lïeKe ê'«iinuü vei'sc.liiji»t dadelijks* behalve op Zon- en Feestdagen. A S 0 0 H E Rl E H T Prijs per Nummer 30 Ont. Woensdag 10 Juli 1889. 160. Bureei: Scheepinakerssteeg 6, Uitgevers; Gebroeders Muré. tads- Eer icit ten Het uur der Vergelding. NIEUWS- f .1 h.\ ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN. Vooi Leiden, per 3 maanden 1.25. Franco door het. geheele rijk, per 3 maanden 1.60. 203» Jaargang. A B V E fs T i T i E i Van i6 regels0.90. Elke regel meer 0.15. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen, contant, zonder rabatper regel 0.10. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEI BEN Gezien art. 8, le alinea der Wet van 2 Juni 1875 Staatsblad n°. 95), tot regeling van het toezicht bij liet oprichten van inrichtingen welke gevaar, hinder of schade kunnen ver oorzaken Brengen hij deze ter algemeene kennis dat door hen vergunning is verleend aan 1'. H. LEUSVEI.T en rechtverkrijgenden tot het oprichten van een smederij in het perceel St. Jonssteeg 14. En geschiedt hiervan openbare kennisgeving door plaatsing in de Leidschc Courant. Burgemeester en Wethouders voornoemd, l)li KANTER, Burgemeester. E. KIST, Secretaris. Leiden, S Juli 1889. LEIDEN, O Juli. Nijverheidscongres. Gisteravond te acht uur werden direc teuren en afgevaardigden der Maatschappij ter bevordering van nijverheid op het raad huis alhier door het dagelijksch bestuur der gemeente ontvangen. De burgemeester heette allen hartelijk welkom, verklaarde liet op hoogen prijs te stellen dat zoor liet houden van deze vergadering en dit congres Leiden was gekozen. Moge van den arbeid veel succes worden verkregen, maar moge tevens Leiden de verpoozing, na dien arbeid zoo gewenscht, iu voldoende mate aanbieden. Spreker hoopte dat wanneer directeuren en afgevaardigden de stad verlaten, ze den in druk zullen medenenien, gunstig genoeg om eene aausporing te zijn later terug te komen, rerzekerd als men kan zijn steeds in Leiden een gastvrije plaats te zullen vinden, (toe juichingen) De voorzitter van het hoofdbestuur, de heer dr. D. De Haan, nam daarop het woord om hartelijk dank te zeggen voor het ge sprokene. Hij deed dit namens directeuren en afgevaardigden, die zeker waren in Lei den gastvrij te worden ontvangen, uitgenoo- digd als ze waren door het departement Leiden der Maatschappij; immers is het niet de eerste maal dat in Leiden die gastvrij heid wordt genoten. De ontvangst iiier aan de gasten ten deel gevallen getuigt dat hierin nog geen verandering is gekomen. Spreker hoopte dat, ingevolge de wenschen van den vorigen spreker, de werkzaamheden van vergadering en congres zouden strekken tot bevordering van den bloei dsr nijverheid, en dat zij in Leiden bloeit heeft het heden reeds door zijne tentoonstelling bewezen (toejuiching). Onder het genot van den eerewijn bleef men nog e n oogeublik bijeen waarna de tocht naar Zomerzorg werd aanvaard. Daar werden de gasten wederom als zoodanig ont vangen door het bestuur van het departe ment Leiden. De voorzitter, de heer A. L. De Sturler, heette alle aanwezigen wederom hartelijk welkom. Hij noemde 't van het nederige Leiden een stouten greep om de Maatschappij hier te nooden. Maar ze neme wat men haar biedt voor lief. Straks al de eerewijn werd aangeboden zou spreker een dronk instellen op de Nederlandsclie nijverheid in 't algemeen en op die van Leiden in 't bizonder. De heer De Haan riep het gezegde van den Franschen Satyricus in het geheugen on ne se blame que pour être loué. En waarlijk heeft Leiden door zijne tentoonstel ling getoond allen lof te verdienen. Spreker wenschto ten slotte aan het departement bloei en welvaart toe. In den tuin g-komen werden de gasten begroet door fanfares van de kapel der d.d. schutterij, die onder di reet ie van deu heer A, Van Leeuwen een concert met goed gevarieerd programma uitvoerde. Gedurende het concert werd nu en dan bengaalscli vuur afgestoicen en na afloop verzamelden zich de danslustigen in de zaal om daar aan een zeer geanimeerd bal deel te nemen, geopend door den president van bet departement met de echtgenoote van onzen burgemeester. Lang eri gezellig 'bleef men nog bijeen om elkaar hedenochtend iu de Stadsgehoorzaal bij de 112de algemeene vergadering terug te vinden. In de pauze werd déar door het departement een déjeuner aangeboden, terwijl na afloop der vergadering de deel nemers een bezoek brachten aan de ten toonstelling. Hedenavond wordt een concert op Zomerzorg den deelnemers aangeboden, te geven door de kapel van het 4e regiment infanterie onder leiding J. G. H. Mann. van den heer Donderdag en Vrijdag a. s. zal des mor gens vmi 8—10 uur de tentoonstelling worden bezocht door de leerlingen der Practisclie Ambachtsschool alhier onder geleide van den directeur en de leeraren. Bij kon. besluit is op grond van art. 64 der gemeentewet aan den heer A. H, Zahn eervol ontslag verleend als 2de luite nant bij de dd. schutterij alhier. De off. van gez. le kl. (arts) J. T. Noordijk is van het 6e reg. inf. le Geer- truidenberg overgeplaatst bij het 4e reg. alhier. Het bestuur der vereeniging tot oplei ding vau be« aarschoolhouderessen te Leiden heeft aan gedeputeerde staten van Zuid- Holland ingezonden de rekening over 1888 en de begrooting voor 1889, alsmede een verslag omtrent deu toestand der vereeniging. Uit dit verslag blijkt, dat het getal der interne leerlingen in 1888 bij den aanvaDg van den cursus 19 bedroeg; bij het einde 18; welk cijfer echter in den loop van 1889 weder tot 25 klom, die echter niet allen in staat waren, zelf in de voldoening der voor kost en inwoning vereischte gelden te voorzien. Het getal tier externe leerlingen bedroeg 49. Aan het examen voor hoofd onderwijzeres werd in April door 8 leerlingen deelgenomen, en aan allen kon de hoofdakte als bewaarschoolhouderes worden uitgereikt. Eveneens werd in September een examen voor hulpouderwijzeres afgenomen, waarbij er 12 mochten slagen. De gebouwen hebben dit jaar eene belangrijke herstelling onder gaan, dank zij het buitengewoon subsidie der provincie Z. Holland, groot 1 1000. Ook werd in 1888 eene groote verbetering aangebracht in de leerzalen en de belendende vertrekken. Een van Leidens ingezetenen schonk eene inrichting tot verwarming en ventilatie, die uitstekend voldoet. In den staat der geldmiddelen kwam geene veran dering. Dank zij het hoogst zuinig heneer slaagde men er in, de uitgaven in 1888 te dekken. Het bestuur zou dan ook met eeuige gerustheid het nieuwe jaar zijn inge gaan, ware het niet dat de regeering bad meegedeeld, dat op steun uil de rijksfondsen voortaan niet meer valt te rekenen, en dat reeds in dit jaar slechts over 8 maanden kan ivordt-n gerekend op het gewoue rijks subsidie, berekend tegen f 5000 over twaalf maanden. Het bestuur ziet zich daardoor in groote moeilijkheden geplaatst, en moet reeds voor het jaar 1889 middelen zoeken om het tekort te dekken, dat door toege paste bezuinigingen tot pl. m. f1400 is teruggebracht. 'Terwijl het bestuur naar andere middelen omziet, om voor volgende jaren een aequivaleut te vinden voor het dan geheel ophoudend rijkssubsidie, heeft het zich tot ged. st. van Z. Holland gewend met het dringend verzoek, het bij de prov. staten te willen bevorderen, dat de instelling nog eenmaal worde bijgestaan door de provincie, met een buitengewoon subsidie van f 1400 over 1889. Gedeputeerde staten hebben in deze eene gunstige voordracht gedaan. In hunne memorie aan de provinciale staten wijzen zij er op, dat onder de vele nuttige instel lingen, die den steun der provincie genieten zonder welken zij niet kunnen voortbestaan, deze kweekschool met eere genoemd mag worden. Het is bekend op welken lagen trap de bewaarscholen een 20 tal jaren geleden stonden, en tevens hoe dit in de laatste jaren aanmerkelijk is verbeterd. Die verbetering mag, naar o. i. voor eengoed deel worden toegeschreven aan de heilzame werking dezer kweekschool, die een groot aantal bekwame onderwijzeressen heeft ge vormd. Wij vinden dan ook vrijheid, aan uwe vergaderiug voor te stellen, aan het bestuur der vereeniging, boven het tot dus ver verleende subsidie van f2000, uit de proviuciale fondseu voor ééns eene buiten gewone subsidie van f 1400 te verleenen over 1889." Gisteravoud viel te zeven ure onge veer aan de Oost-dwarsgraoht een achtjarig jongetje te water. Een infanterist sprong er bij en mocht het genoegen smaken het ventje te redden. UJIIVER§ITEIT. Heden werd bevorderd tot doctor in de rechtswetenschap, aan de rijks-universiteit alhierde heer E. L. Jacobsongeb. te Rotterdam, na verdediging van zijn acade misch proefschrift, getiteld: „Terinijnhandel in goederen", daarna dezelfde tot doctor in de staatswetenschappen met „stellingen". JEE U 1 LLETÜN. 80). ,Wat is er van uw dienst, heeren?" vroeg de portier. iMaak open, in naaiu der wet," klonk Cheltou's bevel. rDan zal ik eerst den dokter moeten roepen." „Maak open, herhaal ik je, of wij ge bruiken geweld." Reeds haalden twee der agenten breek- 'jzers voor den dag, om aan de bedreiging van hun chef kracht hij te zetten, maar n® portier kwam snel naar beneden en het de onwelkome gasten iu. Op de eerste verdieping ontmoetten zij Mary Brown. „Meisje," sprak de detecti ve weer, »®ijs ons de kamer van miss Lilly Lawrence." „Bedoelt u de krankzinnige, die zich „ik bedoel miss Lawrence, er ziju er hier och geen twee die zoo heeteD." Dat niet, maar „Dan geen verdere maar'en, haar kamer, asjeblieft." „Ik moet er eerst eens met deu dokter over spreken. Wij hebben hier wel een krankzinnige, die zich voorstelt zoo te heeten, maar ik mag niemand bij haar toelaten." „Dan ken ik mijn plicht. Voorwaarts, mannen, breek al die deuren open." Reeds wilden de mannen het bevel vol brengen, maar Mary hield hen tegen. „Om Godswil, pas op sir, er zijn eenige krankzinnigen, die razend zijn en ons zouden dooden, als wij hun cellen onvoor zichtig openden." „Wijs ons dan de kamer van miss Lawrence en er zal niet een deur worden opengebroken." „Het zij zoo, maar verontschuldig mij dan bij den dokter." Goed, waarheen nu?" „Volg*, mij, heeren." Zij ging een trap op naar de tweede verdieping en wees de kamer van Lilly aan. Mr. Chelton wilde de deur openen, maar zij was van biunen gesloten. „Maak open, in naam der wetl" klonk weer zijn bevel. „Hier geldt geen wel dan de onze!" ant woordde hem een Uoonende stem, welke hij als die van dokter Pratt herkende. Het antwoord op die hoonende stem werd door een paar bijslagen gegeven en de deer sprong krakend uit haar hengsels. Mr. Lawrence slaakte een kreet van ont zetting toen hij in die kamer keek. Hij zag Pratt noch Colville, noch den man die in het ambtelijk gewaad op een soort van hoogte stond, maar hij zag alleen een bruid, bleek als marmer, iu een wit ge waad en een krans op de blonde lokken, haar sluier was opgeslagen en vertoonde het gelaat van miss Lilly Lawrence. Mr. Lawrence stond juist op het punt ziju dochter in de armen te snellen, toen een krachtige iiand hem terughield, en uir. Chelton sprak op bevelenden toon „Blijf, wilt ge uw kind inderdaad krank zinnig maken?" Pratt en Colville, die de binnenkomenden met verbazing aanzagen, waren deftig iu het zwart gekleed. De dokter was de eerste, die zijn tegenwoordigheid van geest terug kreeg. „IV'at heeft dit te beteekenen, wie zijt gij, wat geeft u het recht als roovers binnen te vallen?" vroeg hij hoogmoedig. Zonder op deze woorden te letten, sprak mr. Chelton: „Harold Colville en dokter Pratt, in naam der wet, gij zijt mijne gevangenen." „Eu waarvan durft men ons beschuldigen?" vroeg Pratt weer. „Gij hebt miss Lilly Lawrence, bier aanwezig, voor dood verklaard, toen zij schijndood was. Gij hebt haar lichaam uit den grafkelder gestolen, in vereeniging niet Harold Colville. Gij hebt haar, na haar tot het leven terug geroepen te hebben, in het huis vau Leveret tegen haar wil opgesloten gehouden en haar daarna in dit huis gebracht, onder het' valsche voorgeven, dat zij krankzinnig is. Voorts wordt Harold Colville beschuldigd, zijn wettige echtgenoote Fanny Colville vier jaren in een kelder in het genoemde huis van Leveret te hebben opgesloten ge houden en aan Peter Leveret bevolen te hebben, het kind, dat uit dit huwelijk was gebcren, te dooden. Uw kind is dood, Harold Colville, maar uwe vrouw leeft nog en zal als getuige tegen u optreden. Zijn die beschuldigingen voldoende om u te arresteeren, dokter Pratt?" Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1889 | | pagina 1