NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN. It «ze Courant verse li it nt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. ABONNEMENT: Prijs per Nummer 10 Cent. Dinsdag 15 April 1890. ADVERTENTIE N: Bureel: Scheepiuakerssteeg 6. Uitgevers: Gebroeders Muré. )N De Wilddief. BIMEKLANDSCHE BERICHTEN. Seti •Vei ;eetiJ ewan an lj in d den j Lott oifletj Jmenl Voor Leiden, per maandenf 1.25 Franco door het geheele rijk, per 3 maanden t 1.60 204e Jaargang. Van i6 regelsf 0.90. Elke regel meer0.15. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingena contantzonder rabatper regel 0.10. IS 0 1» 0 9 9 9 9 9 9 9 1 lal a s pil i -1 rel at g .80 1.90 bail LEIBEM, 14 April. Bij beschikking van den minister van i binnenlaudsche zaktn is P. K. Van Lissa, oedicinae doctorandus en semi artd1 alhier, [toer het tijdvak van 16 April tot en met 31 December 1890 benoemd tot adsistent bft ziekenhuis aan de rijks-universiteit fclhier. 't Was gister den geheelen dag dan verbazend druk op de tentoonstelling in 'Amicitia. Zoowel in den ochtend, als in den middag bij de matinée en als des jvonds was 't onophoudelijk een komen en 'aan, 't la nog zóó druk niet geweest en 'taantal bezoekers loopt zoo ongeveer naar de 8000 op dien enkelen dag. Het concert deed er natuurlijk veel aan j g0J toe, maar oak daarna, in den avond, was er voor de commissie nog heel wat werk aan den winkel. Op 't concert dirigeerde heer Joh. Oostelaar allereerst wederom tan goedgeslaagde feestmarsch en verder jelgzwaaide de kapelmeester, de heer J. G. H. □jlJMann, den staf. t Tj] De tentoongestelde voorwerpen-schat heeft Sf jW versterking gekregen door de bekroonde nieikstukken van leerlingen van het genoot schap Mathesis Scientiarnm Geuitrix en van Ie Practische Ambachtsschool, voorwerpen lie hier zeker wel bizonder op hunne ilaats zijn. id J Als een bewijs hoe men reeds terstond ïü(JAnet ingenomenheid bet Centraal Israëlitisch tigei'ees- en doorgangshuis iu de rij der ge- leokwaardige stichtingen heeft opgenomen Dag wel dienen dat dezer dagen aan het «stuur is ter hand gesteld f 3,40 als ge- J leeltelijke opbrengst eener collecte gehouden ip eene huishoudelijke feestviering bij een incer stadgenooten. 't Is niet om de belangrijkheid van de rïaii {'at We '"er verme't'e"> daarvoor ebben de schenkers 't ook zeer waarschijn- ijk niet willen doen doorgaan. Maar de Re'u (oede wil is hier getoondhet goede voor- aal leeld is hier gegeven en wel een voor- aa'e eeld dat navolging verdient. ':ersl Zooals men weet is het ruime pakhuis 8ulj )p den Stillen Rijn voor verblijf ten ge- 'ar' ichenke aaugeboden. Totdat dit paud naar den eiach voor het doei zal zijn ingericht 2>1 het pand onlangs in de Nieuwsteeg elf vel vtil iien inleg voegi u Jei ze e on b zeei WOI- halvtl tvoej ooge- hel i het i lel n wij soeiJ i t FEUILLETON. EEN VEBHAAL orr den tijd van Graaï Jan II. 77.) «Werktuigelijk stak de maagd eindelijk tn sleutel in jiet slot, dien zij met beide •oden deed draaien, waarna zij de zware tar opende en den tuin instapte. Snel lopte haar het hart en zij bloosde hevig, jiJoen zij een jongeling uit een zijlaan ijlings 'aar heur toe zag komen. Het was de wilddief, die haar eerbiedig en bedeesd Merde. Hij zeide: „U dank ik, jonk- 'touw 1 voor het vertrouwen, dat gij in tn ongelukkigen strooper stelt. Maar dat .ëelltthouwen zal ik mij waardig zien te Vken. Wee hem, die u door woorden door daden zou durven beleedigen, jonkvrouw. Eerst zal ik u redden; •«volgens zal ik als uw wreker op- alhier gehuurd tot verblijfplaats der weesjes dienen, Door de politie alhier is proces-verhaal opgemaakt tegeu twee personeu, die in een zuurhuis een tamelijk aanzienlijke som gelds hadden weggenomen, waarvan tie eigenares aanvankelijk geen aangifte bij de politie heeft gedaan, omdat zij dacht dal de daders toch niet te vinden zouden wezen. Sedert lang werd de naam van een h'er ter stede wonend hoogieeraar genoemd in een strooibiljet bij het in andere plaatsen ten verkoop aanbieden van kleine artikelen, in hoofdzaak om hierdoor het medelijden van koopers op te wekken. Dat biljet was onderteekend met den naam J. Scheepens. Heden heeft de politie eeu man aangehouden die dergelijke biljet ten bij de ingezeteneu alhier rondbracht. Het bleek echter dat hij den naam Scheepens vau een ander had overgenomen, en hij gaf dan ook als zijn eigen naam op J. J. H. Schiphorst van 's Gravenhage. Ook is het niet waar dat hij aan bloedspuwingen heeft geleden. Het is best mogelijk dat bedoelden hoogleeraar nu niet weder wordt bemoeilijkt, om omtrent dergelijke zaken iuformatiëu te moeten verschaffen, vooral als die slechts negatief kuuuen zijn. Bij de op heden gehouden openbare verkooping van cokes bij partijen van 50, 10 en 5 heet. waren de hoogste prij zen ƒ27.50, 5.70 en ƒ2.85. laagste ƒ27.50, ƒ5.70 en 2.85. OFFICIEELE BERICHTE». Bij kon. besluit zijn verleend de volgende pensioenen, als aanJ. Ter Wal, wed. R. C. De Ridder, in leven ontvanger van 's rijks belastingen, f 448; J. De Haas, verificateur lste categorie bij 's rijks belastingen f 1059; M. J. Maas, commies 2e kl. bij 's rijks belastingen, f283; A. Dorgelo, idem le kl,, f859; G. F. baron Van Asbeck, be taalmeester, f 2467B. Ter Haar, commies ontvanger van 's rijks belastingen f504; R. J. R. Seilberger, commies 8e kl. bij 's rijks belastingen, f290; R. W. Van Raab van Causteiu, ontvanger der directe belastingen, f8000; is de heer S. W. Van Heltinga Troinp, arts, benoemd en aangesteld tot officier van gez. 2e kl. bij het personeel van den geneeskundigen dienst van bet leger in Nederl -Indie. De heer J. J. Van der Pot is den 5den Maart 11. door Z. M. den keizer van Japan in afscheidsgehoor ontvangen, ter overhandiging van zijne terugroepingsbrieven als 's konings minister-resident bij het Ja- pansche Hof. De heer G. T. Woodley, vice-consul te Patras, bij kon. beslnit van 24 Januari 11. n°. 19 bevorderd tot consul aldaar, is in deze laatste hoedanigheid door de Grieksche regeering erkend. De luit. ter zee 2de kl. M. C. Van Hall, uit Oost-Indie in Nederland terugge keerd, is op non-activiteit gesteld. Door den minister van koloniën zijn de beeren J, H. Rouwenhorst en H. Van der Saude gesteld ter beschikking van den gouverneur generaal van Nederlaudsch-Indie om te worden benoemd tot opzichter 3de kl. bij den waterstaat en de burgerlijke openbare werken daar te lande. Blijkens een bij het departement van marine ontvaDgen telegram heeft Zr. Ms. stoomschip lste kl. Van Galen, onder bevel van den kapitein ter zee C. A. Le Bron de Vexela, den 12deu dezer de reede van Simonstad (Kaap de Goede Hoop) verlaten. {St. C't.) De minister van oorlog is voornemens een der twee adjudant-onderofficieren bij de bataljons infanterie te doen vervallen. Het verslag van het onderzoek der spoorwegwet in de afdeelingen der tweede kamer zal, naar uit Den Haag aan de Z». Cl. geschreven wordt, een breede uiteenzet ting geven van de bezwaren, door veel leden geopperd. Het lot der voordracht is dan ook nog geenszins zeker. Maar niettemin wint het denkbeeld veld van aanneming. Al is de prijs ook hoog, zoo wordt het geldelijk belang van den staat meer door aanneming der wet bevorderd dan door be stendiging van de tegenwoordige, in menig opzicht gebrekkige exploitatie der staats- lijnen. Ook vermoedt men dat de minister in zijn memorie van antwoord nog veel gronden zal weten aan te voeren tot opheffing van de vrees, dat de twee groote maatschap pijen, die het geheele net znllen deelen, zich onderling zullen verstaan, om ernstige concurrentie te vermijden. Bij uitbreiding en flinke versterking van den raad van toezicht, zoowel ten aanzien van personeel als bevoegdheid, kan de staat voor een riebtige en gezonde toepassing der wet, naar den geest der ontwerpers, waken. Komt hierbij een zaakrijke en bondige verdediging van den minister tijdens het debat, dan staan de kansen verre van slecht. In de tweede helft der maand Mei hoopt men de openbare behandeling te doen plaats hebben, Het standpunt door dr, Schaepman in zijne brochure getiteld «De Rechterzijde en de persoonlijke dienstplicht" die thans het licht heeft gezien, ingenomen is het volgende: Schrijver stelt zich ten doel in zijn bro chure «een zoo zakelijk mogelijke uiteenzet ting (te leveren) van de verschillende be langen, bij de agitatie over den persoon lijken dienstplicht betrokken". Hij keurt deze agitatie om verschillende redenen af; acht baar ondoeltreffend en schadelijk, ech ter „niet wegens het verzet in zake persoon lijken dienstplicht". Den laatsten acht hij „in ons vaderland onDOodig en gevaarlijk". Eindelijk gelooft hij „dat het vraagstuk over den persoonlijken dienstplicht de rech terzijde niet tot verdeeldheid dwingt" en niet «tot verdeeldheid brengen mag". Om die verdeeldheid te verhinderen, acht hij aller eerst noodig, «zich onzerzijds van alle be dreiging te onthoudenTot de uit voering van dreigementen is het tot nog toe niet gekomen", en dr. Schaepman ver trouwt, dat het er nooit toe komen zal. Over den jeugdigen luitenant t/z. 2e isse jhr. W. F. Van Spengler, die aan zijn wonden, bekomen bij de jongste ernstige gevechten in Atjeb, is bezwekeD, deelt het Dbl. v. Z.-H. en Gr. mede: Hoewel de overledene nog pas zijn eerste schreden op de militaire loopbaan had gezet, droegen deze toch de onmiskenbare teeke- «Het strekt n, al zijt gij ook mijn mindere, tot eere, nu gij als mijn ver dediger wilt optreden. Voor uw gedienstigen ijver zal ik u weten te beloonen, ofschoon ik vooralsnog, al ben ik ook een gevangene, geen helper of wreker noodig heb", hernam de jonkvrouw, waarop de jongeling ont roerd vroeg: „Is het dus waar, dat Agnes Van Noortig met Adolf den Gentenaar zal huwen?" «Wie durft er zulk een logenachtig gerucht uitstrooien?" zei Agnes blo zend. «Iedereen, die het gelooft, kent mij slecht". «Men heeft het mij toch als de vaste waarheid verteld, welke slechts één persoon logenstiaft", hernam de Wilddief. «En wie doet dat?" vroeg Agnes. «Ik, jonkvrouw I Want onmogelijk kan Agues Vau Noortig heur band aan een vijand van heur vaderland..." „Ja!" riep de jonkvrouw snel. „Al was de aanhanger van graaf Guy, de be werker vau mijns vaders ongeluk, ook mijns gelijke in geboorte, nooit, nooit zou ik met hem in het huwelijk treden. Doch vermetel heeft hij om mijn band gevraagd, waarop ik hem na zijn mij honende vraag door mijn antwoord heb doen gevoelen, dat de band van Agnes Van Noortig, die weet, waartoe de eere van haar geslacht haar verplicht, nooit aan een Vlaamsch fortuinzoeker zal worden gegeven". »En?" „Sinds heeft hij mij als vroeger met al den eerbied behandeld, dien ik volgens mijn rang en mijn stand te recht vau hem moet eischen". „Maar wellicht zal hij later zijn aanzoek dringender herhalen, waarna hij dat, wat hem nu nog fier wordt geweigerd, door uooddwang zal trachten te verwerven. Laat mij u dus aan de macht van uw ge vaarlijken vijand ontrukken, jonkvrouw 1 Bij mijn moeder en bij mijn zuster zult gij voorloopig een veilige wijkplaats vin den en „Uw ijver doet a onbestaand gevaar zien", sprak Agnes snel. „Maar al be stond er ook dreigend gevaar, toch zou ik dit kasteel en mijn moeder nooit kannen verlaten. Doch ga thans. Reeds te lang heb ik hier ten gevare van uw veiligheid en van mijn belangen vertoefd". „Thans begrijp ik, hoe dom ik heb gehandeld. Agnes Van Noortig wil wel diensten bewijzen; maar zij zon zich verlagen, als zij diensten aannam van een ellendigen strooper. „Uw ongegrond verwijt is zeer onbillijk", hernam ze. „Zou ik, indien ik n werkelijk minachtte, op dit nachtelijk uur wel herwaarts zijn gekomen, waar gij uw leven en uw vrijheid roekeloos in gevaar stelt?" „Zon Agnes Van Noortig dan tot mijn geluk belang in mijn lot kunnen stellen?" vroeg de Wilddief blijde. „Omdat dankbaarheid mi; daartoe ver plicht", zei Agnes koel, dewiji zij begreep, dat zij zich juist te veel had blootgegeven. „Omdat ge mijn leveu hebt gered, was ik ook om het uwe bezorgd". „Neenl dank wilt ge mij niet schnldig wezen, jonkvrouw! Want anders zoudt ge mijn hulpe niet afslaan, na ik u aan den Gentenaar wil outrukken. Slechts deze muur scheidt u van het vrije veld en „Overschrijding van dien mnnr zou mij van mijn moeder berooven". „O! Als zij hier was, zou ik u beiden redden; maar ik vreesde...." {Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1890 | | pagina 1