NIEUWS- EN ADVERT NT1EBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN. Prijs per Summer 10 Cent. Donderdag 7 Februari 1889. 11°. 32 AOVERTEBTIEN: Bureel: Scheepmakerssteeg 6. Uitgeversi Gebroeders Mnrê. Stads-11 e r i e h t e a. Onschuldig Veroordeeld. B e i e o ti r a si t v e r s c ii i| 111 <1 a gelijks* beh a 1 v e op 'L o n- en fees t <1 a g e is. A i 0 vHi E ff; EST: Vooi Leiden, per maanden1.25. Franco door hel geheele rijkper maanden 1.60. Van 1regels0.9Ö. Elke regel meerj 0.15. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen, a contant, zonder rabat, per regel 0.10. Loling voor de Nationale liilitic. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN, Gezien liet besluit van den lieer Commissaris des Konings in deze provincie, van den 17'lM Januari 1889, j A. n°. 150(2° afd.), Provinciaalblad n". 5, houdende j regeling van de Loting voor de Nationale Militiej Gelet op de bepalingen der net van den 19dpn Au gustus 1861 Staatsblad n°. 72), alsook op die van Zijner Majcsleits besluit van den 8«"0 Mei 1862 Staatsblad n°. 46) Brengen ter algemeene kennis: dal de Loting der in liet vorig jaar binnen deze gemeente voor de Nationale Militie ingeschrevenen, en alzoo voor hen die geboren zijn in het jaar 1S69, zal geschieden in een der vertrekken van het Raadhuis, op Dinsdag, Woensdag en Donderdag den I2««en, igden en 14^n Februari aanstaande,, telkens des morgens te IIAXJFTIEN; dat deze Loting in eene alphahetische volgorde der namen van de ingeschrevenen /.al plaats hebben, en wel op Dinsdag den l2den Februari 1889, voor de ingeschrevenenwier familienaam begint met de letter A lot en met de letter G, op Woensdag den 13<,en Februari 1889, voorde ingeschrevenen, wier familienaam begint met de letter H tol en met de letter P en op Donderdag den 14dcn Februari 1889, voor de ingeschrevenen, wier familienaam begint met de letter Q tot en met de letter Z. Voorts, dat bij art. 53 der Wet is bepaald dat voor den ingeschrevene, die niet is opgekomen, het nominer kan getrokken worden door zijn vader, moe der of voogd, terwijl, is ook deze niet opgekomen, alsdan het trekken geschiedt door den Burgemeester of het lid van den Raad der gemeente, waar de lole- ling is ingeschreven dat ingevolge art. 34 de opgekomen ingeschrevene dadelijk na het trekken van zijn nommer. de redenen van vrijstelling opgeeft, die hij meent te hebben. Het opgeven van deze redenen kan doorzijn vader, moeder of voogd geschieden, zoo deze tegenwoordig en de ingeschrevene niet opgekomen is. Wijders, dat tol hel opmaken der getuigschriften, vermeld hij art. 53, tot. het bekomen van vrijstelling wegens broederdienst of op grond van te zijn eenige wettige zoon (welke getuigschriften worden afgegeven op de getuigenis van twee hij den Burgemeester be kende en te goeder naam en faam staande ingezete nen, die zich ieder voor de waarheid van het daarbij verklaarde, door mede-onderleckcning, verantwoorde lijk stellen), de gelegenheid bestaal ter Secretarie dezer gemeente, op Maandag den 18dcn en Dinsdag den l9üeD Februari aanstaande, van des voormiddags tien tot des namiddags drie uren. En geschiedt hiervan openbare kennisgeving door aanplakkingen doorplaatsing in de Leidsche Courant van den 31sten Januari en den 71,en Februari 1889. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leiden, 30 Januari 1889. DE KANTER, Burgemeester. E. KIST, Secretaiis. De BURGEMEESTER der Gemeente Leiden, Gezien het besluit van den lieer Gommis saris des Konings in de provincie Zuid-Hol land, van den 17den Januari 1889 [Provinciaal- blad no. 5), houdende regeling van de loling voor de Nationale Militie, en waarbij den Burge meesters der gemeenten waar de loling plaals heeft, o.m. wordt verzocht om al de hun ten dienste staande middelen aan le wenden, ter l oo? Etmmisig van drotikcnscliap bij gelegenheid der loling; Noodigl de lolelingen dezer gemeente voor de lichting van dit jaar ernstig en dringend uil, zich bij gelegenheid der loting geheel te os tliouden van het gebruik van sterken drank en daardoor zich le vrij waren niet alleen voor de nadeelige gevolgen van dronkenschap in het algemeen, maar ook voor de straffen bij de Wel lot beteugeling van openbare dronkenschap bepaald, terwijl levens met nadruk wordt gewezen op de Straf bepaling bij art. 252, 1°., van het Y\ el hoek van Strafrecht gesleld tegen het toedienen van bedwelmenden drank aan iemand die in ken nenlijken staal van dronkenschap verkeert. En geschiedt hiervan openbare kennisgeving door aanplakking en door plaatsing in de Leidsche Courant. De Burgemeester voornoemd, DE KANTER. Leiden, 6 Februari 1889. JLEIDJ&N f 6 Februari. Op de voordracht voor predikant bij de Ëvang. Luth. gemeente le Gouda (zes tal) koict voor ds. C. A. Evelein, alhier. De zoo hier als elders gunstig be kende novellist de heer Justus Van Maurik, van Amsterdam, zai Maandag a. s. in de Stads-Gehoorzaal alhier optreden voor de leden van het studenten-gezelschap „Doe- trina" en voor hunne geïnviteerden, dataes en heeren. De heeren Reys te 's Gravenhage Martin te Haarlem en C. Henner te Leiden zijn benoemd tot juryleden van het groote studenten-gymnastiek- en schermconcours door f Arena" te Leiden op 21 Maart te houden. ordeteek enen van ridder der orde van het L gioen van Eer, hem door den president der Fransc'he republiek geschonken. Door Z. M. is aan den serg.-majoor B. Jacobs en aan de fuseliers H. A. F. Heidemann en G. Platzen, allen van het leger in Ned.-Indië, vergunning verleend tot het dragen van de Duitsche herinne- rings-medaille voor den veldtocht tegen Frankrijk in 1870/71, door de beide eerst- I genoemden, en van de Fransche herinne- rings-medaille voor de expeditie tegen Ton kin, door deu laatstgenoemde. Door Z. M. is benoemd tot subst.- officier van justitie bij de arrond.-rechtbank te Dordrecht, rnr. YV. Lulofs, thans ambte naar van het opeub. ministerie bij de kan tongerechten in het arrond. Amsterdam voor de kantons Amsterdam nos. 3 en 4 en Hil versum, ter standplaats Amsterdam. Door Z. M. is benoemd tot notaris te 's GravenhageD. H. Senator, cand,- notaris aldaar. Door Z. M. zijn, met ingang van den löden dezer maand, bevorderd: tot hoofd- i ingenieur der marine, de ingenieur le kl. C. L. Loder; lot ingenieur le kl., de iuge- nieur 2e kl. F. S. C. M. Wijs; tot. inge nieur le kl., de ingenieur 2e kl. IICop, hoogleeraar aan de polytechnische school te Delft, met bepaling dat hij bij het corps ingenieurs der marine pro memorie zal ge voerd blijven. Door Z. M. is de heer A. H. Van der eerd, arts, benoemd en aangesteld tot officier van gezondh. 2e kl. bij het perso neel van den geneesk. dieust van het leger in Ned.-ln.'iië. Door Z. M is de heer Howard Ellis erkend en toegelaten als consul der Ver- eenigde Staten van Amerika te Rotterdam. Bij beschikking van den minister van waterstaat, handel en nijverheid is met in- ij gang van l Maart aanstaande benoemd tot opzichter van den waterstaat 4e kl. H. i Dijkstra, te Nieuwolda. ^FICÏKKliüS BfSKïCHTË#. BISS LAND-SOUE BERIOH ïM FEUILLETON. VRIJ VERTAALD UIT HET ENÜELSCH, VAN W. W. !s. 181). Waarom moest hij zijn buit prijs geven en mij een hulpeloos schepsel op den hals schuiven? Ik word woedend als ik daar aan denk." Lilia s bleek gelaat was aschvaal ge worden en hare oogen stonden wijd open van schrik. ,/Zijt gij mij reeds moede, Danton?" snikte zij. „Ja, ik ben u moe," antwoordde hij, met gruwzame oprechtheid; „ons huwelijk was eene slechte ouderneuiing! 't Is vreemd, maar bij al mijne huwelijksaanzoeken schijnt de duivel voorgezeten te hebben. En om u de waarheid te zeggen, Lilia, met u ben ik erg bedrogen geworden." Zij kromp ineen bij zijne woorden, alsof zij een geweldigen slag ontvangen had, en haar vermagerd gezichtje nam eene uit- r Door Z. M. is aan deu heer dr. J. J. M. De Groot, tolk voor de Chineesche taal, jl vergunning verleend lot het aannemen der drukking aan van diepe smart, toen zij vroeg: „O, Danlon, hebt ge mij dan slechts om mijn geld gehuwd?" Moultrie zag op 't versleten tapijt. Hoewel hij in gezelschap voor een fat soenlijk man door ging, was hij toch in zijn bizonder leven zoo ruw en gemeen, dat hij dien naam onwaardig was. Zoo antwoordde hij nu met een bitteren lach „Om welke andere reden zou ik of iemand anders u ooit getrouwd hebben?" „Toen gij mij aanzocht met u te vluch ten, hebt ge mij verzekerd, dat gij mij tot aan mijn dood toe zoudt liefhebben." „'t Was heel onnoozel van u, dat te geloovenantwoordde Moullrie sarcastisch. „De waarheid wordt altijd als 't hoogste geroemd, nu, ik zal u de waarheid zeggen. Ik heb nooit 't minste met u opgehad. Denkt gij, dat gc tot de vrouwen behoort, die hartstocht wekken?" „Dus was alles waar, wat gij in de oranjerie tot Ellen Grey zeidet?" „Jaalles." Lilia viel op de sofa terug en riep jam merend nitEn Ellen heeft mij willen redden, ik zie 't nu! Zij was eene trouwe vriendin, maar ik wilde niet ge red wezen." Volgens een bij hel departement van i marine ontvangen telegram, heeft Zr. Ms. schroefstoomschip le kl. Atjeh, onder be vel van den kapitein ter zee J. P. Mer- cier, den 5den dezer de reede van Teasel verlaten, ten einde na de kompassen te Vlis- singen te hebben geverifieerd, den oefenings- toent aan te vangen. Te Bad-Pyrmont is op tachtigjarigen leeftijd overleden de gepensioneerde gene- raal-majoor H. V. E. Klapp, De overle dene was commandeur van de Eikenkroon en ridder vau den Nederlandschen Leeuw. Op den 13n dezer zal het 75 jaar ge leden zijn dat het tegenwoordige -3e regiment huzaren werd opgericht. Gisteren ochtend geraakten in eene woning aan de Linker-Rotte te Rotterdam de kleeren van een löjarig meisje in brand, doordien zij te dicht bij den brandenden haard stond. Zij vluchtte de straat op en werd door een paar agenten van politie in het water gehouden, waardoor de vlammen werden uit gedoofd. Zij heeft echter zulke zware brand wonden bekomen, dat zij naar het Ziekenhuis moest worden overgebracht. Gisteren zijn te Nieuwediep uit zee twee lijken aangespoeld van verongelukte opvarenden der Duitsche bark Theodor Behrend, waaronder ook dat van een der kinderen van den kapitein. De vier gered den hebben het marine-hospitaal te Nieuwe diep hersteld verlaten. In den nacht van Vrijdag op Zater dag jl. had op de Helderscbe kust een zeer treurig drama plaats. Dien nacht strandde in de Noordgronden het Duitsche barkschip Theodor Behrend, kapitein Baptist, met steenkolen van Shields naar Porto Grande (Kaap Verdische eilanden) bestemd. Het was stormweder en de branding kookte en beukte verschrikkelijk, zoodat de opvarenden niets anders dan een vreeselijken dood voor oogen hadden. Om aan de vaste kust de opmerk zaamheid op te wekken, werden van het geteisterde schip vuurpeilen eu flambouwen ontstoken, die door de kustwacht gezien eu gepapporteerd werden. Wat vermocht men echter in den stikdoukeren nacht tegen de woedende branding? Men was wel genood zaakt tot den morgenstond te wachten. He laas 1 zoolang had het schip het niet kun- uen uithouden, het was reeds verbrijzeld, de drijvende wrakstukken langs de kust ga ven daarvan de treurige zekerheid. En, 't „Om '8 hemels wil, spreek niet van Ellen," riep üanton toornig. „Ik was een gekdat ik haal' voor eenige jaren niet trouwde. Mijne vervioekte voorzich tigheid heeft mij geruïneerd. En dan te deDken, dat ik, ondanks deze voorzichtig heid, juist door de dochter van den mis dadiger gevangeD ben. Als ik de schoone heks trouw gebleven was, zou alles goed gegaan zijn." Lilia lag eenige oogenblikken doodstil, met 't gelaat in de handen verborgen. Danton Moultrie gevoelde niet het minste medelijden met zijne vrouw, die, nog bijna een kind, met één slag haar vader, hare vrienden en haar vermogen verloren had en op wier schouders een last van schande en kommer lagdie menige sterkere ziel zou gebroken hebben. Teleurstellingen, het in duigen vallen van al zijne plannen voor de toekomst eu woede over zijne ijdele berekeningen, had den Moultrie onbarmhartig ruw gemaakt. Eu nu hij in plaats van een rijk meisje, eene bedelaarster getrouwd had, die boven dien nog met schande bedekt was, nu ge voelde hij zich tot in 't stof vernederd. Eu Ellen, de schoone Ellen, die hij be mind en verlaten had, die was in 't bezit van het vermogen, om 't weik hij Lilia gehuwd had I Deze ironie van 't noodlot te verdragen, ging zijne krachten te boven. Lilia hief eindelijk haar bleek gelaat op en zeide met bevende stem: „Danton, 'tis waar, ik ben ziekelijk en leelijkmaar waarom hebt ge mij ooit gezegd, dat ge mij lief hadt? Was 't goed mij zoo te bedriegen? Kon daar ooit iets goeds uit voortkomen? Ik had u lief en ik geloofde u. Nu ben ik uw echtge noot en wat moet er nu van ons worden „Dat weet de hemel" luidde het ver drietige antwoord. „Ons geld is op, wij hebben drie maanden lang in een groot hotel gewoond en dure dokters betaald. Bovendien heeft uwe ziekte heel wat andere kosten veroorzaakt. Ook hebt ge u menig artikel van weelde veroorloofd en uwe kamenier bijvoorbeeld eerst kort geleden ontslagen." „Ik was ziek, iemand moest mij toch verplegenwant gij deed 't niet." Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1889 | | pagina 1