i m
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN.
I' eest d a g e ei.
A 0 Pi i E E T
Vrijdag 31 Mei 1889. - N\ 127.
Uitgevers: Gebroeders Muré.
Inschrijving Schutterij.
Het uur der Vergelding.
I^fès
c l e
i\oujiuii verschijnt dagelijks-, behalve op Zon- en
Vooi Leiden, per 3 maandenI »-25,
Franco door liet geheele rijk, per 2 maanden 1.#».
Prijs per ^Hsjsiwer 10 ('eat.
A VERTE fa TIES:
Van 16 regels0.90.
Elke regel meeri 0.15.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen, a contant, zonder rabat, per regel 0.10.
Bureel: Scheeptakerssteeg 6,
203e Jaargang.
Uithoofde van den Hemelvaartsdag
zal morgen- (Donderdag) avond de
Leidsehe Courant niet verschijnen.
Stails-Berichte ss.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
LEIDEN herinneren hij deze nogmaals den
belanghebbenden (de geborenen in 1864 en,
voor zoover zij zich tusschenlijds in de ge
meente hebben gevestigd en alhier nog niet
voor de Schutterij mochten zijn ingeschreven,
ook de geborenen in 1*55-1863) hunne ver
plichting om zich voor den Schutterlij
ken «lienst te doen inschrijven.
De gelegenheid beslaat daarloe dagelijks (Zon
en feestdagen uitgezonderd) ten Raadhuize,
lusschen 10 en 4 uren, terwijl op den
len Juni aanst. de registers van inschrij
ving worden gesloten en zij, die zich niet
vóór dal tijdstip hebben doen inschrijven, hij
ontdekking, ambtshalve ingeschreven en door
den Schuttersraad tol eene geldboete verwezen
zullen worden.
Burgemeester en Weihouders voornoemd,
V DE KANTER, Burgemeester.
E. KIST, Secretaris.
Leiden, 21 Mei 1889.
l)iUr.i)V E T.
BUBGEMEESTER en WETHOUDERS van
LEIDEN
Brengen Ier algemeeue keunis dat door
JACOBUS JOHANNES ENGELERDT een ver
zoekschrift is ingediend om vergunning voor
den kleinhandel in sterken drank in hel per
ceel Oude ltijn no. 138.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
DE KANTERBurgemeester.
E. KIST, Secretaris.
Leiden, 28 Mei 1889.
LKI»»;\, 29 Mei
Een groot en onlierstelbaar verlies heeft
onze academiestad getroffen. Op nog zeer
jeugdigen leeftijd is inr. Willem Matthias
d'Ablaiug, hoogleeraar alhier, geheel onver
wacht weggerukt uit den kring zijner fami
lie eu vrienden. Geboren te Batavia in
1851, promoveerde d'Ablaing te. Leiden in
1877, waarna hij zich als repetitor ves
tigde, om vervolgens tijdens de ziekte van
den hoogleeraar Goudsmit als lector en na
diens overlijden als hoogleeraar diens plaats
te vervullen.
Wat onze academie en wat de wetenschap
in dezen man verliest; wie zal dat naar
waarde kunuen schatten, waar op zoo jeug
digen leeftijd een man met zoo groote be
gaafdheden midden uit ziju arbeid wordt
weggerukt? De beoefening der rechtsge
schiedenis in de Middeneeuwen was het die
hem het meest aantrok en op dat arbeids
veld voort te werken was de levenstaak die
hij zich had gesteld. Doch slechts de eerste
vruchten van eene jarenlange studie heeft
uien nog mogen zien rijpen. Zijne opstellen
over de glossatoren in binnen- en buiten-
laudsche tijdschriften waren nog slechts de
eerste voortbrengselen van zijn moeitevollen
arbeid, die zoo plotseling is afgebroken.
Ter belooniug voor 24 jaren trouwen
eu eerlijken dienst, is de zilveren medaille
toegekend aan den len provoost bij de ma
rine J. Bonneke, dienende bij de Kweek
school voor Zeevaart te Leideu.
Bij het gisteren te 's Graveohage ge
houden acte-examen, lager ouderwijs, zijn
geslaagd de dames L. E. Ter Meer eu M.
Cl. Privé alhier.
De Leidsehe Studeutenvereenigiug tot
vrijwillige oefening in den wapenhandel
Pro Patria, stelde gisterochtend hare banen
open voor den aaugekondigden wedstrijd.
Velen begaven zich gister reeds vroegtij
dig Daar Hollands duin urn den strijd te
aanschouwen.
Het terrein zag er recht feestelijk uit;
allerwege wapperden vlaggen en eene keu
rige canline noodde tot uitrusten na de
wandeling door de duinvallei, waar de zon
den mensch wel op wat al te zware proef
stelde.
Te negen uren ving de korpswedstrijd
aan, waarvan de uitslag is als volgt:
Serg. Blanken, korp, v. d. Reek, sold,
v. d. Ben, 4e bat., 4e comp., 4e reg. inf.,
67 punten, le prijs; serg. Hamerslag, korp.
Verburg, sold. De Bruijn, 2e bat., 3e comp.,
4e reg. inf., 63 punten, 2e prijs; serg.
Schiitt, korp. Guike, sold. Mussert, 2e bat.,
4e comp., 4e reg. inf., 63 punten, 3e prijs.
De jury bestaat uit de heeren J. M,
Obreen, lste luit. van het 4e reg. inf.,
eerelid van Pro Patria, R. Schuurbeque
Boeye, eerelid der Utrechtsche Stud.-Scherp-
schuttersvereeuiging eu A. Röell, eerelid van
Pro Patria.
De voorzitter, de heer F. J. D. C. Egter
van Wissekerke, heette de aanwezigen in
eene hartelijke toespraak welkom, w aarna de
wedstrijd op personeele en vrije banen be
gon, welke hedenochtend werd voortgezet.
Aan den universiteitswedstrijd nemen
slechts Leiden en Utrecht deel. Amsterdam
heeft gemeend, zich van mededinging te
moeten onthouden, daar de vereeniging ge
woon is vijf barer schutters ie doen uit
komen. Leiden en Utrecht daarentegen met
3 schutters, wilden dingen naar de gouden
medaille, door het Leidsehe studenteukorps
uitgeloofd.
Gisteravond bood Pro Patria aan de me
dedingende gezelschappen een concert aan
in den tuin van Zomerzorg, dat door heer
lijk zomerweder werd begunstigd. De mu
ziek van het vierde regiment infauterie
voerde een keurig programma uit. Alle
leden van bet studenteukorps hadden toe
gang; terwijl eeué uitgerezen aamesachaar
bet feest met hare tegenwoordigheid op
luisterde. Hedenochtend om 10 uur werd
de wedstrijd hervat, en des namiddags be
sloten met een kameraadschappelijke» maal
tijd in de sociëteit Minerva.
We ontvingen heden het verslag van
den toestand der vereeniging „Uit Liefde",
alhier, over het jaar 1888. Een toenemend
ledental valt ditmaal niet te constateeren.
Op 31 December 1888 telde de vereeniging
321 leden en 1 donaleur, gelijkstaande met
het totaalcijfer op 1 Januari van dat jaar.
De rekening werd door eene commissie uit
de leden, de heeren W. C. De Graaf en C.
A. Kres, nagezien en accoord bevonden.
Over hel vereenigingsjaar 1888/89 werden
ter uitreiking aan nooddruftigen afgegeven
het volgende aantal bons, voor brood 8814,
voor rijst 8476 en voor gort 61 SO, uit
makende te zamen 22470 bons, eene buiten
gewoon groote hoeveelheid dus.
Voor de levering van levensmiddelen was
ingeschreven door den heer P. G. Nicola
voor het brood, door den beer H. Meyeraan
voor de gort en door den heer J. Fontein
voor de rijst. In de Bpaarbank kon worden
belegd ƒ1395.25, welk bedrag aan rente
opbracht ƒ23.89. Het saldo der rekening
bedroeg ƒ197.94 en werd rente gevend ge
maakt.
De leden van hel bestuur aan de beurt
van aftreden werden allen herkozen. De
heer I. J. Mulder, 2e secretaris inoest we
gens hoogen leeftijd en voortdurende onge
steldheid bedanken en werd vervangen door
den heer P. J. Van Venetië. De bode der
vereeniging ontvangt nu eene bezoldiging
van ƒ50 'sjaars.
De vergaderingen hebben thans plaats in
het gebouw van de Maatschappij tot nut
ven 't algemeen. Tot de uitdeeling op de
gewone traditiöneele wijze werd op een dier
vergaderingen besloten. Aan het einde van
het verslag beveelt de secretaris de heer W.
De Jongh, door wien het verslag is opge
steld, de vereeniging in aller aandacht aan,
Het Leidsehe studentencorps heeft den
gebruikelijken rouw van zes weken aange
nomen tengevolge van het overlijden van
den hoogleeraar mr. W. M. d'Ablaiug. Om
dezelfde redenen fworden deze week de juri
dische colleges niet gegeveD.
Hedenochtend is nabij het tolhek on
der Oegstgeest nabij Leiden bet lijkje ge
vonden van een pasgeboren kindje in een
bonten schort gewikkeld. Aan de politier
aldaar is aangifte gedaan.
VNIVERIITEIT.
Aan de rijks-universiteit alhier zijn
de volgende examens afgelegd door de heereu
H. W. Ter Haar, voorbereidend examen
H. Baart, theoretisch geneeskundig examen;
E. Teixeira de Mattos, 2e natuurkundig
examen; A. J. Groen, candidaats-examen
geneeskunde.
MUZIEK, LETTEKEN ENT KUNST.
Programma der muziekuitvoering op
Musis Sacrum, Donderdag 30 Mei, te 7(-
uren, door het Stafmuziekcorps van het 4de
regiment infanterie, directeur: de heer J.
G. II. Mann. lste afd.N°. 1. Fanfani-
Marsch (le Uitvoering), Suppé; 2. Ouver
ture: „Si j'étais Roi", Adam; 8. „Früh-
b'PjUI LL ETON.
53).
Zij begreep, dat zij Fanny niet langer
zou kunnen verbergen, als deze zoo hard
gilde en dat Lilly vandaag of morgen wel
eens zou kunnen probeeren of zij ook door
het valluik zou kunnen ontvluchten. Dan
moest zij er natuurlijk Fanny ontmoeten
en dal zou nog grootere onheilen ten ge
volge hebben, ook kon Molly haar onder-
aardsche gevangene niet voortdurend van
voedsel voorzien, zonder vrees, dat dit door
Lilly zou worden opgemerkt. Deze over
wegingen, die Molly in stilte maakte, deden
haar besluiten Lilly weer te verplaatsen, en
dat deed zij dan ook, zooals wij reeds
gezien hebben. Toen de weg vrij was, ging
zij naar beneden, om toch eeus te zien,
wat de oorzaak van dien gil was geweest.
Fanny lag op haar stroohos uitgestrekt
en merkte het binnenkomen van Molly
niet op.
„Heb je je weer te lang stil gehouden,
begin je weer te schreeuwen snauwde
Molly haar toe, maar de geketende ant
woordde niet.
„Kun je nu op eens niet meer spreken,
nu ik bij je ben, aardworm? Ben je
van plan je bedaard te houden of niet?"
Nog geen antwoord.
„Zeg eens, hoelang zal je mij hier
nog voor gek laten staan, voor je mij
behoorlijk antwoordt. Wil je voortaan
stil zijn, of moet ik je voor eenwig stil
maken
De ongelukkige volhardde in haar stil-
zwijgen, en Molly was nu ten toppunt van
woede; zij gaf de ongelukkige een schop en
schreeuwde
„Zal je spreken?"
Fanny kermde pijnlijk en fluisterde nu:
„Dood mij, Molly, ik smeek je om den
dood, dit leven is niet langer te ver
dragen."
Een gillende lach klonk van Molly's
lippen.
„Je bent een grappige kostgangster.
Als men je dooden wil, dan smeek je om
te leven, als men je laat leven, smeek je
om te sterven. Ik heb eenmaal gezegd,
dat je ieven zou, welnu, ik trek mijn woord
niet in. Voor dat stuk brood en die kan
water, die je per dag gebruikt, wil ik geen
moord begaan, daarvoor moet ik duurder
betaald worden."
„Maar ik smeek om te sterven."
„Neen, neen," antwoordde liet monster,
dat er behagen in scheen te scheppen het
weerlooze wezen te tergen. „Je moet
blijven leven. Ik houd je in leven voor
miju liefhebberij. Ik zoo niet weten hoe
ik dien eindeloozen dag zou omkrijgen, als
ik zoo nu en dan niet eens naar je kou
komen kijken eu mij wat met je vermaken.
Alleen moet je niet zoo schreeuwen, je
mocht anders je stem ceus bederven,"
en weder klonk haar huiveringwekkende
lach.
„De gevangene bleef roerloos liggen.
„Nu," sprak Molly, in spotlende onder
danigheid, „mevrouw Colville, ik mag zeker
wel de groeten voor u overbrengen aan uw
echtgenoot, habahaha!"
Daarmee was het wijf vertrokken.
Dagelijks kwam zij terug ooi haar slacht
offer te bespotten, en nu wachtte zij ook
niets anders, dan die duivelin terug te zien
keeren; men kan zich dus voorstellen hoe
groot haar verbazing was, toen zij nu een
vreemden heer zag, die haar ontsteld, maar
vriendelijk aanzag.
„Wie zijt gij?" stamelde zij.
„Een vriend," was het antwoord, „meer
zelfs, een redder."
„Een redder? Zou het mogelijk zijn,
dat er iemand bestond, die mij mijn vrijheid
terug zou kunnen geven?"
„Ja, zeker, maar voor alles moet ge mij
uw naam zeggen."
„Ik heet Fanny Colville."
„Fanny Colville?" herhaalde de detective,
ten hoogste verbaasd, zijt gij dau familie
van Harold Colville?"
„Ik ben zijn vrouw," en daarop vertelde
Fanny de geheele geschiedenis, die wij
reeds kennen, terwijl zij er bijvoegde, hoe
een tweede gevangene in dit huis moest
zijn, die als een engel uit den hemel voor
haar was verschenen, maar vau wie zij nu
niets meer afwist, dan dat zij na een ver-
geefsche vlucht, hier was terug gebracht.
Zij noemde evenwel den naam van Lilly
Lawrence niet.
„Een jong meisje, dat door Colville hier
gevangen werd gehouden?" vroeg mr.
Chelton. „Waar kan zij dan verborgen
zijn Ik heb het geheele huis doorzocht,
maar niets gevonden."
Wordt vervolgd.)