Dagblad voor Leiden en Omstreken.
s ABONNEMENTSPRIJS
IN LEIDEN EN BUITEN LEIDEN
WAAR AGENTEN GEVESTIGD ZIJN
1 KWARTAAL 12.
WEEK 10.
NCO PER POST PER KWAR TAAL f2.
Iste JAARGANG. - DONDERDAG 26 AUGUSTUS 1920- - No. 124
BUREAUHOOIGRACHT 35 - LEIDEN. - TELEFOON INT. 1278
ADVERTENTIE-PRIJS
PER GEWONE REGEL f 0.321/.
DES ZATERDAGS - f0.30
INGEZONDEN RECLAMES DUBBEL TARIEF
KLEINE ADVERTENTIES ran lioogsteii9
30 ïvoorden 50 cent: Zaterdags 75 cent,
bij vooruitbetaling,
Krokodillentranen.
et Volk is buitengewoon verstoord
le patroonsorganisaties in de bouwvak
die nu tot opheffing van de uitsluiting-
oten werd niet de meest mogelijke spoed
achten om de arbeiders weer aan het
te zetten.
■rwijl de R. K. "Bouwpatroons maatrè-
hadden genomen om de werken reeds
len open te stellen, bleek de Landelij-
lond voornemens dit eerst a. s. Maan-
te doen, met het gevolg dat nu ook <m-
werken nog eenige dagen gesloten blij-
Dit is onverantwoordelijk getalm zegt
Volk. Dat dit onnoodig arbeidsver-
in dezen tijd van woningnood de sociale
ide verergeit, lappen do patroons aan
laars".
at dit talmen van de patroons eenige
urstelling wekt is begrijpelijk.
Heen, HetVolk is wel in de laatste
aangewezen om hierover den staf te
P ten.
b nmers toen de socialistische vakorga-
I- ties .door onnoodig arbeidsverlies in
1 en tijd van woningnood de sociale ellen-
ongemeen verergerden, het bouwen van
in gen bemoeilijkten en honderde gezin-
in de ellende stortten, had het roode
li aan geen enkel woord van afkeuring,
b 'i elfs hielp het dapper mee om aan de
istelijke arbeiders het werken onmoge-
te maken.
et Volk deed daarom beter deze
b^odillentranen maar voor zich te hou-
f
het liever aan de arbeiders duidelijk
ceu dat deze sociale ellende te danken
aan de socialistische vakorganisaties,
terwi.il ieder op z'n vingers kon nareke
dat de werklieden van deze uitsluiting
Vi dupe moesten worden, toch het conflict
rdreven.
Het Communisme.
)e Communisten in ons land hebben
stof tot roemen.
'oortdurend wordt geklaagd over de
erscliilligheid en de weinige belangstel
en de leden.
oo schrijft bijv. een der leiders, Ceton,
'de „Tribune":
Wie onze Hollandschc beweging ge
durende eenigen tijd objektief heeft ge
volgd, zal ongetwijfeld hebben opge
merkt dat de laatste maanden, de zo
mermaanden van dit jaar een inzinking
hebben vertoond in de propagandisti
sche kracht der beweging. En we heb
ben hierbij niet slechts of voornamelijk
het oog op den vakstrijd, doch ook
en vooral op den strijd voor het kom-
munisme. Het feit, dat het abonnemen
tental der „Tribune" in stede van
vooruit te gaan met een. kleine 400 in
deze zomermaanden terug liep, "zegt in
deze genoeg. Het is, dunkt ons, niet
noodig, hier aan te toonen, op welke
wijze de geheele beweging in haar
a trijd tegen de driest den kon opstekende
eaktie, te kort is geschoten. Het feit zel-
e 6taat voor iedere onbevooroordeelde
vast.
)pzichzelf een verblijdend verschijnsel,
ioe meer de communistische beweging
loopt, hoe beter.
lij de beoordeeling moeten wij er echter
je rekenen dat dezo inzinking een gevolg
-van de onverschiTligheid der
a en niet van de omzetting der geesten.
In zoolang dat niet het geval is, kan er
t ons weinig reden zijn om te juichen.
)p omzetting van de geesten door voort
ra ende propaganda van onze beginselen
et daarom ons oog gericht blijven.
Uit de Pers.
DANK- EN BEDEDAG.
Do „C. H. B a n i e r" had aangedrongen
op het uitschrijven van gen dank- en bede
dag naar aanleiding van de verkregen ge
lijkstelling op schoolgebied.
Het Fr. D g b 1. acht het een uitnemen
de gedachte om, 't zij een ganschen dag,
't zij een bepaalde avondure af le zonderen,
in den loop van dezen nazomer of herfst,
ten einde den Heere dank te zeggen, dat Hij
het juk van ojzen schouder genomen heeft,
zoodat wij eindelijk, na langen, bangen
6trijd op 't gebied der Lagere School in de
vrijheid en in de ruimte zijn gesteld.
„Of 't een dag kan zijn, staat te be
zien.
Zal dat gelukken, dan zouden alle voor
standers van 't Bizonder endofwijs, roomsch
zoowel als protestantsch, hier één lijn moe
ten trekken, anders is de groep te klein
en zou groot gedeelte van ons christen
volk door zijn sociale positie toch verre
moeten blijven-staan. a
Maar een avond, dat zou kunnen!
Misschien kon 't een Zaterdagmiddig èn
avond zijn: we ITebben ook wel twee feest
dagen achter elkaar en 't zou zeker een
Bchoone voorbereiding zijn voor den sabbat.
Er is overvloedig reden tot dank.
Reden eveneens tot ootmoedig gebed.
Er worden voor minder gewichtige ge
beurtenissen wel gedenkdagen ingesteld en
gedenkavond gehouden: als 't kan een
ganschen d a g en anders toch een avond
moeten we afzonderen, om te gedenken de
groote dingen, die God aan ons gedaan
heeft; ze te vertellen aan het tegenwoordig
geslacht en voor dit alles te danken den
Heere onzen God, die ons staande hield in
den strijd tot op dezen dag.
DE MODE.
De Kroniekschrijver in de N. Prov.
Gron. C r t. maakt over de tegenwoordi
ge clameskleeding enkele opmerkingen, wel
ke ook wel in breeder kring mogen worden
overwogen. Hij schrijft o a.':
Ik sprak iemand, die in Parijs geweest
was en van die wereldstad heel wat
moois wist te vertellen. Hij had er een
eigenaardige ontdekking gedaan. Wij
meenen toch dat Parijs de mode onzer
dagen, die^vreeselijke mode aangeeft,
die onze vrouwen en meisjes dwingt om
zich in het publiek te vertoonen, 'meer
ontkleed dan, naar iemand beweerde, ze
voorheen onde-F-de dekens lagen, en dan
komt onwillekeurig de gedachte op: als
het- nadoen hier reeds erg is, hoe zal het
voordoen dan wel zijn. Dan moeten ze in
Parijs zoo ongeveer in Eva's costuum
rondwandelen.
Maaren ziehier nu de ontdekking
de fatsoenlijke vrouwen en meisjes zag
men niet. anders dan fatsoenlijk gekleed
op de straat, niet met de schouders bloot
on met het lichaam heenschijncnd door
de dunne kleeding, niet met die ontzet
tend laag uitgesneden blouses en die veel
te korte rokken, maar heel notjes en be
hoorlijk.
Hij had gevraagd of de mode hier in
Nederland, ook door christelijke vrou
wen en meisjes nagevolgd, zoodat ze er
zelfs mee in de kerk duiven te verschij
nen, in Parijs niet te vinden was. Men
had geantwoord, dat hij dan naar do
buurten moest gaan waar de gevallen
vrouwen, haar prooi trachten te lokken.
Ik moet bekennen zeer getroffen te
zijn door wat hij vertelde.
Men denke het zich eens in: daar is
een vader en een moeder, die den. Heere
vreezen en die des morgens en des
avonds het gebed opzeden naar omhoog
om de bewaring voor hun kinderen te
midden van de velerhande verleiding van
onzen tijd, en zie, na het morgengebed
zien deze ouders hun meisjes uitgaan in
de kleeding, zooals in Parijs gedragen
wordt door dehoer. Misschien vindt
men het wat hard, dat ik dat hier zoo
zeg. Maar het is de waarheid en als er
iets is, dat mij ergert, dan is het dago-
lijks to moot.Qn zien, hoe ouzo eerbare
vrouwen en meisjes zich niot Dchamcn om
een kloeding te dragen die met alle eer-
baarheid spot. Het komt mij voor, dat
zij die buigen voor het Woord Gods met
elkander overeen moesten komen om
vrouwen en meisjes, die zoo gekleed gaan,
in hun gezelschap niet to dulden.
STADSNIEUWS.
De Ambachtsschool te Leiden tieeft van
1 tot 15 September de inschrijving voor
nieuwe leerlingen gteopend.
Op de school bestaat de gelegenheid om
jongelieden op «te leiden tot bekwame
timmerlieden, Meubelmakers, modelma
kers, huissmeden, Machinebankwerkers,
machinisten,. Constructiewerkers, Vuur
werkers en huisschilders.
-Het onderwijs omvat: het voortgezet la
ger oncleryvijs (Néd. Taal, meetkunde, (reke
nen, wiskunde, werktuigkunde en natuur
kunde); het lijn-, bouw- en werktuigkunde
teekenen; het hand- en handvakteekenen;
de kennis van het stoomwerktuig en de
motoren; de kennis der materialen; het
timmeren en draaien; het meubelmaken;
boetseeren, houdsnijden, draaien en het
stoffeeren; het modelmaken en draaien;
het huissmeden; het machinebankwerken;
het constructiewerken; het vuursmeden; het
verven; het schilderen* van hout- en mar
mersoorten en het penseel schrijven.
Voor aanstaande steenhouwers bestdat
gelegenheid het teekenonderwijs te volgen,
in hoofdzaak het ornament- en het letter-,
telkenen.
De cursus duurt 3 jaren.
Het schoolgeld bedraagt (naar de ge
goedheid der ouders), f GO.f 50.—. f 40.—
f 30—, f 20.—, f 10.—, f 5.— en f 2.50 per
jaar.
Voor twee of meer zoons uit hetzelfde go-
zin; wordit voor it:der slechts 3/4 van het
schoolgeld betaald.
Onvermogenden worden kosteloos toe
gelaten.
De inschrijving is geopend vcwv 1 tot 15
September, op eiken werkdhg- van 10—12
uur, aan de School aan den Haagweg.
De vereischten tot toelating zijn
Rekenen. Kennis van de hoofdbewer
kingen der rekenkunde met geheele en ge
broken getallen, benevens bekendheid met
het metrieke stelsel.
Vaardigheid in de toepassing daarvan op
eenvoudige vraagstukken.
Taal. Nauwkeurig lezen, waarbij moet
bliiken dat de candidaat het gelezene ver
staat.
net maken van een opstel zonder grove
taal- en spelfouten.
Voor de feestviering in hét C-hr. Mil.
Tehuis, die ter gelegenheid van den ver
jaardag van H. M. "dé Koningin voor onzo
militairen zal worden "bereid ontvingen wij
heden van G. R. f 1.—.
Tezamen .met de vorige giften f 15,50.
Wie volgt nu?
Er is slechts weinig tijd meer!
Bij gelegenheid van het bezoek der \er-
genwoordigers van de „Pilgrim Fathers" her
denking, aan het Raadhuis alhier a.s. Maan
dag 30 Augustus 1931. zal het carillon des
n.m. laten hooren vanaf 8-45 tot plm. 9-10 uren
en dan vanaf 9-30 tot even 10 uur, de navol
gende Amerikaansche en Pilgrim-Fathers-
liederenv afgewisseld me: oud-Holt. liederen
Val. Ged. Clanck.
(Van elk 3 coupletten).
Our God. our help in ages past.
When thot the Lord.
We Limit no: the Truth of God-
Guide me, O Thou great Jehovah.
Let God arise.
A Sonj? of "the Common Weal.
Terstond bij 't vertrek dor genoodiffden van
liet Raas&uis vanaf plm. 9.30 tot 10 uur:
Star Spangled Banner (Am. Volkslied).
God sane the küw (Eng. Volkslied).
Io vivat. ter cere c!er Academie.
OJleer die daar, enz-(Valerius Ged. Clanck)
2 coupletten-
Wilt lieden nu trcdcn(Valcrius Ged.Clanck)
3 coupletten.
Old Folks at home.
Firnwly stand, mij notive '-and.
(3 coupletten).
Nu allen God gedankt.
•Nearer, my God, to Thee.
The Doxologij (melodie Ps. 134).
BINNENLAND.
De Lager Onderwijswet.
Aan het Voorloopig Verslag der Eerste Ka
mer over het ontwerp van wet tot regeling
van het.L. O. is het volgende ontleend:
Lof werd gebracht aan den minister, die
met voortvarendheid aan het voorschriit der
Grondwet ging votóoen en wien voor de sa
menstelling cn verdediging van zijn wetsont
werp groote!ijks hulde toekomt. Het breecle
standpunt door den minister ten aanzien de
zer vet ingenomen, vond evenzeer waar Jee
ring.
Intusschen waren niet allen ingenomen
met de pacificatie, zooals die in alt wetsont
werp is "neergelegd en evenmin oogstte et
ontwerp in alle opzichten bijval. Zoo konden
eenifve leden, die voorstanders waren van
de pacificatie, zooals men zich die van vrij-
nige zijde had gedacht, zich met de thans voor
gestelde oplossing bezwaarlijk vereenigen.
Zij hadden gehoopt, dat na de totstandkoming
ider wét, noch van overwonnenen, noch van
overwinnaar sprake zou kunnen zijn, maar
naar hunne meening zal het bijzonder onder
wijs nu in verschillende opzichten een voor
sprong krijgen op het openbare. Om die reden
behielden zij zich hunne stem over het ont
werp voor, in de hoop, dat uit de Memorie van
Antwoord moge blijken, dat er overeenstem
ming van isteflachten tusschen hen en den mi
nister bestaat, of dat laatstgenoemde alfhans
voor hunne bezwaren zooveel gevoel't, dat hij
bevredigende toezeggingen wil doen voor de
toekomst
In de eerste plaats gold hun bezwaar de
zg. financieele gelijkstelling.
Een artier bezwaar tegen de voorgestelde
oplossing werd gezien in de regeling betref
fende het z.g. overnemen van de bestaa ide
bijzondere scholen.
Ongelijke bejegening van het bijzonder en
van het openbaar, onderwijs werd verder ge
zien in het feit da; voor de openbare schoten
het atrtbularlisme is verboden, terwijl zulks
voor de bijzondere scholen wordt toegelaten.
Van vrijzinnig® zijde werd nog opge.ne'kt,
dat langzamerhand drang is gekomen naar
godsdienstonderwijs- Daaraan wordt thans te
gemoet gekomen door het onderhavige wets
ontwerp. maar de leden, hier aan het woord,
meenden, dat dit geene. bevrediging zal kun
nen schenken aan dc anti-revolulionnairc par
tij. daar*die thans niet verkrijgt, wat in de ze
ventiger jaren door haar werd gepropageerd1-
Een bezwaar van meer algemeenen aard
tegen dit wetsontwerp is. of de financiën der
gemeente niet op écne te zware proef tullen
worden gesteld.
Van verschillende zijden werd voorzien, dat
wanneer dit ontwerp tot wet zal zijn verheven
het onderwijs meer en meer zal verbrpkkelen,
immers bijna idereen zal dan kunnen vorde
ren, dat eene school naar zijn geest wordt
opgericht.
Enkele leden spraken er hun leedwezen
over uit. dat de bij dit ontwerp feitelijk inge
voerde eenheidsschool niet meer ruimte, meer
vrijheid van beweging en meer differentiatie,
met het oog op de verschillende behoeften in
de maatschappij, toelaat.
Dat de opleiding aanmerkelijk wordt verbe
terd, werd door vele leden toegejuicht.
Juist nu het alRiemcene peil van het ooJer-
wijzerscorps wordt verhoogd, werd door ecni-
ge leden te meer betreurd, dat in de 1ste cn
2de klasse (en soms zelfs in de 3die. klasse)
onderwijzeressen met akte A. zullen optreden*
Door velen werd betreurd, dat de Fravsüie
taal niet is opgenomen onder de verplichte
leervakken.
Alle leden juichten liet instellen van een
zevende leerjaar toe en velen betreurden, dat
de minister niet nog verder was gegaan on
or een achtste had aan toegevoegd, zij het d»o
ook met een langen overgangstermijn.
Wat de salarissen betreft, welke voortaan
bij K. B. zullen worden gerepeld, sprak men
den wensch uit, -Jat die regeling, zonder in
overdrijving te vervallen, oitbekrompen en
royaal zou zijn, zoodat de onderwijzersstand
onbezorgd'zal kunnen leven.
Verwachtte men thans, dat alle kinderen
beslist' voldoende onderwijs zouden kunnen
genieten, men wees er op. dat dit niet .vol
doende is en nu ook hunne sociale verzorging
t. w. kleeding, voeding, e. d. wettelijk dienen-
te worden geregeld. Van andere zijde werd
hier tegen opgekomen.
De Nederlandsclie Studentenorganisatie.
Men schrijft aan de „Tel.": Yan deze or
ganisatie, bestaande uit twee nauw samen
werkende deelen. de s. g. 6t.udie-afdeeling,
d. w. z. de nationale véreeniging van alle
plaatselijke studievereenigingen en de z. g.
studenten-afdeeling, omvattende alle stu
dentenfederaties, waarin de gorpsen, bon
den en damesvereenig-mgen opgenomen zijn,
terwijl overal hard gewerkt wordt om de
z. g. nihilisten, dit zijn zij die geen corps-
of bondsleden zijn, in de federaties op te
iiemen, kan dus reeds practisch gesproken
worden als de vertegenwoordiging der Ne-
derlandsche studenten.
Hier en daar is reeds het federatief ver
band doorgevoerd en geslaagd, maar in het
algemeen is het mogelijk een modus te
vinden, waardoor de religieuse vereenigin-
gen opgenomen kunnen worden. Daar even
wel van beide kanten de ernstige wil be
staat om de federatie zoo algemeen moge
lijk te doen slagen, zal ook hier wel spoe
dig de oplossing gevonden worden.
Op het oogenblik omvat de Nederland-
sche studenten-organisatie (afgekort N. S.
O.) alle bestaande vereenigingen, waarin
studenten samengebracht zijn ter beharti
ging hunner belangen en kan dus gezegd
worden dat de N. S. O. alle georganiseerde
studenten van Nederland (ongeveer zeven
duizend) in zich opneemt, terwijl getracht
wordt het niet georganiseerde gedeelte, ook
door middel der federaties te bereiken.
Aan het hoofd van de studentenorgani
satie, reeds dadelijk een krachtige beweging
doordat de sterke plaatselijke en nationaal
georganiseerde studentenvereenigingen in
dit verbond werden opgenomen, staat liet
bestuurscollege, waarvan de voorzitter te
vens president der Nederlandsche organisa
tie is. Op dit oogenblik is dit de heer 1L
Hut schier, praeses-colleig van het Leidsch
studentencorps, de'algemeene president.
Opgemerkt kan nog worden, dat naast
deze beide besturen door beide organisaties
gezamenlijk gekozen wordt een commissie
van onderzoek, die over de toelating van
een vereeniging tot een der beide deelen bo-
slist.
Staangeld vcor particuliere wagens.
De bepalingen de Ned. Spoorwegen
ten opzichte van het heffen van staangeld
voor particuliere wagens (met uitzondering
van ketelwagens) werden met ingang van 25
Augustus als volgt vastgesteld:
Ledige of beladen wagens, die op particu-"
liere sporen staan, zijn vrij van staangeld.
Wagens, die op andere dan op de voren
genoemde sporen ^taan-:
a. ledige wagens, die niet ter belading ge
reed zijn gesteld,
lo. op het depotstatioir der wagens zijn deze
«vageiis vrij van staangeld;
2o. op andere stations wordt voor elk ctnaal
FEUILLETON.
angs donkere wegen.
ei laar hoofd "was vol eerzuchtige plannen;
wenschte met Mary te praten over het
is en d-e meubels en haar toekomstige
V ining; den volgenden dag moesten het
ver en de juweelen bekeken worden, en
had verwacht, dat zij nu de lijst eens
nen zouden -nazien; maar niets van dat
Werkelijk werd er een van de ge
ne besprekingen uit Lime Street gehou-
n, waardoor al de nare gedachten, die zij
gaarne buiten wilde sluiten, haar weer
binnen kwamen Mary's jongens, en
moeders, en de oude vrouw Hales, en
lurice, die in ernst beloofde, dat de twee
i| meenten vereenigd zouden worden.
Het zou veel beter zijn, als zij zich in de
makkelijke kamer terugtrok, en bij het
Ur ging zitten lezen of peinzen. Maurice
it best, waarom zijne vrouw hen verliet.
stak haar kaars aan en wepschte haar
n weinig ernstig goedennacht.
,I'k ben bang, dat wij haar verveeld heb-
n", sprak hij met een smartelijke trilling
zijne stem, -terwijl hij weer tégenover
ary ging zitten. „Arme lieve Janet, hoe
kwaart Whitechapel haar! Ik geloof
ïarlljk, <ïat deze tegenzin haar ingescha
pen is en zij het niet helpen kan"; want
zijne liefde voor haar maakte, dat hij steeds
verontschuldigingen voor haar gedrag
vond.
Zij bleven nog een paar uur de plannen
bespreken. Later zeide hij tegen zijne
vrouw, dat het een opfrissching voor Mary
was, als zij haar broeder geheel voor zich
had, en zij hem al hare gedachten kon bloot
leggen; maar zelfs Maurice wist niet, hoe
veel de sympathie, die er tusschen hem en
Mary bestond, er toe bijdroeg om hem te
verzoenen met de onvolmaaktheden zijner
vrouw.
Mary kon altijd in zijne plannen inko
men; hij verveelde haar nooit. Nooit wa
ren twee vrouwen zóó verschillend, en toch,
wat had hij ze lief! Eindelijk ging hij naar
boven en vond zijne vrouw rustig eene ro
man zitten lezen bij het vuur.
„Wat zijt ge laat, Maurice!" zeide zij,
maar ik zat hier heerlijk en was te ver
moeid om naar bed te gaan."
„Arme Janet! wat moeten wij u beneden
verveeld hebben!" sprak hij terwijl hij haar
glanzon'd zwart haar gladstreek.
„Wat leest ge daar, lieveling? Lorna Dno
ne? O, e'en heerlijk boek! Ik moet 't later
nog eens weer inzien. Nu zullen we samen
.een Psalm lezen en dan moet ge naar bed;"
en als gewoonlijk was zijn wil wet. Janet
zou het niet gewaagd hebben nog ééne
oiadzijde te lezen, hoe gaarne zij ook w'lde.
Intusschen was de jonge eigenares van
Crone het trapje opgegaan langs d-e k'lok-
ketorenkamer, zooals deze genoemd werd
en de ledige zijkamer en stond nu voor het
vuur in de vlam te staren.
Het was de eerste avond in haar eigen
huis!
„Mijn huis, mijne bedienden, nooit de
onze welk een gevoel van eenzaamheid
geeft het gebruik van één zoo n klein
woordje", dacht zij. „Als -de kinderen er
niet waren zou ik mij nog veel eenzamer
gevoelen dan nu wat zullen zij hier een
genoegen hebben! Ik ben blij, dat ik om de
pony gedacht heb dat zal hunne stout
ste verwachtingen overtreffen! En wat zag
Maurice er vanavond goed uit! hij 9cheen
zeer opgewekt'en hoestte bijna in het ge
heel niet. Ik dank God, dat Hij mij kracht
heeft gegeven voor deze opoffering. Ik ge
loof goed te hebben gehandeld, als ik maar
zeker was, dat hij niet leed." maar toen
hield zij op, knielde neer en bad. Zij waag
de het niet te denken; daartoe was de wond
te verseh; zulke gedachten zouden haar
slechts ongeschikt maken voor haar dage-
lijksch werk; maar 't deed haar altijd goed
wanneer zij voor hem mocht, bidden. Zij
pleitte voor haar liefsten vriend, zooals ze
hem noemde met een ernst, welke zij niet
voor zichzelf kon aanwenden; en 'toen zij
dit gedaan had zond zij een ootmoedig
dankgebed ten hemel, omdat zij in staat
was «gesteld haar eigen zelfzucht «te over
winnen en voor anderen te leven. iEn als
zij dan dacht aan hare geliefden, die haar
zóó noodig hadden, en aan de groote scha- 1
re van 's Heeren zieken en armen, die bui
ten haar leven stonden, maar die de zwak
ke hand naar haar uitstrekten, om hulp te
vragen, ging er een stroom van liefde en
medelijden uit haar hart. „Voor zooveel gij
dit aan een van Mijne minste broeders ge
daan hebt, zoo hebt gij het Mij gedaan,"
herhaalde zij zaclvl; en dit was de laatste
gedachte van Mary St. John, voordat zij
dien avond insliep.
\£L
HOOFDSTUK XXV111.
Toen Maurice den volgenden morgen be
neden kwam, kwam vertelde Pratt hem
niet zonder verwondering, dat de jonge
meesteres naar de „pauwenwandeling"
was; „zij is al geruimen -tijd uitgeweest,
overal rond, nog voordat het geheel licht
was!" besloot de eerlijke bottelier, terwijl
hij zich in stilte verbaasde over het vreem
de gedrag der jónge dame.
„Wel, het is al negen uur; wij zijn roen-
schen, die vroeg opstaan en vinden dit al
zeer laat," antwoordde Mr. St. John.
,Js bet ontbijt gereed, Pratt? Ik zal haar
gaan zoeken;" en hij fiep sne-1 in de rich
ting van den tuin.
Hij vond Mary bij den zonnewijzer staan,
terwijl zij het uitgewischte opschrift las.
Dit tooneeltje bleef altijd eene aangehame
herinnering voor Maurice de lange laan
door de stralen der winterzon beschenen,
Mary met de roode doek over haar hoofd
en armen vastgespeld, de oude zonnewijzer
met den -met mos bedekten steen. „Ik geef
acht op de hand des Tijds! wat een vreemd
opschrift, Maurice," merkte Mary droome-
rig op, toen hij naast haar stond. Arme
oude zonnewijzer, ik zou wel eens willen
weten, hoe lang hij hier al staat? hoeveel
jaren van geduldig wachten, bevochtigd
door regen, bedreigt door wolken, door alle
mogelijke winden bestreken, en 9lechts zel
den beschenen door de stralen der-zon!"
„Eene vVare voorstelling van een trouw
leven, kileine zedepreekster!" antwoordde
haar broeder; „een oud soldaat, vermoeid
en verminkt, maar die toch op wacht staat.
Als deze zonnewijzer eens spreken kon,
wélke vreemde verhalen zou hij ons dan
don van sommige dezer oude Talbots! Mis
schien heeft de een of andere ridder uit
den tijd van Karei juist hier zijn dame ge
vraagd; of in dat boschje heeft w.ellicht eeni
schoon meisje met brocaat en gepoederdi
haar welwillend geluisterd naar haar in
fluweel gekleeden ridder."
<Wordt vervol gdX,