[EIJWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN.
A B 0 ii E PJI E IB T
Maandag 18 Februari 1839, N°. 41.
ADVERTEIITlEa:
Uitgevers: Gebroeders Muré.
§8 p
ftku*'
•&k8*ÖS?
s'
ji» 1 -
ie Vo si ra i verschijnt
d a e I ij k s
behalve
op Zoii- eit
F e e s t d a g e n.
Vooi Leiden, per 3 maanden1.35.
franco door het geheele rijk, per '3 maanden l.OO.
Prijs per Summer 10 Cent.
102k Jaargang.
Van 16 regels0.90.
Elke regel meer0.15.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte
Dienstaanbiedingen, 4 contant, zonder rabat, per regel 0.10.
Bureel: Scheepioakerssteeg 6.
SI u <5 s - SI e r i c li s e
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
LEIDEN
Gezien liel adres van de firma TIELEMAN
en DROS, Houdende verzoek om iri hunne
fabriek aan de Middelste gracht n°. 105107
een dubbele braadovcn Ie mogen plaatsen.
Gelei op de artt. 6 en 7 der Wet van 2
Juni 1875 Staatsblad no. 95);
Geven bij deze kennis aan hel publiek dat
genoemd verzoek, met de bijlagen, op de
Secretarie dezer gemeente ter visie gelegd is;
alsmede dal op Zaterdag den 2en Maart a. s.
's voormiddags Ie elf uren, op liet Raadhuis
gelegenheid zal worden gegeven om bezwaren
legen dal verzoek in ie brengen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
DE KANTERBurgemeester.
E. KIST, Secretaris.
Leiden, 16 Februari 1889.
LEIBENI, 16 Februari.
Toestand des Konings.
Men schrijft aan het Hbl. van Het Loo:
Over 't geheel genomen blijft de toestand
van Z. M. den koning dezelfde. De laatale
nachten kenmerkten zich echter door meer
slapeloosheid, tengevolge waarvan een grooter
deel van den dag aan rust moest worden
gewijd.
Uit de opgaven betreffende de sterfte en
de geboorten in de maand Dec. blijkt,
dat o. a. in de gemeente Leiden waren ge
boren 14.4 kinderen, waaronder 7 levenloos
aangegeven, overleden 9ö personen, en wel
beneden 1 jaar 23, 15 jaren 24, 514
jaren 3, 1420 jaren 1,2050 jaren 11,
5065 jaren 6, 65SO jaren 16, boven
80 jaren 5op onbekenden leeftijd
Als oorzaak van den dood werd
opgegeven: gebrekkige ontwikkeling I.
lichaamszwakte, tering 10, klierziekte,
rhachitissyphilis 1absc. ulc, gangr.
pyaem. haem. kanker 4waterzucht,
scheurbuik 1, typhus en febris typhoï-
dea 1aanhoudende koorts 1tus-
schenpoozende koorts pokken rood
vonk mazelen 10, huidziekten stui
pen, trismus, epilepsie 4, apoplexie 2,
hersenziekten, krankzinnigheid 8rugge-
mergslijden, paralysis keel- en longte
ring, bloedspuwing 4, croup .kinkhoest
1, acute ziekten der ademhalingsorganen 14,
chron. ziekten der adeinhalingsorganeu 8,
hart- en vaatziekten, rheumat. arthrit 1,
organ, hartgebrekenaneurysms 3, angina,
diphtherina 1, diarrhoea, dysenterie 2,
cholera nostras 1acute ziekten der spijs-
verteringswerkt. 3, chron. ziekten der spijs
verteringswerktuigen ziekten d. organa
urogenitalia 3, ziekten van het kraambed
gewelddadige dood verdrinken
onbekende oorzaak, plotseling 5.
Voor de betrekking van hoofd eener open
bare school voor gewoon lager onderwijs alhier,
jaarwedde 1700 en ƒ350 vour het gemis
van vrije woning, hebben zich ruim 200
sollicitanten aangemeld. Een paar jaar ge
leden bedroeg het aautal sollicitanten naar
eene dergelijke betrekking in deze gemeente
ongeveer 100.
Tot ab-acti8 van het Leidsch studen
tencorps is gekozen de heer W. C. Th.
Van der Schalk.
Het hoofdbestuur der Nederlaudsche
maatschappij voor tuinbouw en plantkunde
benoemde in zijne vergadering van 24 Ja
nuari j. 1. tot leden der vaste commissis de
heeren prof. W. F. R. Suringar, H. Witte,
dr. H. Boursse Wils, J. J. Kruijff, K.
Wezelenburg en dr. J. G. Boerlage, de vijf
eerstgenoemden leden der afdeeling Leiden
en Omstreken, de laatste geou lid der Maat
schappij.
De Staatscourant van heden bevat de
statuten der Vereenigiug Controleursbond,
alhier.
Van officiëele zijde wordt ons roede-
gedeeld dat de Vereenigiug: „Het Meta
len Kruis", bij gelegenheid van 's konings
verjaardag op Dinsdag 19 Februari a. s. een
vriendschappelijke bijeenkomst zal houdeo,
waartoe alle actieve en gepensioneerde on
derofficieren toegang hebben, mitsgaders zij
die gerechtigd zijn tot het dragen van het
Metalen Kruis.
Ook burgers kunnen toegang verkrijgen
wanneer zij zich vervoegen bij een der leden.
Daar er vrije introductie is, twijfelen wij
niet of van deze kameraadschappelijke ver
gadering zal een druk gebruik gemaakt
wordeu.
Aantreden te 3 uren na afloop van parade
en assaut, in het lokaal, Zoroerlust, Sta
tionsweg, altiier.
In de gisteren te Delft gehouden
raadszitting werd afwijzend beschikt op het
adres vau de afdeeling Leiden eu omstreken
van de Schippersvereeniging „Schuttevaer",
houdende verzoek oui aan de schippers uic
wekelijks Delft passeeren, een derde van het
tarief wegens havengeld te laten belalcn.
Gistermiddag is op de Doczastraat
alhier een ongeveer twaalfjarig jongetje
door een doctorskoetsje overreden, tenge
volge waarvan het ventje vrij ernstige kneu
zingen aan een der beenen bekwam. Het
zal 't kereltje wel een maand thuisblijven
kosten.
In de Stedelijke Werkinrichting zijn
opgenomen
Z. 1U Febr. 61 volw. en 16 k., totaal 77
M.
II
V
84
u
u
20
Ut
1/
104.
D.
12
n
90
n
U
18
Ut
li
108.
W.
13
U
97
u
tt
20
Ui
V
117.
D.
14
U
81
u
H
15
Ut
t!
96.
V.
15
U
95
ri
u
23
Ut
U
118.
Z.
16
U
87
u
H
19
Ut
ft
106.
VVe nemen hier in zijn geheel het
volgende ingezonden stuk en iiet antwoord
daarop van de redactie uit de Arnhemsche
Courant over.
Mijnheer de Redacteur.
Beets heeft ongelijk waar hij beweert
dat de kunst van bewonderen de wereld
uit is. Ik heb deze overtuiging opgedaan
door de onschuldige conjectuur, die gij u
veroorloofd hebt door Cosinus, den schrijver
van Kippeveer, en uw onderdanigen dienaar
te identificeeren. Ons dierbaar vaderland,
dat miserabel klein landje" in de oogeu
van een Limburger, telt nog vele harten
die warm kloppen voor wat schoon en gees
tig is. Inderdaad het is heerlijk een
beroemd man te zijn! Sedert uw geacht
blad de anonymiteit van Kippeveer's gees
telijken vader heeft pogen te ontsluieren,
ontvang ik bij elke aankomst der post van
Noord eu Zuid en Oost eu West tallooze
brieven van bewondering, dut ik er angstig
van word. Waar moet dat heen, als een
met beroeps- en andere bezigheden over
laden mensch nog den tijd moet viudeu om
al die stukken te ordenen en te bewaren
als beheerder van een Kippeveer-arcliief
strekkende ter verheerlijking van een naaui-
looze, misschien een goed vrind, misschien
een fel vijand? Eu welke blieven 1 Een
enthousiastisch wijnkooper belooft me een
«mandje Panje", als ik weer zou'n hoek schrijf
om „de fijnen te troeven". De keerzijde der
medalje is deze, dat ook stemmen van ergernis
en verbolgenheid opgaan. „De fijnen", schrijft
een billijk verontwaardigde, „laten zich n£;i
belachelijk maken door een ambtenaar, dien
ze betalen". „Ga zoo voort", meldt me een
ander, „eu een ferm pak zal je niet ontgaan".
Gesteld nu onze vernuftige Cosinus (met
korte of lange i? waarom geeft de man de
quantiteit niet aan? ware de als kort
voorgesteld, dan had men mij wel met rust
gelaten) gesteld nu Cosinus „gaat zoo
voort", welnu een flesch champagne op de
gezondheid te ledigen van een onzer letter
kundige sieraden, dat is nog zoo'n kwaad
werk niet, altoos als mijn bewonderaar van
een wijnkooper zijn belofte houdt en een
goed merk overzendt. Maar ik vraag u,
waarde heer de redacteur, in gemoede, wat
moet ik in Godsnaam met dat hypothetische
„pak" uitrichten? Zoo iets laat zich niet
endosseeren, vooral niet aan een ongenoemde.
En wie mag zijn slapen sieren met de
lauweren, die voor een ander zijn bestemd?
Om dus voor goed een einde te maken aan
mijn kortstondige beroemdheid, verzeker ik u
bij dezen plechtig „Kippeveer" noch ge
schreven noch gelezen te hebben. Met
de opneming dezer regelen, die ik van harte
hoop dat onder de oogen van alle bewon
deraars des heeren Cosinus zullen komen
(ook onder die van den man vau het „pak"),
zult gij verplichten.
Uw dienstvaardige!! dienaar,
P. J. Cosun.
PS. Daar de bel weer I
De post staat beladen op de stoep 11 Helpt
gij mij spoedig, dan helpt gij dubbel I
(Wij mogen ons de eer niet toekennen
zelven de aanleiding tot bet gerucht gegeven
te hebben, waaraan wij den geestigen brief
van den heer Cosijn hebben te danken. Wij
bebben zelfs indirect doen doorstralen, dat
we aan bet gerucht niet veel geloof sloegen.
Nu wij zien welke gedeeltelijk onaangename
gevolgen de opeobaarmaking van dergelijke
geruchten bebben kan, durven we inderdaad
bijna er niet voor uitkomen, hoe we dezer
(lageu van meer dan eene zijde hoorden ver
zekeren, dat de Haarlemsche predikant, de
beer Mees, de schrijver van Kippeveer zou
zijn. Wij voegen er nu uitdrukkelijk bij,
dat wij zelven het niet gisten en zelfs, dat
wij het niet gelooven. Red.)
3IUZIEK, LiSTTEUEtf E» S41IXST.
Doctrina.
Het Leidsche Studentengezelschap Doctrina
heeft gisteravond aan hare genoodigden een
allergezelligsten avond bezorgd. Is de stads
gehoorzaal op een Doctrina-avond altijd
uitmuntend bezet, dezen avond was er geen
plaatsje meer te krijgen in de overvolle
zaal en was de gaanderij door een heir van
hoorders in drie gelederen bezet. De naam
van Justus Vau Maurik als verteller heeft
dan ook een klank, uitmuntend genoeg om
zulk een opkomst te verwekken, en ook
ditmaal had die klank zijne uitwerkiug niet
gemist.
Toen al wat Leiden liefs heeft door de
goede zorgen der commissieleden eene goede
zitplaats had gevonden en 't aanvangsuur
was aangebroken, trad, de tweede in de
lange rij van waardigheidsbekleders, de heer
Van Maurik de zaal binnen om zelf plaats
te nemen achter het daartoe bestemde ta
feltje eu zijn hoofddeksel neêr te leggen op
den daartoe bestemden fauteuil. Dat hij
hartelijk welkom was bewees het luid applaus
bij zijn binnentreden, 't balzengerek en 't
gefluister „daar is ie, nu ken j'm zien".
Toen ieder zich op zijn gemak had ge
zet en een goed spreker laat zijn gehoor
daartoe den tijd, dien zelf bestedende aan
't schikken van wat voor hem ligt en 't
mauipuleercn met zijn neusdoek stelde
spreker de wachtenden in kennis met den
titel van zijne voordracht, die „Kromme
Krisje" luidde. „Kromme Krisje" is een
titel die ons terstond doet denken aan den
verhaaltrant van den heer Van Maurik, een
titel zooals hij ze gaarne maakt. En de
geschiedenis ze was eenvoudig, nit het
leven gegrepen, maar treffend geschetst eu
treffend verteld. Ernst en boert dooreen,
zooals in 't leven, zooals zelfs in 't leven
van Krisje, wier jeugd zoo weinig lichtpun
ten aan anderen schuldig was, maar die op
later leeftijd daarom aan anderen niet ont
hield.
Kromme Krisje is een kind uit, de volks
klasse, uil de klasse der Amsterdamsche kel
derbewoners. Bij het bijna natuurlijke gevolg
van hare mismaaktheid dat ze door het al
gemeen werd bespot, kwam het zeker onna
tuurlijke dat vader noch moeder haar daartegen
beschermden, ja zelfs in haar gebrek voor
zich eene oorzaak voor misnoegdheid meenden
te mogen vinden. Konden al die onaangename
bejegeningeu in Krisje'9 gebrek geene wending
ten goede brengen, in haar karakter was de
invloed ten kwade merkbaar en deed zich
kennen in eene noodlottige onverschilligheid.
De vader van het kind was metselaar eu
dronken wat niets ter wereld had kannen
bewerken, bewerkte de val van een hooge
metselsteiling, tengevolge waarvan de dood
hem het onmatige jeueverdrinken voor goed
belette. Onaangenamer nog dan het drinken
van vader was voor Krisje het slaan van
moeder eu 't was voor haar eene uitkom t
dat ze voor een paar centen werkzaam kon
worden gesteld in een voddenmagazijn, waar
door ze minder iu den kelder was, en als
ze er was nog een paar centen thuis bracht.
Zoo was er nu toch tenminste iets waarom
bare thuiskomst voor hare moeder een wel
kome was.
Doch ook dat was niet bestendig; de
moeder stierf plotseling, haar kind niets
nalatende dan eenige weken achterstallige
kelderhuur, waartegenover niet eenmaal een
daukbaar terugdenken aan haar leven kon
worden gesteld. Krisje zou alleen gestaan
bebben in de wereld, zoo ze op het lompen
magazijn niet den ouden Gerrit had leeren
kennen, een oud soldaat van Waterloo, die
voor de fortificatie van Leuven bij vergissing
een zijner beenen had laten liggen. Evenwel
stelde bern een klein pensioen in de gelegen
heid een bouten stelt te koopen. En voor
dat pensioen, verklaarde Gerrit, had hij bij
Waterloo op zijn „houten poot" nog een
vinger toegegeven, dien ze hem daar af
schoten.
Gerrit en Krisje worden meer en meer
aan elkander gehechtKrisje wordt grooter,
Gerrit wordt ouder. Als 't werk in 't ma
gazijn gedaan i9 doet Krisje het huishonden
van den ouden bij wien ze is komen inwonen.
De schikkende vrouwenhand van de huis
houdster wordt dra merkbaar in de eenvoudige
woning en Gerrit die nooit eene vrouw de
zijne had mogen noemen omdat hij de meisjes
iu de gaten had, zooals hij zei, genoot nu
dubbel van de gemakken die eene zorgende
vrouw den man kan verschaffen.
Ouder en ouder werd Gerrit; en toen
hij blind was gewordeii verdiende Krisje voor
den ouden levensgezel den bescheiden kost.
En toen de strijder van Waterion ook den
levensstrijd had moeten opgeven, was Krisje
oud genoeg om alleen te staau in de wereld,
die ze liever had gekregen. Met couranten-
loopen en breien verdiende ze den kost, dien
ze bij een gezin met een zestal kinderen
verteerde. Dat breien bracht nog een duitje
op, zei ze. Maar menig kinderkousje werd
door haar afgeleverd waarvoor ze niet meer
ontving dan een hartelijk „dankje Krisje".
En toen ook eenmaal vour de gebrekkige