I/vee de Blad.
Saterdag 15 Mei 1920
HEMELVAART.
Eii tarxvijl zij nog spraken werd
Hij opgenomen daar zij hè} zagen.
Handt. 1:9.
>gevarcn ten hemel" aoo" luidt de
cnis van 's Heeren gemeente. Zij
het uitgesproken te gelooven in
BtteropstaiKkng des Ha-lands, en
daamp volgen het belijden van
gr loof in de- hemelvaart van Jezus
1 Heere.
■stoute, schennilgc hand heeft zich
ig'ioof ook. aan deze heerlijke be-
x n-rgrepen.
t? Opgevaren ten hemel? Dat gaat
ren akle wellen der natuur tegen
feilen aan, wier gezag- zich niets of
and kan onttrekken. Een Lichaam
loch niet omhoog stijgen kan
niet leven buiten den dampkring,
geen warmte is; en al dergelijke
jen meer worden aangevoerd,
op men zijn twijfel bouwt,
jtriover dat onwaar hceten van
sen dos Heeren Woord ons meldt,
»r de gemeente w_n alle eeuwen
leden, stellen zij. dée Jezus Chris
ten de Heere tonijn, hunne be-
lis van te gelooven. dat hoog boven
"achten, .die wij kennen, de ma jes
ter kracht Gods schittert.
'clooven, dat God de Heerenis
óuvereine wpteever zelf. staat ho-
lie wetten, die Hij voor het gesc-ha-
stelde. Tegen Zijn ail macht verman
>1 noch aarde, ruimte afstand noch
rtekracht iets.
nu heeft dito God Zijnen Zoon ge-
?n in liet vleesch, en het Hem loc
al als loon, dat Hij als Ziin bonr-
elijk werk volbracht was, ook naar
menschelkije natuur zou worden
ieriijkt aan des Vaders rechterhand
voer hij dan ten hern- il or». vol eer.
móest het komen. DoGr Zijn op
to g uit den dood was Jezus goko-
in den staat der heerlijkheid, en
lij behoorde nu ook de toestand
ieerliikheid.
werd Hij verhoogd boven alle
ion on tronen. Hij. die aHer smaad
gedragen. Wiens lichaam ge-gec-
Wions hoofd met doornen e-e-
pd was- Wat heeriijke vreugde.
'lorioLise maiestoit is dien Vorst nu
j. Die met hemelsche lofgezangen
iin intocht in 't Vaderhuis begfroet
it.
Ileniclvaarfsdag is een dag van
I2|e hlijd'-'chap voor de gemeente van
tas AU Borg is Hij verheerlijkt on
werk in den home! is dan ook een
'echtelijk werk. Hij voer op tot
öe.n troon Gods om daar Ziin
geldig te maken. Onze zaak moest
loven beslecht
ging naar den hemel om dear
^priesterlijk werk voorr Zijn volk
„ken. Gelijk A5ron met den borstlap
erd inging in het heiligdom, zoo
Hij Zijn volk op het hart om
hen ftfiaarbDverJ te (denken,-, tom
voor hen te bidden.
als ootmoedig smeekcling staat
ar voor *s Vaders troon neen
3:efl een recht om te cischen, ploi-
pop zijn bloed. Van dat recht maakt
K-bnnk om voor Zijn voNe te vra-
de bewaring bij het geloof in de
^lit Gods, te vragen allen zegen die
I bloeit uit 't offer door Hem go
1 h!- jn woneii daarboven, het werk
daar verricht, waarborgt Zijne
en de gemeente, dat eens aan al
lijden een einde za»! zijn en zij als
r ruid var» 's hemel- Koning in heer-
staat ;ie haren bruidegom zal wor-
te gemoet gevoerd om ecu wilg in
«glorie te deelen.
naer clie vereeniging met haren
oogom gaat het verlangen dor
Identic bruid Hij. dien hare zé el
1 serfr is in den hemel; van daar haar
•wee naar cle woningen van zalig
en licht.
Een Heel CKrisfu's HcEaam ïs roerig
naar de ziel bij Hem, en wacht nog
maar op den morgen der opstanding,
om ook naar het lichaam te worden
•verheerlijkt
Wjj 7,ijn noig opj aarde En tot lipt Iij.-
dend volk Gods riep weer opnieuw do
gedachtenisviering van Jezus' hemel
vaart: al zijt gij nog op aarde in den
strijd, toch is uw woonstee, waar gij
eigeniijk thuis behoort, dn den hemel.
Daarom leeft als homolburgers. Daar
toe bekwaamt Jezus, de verheerlijkte.
Van Hem alleen zij die verwachting
om staande te blijven in den strijd, en
te vorderen in de heiligmaking.
Uit de Pers.
CHRISTUS IN DE BIOSCOOP.
Over dit onderwerp schrijft de heer
HHbrandt Boechnia in de „N. R. CrL":
Daareven las ik in uw blad, dal de
Kerkt raad der Gcref. Kerk van Roller2
dam er tegen geprotesteerd heeft, dat
ir schouwburgen en bioscopen de Za
ligmaker dor Wereld op het looneel
wordt gevoerd-
Welnu, ofschoon ik voor mij niet tot'
,.d)e bekrompen en dompcrsche Gere
formeerden" behoor, is het mij toch een
behoefte met dit protest mijn warmste
instemming te betuigen. Als tik me
voorstel, hoe de hoog-heci 1 ijko persoon
van onzen Heiland1' hier of daar met een
valschen baard over het tooneel .stapt
en vervolgers in de kleedkamer gaat
om zich de schmink van zijn gelaat te
wasschen, neen, dan is er iets in
mijn ziel, waar-van ik ni-t weet. of het
vloeken of vechten schelden of schreien
wil. En ik kan niet begrijpen hoe
„Christen menschen" dSi lijdelijk kun
nen aanzien.
Is er don letterlijk niets meer. dal ons
heilig is? Is dat dan ten slotte het we
zen van de Kunst, dat zij den Eerbied
om hals moet brengen?
Het* is met de tooneel censuur in ons
land toch eigenlijk wel een vreemde ge
schiedenis. Er is in ..dein ganzen Kreis
der Schöpfung" maar een figuur, waar
de tooneelditeclcur voorzichtig én
drommels voorzichtig! -- mee dient te
wezen. Dat is de figuur van den geeste
lijke wel te verstaan: van den
Roomsch-Katholieken gee?'.ch»ke. Die is
als de \touw van Caesar, op wier ge
waad op het tooneel ook nog geen vlek
■je mag worden aangewezen, of in alle
Roomsche kerken wordt de noodklok
geluid en de burgemeester is niet zoo
goed of hij moet het stuk, waar zulk een
hrcli^P-cliennïsjf in voorkomt, Ikort-
weg verbieden.
Maar als wij. Pro test iir.cn. bedroefd
en gegriefd en zedelijk gemarlold wor
den. niet in onzen geestelijken, want
daar kunnen we best mee zien heen en
weer sollen! maar in het beste en
teerste en heiligste wat wc hebben in
leven én in sterven, als wii Hem,
wiens Naam wij nauwelijks durven uil-
spreken. tot een aang k'ee.le too.nee.I-
pop verlaagd zien. dan schijnt or in
onze smart over dal feit niets te wezen,
waarvoor dé Overlie:d roet oerbeicl uit
den weg meent te moetan gaan-
Zoo wordt ook hier 't oude woord be
vestigfl-, „dal zij het. schepsel hadden
geëerd en gediend hoven den Schepper,
die te prijzen is tot in eeuwigheid
GODEN WILLEN WIJ ZIJN!
Atfcma van Schcltema. zegt onze
R o 11 e r d., is een der meest geliefde
van het socialisme.
Minder diepzinnig dan mevrouw Ro
land Holst, en in luchtigen cadans steil
hij zijn verzen.
Zoo vangt de Mei-aflevering van de
^Socialistische Gids" ».?;n met eeii lied
„Goden!", in welks erste couplet hij
aldus het ideaal van Jen zuiveren so
cialist omschrijft;
Goden willen wij rijn
Naakt en zuiver, en rein
Van zonde en van schijn.
En van een edele waarde,
Verlost van schande en pijn
Schoon van dit slaafscli venijn
En zalig zalig op aarde!
Goden, willen wij zijn! aan de beko
ring van dien triomfkreet kan de
mensch zich zoo moeilijk onttrokken.
At in Eden's Hof kwam de verleider
met het „Eritis sicut dei*' gijlieden
zult als God wezen."
En Adam en Eva ze wilden als God
zijn*.
Maar toen kwam na de ongehocr-
zia'amKeïld' cl/ie bange Vervloeking! r-Zóö
zij het aardrijk om uwentwil vervloekt
en met smart zult gij daarvan eten al
tie dagen uws -levens- Ook zal het a
doornen en dis telen voortbrengen-, en
gij zult het kruid des velds eten. In het
zweet uws aanschijns zult gii brood
eten, totdat gij tot de aarde wederkeert,
dewijl gij daaruit genomen zijt: want
gij- zijt stof", en gij zult tot slof weder-
kecren."
Toen steeg op dat duizenderlei ach
en wee van den medearbeider Gods, die
eens in hel Paradijs tot het bewaken
der harmonieuse levensorde geroepen
was, toen groeiden die doornen en dis-
telen. toen druppelde het zweet des
aanschijns.
Zalig, zalig op de -aarde! werd toen
ijdele klank.
Maar voor wie Christus kennen,
wenkt een andere zaligheid.
ONWARE BESCHULDIGING.
Dc Soc -Dem. leden van d'e- Tweede
Kamer hebben de vorige, week een he
vig kabaal gemaakt, omdat, een verzoek,
om over de toestanden -in Hongarije
te mogen interpolleeren geweigerd
werd-
Door den heer Duijs werd daarbij ge
zegd. dal onze .consul-generaal in Bu-
dapest wel zorgt voor de burgerkinde
ren en die goed laat hedeelon van wat
gezonden wordt uit ons land, maar dat
do arbeiderskinderen vergeten worden.
De oorzaak van deze beschuldiging
is, naar wij in dc Standaard lezen,
misschien wel na te gaan.
-Men deelde ons mede, dat van uit
Wcenen indertijd aan de Christelijke
vakorganisatie in Nederland1 werd me
degedeeld!, dtat, als men wenschte dat
ook andere kinderen, -dan die van so
ciaaldemocraten geholpen werden, men
zelfstandig zou moeten optreden. IT is
toen vanwege de Christelijke organisa
tie een eigen trein met levensmiddelen
gegaan en de uitdeehng had ^laats on
der de leiding van de edgen mannen.
In Ween en werd dus getracht door
de sociaal-demoeraten, om wat voor al
len gezonden werch voor de oigen kin
deren te bemachtigen.
Men schijnt te meenen, dat de sociaal
democraten een uitzonderingspositie
innemen, zoodat andere menschen eerst
aan de beurt komen, als de partij voor
zien is. Als nu onze consul-generaal in
Budapest heeft gezorgd voor een eerlij
ke verdeeling, en daaraan valt niet (e
twijfelen, dan ligt het voor do hand, dat
hij niet naar den zin van sommige lie
den gehandeld heeft-
Het is droevig, da t er over zulke zaken
gesproken moet worden bij een werk
van harm hartigheid en liefde- Maar....
er zijn menschen die alles bederven
door een nietsontziende propaganda'-
Voor onze Vrouwen.
Onze lezeressen zullen waarschijnlijk we! eens
hebben gehoord van „raoederschapszorg;"
Een leelijk woord voor een c.pz tohzefi uitnemen
de zaak, dico-aUoor proï. Sloicmaker dc Bruine
met groo'e warmte is verdedigd en -ook voor
kwam op flieï in Januari 1918 vastgesteSd so
ciaal-ipcht lek program van fliet Chr. Nat. Vak
verbond.
Wc zullen 'hiervan binneukorL wel meer hoo-
ren.
Als straks <ie ziektewet aan He orde koen;
zal waarscMJifiiJk een ernstige posing worden
godaa-n om deze zaak wettelijk ie regelen.
Bovendien is van socialistische zijde bij de
Tweede Kamer een n-.ot'e ingediend: dat 'het in
het belang van dc gemeenschap is de levens
kracht van het opkomende geslacht te bevor
deren en dat de bescherming van het kind
moet begeren -bij <de zorg van de moeder.
Als deze motie aan de orde komt. wordt van
zelf d't vraagstuk van alte zijden bekeken.
Toch kan het gewenspht zijn hierover reeds
thans enkele opmerkingen te maken, 'inzonder
heid voor onze lezeressen te Leiden, die straks
ter slciribus worden geroepen.
©ij de te voeren propaganda zal dan onge-
geitwijickl ook de moedersohapszorg of moeder-
schapsvcrzekeriüg door de S.DA.P. r.a^ vo
ren worden gebracht, teneinde de vrouwelijke
kiezers te bewegen hare stem te geven aan de
socialistische caiMiaaten.
En aangezien nog altijd waar is, dat een ge
waarschuwd man eu dus zeker ook een ge
waarschuwde vnouw voor twee geldt,, kan
een woord: van waarschuwing hier op zijn plaats
zijn.
Als twee hetzelfde doen,zegt het spreekwoord,
is het nog niet hetzelide.
O!: geldt ook hier.
Wafinëer m'erf Van söcTaUsTfscTic zijde ijver!
voor ,.mocderset»apszorg'*, bedoel; men daarme
de heel iets anders, dan wanneer b.v. een man
als Dr. Stotemaker de Bruine daarvoor het
pleit voért.
Wat bcdoelL^le SJJ.A.P. nu vieze leuze?
iMievr. Wibaut heeft le: onlangs onomwonden
gezegd: „De sociaal-democratie zie1! in de moe-
derschapszorg het begin van de volledige be
vrijding der moeder, cle belofte voor een toe-
Ikorast wa^iéi) het >inoederschap bevrijd zal
zijn vau iederen druk van armoede of valschen
traan en a'ieen afhankelijk zal zijn van de ge
meenschap zelf."
Uit wat zij 'hiermee verder schrijft, blijkt dat
zij vooral op het oog heeft de ongehuwde moe
der, die van aten valschen waan vrijgemaakt,
melt de gehuwde moeder op één lijn wordt.ge
stold.
•Deze tiitpsraken staan niet op zichzeü.
Mej. Suze Groeneweg verklaarde onlangs
in eene openbare vergadering, dat# in de kiude*-
besüherming door raoederschapszorg het prin.
cipe Sigt van geSikstelling van gehuwde en on
gehuwde moeders.
lEn een andere socaJistischc vrouw), mevr.
Mansholt, schreef in Het Volk: Jn de socialis
tische maatschappij zal niet alleen de ongdliuw-
<3e. maar ook de geliuwide vrouw economisch
zelfstandig zijn. Zij zal voor haar levensonder
houd niet van haar man afhankelijk zijn en
daarvooor gedwongen worden bij hem te blij
ven. Daarom is het billijk, dat zij moeder ge
worden, moeder lom ontvangt.
,iMen kan hiertegen niets in brengen. Men er
kent, dat de moeder een maatschappelijke ftme-
■tiie verricht, dat er een uitkeering wezen moet.
riet wegens ziek-te, maar een uickoering d'e ver
band houdt met de arbeidsprestatie wat is
deze uiikeertng dan anders dan loon?"
,.Met helt moedertoon moet in de kapitalisti
sche maatschappij een aanvang genomen wor
den. De moederschapsuitkoering, zoo hoog en
zoo laag als we die van de bezittende klasse
ios kunnen 'krijgen), moeten we beschouwen als
.moedertoon.
Het lage bedrag kunnen we aan den kaak
sHel'.en ais een toon ver beneden peil.
Dar de uitkeering gratis moet zijn, kunnen we
verdedigen met het argument, dalt het loon is.
Zoo zuflen we vasten grond onder de voeten
hebben bij oirzen strijd voor verhoog in? van
moedertoon."
<Men gevoelt bij hel lezen van deze citaten
wat eigenlijk de bedoeling is, al. een der funda
menten van onze samenleving geheel tos te ruk
ken.
(Volkomen terecht schreef in verband hierme
de onlangs een van onze bïaden:
„Moederschapszorg wordt aangeprezen onder
het mom van een teedere zorg voor de moeder,
maar ais men den waren aard ziet van hetgeen
■gevraagd en bedoeW wordt, dan blijft er niets
dan een afzichtelijk gedrocht over; de verdedi
ging van de moeder wordt verlaging van de
moeder, de strijd voor de vrouw wordt een
naar beneden halen van ide vrouw, zoo erg als
het maar wezen kan.
De auii-revotoiloua r behoort vooral op de
beweging voor de mocdcrscliapszorg te letten,
omdat zij het bes ie en teerste aantast, wat ons
leven leent.
De voorstanders van de moederschapszorg heb
ben, over tcL gehcc! in principe met liet gezin
afgerekend.
Zij spreken bovenal van het moederschap. De
vrouw brengt een nieuwen mensch ter were'i\
Eu dte functie verricht zij ten dienste van den
3taat of van de maatschappij. De moeder is ia
dienst van de maatschappij!, die zij verrijk;
met eeti' nieuw lid. Hoe zij daartoe- iir staat
wordt gesteld Is een vraag, die var: mindere
waarde, is.
Hoofdzaak is dat het nieuwe wezen ter we
reld wordt gebracht En omdat de moeder nu
to dit opzicht de onmisbare schakel is, en l aar
verpleging eu de verpleging van het kind. da;
zij ter wereld brengt van groot beklag is voor
den staat en de maatschappij, daarom ir.oet de
staalt voor die moeder zorgen. Die moeder iioudj.
oen rijken schat ir. haar armen. Hoe lang deze
schat aan haar mag worden toevertouwd? Men
is hei daarover nog nied eens. Er zij:: er. die
meenen. da!f de moeder niet stoei-;s 'de l este
voedster maar ook de besie opvoedsJer 'Is.
aü&ans Ut de eerste jaren.
Ër zijn er ook, zoöals de hoer van Ravesteijo.
die zeggen, dat het kind niet aan de ouders eu
ook niet aan de moeder behoort en in de com
munistische maatschappij zai men -het haar zoo
gauw mogelijk ontrooven, om 'het onder gedi
plomeerde zorg te brengen cn op te voeden
ais eeu onderdieel van de produceerende „mas
sa".
Wij zeggen deze dingen wat bard. max- het
is noodig, omdat alle franie hier maar schaadt.
Het moederschap is dan een staats- of maat-
sclSappHjke functie. Hei is alzoo op zich zelf
geplaatst, tos van 'huwelijk en gezin.
En dan gaat men verder redeneeren.
De gehuwde vrouw moet onafhankelijk wor
den gemaakt van den man.
Maar vooral de ongehuwde moeder, die niet
fangër ïëven tria? öndër Hetf dér' gêSutfJ
de, nroef ondersteiiuiitg crlangcii.
En dan liefst zoo lang mogelijk, zoodat zij
liet huwelijk nimmer uoodig heet', wam Ja» zou
haar maar bindtfn.
De slaat ijkt de ongeoorioofde verhoudJug. De
overheid zegt, dat he* haar niet kan schelen of
de moeder getrouwd is dan wc! niet, of de ri
der bekend is dan niet. De moeder zorgt1, dat
er een kind ter wereld komt-en de staat betaalt
daar voor en zorg: voor haar.
Natuurlijk volgt daaruit evenzeer, dat de man
vair alen bard. van e'kc verantwoordelijkheid,
voor zijn leven ontslagen is. Alle belemmerin
gen voor een leven in buüen-ech'.elijke verhou
ding is vervallen.
tMen leeft er maar op voort. De staat neemt
het risico op zich.
Opnieuw merken wij op, dat wij JiCt hard zeg
gen maar de dingen, bedolven onder fraaie
leuzen, moeien maar eens bij den naam wor
den genoemd.
Als de zonde geen zonde meer wordt ge
noemd, gaan staat en maatschappij te gronde.
Laat ons waakzaam zijn.
Onderkennen wij deze vruolit der revolutie,
<3an werpen wij -haar met afschuw weg. Hier
wordt een gevaarlijke aanslag gepleegd op. het
gezin, op het huwelijk, op de moeder, er. liet
kind". i
jVoor de Jeugd.
|Levend Begraven,
VII.
UI was in e?n vooitdurenden sbaat van
Tochtige opgewondenheid, daar hij
oogenblik zijn vader verwachtte, c>m
I* en zijn grootvader te bevrijden. Bij
F geluid van een windvlaag sprong hij
fn luisterde, in de verwachting nadere
^hippen te hooren. Meer dan tienmaal
o klom liij naar het dak, staarde
°m, in <ke hoop e enige gestalten te
fkken.
vergeefs trachtte zijn grootvader deze
iuribeid te verdrijven. Jacques be
tide hem met vragen: „Was zijn va-
ï;e niet thuis? Had zijn vader de bu
ret'cis geroepen om hen te helpen?
ten zij niet ieder oogenblik lcomcn?"
nude, arme grootvader, die ziine be
ng ook zeer wenschte, kon slechts op
?zr vragen herhalen, dat hij hoopte,
'ttuu-ois het dal veilig bereikt bad, en
hj zeker moeite noch tijd zou verlie-
uni hun ter hulp te komen. En wie
*®B8en met welke hinderpalen hij te
t'telen had geliad? I-Iet pad kon ver
zijn, of zoo vernield, dat het onmo-
•v&s verder te gaan. zonder hot eerst
te herstellen. Zij moesten geduld hebben.
Dit. was niet veel troost voor "Jacques.
Tot laat in den "avond hoopte hij zijnen
vader en de buren .te zien verschijnen. Hij
was dezen dag vreeselijk moede.
'Aan iederen dag komt echter een einde,
of hij ons goed of slecht, vreugde of smart
brengt.
Tegen tien uur in den avond sloot groot
vader het luik, zoodat alle lucht geheel
uitgesloten was, ging toen ter ruste, cn
raadde Jacques hetzelfde te doen.
Bedroefd legde de knaap zich naast
hem neder, en een uur daarna hoorde zijn
grootvader hem nog snikken.
Hij stoorde hem niet. Wat troost kon hij
hern geven?-Hij liet hem zijn verdriet stil
uitweenon, en was dankbaar, dat de slaap
zijne weldadige vleugelen over hem had
uitgespreid. Jacques sluimerde in, en wel
dra sliep ook de grootvader.
Het eerste wat Jacques den volgenden
morgen deed, was naar het luik te gaan,
en te trachten het te openen, om op het
dak te komen en te zien ol hij zijnen va
der zag. liet ging zijne kracht echter te
boven, en hij moest zij grootvader roe
pen, om hem te helpen.
En toen nog konden zij het slechts met
vereende kracht op zijde schuiven cn de
reden van dezen weerstand was opgehel
derd.
Do sneeuw viel door de openi; g, cn
zonder twijfel was er gedurende den nacht-
opnieuw een hevige sneeuwstorm geweest.
Jacques klom op den schoorsteen, en na
alles wat hij zag, moest het dien nacht ge
sneeuwd hebben: de sneeuw lag wel twee
voet hooger dan tien dag te voren, en
Jacques moest de spade met kracht ge
bruiken, voordat het luik weder gemak
kelijk open ging.
Eindelijk had hij alles in orde gemaakt
en keerde weder in de hut terug. Intus-
schcn had de grootvader een vuurtje ge
maakt, en wachtte den knaap met een
angstig gelaat.
„Het is net als Ik dacht", zeide hij, na
dat Jacques hern ecne nauwkeurige be
schrijving had egeven De sneeuw zal niet
vóór de lente smelten, en het zal de komst
van je vader verhinderen. Wij moeien ons
aan de gedachte gewennen, liier eenige
maanden begraven te zijn, Jacques; je
ziet, het is onnuttig ons met valsche hoop
te vleien, want deze herhaalde teleurstel
lingen maken ons droevig en zullen einde
lijk allen moed in ons uitdooven. Laat ons
liever op het ergste voorbereid zijn, en op
niets hopen dan op Gods hulp in onze
droevige omstandigheid.
„Meent gij werkelijk, grootvader, dat er
heden geen hulp zal komen, van ons eigen
volk?" vroeg Jacques met terneergeslagen
blik. „Dat is geheel onmogelijk", ant
woordde de grootvader beslist. Gisteren
was het reeds onzeker, en daar l eden de
sneeuw twee voet hooger ligt, is het geheel
onmogelijk. Wij mogen dankbaar zijn,
wanneer je vader bij het afgaan van den
berg al het gevaar ontkomen is. Nu op
zijn hulp te rekenen, zou dus dwaasheid
zijn, mijn kind. Het is niet in de macht
van een rnensch, door deze massa sneeuw
eenen weg te banen, en al had hij de hulp
van tien dorpers, iedere arm zou van dien
zwaren arbeid gauw vermoeid zijn."
Hoewel deze woorden Jacques bedroef
den, hoorde hij ze met meer kalmte aan,
dan zijn grootvader verwacht had. Zoo
bleef hij eenige minuten met gebogen
hoofd en gevouwen handen ia gedachten
zitten, en de tranen rolden langs zijne
wangert; toch herstelde hij zich spoedig,
en al zijn moed verzamelende, droogde liij
zijne tranen. „Welnu, grootvader", zeide
hij, zijn best doende met vaste stem te
spreken, „laten ij ons vertrouwen op God
stellen, wanneer wij niet op hulp van
menschen kunnen r kenen. Mijne hand er
op, grootvader, dat ik u nooit weer zooals
gisteren met mijn ongeduld zal plagen. Ik
zal eerder mijn best doen om u tot hulp en
troost te zijn, en gen klacht zal meer over
mijne lippen komen."
„Goed zoo, mijn zoon!" zeide de groot
vader, de handen van den moedigen knaap
hartelijk drukkende. Wanneer je zoo flink
•blijf', kan alles, met de hulp van den AV
Lichamelijke opvoeding.
Lichamelijke Opvoedinq.
Leiden's oudie veste, ik schreef het
reeds, zal 2deri Pinksterdag-, den Chris-
telijkon Bond van GymnasUok-Vereeni-
grinjren in Nederland ontvangen. Wat
deze Bond er toe dreef, dc sluteïslad
uit te kiezen om zijn 2de lustrum te
vieren? Ik zal het u vertellen.
De Leidsche Christelijke Gym netst;ek
en Schermve.reenising „Jahn", lid van
den Bond. heeft behoefte gevoeld aan
een krachtige "propaganda voor het
goede recht van alzijdige lichaams
oefening. Immers, geest, ziel en lichaam
deze öncëenhcid tot een wonderbare
eenheid verbonden, moeien opgevoed en
ontwikkeld worden om des Scheppers
eore grootcr te maken? Dil is niet al
leen goed recht, neen 'tis des Chris Ion
gTooéle plicht. Wat is anders onze
taak op deze aardt? De zonde kleeft ons
dlalgelij.kls aan, maar in des Heeron
kracht moeten wij toch streven naar
een hooger, naar een schooner ideaal;
Gods naam le verheerlijken in ziel en
lichaam beide op alle levensterrein.
Dit nu wil de Christelijke Bond van
Gymnasliekvoreenig'iPgen u 2dcn Pink
sterdag komen vertellen; daarom zocht
hij -de slad van P A. v- d> Werf uit om
zijn 10de- verjaardag to komen vieren.
De Bond wil bovenal onze Christen
jongelingen, maar ook niet minder onzo
jongodochters lcomen mededeel en, dal
er in Nederland nog heel wat Christe
lijke Gymnastiekvereenigifigen beslaan,
zoodot "zij heiLsch hun heil niet behoe
ven le gaan zoeken bij de zg. neutrale
turnafdeelir,gen. Ik weet niet. maar ik'
vrees dat zij daar niet zoo dieet zullen
worden aangemoedigd om den strijd
aan te binden tegen cfren geest van den
tijd; then geest van ontevredenheid, van:
onverschilligheid, van wereldzin eé
Codsverzo tóng.
^Christelijk 'Jong Hofland" komt in
groolon getale mede propagcercn.
Een keurig, in de kleuren van „Jahn"
uitgevoerd programma is vanaf Dinsdag
a bij alle „Jahn" leden verkritobaar.
De dag inde-i-l'ng is als vo-lst: 8—12,30
Ui lp voorinwedstrijden: viifkainp Iïee-
r«m driekamp Dames; Dr:i-kamp-Adt-
s-»i ran tenAtiilci.iek wedst rijden.
2 uur nam. Yaandeloptocht van cUi
tfoeljn em on aV*. verctoniigingtJi door dc*
stad.
Te volgen weg fis: .Rijnsburoersingel,
Steenstraat, Piïnsessekade, Kort^ Ra
penburg. B reestraat. Ilooge Woerd.
Plantsoen. Boisoitka.de. Keijzerslraat.
Hapenburc.. Korl Rapenburg. Pr nses-
sekade, SU-enstraal, terrein.
Het Chr. muzG'kgezelschari Poly
hymnia", zal de stoet, begeleiden. Do
bewoners der stralen waarlangs de op
tocht zal gaan woeden beleefd ver
zocht. dien dog te willen vlaggen.
3 uur Open lucht demons Iraüe: ALgtV
nieene stokocfeningon IJeeren, Algem.
Vrije oefeningen Dames. Muziekre Da-
mesafdeelïng „Jahn". Leiden. Alhvrio
(of Italiaansche steunhalteroef Heeren
a fd. „Jahn", Estafetteloop 5ö0 M. Hee
ren. Balwedloop Dames, Vlagoefenin-
gen -o,p het vlaggenlied van „Jahn",
door adspiranten Keurturnen aan brug
rek en ringen. Hoogspringen. Zangrw
mesjes aid. „Jahn" enz. pi m. C30
ein de-
machtige nog goed gaan. Wij r.ijn niet
zonder levensmiddelen, ên wanneer wij
er zuinig mede zijn, kunnen zij tot liet
voorjaar duren."
Op deze wijze zocht de oude man, die li 't
gevaar waarin zij waren, beter zag dan de
jongen, den moed van zijn kleinzoon er in
te houden; wat hem beter gelukte, dan hij
verwacht had.
Eenige dagc-n verliepen, uuïer dot er»
ieLs bijzonder gebeurde, uiigezou Jerd, dat
de sneeuw steeds bleef vallen.
Om den dag le korten, legde Jacquea
een soort van dagboek awaarin hij
alles schreef wat hem cn 'ijno x>tva
der overkomen was, sinJs den dag. Jat zij
het dal verlieten.
Ilij had overvloed van r-v'hriu'geredd-
6chap, want in de zomerxacantie had hij
zijnen vader een bezoek gebracht, en om
zijn schoolwerk te kunnen maken, had hij
papier, pennen en inkt imedegenoinen, cn
hel achtergelaten, toen hij van z-ijoen va-»
der in 't chalet afscheid nam, weinig den-
kvnde, wat een schat het eens voor hem
zijn zou. liij schreef vlijtig bij tol licht vors
het vuur, en bracht menig ledig uur voa>
deelig en aangenaam door.
Nu echter moeten wij een ongeluk ver
halen, dat de vreeselijkst* gevolgen voor
onze arme vrienden had kunnen hebben.
'Wordt vervolgd.)