BINNENLANDSOHE BERICHTEN BUITENLANDSCHE BECHTEN. sts ao» WTSB WC -ma "tmc daarom ilat we hierboven over schrijver en werk met onze lezers even in gesprek traden. Te half acht trad de beer Balk bet audi torium binnen, nam plaats en kondigde aan #Ut de Fransozeutid", alles op eeue wijze die terstond den humoristischeu verteller verried. En als zoodanig deed zich de spreker gedurende geheel den avond op uit muntende wijze kennen. Het eerste en tweede hoofdstuk genoten we vóór, het derde na de eerste pauze. Vóór die pauze dus, hoe de molenaar Voss, den baljuw in grooten nood bijstaat als de Frausche ir.araudeurs een bezoek aan Stavenhagen brengen, We sagen Voss duidelijk vóór ons, hoe hij daar sat, met twee gevulde glazen in de hand, met zich «elf aanstootend en tegenover tem den Franschman in 's baljuws kamer japon en slaapmuts tegenover hem, van de sofa gezakt. En we begrijpen ons volkomen de verontwaardiging van jufvrouw West phalen. Na die pauze het derde hoofdstuk, waarin verteld wordt wat mejufvrouw West- phalen en den horlogemaker te zamen spre ken en hoe 't komt dat de laatste gedu rende den geheelen nacht geen oog toedoet en met zijn bed door de slaapkamer rond trekt. Na de tweede pauze hoorden we uiter mate humoristisch verhalen wat Onkel Brasig vertelde van de koudwater-genees wijze en hoe hem daarbij de lust verging zich verder te laten genezen. Tot slot bet korte, maar komische verhaal in dicht maat van Mammsell Hinkepink, die nog uit vrijen dacht te gaan. De heer Balk beschikt over eene zeer buigzame stem, een uitmuntend accent en bizonder grappige voordracht. Zijne uit spraak van het Meckleuburgsche dialect is dermate volkomen dat Eritz Keuters talent hier geheel tot zijn recht kwam. Geven Beuters scheppingen reeds veel genot, zelfs wanneer ze vertaald gelezen worden op deze wijze voorgedragen kunnen ze eerst naar waarde worden geschat. En dat zal dan ook gisteravond bij elk der hoorders wel het geval zijn geweest. UlflCIiSKLE: BKKICHTKV Bij kon. besluit zijn het reglement en-de. daarbij behoorende tarieven van de Onder linge Levensverzekering- en Lijfrente-Maat schappij „Mercuriua", gevestigd te Amster dam, goedgekeurd; is F. J. P. M. Coenen, te Weert, met ingang van 1 Februari 1890, benoemd tot schoolopziener in bet arrondissement Weert; is aan Johannes Pinckernelle, geb. te Halle aan de Saaie, vergunning verleend de geneeskunst uit te oefenen op Nederland- sche zeeschepen, met uitsondering van oor logsvaartuigen, onder voorwaarde, dat hij de wettelijke bepalingen omtrent de uitoefening der geneeskunst in Nederland, stiptelijk Dakome; is benoemd tot officier van gezondheid 8de kl. bij het personeel van den genees kundigen dienst der landmacht, de student in de geneeskunde (arts) J. Pesman is de heer jhr. P. D. J. De Buvrij de Maureguault, gewezen ontvanger der in- en uitvoerrechten en accijnzen te Tandjong Pandan (Billiton), thans met verlof hier te lande, op zijn verzoek, met ingang van 1 Februari 1890, eervol uit 's lands dienst ontslagen, met toekenning van peusioen is de heer mr. H. G. Van Lawick, laat stelijk auditeur-militair bij den krijgsraad te Willem I (Samarang), thans met verlof in Europa, op zijn verzoek, met ingang van 1 Februari 1890, eervol uit 's lands dienst ontslagen, met toekenning van pensioen. De heer L. Bravo, met machtiging des kouings benoemd tot vice consul der Neder landen te Mayaguez (eiland Portorico), is in die hoedanigheid door de Spaausche re- geering erkend. De minister van marine brengt ter kennis van belanghebbenden, dat het voor nemen bestaat een adjunct-scheikundige bij de marine aan te stellen op eene jaarwedde van veertienhonderd gulden (f 1400), met driejaarlijksche verhoogingen van f 200, tot een maximum-bezoldiging van f 2000 's jaars. Zij, die voor deze betrekking in aanmer king wenschen te komen, mogen op den eersten Februari 1890 den leeftijd van 80 jaren niet bereikt hebben, en moeten den graad van doctor of doctorandus in de schei kunde of het diploma van technoloog be zitten, terwijl zij zich, desgevorderd, aan een vergelijkend examen zullen moeten on derwerpen. Belanghebb'nden wordt verzocht zich vóór den eersten Maart 1890, bij gezegeld verzoekschrift te wenden tot den minister van marine, onder overlegging van: 1°. een bewijsstuk, dat de sollicitant is Nederlander, voor zooveel noodig heefl vol daan aan de wet op de Nationale Militie en volgens schriftelijke op gezegeld papier gestelde verklaring van een bevoegd ge neesheer, afgegeven na heden, een goed ge stel heeft; 2°. het diploma van doctor of doc torandus in de scheikunde of van tech noloog 3°. een extract uit het geboorteregister. In de gister gehouden zitting van de eerste kamer drong nog de heer lluijdecoper aan op een spoedig antwoord in zake (ie Utrechtsche universiteit; de heer Van der Kreggeu op betere beteugeling der varkens- vlekziekte. De minister Mackay verzekerde, dat het belang van het nieuwe museum van natuur lijke historie te Leiden niet wordt voorbij gezien hij verdedigde de methode bij de volkstelling gevolgd. Voor ontvolking der rijkskweekscholen behoeft geen vrees te bestaan; voor verandering in de opleiding van onderwijzeressen bestaat geen reden Beteugeling der vlekziekte wordt voortdurend overwogen. Hoofdstuk V werd daarop aangenomen. Bij hoofdstnk marine verklaart de minister aau den heer Wertheim, dat de benoeming der commissie voor de maritieme verdedi ging wordt voorbereid en er geen sprake is van vermindering van het aantal werk- liedeti aan de rijkswerf te Amsterdam. Hoofdstuk marine is aangenomen met 31 tegen 4 stemmen. Hoofdstuk financiën werd aangenomen, nadat de minister beloofd had, nogmaals in overweging te zullen nemen de inrichting voor de vermenging van landbouwzout uit het Oost-Indisch huiB te Amsterdam te verwijderen. Ook de vestingbegrooting is aangenomen. Ook het bestuur der afdeeling Rot- terdam, Schiedam en omstreken van de Hollaudsckc Maatschappij van Landbouw heeft aan de tweede kamer der stateu-gene- raal een adres gericht, waarin het verzoekt, het wetsvoorstel van mr. Bahlmann, tot heffing vau graanrechten, te verwerpeu. De heer F. Knobel, onze nieuwe consul- generaal te Teheran, is Zondag jl. aldaar aangekomen. De shah van Perzië heeft de beleefdheid gehad voor den heer Knobel aan elk station in zijn rijk paarden beschik baar te Btellen, zoodat deze niet van kamee- len behoefde gebruik te maken. Na een ernstige ongesteldheid van eenige weken is gisteren te 's-Gravenhage op acht- eu-veertig-jarigeu leeftijd overleden mr. H. M. A. baron Van der Goes van Dirxland, hij was de zoon van den kamerheer van wijlen Z. K. H. prins Frederik, later korten tijd minister van buitenlandsche zaken, mr. L. N. baron Van der Goes van Dirxland, sedert 2 Mei lid der eerste kamer voor Zuid Holland. Vooraf had hij een drietal jaren zitting ge- bad in de tweede kamer als afgevaardigde voor 's-Gravenbage. Na tot meester in de rechten bevorderd te zijn, had Van der Goes, die zich aange trokken voelde tot de studie vau handel en verkeer, zich naar België begeven, om daar het spoorwegwezen te leeren kennen in de practijk. Toen hij na een buiteulandsch ver blijf van 1| jaar in 't land was terugge keerd, trad hij in 1868 in dienst der Ex- ploitatieuipij., wtaraan hij, in 1869 als chef van algeuieenen dienst, eu in 1870 als chef van mouvement teveus opgetreden, gewich tige diensten bewees. In 1881 werd Van der Goes directeur der SamarangJoana maat schappij en vertrok naar Java om daar dezen eersten stoomtramweg aau te leggen. In 1883 keerde hij in 't vaderlaud terug en in 1886 koos 's-Gravenhage hem tot lid der tweede kamer, waar hij zich kennen deed als een wakker liberaal, wiens spaarzame, maar hel dere adviezen zeer op prijs werden gesteld. In 1888, nadat de grondwetsherziening was tot stand gekomen met herkozen, werd Van der Goes door de staten van Zuid-Holland in de eerste kamer gebracht. Onlangs was de beer Vau der Goes opgetreden als voor zitter der rnpij. vau fabrieks- en haudwerks- nijverheid. Verschillende vlugschriften zagen vau hem bet licht. Iemand te Poeldijk, die de influenza meende te voelen naderen, trok tegen haar te velde door bij het naar bed gaan een half fleschje Haarlemmerolie vermengd met een kwart fleschje jenever in te nemen, 's Nachts had hij het erg benauwd I Zondag jl. werd het dorpje Poeldijk door een groot gevaar bedreigd. Een aldaar wonend kluizenaar met gekrenkte geestver mogens verzamelt alle hout eu takkenbossen, die hij maar bemachtigen kan, zoodat zijn kluis dikwijls, eu vooral in den tijd der snoeiing, bijna geheel met deze brandstof gevuld is. Zondag jl. hoorde de buurman van „gekken Frans" vreeselijke kreten in diens woning, en toegesneld, vond hij den ougelukkige als eene vurige massa kron kelende op den grond. De huurman had gelukkig de tegenwoordigheid van geest, den arme in dekens te wikkelen, hem de brandende lumpen van het lichaam te rukken en een begin van brand in de takken te blussclien. Vreeselijk geblakerd is de on gelukkige naar het armhuis vervoerd, waar hij ouder verschrikkelijke smarten is ge storven. Zijn zinneloos woelen belette het aanleggen van liet noodige verband. Uit Amsterdam wordt aan de N. R. Cl. gemeld Terwijl men gisteren in liet bovengedeelte van het telegraafkantoor bezig was papier- rollen naar de seinzaal over te brengen, viel eene dezer zw are rollen op de dikke gebogen glasruiten van de lantaarn boven het bureau van aanneming, ten gevolge waarvan vele stukken dik glas rake mgs langs een lieer neervielen, dia aan den lessenaar stond te schrijven. Het gevaar voor publiek en ambtenaren door de inrichting van dit gebouw is dus niet gering. Bij een gisteren ingesteld onderzoek is gebleken, dat een groot ijzeren schip op 4 vadetneu water op den Amerikaanschen bol gezonken ligt. Bij laagwater waren ra's, sten- geu en achterschip zichtbaar. Door de hoog- loopeude zeeëu werd men verhinderd het onderzoek naar den naam van het schip voort te zetten. Zonder twijfel is dit het onbekende schip, dat jl. Zondag op den bol strandde. Den 30n Januari a. s. zal de heer Frans Coenen zijn gouden kunstenaars jubi leum vieren. „In de Muziekale Kroniek" van het N. v. d. D. brengt Dan. De Lange in herinnering wie de heer Coenen op liet gebied der toonknnst in dien langen tijdkring geweest is. Dinsdagavond ontving een aan het station te Zwolle dienstdoende politieagent een telegram van een particulier uit Peperga, dat een gepensioneerd militair van het Oost- Indische leger met f 150 op den loop was gegaan en dat hij per trein 4,28 naar Zwolle was vertrokken. Aangezien die trein slechts enkele minuten na de ontvangst van bedoeld telegram zoude aankomen, was er geen tijd te verliezen. Het gelukte den politieagent den bedoelden persoon onder de te Zwolle uitstappende reizigers te ontdekken. Op zijn verzoek ging hij mede naar het politiebureau, alwaar hij in het bezit werd gevonden van ruim f 140. Hoewel hij aan den commissaris van politie verklaarde dat het geld zijn eigendom was, bleek het na het wisselen van een paar telegrammen dat hij, F. P., verdacht werd wegens ver duistering, ter welker zake hij gisterenochtend gevankelijk werd overgebracht en ter be schikking werd gesteld van den burgemeester van Steenwijkerwold. Uit Almeloo wordt aan de Zk. Cl. gemeld In het begin van de vorige week ver voegde zich alhier aan het postkantoor een persoon uit Vriezenveen met een posispaar- hankboekja ten bedrage van ruim f 880, ten name van J. D., wonende te Gulpen, met verzoek dit geld te mogen ontvangen. Volgens de voorschriften teekeude hij de aanvrage tot uitbetaling met een kruisje, waarop hem gezegd werd na verloop van acht dagen terug te komen. In den loop van dien tijd kwam er bericht uit Gulpen dat de ware eigeuaar van het voormeld boekje zich aldaar bevond, en men voorzichtig moest zijn met de uitbetaling. Gisterenochtend vervoegde zich voormelde persoon uit Vriezenveen weder ten postkantore alhier om de gelden te ontvangen, doch in plaats datrvati werd hij duor de zorg van dm directeur in hechtenis genomen. Kort te voren had hij in eeue herberg nog zitten bluffen dat hij spoedig een rijs man zou zijn. In vele jareu is het getal landver huizers uit de provincie Friesland niet zoo groot geweest als in 1889. Het geheele ge- lal maiiuen, vrouwen, kinderen en dienst boden was 1978 uil alle gemeenten der pro vincie, uitgezonderd de beide eilanden en het stedeke IJht. De meesten gingen naar Ar geulinië. Het geheele getal landverhuizers gedurende de laatste tien jaren «as 8457, waarvan het grootste getal in 1889, daarna 1817 in 1881. Het kleinste getal was 246, in 1885. Maandag kwam te Viissiugen wederom eene zeer belangrijke hoeveelheid goud ter waarde van ongeveer f 12,000,000 in twee bagagewagens uit St. Petersburg aan. De zending werd begeleid door twee ambtenaren der maatschappij Zeeland en eenige heeren van het huis Rothschild te Londen, en verladen in de aansluitende mailboot Willem, Prins van Oranje. Te Heinkenszand lieerscht niet alleen „de ziekte" onder de menscben, maar ook sedert eenige dagen onder de katten, welke dieren, na een paar dagen ziek te zijn ge weest, ouder hoesten en braken aterven, lu sommige buurten komt die ziekte zelfs van huis tot huis, en vooral onder de nog niet volwassen katten, voor. Ook op andere plaatsen doet zich dezelfde ongesteldheid onder die dieren voor. Men bericht aan de N. Cl. uit Ooijen van gisteren: De Maas staat van dijk tot dijk eu is nog wassende. De pro vinciale weg naar Oscli staat voor een ge deelte ouder water, zoodaf, de postbode maar eens per dag de reis maakt om de brieven te halen en te brengen. Door het honger opbrengen der pont wordt de cor respondentie met Gelderland ook voor rij tuigen geregeld onderhouden. Vau Maas en Waal: Door deu lioogeu waterstand der rivieren is de gemeenschap per as met Noord-Brabant eu de Betuwe verbroken. Het kwel- en regeuwater over stroomt de binnenvelden; de postbode van Wamel op Rossem moet in Hecrewaarden terugkeere», waardoor de correspondentie over Zalt Bommel vervallen is. Uit Vreeswijk: Daar, volgens het water- bericht van heden, het water op deu Boven-Rijn weer wassende is, heeft men de schotbalken voor de schutsluis neer ge laten eu is men bezig de schipbrug weg te nemen. De overtocht heeft nu plaats met roei boot en schouw. Uit Westervoort schrijft men van 29 aunari De hooge stand van het Rijn- eu IJsel- rater deed ook hier zelfs de hoogs: gelegen uiterwaarden overstroomen en de steenfa brieken staan rondom in het water. Zelden zag men dit water zoo drabbig 'oor de overvloedige slib die het medevoert als thans, en hoe voordeelig zulks wezen kan, zal wis de eigenaar van eene dier fa brieken opnieuw ondervinden. Na overstroomingen als thans plaats vin den bevond hij soms dat hem meer klei was toegeworpen dan gedurende een jaar kon worden verbakkeu. Minder voordeelig, ja schadelijk, werkt de hooge waterstand door hot vele regeu water en nog schralere kwelwater op den binnenpolder, waar het zelfs sommige wegen eu tuinen overstroomt, daar het stoomge maal den afvoer geen gelijken tred kon doen houden met den toevoer der laatste weken. De vereeniging „Nimrod" zal op 14 en 15 April a, s. te Susteren bij Roermond, op de jachtvelden van Nimrod en van ba ron F. W. Van Tuijll van Serooskerkeu, John Barbau Van Roosteren en Edouard Wouters, een internationale fieldtrial houden. Als prijzen zijn uitgeloofdi 1 wedstrijd: le prijs 400 francs eu diploma; 2e pr. 200 frs. en diploma; 2e wedstrijd: le prijs 800 francs en diploma; le prijs: 300 frs. en diploma; 8e prijs: 200 francs en di ploma. iv v i.r:I.ao. Den 15den Februari zal de koningin met prinses Beatrioe haar hof van Osborne naar Windsor Castle verleggen. Te Londen is eene inschrijving geopend, ten einde een gedenkteeken voor Lord Napier op te richten. Men heeft den eersten dag reeds voor 1300 ingeteekend. PORTUGAL. Een brief uit Lissabon aan de PolititcA* Correspondenz bevestigt het bericht, dat majoor Serpa Pinto telegraphisch last ont vangen heeft voor eene nieuwe zending op de westkust van Afrika, waardoor zijn komst naar Lissabon zon worden verhinderd. ITALIË. Hertog Robert vau Parma heeft van den Italiaanscben staat teruggaaf gevorderd van de bibliotheek der stad Parma, die, naar hij beweert, eigendom was van zijn familie. Hij stelt zich, bij weigering, met een schadeloosstelling van een inillioeu lire tevreden. De colonne van generaal Orero, welke verleden Zondag Adoea bereikte, bestond uit Iulandscke en Itialaausche troepen met 6000 geweren en 8 stukken. De geestelijken en de aanzienlijke inwoners trokken deu generaal plechtig tegemoet, die hnn verklaarde geens zins gekomen te zijn om hun land te ver overen, maar voldoende aau herbaalde uit- noodigiiigen en om aau ieders aanspraken recht te doen weervaren. Waarna hij naar Ghareb zou terngkeeren.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1890 | | pagina 2