoorlijkheden. Maar hoe kon Maurice met zijné groote werkkracht zich bepalen bij deze menschen en die banken vol veeren en- opschik? Mary vergiste zich bijna nooit in de beoordeeling van het ka rakter haars broeders, en zij was dus niet weinig ontrust, Maar eens op een middag hadden Lettice en zij ongeveer op een unr afstands van Crome een dorpje ontdekt, genaamd Brotherton. Het was een van die afgelegen plaatsen, die daar toevallig schijnen1 te zijn gebouwd zonder ecnig doel. Het geheele dorp bestond uit eene kron kelende straat, die men bereikte langs eene morsige laan en omgeploegde velden. De laan zag er weinig belovend uit; Mary liet d'us Lattice met Boy om haar te be waken achter en zette alleen haar onder zoek voort. Later was zij" blij,dat zij het kind niet meegenomen had. Op het eerste gezicht zagen de hutten er gemakkelijk en schilderachtig uit; maar naderbij be-. schouvvd werd de indruk minder gunstig. Sommige vensters waren gebroken en de muren waren van de nattigheid uitgesla gen; de tuintjes lagon woest, en slordige vrouwen eni armoedig gekleede kinderen kwamen uit de deuren, toen Mary voorbij ging. 'Er stond geen kerk. daar Brotherton een onderdeel nas van Grome; zelfs was er geen lokaal waar samenkomsten gehouden werden. De eenige poging, die aangewend! werd om de zielen der bewoners van Bro therton te red'den geschiedde in een klein kerkje, waar enkele rondtrekkende predi kanten eene strenge leer verkondigden, die velen afstootte en slechts weinigen trok. Maar zelfs de huurling Josiah Culpepper was getrouwer aan zijn eigengemaakt ge loof, dan Mr. Champneys, die mooie pree- ken schreef in zijne studeerkamer en ze preekte voor de slapende gemeente, terwijl hij totaal „die enkele schapen in de woes tijn "»te Brotherton vergat. Mary ging eindelijk een winkeltje bin nen, waar men van alle9 verkocht. Daar werden kaas en vetkaarsen, knikkers «iji garen en at zulke dingen meer door een klein oud vrouwtje met beenen bril en eer zwart mutsje te koop aangeboden. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1920 | | pagina 1