Dagblad voor Leiden en Omstreken. Brandsfoffencommissie LBIDSCHE COURANT ABONNEMENTSPRIJS - IN LEIDEN EN BUITEN LEIDEN IVAAK AGENTEN GEVESTIGD ZIJN FEE KWARTAAL f 2.50 PEE WEEK f 0.19 FRANCO TEE POST PER KWARTAAL I2.9Ó 'ste JAARGANG. - ZATERDAG 7 AUG. 1920. - No. 108 BUREAUHOOIGRACHT 35 - LEIDEN. - TELEFOON INT. 1278 ADVERTENTIEPRIJS -/ PER GEWONE REGEL f 0.221 DES ZATERDAGS f0.80 INGEZONDEN RECLAMES DUBBEL TAEIEf •KLEINE ADVERTENTIES Tan hoogstens 30 woorden 50 centZaterdags 76 cent, by Toornitb'etaiing Dit ur/mmer bestaat uit twee bladen De Middenstand. Geheel ons politiek en maatschappelijk leven wordt vrijwel beheerscht door de Bociale kwestie en hare oplossing. De sociale kwestie, iedereen spreekt er van, maar wanneer we eens gaan vragen vat men daaronder eigenlijk verstaat, dan stelt menigmaal het antwoord teleur. Menigeen meent dat het hierbij alleen gaat om de vraag hoe de arbeiders, de .werklieden in betere positie kunnen komen. De kommervolle toestand waarin helaas ecu groot deel van de lagere kringen ver keert, en de vraag hoe in dien ongewensch- ten toestand verbetering kan worden ge bracht, ziedaar het sociale vraagstuk. 'Zorg dat de werklieden meer verdienen, kortere werkdagen verkrijgen, een betere behandeling, ruimere woningen, behoorlij ke verzorging in geval van ziekte en pen sioen bij invaliditeit of ouderdom, en de lociale kwestie is voor velen opgelost. Wanneer dit alles was bereikt, dan zou inderdaad en flinke Btap in de goede rich ting zijn gedaan, maar toch valt niet to ontkennen dat deze beschouwing, algezien nog van de geestelijke zijde van dit vraag stuk, van een zekere eenzijdigheid, niet is vrij te pleiten. Dit blijkt al spoedig wanneer wij het weiale vraagstuk eens wat nader gaan ieschouwen. „Wie van een sociale kwestie spreekt, leeft Dr. Kuyper ergens gezegd, bedoelt liermee in den algemeensten zin, dat cr jrnstige twijfel is gerezen aan de deug- lelijkheid van het maatschappelijk ge- )ouw, waarin we wonen; en dat er dien- engevolge in de publieke opinie strijd *;ordt gevoerd over de hechtere grondsla gen, waarop een doelmatiger maalschappe- ijk gebouw en dat beter bewoonbaar, valt p te trekken." De grondslag van het maatsehap- ielijk gebouw deugt dus niet. Set funda ment is niet in orde. Men heeft dat ge touw op den individualistische grondslag ip getrokken en het gevolg is, dat het ge- leole gebouw is gaan wankelen en onbe- oonbaar geworden. Niet hen recht maar de macht werd verheerschend. En nu spreekt het wel ranzelf dat de economisch zwakken in de len strijd het onderspit moesten delven en iet meest den nadeeligen invloed van den rerkeerden toestand ondervinden. Vandaar lat hunne nood het grootst werd en het neest de aandacht trok. De maatschappij wordt ed al- oen gevormd door de arbeider, naar ook door andere standen even nisbaar voor den bloei en de welvaart -van le samenleving. Dit wordt wel eens wat al te veel uit iet oog verloren, ook in onze kringen. Vandaar dat in vergadering en pers wel olie aandacht werd geschonken aan do ehoeften van de werklieden, maar met e nooden van don z. g. Middenstand vaak laar al ,te weinig gerekend werd. Wan eer, om maar iets te noemen, werd in evenals over de ociale wetgeving enz., over de midden- tandsbelangen gesproken. Werd niet, vaak en indruk gegeven alsof er geen Mid- enstand was en alsof de belangen van ien 6tand niet verzorgd behoeven te wor- en^ evenals die van de arbeiderbevolking? Voor een deel is deze mindere belang- I oiling aan de middenstanders zelf toe te hrijven. Reeds lange jaren hebben de werklieden gezien, dat eendracht macht maakt, dat organisatie kracht schuilt. Door de FEUILLETON. .angs donkere wegen. ÏMaar den volgenden dag was zij neer in un midden verschenen, en had zij daar lil en ernstig gezeten, doch door haar touding te kennen gegeven, dat zij niet ri 1de, dat ie-mdnd zijne sympathie zou be- uigen; zij zag er zoo slecht uit, dat Dol lie m haar moeder angstige iblikken wissel- en; Dollie had haar wel om den hals wil- ïn vallen, door liefde en medelijden gedre- p 'en, maar een zekere terughoudendheid in aar wijze van doen belette 'het haar. Ecn- >21 laai toen. Janet met buitengewone teeder- - eid tot haar spralk, was zij eensklaps op- - lestoven. ■n „Wat bedoelt ge, Janet?" had zij gezegd; - t ben wel, zeer wel"; en even later had zij Collie gevraagd met haar uit te gaan. Ja- et keek hen verlangend na, maar zij vroe- >t haar niet mee te gaan. Toen zij een ïndje gewandeld hadden vatte Mary Dol- '•ie's arm en leunde er tamelijk zwaar op, V( laar zij was zeer weinig spraakzaam. Zij caren de richting gegaan van hunne eerste s andeling naar het kerkhof; daar Dollie iet in éene stemming was om zich aan roerige overpeinzingen over te geven, ^d zij er wel voorbij willen gaan, maar vakbeweging is het niet alleen gelukt be tere arbeidsvoorwaarden te verkrijgen, maar is het ook gelukt, de algemeene be langstelling te wekken. De middenstanders doden anders. Inplaats van zich te organiseeren, heb ben ze hun kracht gezocht in een vaak moordende concurrentie. Inplaats dat ze elkaar gingen helpen en eikaars belangen voorstonden, hebben ze al te veel getracht elkaar te benadeelen en het bestaan moei lijk, zoo niet onmogelijk te maken. Het gevolg van dit verkeerde optreden was, dat de Middenstand steeds meer in verdrukking kwam. Aan de eene zijde door de zich 6teeds uitbreidende groothan del en de groot-industrie en aan do andere zijde, door de zich organiseerendc werklie den, die, verkeerd voorgelicht als- ze waren do ldein-handel en klein-industrie als para sitaire aanhangsels van het maatschappe lijk leven beschouwen en zich door coöpe ratie van deze „vijanden" trachten los te maken. Deze verzwakking valt te betreuren, aan gezien ook de Middenstand behoort tot het organisme dat wij Maatschappij noemen en dus niet alleen onmisbaar is, maar ook niet mag kwijnen, daar het lijden van dit deel zijn invloed op de andere same1 -tellen de deelen niet missen zal. Nu is hierin de laatste jaren gekomen. De Middenstand heeft zich krachtig ge organiseerd. Wij hebben gekregen bonden die zich speciaal toelegden op de behartiging van de belangen der middenstanders en die doo[ eigen initiatief zoowel als door Over heidssteun veel goeds hebben weten te be reiken. Ontkend kan niet worden dat zulk een krachtige organisatie voor het maatschap pelijk leven zijne gevaarlijke kanten heeft. Zal de Middenstand goed functiöneeren en aan hare hooge roeping van de samen leving beantwoorden, dan moét zij wor den beheerscht door dieper liggende begin selen. Neutraliteit is ook op dit terrein ontoe laatbaar. - Gelukkig ris dit ingezien en hebben we gekregen een Vereeniging van den Christe- lijken Handeldrijvênden en Industrieelen Middenstand, die een eigen Bureau heeft en een eigen orgaan, en die de vragen die het leven beroeren aan de Christelijke beginse len wenscht te toetsen. Een verblijdend verschijnsel. De wereld is in beroering. Alles wisselt en wankelt. De revolutie-beginselen dringen overal en op elk terrein door, en laten hunne ver derfelijke invloed gevoelen ook in midden- standswereld. Meer dan ooitjs het daarom noodig dat de belijders partij-kiezen en dat ook de Middenstanders zich verzamelen onder eigen banier om ook op dat terrein te ijve ren voor de eere van onzen Partij. V De boycot van Hongarije. De op 20 Juni j.l. door het Internatio naal Verbond van (roode) Vakvereenigin- gen afgekondigde boycot van Hongarije is afgelast. De heeren hadden zich in hunne macht vergist. :_w-1 Het ideaal dat zij hopen te bereiken is dat heel het wereldverkeer zal stilstaan als hun machtige arm het wil. Niet alleen do werkgevers, maar ook de regceringen moeten naar hunne pijpen dan sen. Heel de wereld wenschen zij te beheer- schen. Het economische en het politieke en na- tuurlijk ook het geestelijke leven. Aan het Zoeklicht. Leiden, 7 Augustus 1920. De verslagen van den Leidschen Ge meenteraad doen mij telkens weer denken aan wat de heer -Vlieg e n, do voorzitter van het partijbestuur der S. D. A. P. drie jaren geleden in Het Volk schreef: „De onbewuste let wel de onbe wuste! arbeider heeft altijd de nei ging te stemmen op den heftigste, op hem die de scherpste taal weet te gebruiken." Zoo was het al in 1917. „Maar, zoo ging de heer Vliegen voort, dit verschijnsel zal natuurlijk nog grooter gevaar opleveren bij de nieuwe kiezers, die uit nog lager lagen der bevolking komend, in ontwikkeling meestal nog bij de tegen woordige kiezers zullen achterstaan." In deze woorden vindt men de verklaring van heel het optreden der roode raadsleden. Het is volgens den heer Vliegen niets anders dan speculatie op de a c h t e r 1 ij k- h ,o i d en de mindere ontwikkeling van de onbewuste kiezers. En de heer Vliegen is een getuige die zeker niemand in de S. D. A. P. zal wra ken. OBSERVATOR. Hongarije zou als proefkonijn dienst doen. Vanaf 20 Juni zou dit land volkomen van het wereldverkeer worden afgesloten. Het zou niet mogen koopen of verkoopen, geen brieven of telegrammen mogen ont vangen of verzendende -bevolking zou aan hougor en ellende worden overgegeven, tot de regeering voor een paar vakvereeni- gingsbestuurders op - de knieén lag en be loofde te prijzen wat de heeren socialisten believen te wijzen. En na Hongarije zouden dan natuurlijk andere landen volgden. Edoch deze eerste 'poging is mislukt. Beneveld door machtswellust hadden de roode heeren vergeten do kosten te bereke nen voor ze den toren gingen bouwen. Al spoedig bleek dat. de boycot niet in de eerste plaats Hongarije, maar andere van dit rijk afhankelijke landen trof. En 't duurde dan ook niét lang of 't was duidelijk dat de boycot op een mislukking zou uitloopen. En zoo is 't gegaan ook. De boycot is afgelast. Het eenige wat bereikt werd is veel ver warring en opstopping in het goederenver voer met als gevolg veel arbeidersellende. Men geeft echter den moed niet op. Straks zullen nieuwe pogingen in deze richting worden gedaan. Aan onze Christelijke vakorganisaties en aan allen die de christelijke belijdenis hooghouden in de eerste plaats de taak, om maatregelen te nemen dat iedere nieu- 'we poging op een nieuwe vdrgissing uit loopt. V Om te onthouden, In Het Volk schreef een der voorman non van de S. D. A. P. de heer Loopuit: „Er is niemand met eenig verstand van economische aangelegenheden en verantwoordelijkheid voor zijn woor den en daden, die niet meent, dat de revoluties, die wij medemaken, hoezeer politiek' van bijzondere beteekenis, economisch anders hebben gedaan dan de geweldige debacle, waarin Europa zich bevindt, nog ontzettend vergroo- ten." Hieruit volgt, dat indien in' November 1918 do plannen van Mr. Troelstra gelukt waren, ook ons land aan deze geweldige debacle niet ontkomen zou zijn. Maar ook, dat onzo regeering die de re volutie-plannen wist te verijdelen en allen die haar daarbij terzijde stonden, aan land en volk een niet te waardeeren dienst heb ben bewezen. District LEIDEN. Bon XY, Bon 1, la lb, Bon 2 2a, 2b, Bon 3, 3a, 3b, Bon 4, 4a, 4b, Bon 5, 5a, 5b, Bon 6, 6a, 6b, Bon 7, 7a, 7b, Bon 8, 8a, 8b, De Directeur van het Brandstoffenbureau herinnert eraan, dat zyn geldig verklaard van do BRANDSTOFFENKAART VOOR HET MINIMUM RANTSOEN de onderstaande bons eQ dat de op de kaarten genoemde handelaar gemachtigd is op de gewone en nader omschreven wijze de volgende afleveringen te doen: 2310 1 eenheid (2 H.L.) gascokes. 1 eenheid (2 H.L.) gascokes. 1 eenheid (1 H.L.) anthraciet. 1 eenheid (1 H.L.) anthraciet. 1 eenheid (1 H.L.) eierkolen. 1 eenheid (1 H.L.) eierkolen. 1 eenheid (100 K.G.) bruinkooib.a 1 eenheid (2 H.L.) gascokes. 1 eenheid (2 H.L.) gascokes. Bon XY is uitsluitend geldig tot Zaterdag -25 September a.s., zoodat degenen, er voor dien daitum op deze bon geen brandstof hebben bétrokken, na 25 September dae-~- 'op'alle aanspraak verliezen. In afwijking van de op de minimifm-rantsoenkaarf aangegeven geldigheidsdure der bons, worden de bons 18 voorloopig geldig verklaard tot Zaterdag 25 Septem ber a.s. en kunnen op deze bons na genoemden datum slechts brandstoffen worden betrokken, nadat deze bons opnieuw zijn geldig verklaard. De maximum-prijzen zijn voor thuisbezorgd: per eenheid (1 H.L.) anthraciet f4.10. -per eenheid (1 H.L.) eierkolen f3.40 per eenheid (2 H.L.) gascokes f 4.4':. per eenheid (100 K.G.) bruin ko f3,85. t :i- ..chtneming van de verhoogingen voorde Buitengemeenten als op prijs lijst is vermeld. De beschikbaarstelling van gascokes geschiedt uitsluitend in ongeklopte en wordt de prijs met 20 cents verhoogd, wanneer aflevering van geklopte cokes wordt ver langd. De bons mogen uitsluitend worden afgegeven bij ontvangst der brandstoffen. Ter voorkoming van betaling van herhaald bezorgloon (20 cents per eenheid! worden be stellers verzocht de bons gereed te leggen, opdat de handel deze bij aflevering kan in ontvangst nemen. AFGIFTE VAN BRANDSTOFFENKAARTEN OF VAN BONS, WAAROP GEEN AF LEVERING IS GESCHIED, AAN HANDELAREN OF PARTICULIEREN HEEFT BUITENSLUITING TEN GJSVOLGE. LEEST DEN TEKST DER BRANP-STOFFEN- EN BESTELKAARTEN. De Directeur voornoemd, KRAMER. Leiden, 8 Juli 1920. Hadden Mr. Troelstra en zijue vrienden hun zin gekregen, de toestand zou in ons land duizendmaal ongunstiger zijn dan thans het geval is. STADSNIEUWS. De minister van Ondierwijs heeft bepaald dat de commissie tot het exartiineeren van hon, die eene acte van bekwaamheid wen schen te verkrijgen tot het geven van middel baar onderwijs in de Nederiandsche taal, de geschiedenis, de aardrijkskunde, de staathuis houdkunde en de statistiek en de staatsinrich ting over het jaar 1920 zitting zal houden te Amsterdam. O.a. is in deze commissie be noemd dr. J. iHeinsius, mede-redacteur van het Woordenboek der Nederlandsche taal, alhier. Gisteren heeft de in Leiden bekende hoofdopzichter van Fortificatiën, de heer B. Horff. op 60-jarigen leeftijd, den militairen dienst met pensioen verladen». De aannemers, pzichters cn personeel van de militairen gebouwen^ alhier, hebben de heer Hoff juist op zijn verjaardag, als blijk van belangs'JeUling, waardeering en sympathie, een eikenhouten zetel aangeboden, als blij vend aandenken. Zij het den heer Hofi. die bekend staat als zijne taak steeds corsiensieus te hebben opge vat. en de telangen van het Rijk met ijver cn vteran.'woordeilijkheidsbesef hee-ft gediend, nog gq;even jaren van rust te mogen genieten. In het perceel Burgsteeg 5 waar voor heen gevestigd was de slagerij van den heer j. Horree, heeft de heer Abram Dreef heden een zaak geopend in nieuwe meubelen. De heer Abram Dreef is de zoon van den heer N. Dreef aan de Nieuwstraat, doch de nieuwe zaak etaat in geen enkele ver bintenis met den best a an den winkel aan de Nieuwstraat, is daarvan geheel gescheiden. De heer Dreef die van jongs af in ho4- meubel- en beddenvak is werkzaam go weest en dus eene routine heeft als weini gen, exploiteert deze zaak geheel voo eigen rekening. De winkel welke door bijtrekking van do daarachter gelegen huiskamer een mooie ruimte biedt, ziet er in alle opzichten fraai en smaakvol uit. Een ruime sorteering degelijke dt^gr eigen werklieden vervaardigde meubelen in di verse stijlen en houtsoorten (eiken en ma honie) geven een mooi aspect terwijl do. bekleeding der fautuils en stoelen 'n mooie afwisseling biedt. Binnenkort hoopt de heer Dreef aan zijn zaak een speciale beddénafdecling te ver binden. Het spreekt vanzelf dat de jonge zaken man niets onbeproefd zal laten om door do- gelijke bediening cn vooral door stevig concurreerende prijzen, het vertrouwen zijner stadgenooten en der clientèle in do dorpen, zich waardig te maken. Ook hier geldt het bekende woord, „wat men niet in de étalage ziel, vindt men bin nen", want, achter den winkel bevinden zich nog drie localitoiten waarvan er één als monsterkamer is ingericht terwijl de twee anderen als bergplaats dienen. Bovendien worden naar tcekening aller lei meubelen vervaardigd! Wij wenschen den heer Dreef met zijn nieuwe zaak veel succes toe! U.'- Mary drukte zacht liaar arm en leidde haar naar den ingang. „Het is zoo koud en vochtig", zeide Dollie rillend, 'terwijl zij naar de grauwe lucht en de kale toppen der hoornen keek; maar Mary sloeg er geen acht op. Weldra zaten zij op het bankje, vanwaar zij ihet gezicht op de graven hadden. „Zuster Veronica, twintig jaar* oud weet ge nog wel?" zeide Mary zacht, alsof plotseling eene gedachte haar trof, en toen zij deze opmerking gemaakt had, vervolgde zij, „maar werkelijk, ik vind, dat gij moet blijven, Dollie." „Maar 'het zal zoo vreeselijk zijn, om ach ter te blijven na alles wat er gebeurd is-'k antwoordde Dollie. „Weet ge, ik heb een hekel aan het kasteel ik 'heb een gevoel alsof ik vervolgd word; wij zijn zoo geluk kig geweest en hebben zoo'n prettigen tijd gehad, en nu is alles zoo ongelukkig afge- loopen"; en Dollie stampte ongeduldig op den grond. Ja, het zal zeer stil zijn", hernam Mary met een zucht, „maar toch vind ik, dat gij het ter wille van Charlotte doen moest; zij zal zich zoo eenzaam gevoelen, en zij is zeer vriendelijk voor ons geweest, de arme vrouw! en de verandering zal uwe moeder veel goed doen." Dollie trok een lang gezicht zij was maar half overtuigd; ,-Maar ik zal u elk uur van den dag mis sen, Mary", zeide zij vleiend. „Ik heb nooit eene zuster gehad, en ilk heb oen gevoel, alsof wij zusters waren. Ik zal steeds aan u denken en naar u verlangen, en o! ik geloof ten slotte, dat Zuster Veionica, oud twintig jaar, nog niet zoo erg le beklagen was; zij had zoo spoedig met haar leven afgedaan." Mary glimlachte medelijdend. „Daar ben ik nog zoo zelker niet van, Dok lie; misschien is het niet over ons beschikt, dat wij het treurige leven zoo spoedig dóór zouden komen; wij mogen.ons niet aan het kruis onttrekken; 'het is beter" hare lippen beefden, maar zij ging bedaard voort „het is beter, dat wij het ons toe gedeelde leven zoo moedig cn geduldig mo gelijk leven. Langzamerhand «al "het geen pijn meer doen"; en toen veranderde haar manier; zij sprong op en liep snel het nau we pad ten einde. „Ja, het is koud en het voelt aan, of het zal- gaan sneeuwen. Janet had gelijk, en het is beter, dat wij niet later dan morgen vertrekken. Wilt ge mij beloven te zullen blijven, lieve Dollie? Het zou mij voor u spijten, ~als gij niet handelde!, zooals gij moet; men kan niet altijd zijn eigen zin doen." „O, Mary, hoe beschaamt ge mij!" ant woordde Dollie met tranen in de oogen. „Blijven? ik wil zes maanden blijven, als gj! het.verlangt." „Neen, slechts zes weken totdat onze arme kleine Charlotte Madame Arnaud wordt. Gij moet er mij alles van schrijven; alles wat gij doet; en hoe Lesponts uwe moeder bevalt. Gij moet 'haar de Bcguinage en Laeken-Waler laten zien, en en o, wat is het koud, Dollie!" en nu hulde Mary zich dichter in-haar mantel. „En gij zult mij ook schrijven Mary?" „Ja, ja natuurlijk zal ik schrijven. Ik moet u van de-kinderen en Maurice ver tellen en van mijne plannen; en als ge te rug komt, moet ge met uwe moeder op Crome komen, cn en wij zullen het gezellig hebben maar toen wgrd haar stem heesch en begon zij sneller te loopen. Voordat zij het kasteel bereikt hadden, werden zij overvallen door eene hagelbui en kwamen zij nat en moede aan en von den Janet, onrustig op hen wachten. ,,0, foei, wat een storm! gij zult wel door nat zijn", riep zij uit en legde de hand op Mary's natten mantcf; maar zij hield een uitroep terug. „Ja, vvij zijn zeer nat, en ik denk, dat ik naar mijne kamer zal gaan, om wat te rusten Jartet"; en Mrs. St. John liet haar met een zucht voorbij gaan. Dollie had beloofd te zullen blijven, en dus deed zij haar best zich zoo goed moge lijk te schikken. liet was treurig, toen zij Mary naar het station had gebracht cn al leen over he Grande'Place terug ging; het klokkenspel klonk haar zelfs droevig in de ooren.. Hoe eenzaam scheen het kasteel dien avond! hoe onbeduidend vond zij het voortdurend gebabbel van Oh'arlotte; voor. deze ééne maal scheen de tegenwoordig heid barer moeder haar nauwelijks vol doende. Het scheen in de kamer te spoken; tiet donkere gelaat van Grey gluurde haar uit de hoeken aan: zijne vriendelijke.oogen schenen haar te volgen; de gloed van hei vuur bescheen Bertie's krulhaar; zij kon zijne slem hooren. zijne woorden verslaan en Mary, die 'hem antwoordde. „"Zoudt gij gaarne naar bed gaan, Dollie?'' vroeg haar moeder, die de onrust van het meisje opmerkte. Het werd beter toen zij bovenkwamen en zij het hoofd in den schoot barer «moeder leggen kon, en met 'haar kon pralen. Geen wonder, dat zij ver moeid en ontdaan was, na alles,, wat er ge beurd was, dacht de weduwe, en zij waa zeer zorgzaam voor haar kind. Maar na eenige dagen werd het beter; Dollie miste haar vriendin niet meer zoo zeer, en haar natuurlijke .levendigheid kreeg de overhand. Zij moest de "honneurs van het kasteel waarnemen tegenover haar moeder, Charlotte had het veel en veel ts .dn: (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1920 | | pagina 1