BIJVOEGSEL AI VERTKNTIEBLAD VOUK LEIDEN EN OMSTREKEN, .4 0 n n E (8 E R T [aandag 30 September 1039, N'1.230. AOyEkTElTIER; Uitgevers: Gebroeders Muré. w B i e C o n i a ti i verschijnt dadelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Vooi Leidenper 3 maanden1-25. franco door hei geheele rijker maanden 1.60. Prijs per Inatiaer >0 Op*. Van 1regels 0,90. Elke regel meer9 0.15, Groote lellers worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingena contant, zonder rabat, per regel 0.10. ISn ree isc is cep makers steeg fe J03' Jear&ang. bij de Leidsche Courant van 30 September •UD. 40 55 •12 1889. U«ITK.VaiJK. Van goederhand wordt verzekerd, dat iet bericht van de Reichswehr onjuist is, ill zouden politieke redenen gezocht ïnoe- eii worden achter de moordaanslagen te iroslaw, waarvan twee Oostenrijksche offi- ieren het slachtoffer werden; het rechterlijk nderzoek zou integendeel alle reden gege- en heliben om te vermoeden, dat de daders ewone misdadigers zijn geweest. De Neue Freie Preste meldt ouder oorbehoud, dat sedert 21 dezer dagelijks Proskurow talrijke militaire kouvooien uit et binnenland van Rusland aankomen en zich ■ar Kamenice en Pozalski begeven. Militaire bservatie-corpsen worden aan alle grenzen pgesteld. De veiligheidspolitie te Triest heeft e personen ontdekt die in den laatsten tijd Krhaaldelijk springbussen gemaakt en ge- orpen hebben. Bene huiszoeking heeft plaats ehsd bij den zetter Dcmenico Sar.co, van lapels, die in hechtenis genomen werd te- elijkertijd met den leerling der Handelschool lementini, van Triest, een klerk van het landelshuis Joppi en de student Roskowitch. )e vier gevangenen zijn allen oud van 19 tot 20 jaren. SEit VIE, In een officieus arlikel van de Llcyd «Jt groot gewicht gehecht aan een bericht mie Times met betrekking tot de onder- uJelingeo, welke ten behoeve van een ubond tusschen Servië en Montenegro zijn jeknoopt. De Servische regeering is gewaarschuwd, Jat alles moet vermeden worden, wat de ;en van Oostenrijk zou kunnen krenken, TEKHIJE. AitUs Leidü Eemge dagen geleden werd door de ïlegraaf melding gemaakt van eene te ver luchten circnlaire van de Porie betreffende lene erkenning van vorst Ferdinand van Bulgarije door de mogendheden. Het schijnt, dat die circulaire achterwege ilijft op aandringen van den Kussischen aai- «ssadeur te Kouslautinopelblijkens be idden uit Sofia tot groote teleurstelling 'sn de Bulgaren, hoewel in een brief uit "eenen aan de Times de juiste opmerking wordt, dat het niet duidelijk is •at nut zoodanige circulaiie den Bulgaren, •st nadeel zij den Russen brengen zou. fant art. 3 van het Berlijnsche tractaat is duidelijk mogelijkde verkiezing van 'n vorst der Bulgaren moet, om formeel en 'ettig va» kracht Ie zijn, door alle groote augendheden bekrachtigd worden, en de «aar heeft nu eenmaal verklaard vorst "erdinand niet te willen erkennen. Eene andere zaak van betcekenis in het »ten blijft de gespannen verh.uding tusschen Servië en Bulgarije. De offleieuse Presse vestigt de aandacht op een niet lang te Belgrado verschijnend dat onder den naam van de Balkan- blad, j"e'pondentie door het Servische depar tement van buitenlandsche zaken wordt en dagelijks vol beschuldigingen ---.tringen is tegen Bulgarije en 'atenrijk-Hongarije. De woorden van die correspondentie, zegt Hresse, zijn zoodanig in strijd met de eele verklaringen van de Servische "paring, dat zij spoedig de ernstige aan dacht zullen moeten trekken van de groote mogendheden. MAROKKO. Zijnen zegetocht voortzettende, is de keizer van Marokko, zooals per telegraaf reeds gemeld is, met groote praal de stad Tauger binnengetrokken, waar hij door de inwoners met geestdrift ingehaald werd. De intocht was tegen 8 uren in den morgen aangekon de goedkeuring der regeerir.g kan wegdragen, dat de bestuurs- of andere ambtenaren van hun verblijf in deze koloniën gebruik maken, om in hun vrijen tijd of op hunne dienst reizen verzamelingen aan te leggen van uit een wetenschappelijk oogpunt belangrijke voorwerpen, de indruk wordt ten geheel andere, indien de verzamelaars, inslede van de door hen bijeengebrachte voorwerpen te bestemmen om de musea in Nederland te digd. De keizer liet zich niet lang wachten, verrijken, daarmede uitsluitend buitenland- Onder het gebulder der kanonnen buiten de stad, dat beantwoord werd door de batte rijen van het oude Tanger, heerschte er veel geestdrift bij de dichte volksmenigte, waar onder de Mooren in huune witte mantels gewikkeld op een golve iden stroom van witte wolken geleken. De verschijning des sultans was inderdaad bewonderenswaardig. De keizer was gezeten op een wit vurig paard, omstuwd door de grootwaardigheids bekleedors van het hof; zooals steeds be schermde een liet gelaat des sultans door een zonnescherm tegen de stralen der bran dende zon een groot zonnescherm van kostbare zijde met een grooten vergulden bal er op. De negers die volgden, verjoegen de vliegen en achter hem kwamen de inlaud- sche autoriteiten. De sultan was eenvoudig gekleed als een paiticulier persoon. Zijne verschijning werd begroet door een gejuich, dat het roffelen dei trommen en de muziek, welke hem be groette, deed verstommen. Het schouwspel der ontvangst zegt een Spaansch blad had iets fantastisch door de geestdriftige opgewondenheid des volks, dat in zijne kleederdrachlen van verschil lende kleuren dooreen woelde. De keizer beantwoordde de toejuichingen met te wuiven met zijne hand. Onmiddellijk achter Muley Hassan ging zijn zoon, voor wieu uit een prachtige stan daard gedragen werd, terwijl do prins ver gezeld was van een schitterend escorte; daarna kwamen de geestelijke broederschappen, die gewijde banieren zwaaiden, en verder afdee- lingeu van verscheidene kabylas met een groep gardes te paard. Daar klonk op eens trompetgeschal en naderden de askaris (geregelde troepen). Op muildieren gezeten, in lange tunieken gehuld en het gelaat volkomen bedekt, zag men de vrouwen des sultans verschijnen. De Mooren zagen haar met zekere eerbie dige bewondering voorbij 'trekken. De keizer en zijn gevolg hadden Donder dags Totuan verlaten en overnacht in de haven van Buceja bij de plek, waai de veldslag van Wad Ras geleverd werd en op vijf kilometer afstand van liet olijfbosch waar Muley el Abbas zijn oom en beroemde gene raal O'Donnell den vrede teekenden, welke een einde maakte aan den ioemvollen oorlog in Afrika. Des Vrijdags kwam de keizer in de om streken van Tendal aan en Zaterdags te Teifil, van waar hij naar Tanger ging. In dit gedeelte zijner expeditie was de sultan niet vergezeld door al zijne strijdkrach ten, maar slechts door 1500 askaris; want bijna al de anderen waren achtergebleven om met de kabylas van deze streken af te rekenen, die voor de tweede maal geweigerd hadden de cijns te betalen, noodig voor het onderhoud der keizerlijke troepen. OOëT-IHDIE. De volgende aanschrijving is, namens den G. G. door den algemeenen secretaris aan hoofden van gewestelijk bestuur gericht. Buitenzorg, den 21steu Augustus 1889. Hoewel het uit den aard dei zaak slechts sche musea begiftigen. Het is der legeering gebleken, dat dit niet zeldzaam gedaan wordt, waardoor de beschamende toestand wordt geboren, dat op het gebied der elhnographie of der na tuurljjke historie, eenige musea in den vreemde uit den Nederiandsch Tndischeii Archipel volledigf r en belangrijker verzamelingen bezitten, dan in de vaderlandsche musea worden aangetroffen. Zoo gaf ten vorigen jare een ambtenaar eene verzameling van ruim 600 voorwerpen, afkomstig uit de Lumpongsche districten, aan het keizerlijk koninklijk natuurhistorisch heftnuseum te VVeinen, trrwijl 's rijks ethiiographisch mu seum te Leiden nauwelijks een 200-tal nummers uit dat gewest bezit. Het komt der regeering voor dat, als met voorbijgang van vaderlandsche instellingen zulke geschenken door in haren dienst zijnde en door haar bezoldigde personen aan musea in het buitenland worden gegeven, zij zich aan geene onbillijkheid schuldig maakt, door zulke vrijgevigheid niet toe te schrijven aan een zucht om de wetenschap te dieneD, maar wel aan andere oogmerken. In ieder geval zullen landsdienaren, die zich door nevenbedoelingen io huune mild heid tegenover het buitenland laten leiden, en hun eigen vaderland onopgemerkt voor bijgaan, kwalijk beschouwd kunnen worden, zich tegenover het laatste verdienstelijk te maken, en dus bezwaarlijk voor eenige onder scheiding tot belooning hunner diensten in aanmerking kunnen worden gebracht, terwijl het bovendien niet onmogelijk schijnt, dat onder zekere omstandigheden de vraag in overweging zou moeten worden genomen of op de verdere diensten van zoodanige lands dienaar nog prijs kan worden gesteld. De gouverneur-generaal heeft het weu- schelijk geoordeeld, uwe aandacht op het bovenstaande te vestigen, ten einde de onder uwe bevelen dienende landsdienaren met de inzichten der regeering te dien aanzien be kend te kunnen maken. Te Soerabaya had ter gelegenheid van de bruiloft bij den kapitein der Mooren Soeratie een groote optocht plaats van kampong Baroe, door de Arabische kamp naar Njamploenguu, alwaar het bruidje op den bruidegom wachtte. De optocht bestond uit eene menigte flambouwdragers; vooraan eenige c'nassinetten met aankondigingen of gelukwcnschingen, dan eene transparante poort, van binnen geïllumineerd, daarna een stellage, versierd met groen en gedragen door vier koelies, voorstellende eene opiumkit waarin een paar opiumschuivers (echte) zich te goed deden. Daarop volgde een ijsdepot, zooals Javanen die zoovele door de stad verspreid hebben, gevolgd door eene oude pianino, ook gedragen door 4 koelies en loopende bespeeld door een als .Europeaan verkleeden inlander. Toen kwamen een paar inlanders, verkleed als biuid en bruidegom, elkander ouder het loopen gedurig kussende, vervolgens een kameel, een schip en einde lijk de werkelijke bruidegom, beslagen in goud, diamanten en brillaiiteu, met een prachtige pajoong boven het hoofd. Ja- vaansche en Chineesche muziekkorpsen en een menigte volks sloten den trein. Uit Atjeh wordt 0. a. het volgende aan den Javabode geschreven: Kotta-Radja, 9 Augustus 1S89. De berichten van buiten de linie ontvan gen, ze mogen al of niet betrouwbaar zijn, ze zijn eenstemmig ongunstig. Het groote, ons nog s'eeds vijandig gezinde bendehoofd Tengkoe di Tiroe, is ons dit in den laatsten tijd meer dan ooit, en schijnt alomtegen woordig te zijn. Nauwelijks krijgt men hier bericht dat hij tegenover de Zuiderlinie is gezien, of kort daarna komt weer het nieuwe bericht dat hij zich in het Noorden heeft vertoond. Thans zit hij met eenige (schrik niet lezers!) duizenden te Lambadah, tegenover Kotta Pohama, het slagveld van den 26en Juli, en volgens getuigen, allen gewapend. Ik noem hier getuigen, en die heeft men bier thans in een onlangs aangehouden dwang arbeider, die voor eenige maanden gedrost en te Iudrapoera verblijf gehouden hebbende, thans als Atjeher verkleed op klaarlichten dag trachtte binnen te komen. Tusschen Bling en Lamdjamoe is thans voor de 4e maal eene granaat ingegraven gevonden, en wel andermaal door denzelfden dwangarbeider. De commandant van Lamdjamoe, de le luitenant Van der Meer Mohr, is aan een groot gevaar ontsnapt. Een Atjeher, gewoon bij het naar buiten de linie gaan vooraf den commandant te bezoeken, daarop reke nende op eenige fijne sigaren en siroop, kwam eergisteren omstreeks 2 uren in den middag tot dat doel wederom op den post. De bentiug was op dat uur gesloten, zoo dal hem geen toegang kon verleend worden. Hij begaf zich daarop in de buiten de benting gelegen keuken, en terwijl hij met den op wacht zijnden korporaal een praatje maakte trok hij zijn rentjong en doorstak bij daarmede den korporaal. Er werd dade lijk alarm gemaakt en op den inmiddels vluchtenden Atjeher gevuurd, met het ge volg dat hij spoedig daarop in andere ge westen was overgegaan. Een ander bericht bereikte ons Zondag avond, en wel, dat ter hoogte van Gighen op de Noordkust een Eugelsche schoener in gevaar verkeerde, en vrees voor stranding bestond. Daar de aldaar gevestigde kwaad- gezinde Atjehers enkel de handen uit de mouw steken om zich zeiven er uit en ons er 111 te helpen, werd spoedig een gonver- nements-stoomer daarheen gezondeD, aan wie het gelukte het schip op sleeptouw te krijgen en in veiliger water te breDgen, waardoor wij van eene mogelijke herhaling der Nisero-qnaestie verlost waren. Te Siroen had een fuselier het ongeluk, op liet banket staande, een schot door zijn lichaam te krijgen. Met de gewonden van 26 Juli gaat het goed. Van de gewonde officiereu is met de vorige boot reeds geëvacueerd de luite nant Von Schmidt auf Altenstadt en met de volgende boot wordt ook de luiteoant Piera naar Batavia gezonden. I'ER TELEGRAAF. NEW-YORK, 26 Sept. De republikeinsche conventie in den staat New-York verklaarde zich ten gunste van president Harrison's re- geering en liet beschermend stelsel. In Massachusetts verklaarde de regeering zich voor de staatkunde, welke de heer Cle veland voorstaat en nam een motie aan, waarin werd geprotesteerd tegen het verdere aaumunten van zilver. Beide conventies zijn voor de vermeerde ring der zeemscht. PETERSBURG, 28 Sept. Het Journal de St. Fetersboiirg verklaart het bericht

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1889 | | pagina 5