nti
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN.
Deze Courant verschijnt dadelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
ABONNEMENT:
Prijs per Nummer 10 Osu.
AD VERTENTIEN:
Bureel: Scheepinakerssteeg 6.
Donderdag 17 April 1890. - N°. 90.
Uitgevers: Gebroeders Muré.
S t u (1 s - f! e r i c li t e n.
f.
istrd
De Wilddief.
slit
iebt|
2]|
thtij
tea
i II
Vooi Leiden, per 3 maanden1.25.
Franco door het geheele rijk, per 3 maanden 1.60.
Van 6 regelsf 0.90.
Elke regel meer0.15.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen, k contant, zonder rabat, per regel 0.10.
204» Jaargang.
NI
f BURGEMEESTER EN WETHOUDERS
der gemeente Leiden;
Gelet op art. 201 der Algemeene Politie-
lerordening van den 6den November 1879,
irbij woidt bepaald, dat ten minste twee
in het jaar, en wel eens in het voor
eens in het najaar, op kennisgeving van
rgemeester en Wethouders, sohoorsteenen
>n stookplaatsen gereinigd moeten worden.
Noodigen de ingezetenen uit aan de be-
jelde reiniging van sohoorsteenen en stook
plaatsen gevolg te geven.
En wordt deze door plaatsing in de
iche Courant afgekondigd.
Burgemeester en Wethouders
voornoemd,
ÜE KANTER, Burgemeester.
E. KIST, Secretaris.
9 April 1890.
LEIDEN, 16 April.
]De uitslag van de gisterj alhier ge-
St(%den stemuiiug van 27 leden der coui-
die haar oordeel zal hebben uit te
preken over het voorstel betreffende de
unexstie, bleek heden te zijn dat gekozen
!T Pijn de navolgende heereu, met het achter
4DESime namen gestelde aantal stemmen
J. J. A. F. Coebergh 474, dr. E. F. Van
BUssel ]462, H. W. F. Bakker 459, dr. D. E.
Hfgenbeek van Heukelom 458, dr. H. Q.
g.jin de Sande Bakhuyzen 455, mr. C. H.
Klaverwijden 454, dr. W. Pleyte 454,
lat (Goekoop 451, W. Kok 451,
t 1 T S 11 Van
tl te
gratis]
n de
211 Ki*
irak
s
ten
mr. E. De
450, mr. J, S. D. Van Doorn 448,
Beyeriuck 446, S. C. Van Doesburgh
I, mr. C. M. Dozy, 446, mr. R. T. H.
L. A. Van Boneval Faure 445, mr. P.
Van der Lith 444, mr. O. W. Sipkes
dr. T. W. Van Lith de Jeude 439
Stadhouder 437, J. A. Van Dijk 414,
,T. Hessels 414, H. L. A. Van Campen
J5, A. Hartevelt Jzn. 399, A. J. Bin-
f dijk 398, W. A. Van Litth 394, dr. J.
Vsn Iterson 387 en dr. H. Treub 368.
werden uitgebracht op de heeren
W. Kroon Jr. 150 stemmen, mr
U. A. Lamberts Hurrelbrinck 125, H
A, Damen 114, J. H. Donner 104, D
Bi
A. j. Van Hoogenstraaten 99, W. C. Mulder
78, dr. R. Horst 51, dr. M. O. Dekhuyzen
47, j. Verhoog Az. 38 en nog op een
zeer groot aantal heeren een kleiner aantal
stemmen. Van de 585 stembriefjes moes
ten 11 van onwaarde worden verklaard,
zoodat bet aantal geldige stemmen bedroeg
574.
In verband met de sedert eenigen tijd
uitgestrooide praatjes als zouden hier ter
stede sedert geruimen tijd 3000 zielen meer
dan in Leiden woonachtig op bet bevolkings
register zijn ingeschreven, kan thans worden
medegedeeld dat blijkens de jongste volks
telling Leiden 46.529 zielen telt, terwijl
het cijfer op 1 Jan. j.l. volgens het adres
boek 46.379 aangaf.
Als vervolg op betgeen we gister heb
ben gemeld omtrent de vergadering van de
vereeniging «Practiscbe Ambachtsschool"
moge nog het volgende dienen.
Na de behandeling van de reeds gister
genoemde punten kwam in behandeling het
wijzigen van de artt. 24 en 26 der statuten.
De voorgestelde wijzigingen werden (art. 24
na eenige discussie) aangenomen.
Art. 24 wordt voorlaan gelezen: «De
door de leerlingen vervaardigde voorwerpen
worden het eigendom der vereeniging."
De opbrengst hiervan komt aan de kas
der vereeniging met het recht van het bestuur
om bijwijze van belooning, een gedeelte te
bestemmen voor verdienstelijke leerlingen,
vervaardigers dezer voorwerpen en wat er
verder volgt.
Art. 26 luidt nu:
Het leergeld wordt verdeeld in 4 klassen.
1ste klasse f20, 2de klasse f 10, 3de klasse
f 5, 4de klasse f 2.50 voor iederen leerling
per jaar, en wat verder volgt.
Daar er niets meer voor de vergadering
aan de orde was werden de deuren geopend
en traden de leerlingen der school in hnnue
blauwe kielen de zaal binnen, want aan
eenigen, die de school na voldoend eind
examen verlaten hadden, zouden diploma's
en geschenken uitgereikt worden.
Ook de vaders en moeders dier leerlingen
kwamen mede om getuigeu van het plech
tige oogenblik te zijn.
De voorzitter sprak in hartelijke en ge
voelvolle woorden bun toe, wees hun op
het verleden en bracht in herinnering hoe
zij de eer der school in handen hadden en
deed tevens eenige mededeeiingen omtrent
de bekroningen der oud leerlingen in den
wedstrijd voor handwerkslieden, zoo ook
welke oud-leerlingen eindexamen gedaan had
den en bekroond waren op de teekenschool
van Mathesis Scientiarum Genitrix eD wekte
hun op die school te blijven bezoeken.
Na het eindigen dezer welsprekende rede
trad een der oud-leerlingen naar voren en
dankte in flinke bewoordingen het bestuur,
den directeur en de onderwijzers voor al de
moeite en zorg, die aan bun besteed was
gaf de verzekering dat zij de Leidsche
Ambachtsschool altijd hoog zouden houden
en toonen dat zij leerlingen dier school ge
weest waren.
De voorzitter dankte daarop den directeur
de onderwijzers voor hunne moeitevolle
taak en wees op de belooning daarvan, dien
zij hedenavond ontvangen hadden, daar aan
14 leerlingen het diploma kon worden uit
gereikt.
In het bijzonder sprak de voorzitter de
onderwijzers Catin en Wassink toe en wensch-
teu hun geluk met de eervolle onderscheiding
in den wedstrijd voor handwerkslieden be
haald, dien zij dezer dage ontvingen, en wel
de heer Catin 2 zilveren medailles en de
heer Wa9sink de bronzen medaille op den
wedstrijd voor handwerkslieden.
Daarna deed de voorzitter mededeeling
van de namen der leerlingen die tot eene
hoogere klasse waren toegelaten en werd de
vergadering gesloten. Bedoelde namen vond
men in ons nummer van gister.
Nog is verschenen het verslag der ver
eeniging aan de leden over het jaar 1889.
Dat verslag kan, na een zevenjarig bestaan
wederom gunstig zijn. Toch blijven er nog
onderscheidene weuschen te vervullen over
en we laten daarover hier het verslag zelf
spreken
Niettcmiu bestaan er billijke weuschen,
die nog steeds op vervulling wachten.
Onder die behoort de beschikking over
eenige meerdere ruimte in materiëele mid
delen, voornamelijk om in de eerste plaats
uitbreiding te geven aan de school der
smeden. De gelegenheid tot het bekwamen
van het aantal smeden, dat zich aanmeldt,
bestaat niet; steeds moet dat getal beperkt
blijven omdat het aantal vuren te klein
is en de tot plaatsing van een groo-
ter aantal daarvan noodige rnimte ont
breekt.
Het aantal vakken, waarin onderwijs
wordt gegeven bedraagt niet meer dan vier,
en de wenschelijkheid om ook andere am
bachtslieden dan smeden, timmerlieden,
schrijnwerkers en schilders te vormen, zal
wel door niemand ontkend kuniun worden,
die eenigermate bekend is met de uitkom
sten, welke het onderwijs der ambachts
scholen thaus in ons land heeft opgeleverd.
Dat onze ambachtsschool, op hoe bescheiden
schaal ook ingericht, wat haar gehalte be
treft, goed genoemd mag worden is ons
opnieuw gebleken na afloop van de wereld
tentoonstelling te Parijs, aan welke zij, op
vereerende uitnoodiging van den Neder-
landschen voorzitter van de commissie voor
de afdeeling onderwijs, dr. D. De Loos,
heeft deelgenomen. Niet alleen dat de com
missie van beoordeeling de school een di
ploma, gelijk staande met eene zilveren
medaille, heeft waardig gekeurd, maar wat meer
te beleekenen heeft verschillende buitenland-
sche directeuren vau scholen van gelijke strek
king, zooals vau die te Lausanne, te
Fourloiug, te Chez-le-Bart en te La Chaux
de Fonds, hebben, naar aanleiding van de
te Parijs tentoongestelde, door de leerlingen
vervaardigde voorwerpen, inlichtingen ge
vraagd naar de door ons gevolgde metbode
van onderwijs. Wel een bewijs dat de
deugdelijkheid van die methode duidelijk
uit bet tentoongestelde te voorschijn kwam.
Het bestuur moet in het welbegrepen
belang der aan zijne zorgen toevertrouwde
school eene betere huisvesting wenschen,
en daaraan zijn helaas zoodanige kosten
verbonden dat zonder kracbtigen steun van
vermogende mannen aan de vervulling van
dien wensch niet te denken valt.
De bezoldiging van directeur en leeraren
is te gering, zoodat uitnemende onderwijs
krachten telkens dreigen verloren te gaan,
omdat bijna overal elders de vergoeding
voor bewezen diensten ruimer is.
De school werd gedurende den leergang
18891890 door 82 leerlingen bezocht,
aldus over de leeischoleu verdeeld: 26 voor
FEUILLETON.
atis
EEN VEEHAAL
HIT DEN TIJD VAN GEAAF JAN II.
9.)
e mat Zoodra de wachten Adolf's noodkreteu
aatsec 'en gehoord, kwamen allen in het
ertent Ü'ing8 op de been en weldra zag
eenige speerrniters met brandende
re® bouwen in den tuin. Nu Agnes dit
kreeg zij wegens het den jongeling
Ikoop ;end gevaar plotseling haar spraak
ms lai L welke de schrik haar had benomen,
waant''eP «Vlucht, ongelukkige, of ge zijt
irikant f008 verloren I"
bans deed een wel toegebrachte slag
"e Gentenaar neerstorten en de Wilddief
8i terwijl hij voor Agnes neerknielde:
tstarie'1 moet het al uw vijanden gaan,
rkrijgl"?.uwLaat mij u thans nog
"^Daartoe is het nu reeds te laat. Wees
op uw eigen veiligheid
3 sidderende maagd vol
thans nog maar
bedacht", zei d
zielsangst.
«Denk ook aan uw moeder en aan nw
zuster", zei Johan, terwijl hij naar de
snel naderende speerruiters wees, tegen zijn
jeugdigen meester. «Vlucht onmiddellijk,
of het is te laat".
«Ga in 's hemels naam", smeekte Agnes.
De Wilddief begreep, dat hij Agnes niet
meer van dienst zou kunnen zijD, wat hem
nu tot vluchten deed besluiten. Hij drukte
eerbiedig een kus op de lelieblanke hand
van de bange maagd en zeide, terwijl hij
naar den Gentenaar wees«Gehoorzamen
zal ik u, omdat uw wil mij een wet is,
jonkvrouwdoch vrees het dreigen van
dezen onverlaat niet meer, indien hij nog
mocht herleven. Uw vader zal ik redden,
of ge ziet mij niet levend weer".
«Voort, voort 1" riep Johan, terwijl hij
den jongeling meesleurde. Het was trouwens
ook hoog tijd, want de Vlamingen hadden
hen reeds ontdekt. Slechts door een zeer
snelle vlucht konden zij nog over den
tuinmuur aan bet bun dreigend gevaar
ontkomen.
«Heb dank", stamelde Agnes met een
dankbaren blik ten hemel, zoodra zij de
vervolgers alleen zag terugkomen. De ver
baasde krijgers lieten haar ongehinderd
kasteelwaarls gaan. Vrouwe Van Noortig
was wegens de buitengewone drukte binnen
en buiten het kasteel wakker geworden.
Zij stond vlug op en zij ijlde naar haar
dochters kamer, waar zij tot haar schrik
baar dochter miste, die tot haar verbazing
klaarblijkelijk ook niet naar bed was ge
weest. Onmiddellijk dacht Mathilda, dat
de Gentenaar nu ook haar dochter had
opgelicht. Maar weldra bedacht vrouwe
Van Noortig, dat zulk een aanslag niet
ongemerkt gepleegd kon zijn, omdat de
slaapkamer van Agnes maar één uitgang
had in het moederlijk slaapvertrek. Agnes
moest dus vrijwillig heimelijk zijn heen
gegaan. Maar de moeder kon de rede
daartoe niet gissen. In haar bevigen angst
om het zonderling voorval riep vrouwe Vau
Noortig de bedienden. Doch dewijl er
niemand verscheen, sloeg zij fluks een
mantel om, waarna zij naar het boden-
kwartier ijlde, omdat zij hoopte, dat men
daar wel iets zou weten. Onderweg zag
Mathilda in een der gangen een man.
Weldra herkende zij den ouden Rob. Hij
bespeurde zijne meesteres eerst, toen zij
hem op den schouder tikte. De sukkel
kromp toen van angst ineen, omdat hij in
zijn feilen schrik bepaald meende, dat hij
den Wilddief zag, wat hem bang deed
schreeuwen«Genade, genade, mijnheer de
Wilddief. Uw boodschap heb ik tronw en
heimelijk overgebracht. De jonkvrouw zal u
dat ook wel getuigen".
«Wat hebt ge mijn dochter gebood
schapt?" vroeg vrouwe Van Noortig snel.
«Heil" riep Rob, die ziju meesteres nu
eerst herkende, opspringend. «Zijt gij
het, vrouwe? waarlijk meende ik, dat het
de Wilddief...."
«Wat hebt ge mijn dochter gebood
schapt?" herhaalde Mathilda ongeduldig.
«Ik... Ik... Niets", stamelde Rob.
«Spreek! Waar is miju kind? Wat wilt
ge voor mij verbergen?" vroeg Mathilda
thaus zeer gebiedend.
«Is zij verdwenen? Is zij werkelijk al
weg? gilde Rob.
«01 mijn kind, mijn kind!" riep
vrouwe Van Noortig nu handenwringend.
«Wat is mijner dochter overkomen? U
bezweer ik, dat ge mij niets zult ver
bergen".
[Wordt vervolgd.)