De drukkers en lithografen, de heeren Theo Ker?el Go. aan wie de bezorging van een en ander is opgedragen hebben alle eer van hun werk. Vooral ook de omslag in kleurendruk is wat teekening en uitvoe ring betreft uitmuntend geslaagd. Voor r itigers naar Engeland is het boekje bijna onmisbaar. OFFICIKKLK flKRICIITKV. Het beeft Z. M. behaagd te benoemen in de orde. van den Ned. Leeuwtot ridder grootkruis Zijne Excellentie den heer Antonio Aguilar y Correa, markies de la Vega de Armyo, en Zijne Excellentie den heer Se gismando Moret y Prendergast, respectieve lijk minister van buitenlaiidsche zakeu en minister van binuenlandsche zaken van Zijne Majesteit den koning van Spanje; en tot commandeur den beer Angel Ruata, minister- resident, chef der afdeeling Comptabiliteit aan het departement van buiteulandsche zaken te Madrid, alsmede den heer Juan Duran y Cuervo, minister-resident, cluf der Europeesche staatkundige afdeeling aan ge noemd departement. Door Z. M. zijn benoemd: tot ontv. der dir. bel. en acc.te Nieuwesluis, J. A. De Lu»8&net de la Sablonière, ontv. derzelfde middelen te Beilen; te Vreeswijk, G. Wulf- sen, ontv. derzelfde middelen te ScLagen; tot ontv. der dir. bel., invoerr. en acc.: te Beek (gem. Ubbergen), J. F. Van Nieuw- kuyk, ontv. der dir. bel. en acc. te Leende te Eysden (station), J. II. Rochel), ontv. der dir. bel. en acc. te Nieuw-Buinen (gem. Borger); tot ontv. der invoerr. en acc.: te Nijmegen, J. C. E. Sala, ontv. der dir. bel., invoerr. en acc. te Helmondte Grootegast, J. II. 11. Eelsingh, ontv. der dir. bel., in voerr. en acc. te Maassluis; te Maurik, A. J. C. Maas Geesteranus, ontv. der dir. bel., invoerr. en acc. te Gramsbergen. li INN ENUNDS(:11E BEBICHT BN. In de gisteren gehouden openbare vergadering van den raad van state, afdeeling voor de geschillen van bestuur, is ingekomen bet koninklijke besluit in zake bet beroep: Van Jacobus en Pieter Boot, bandelende onder de firma gebroeders Boot, wonende te Leiderdorp, van beroep scheepsbouwmeesters, ingesteld tegen een besluit van burgemeester en wethouders dier gemeente van 11 Juni 1888, waarbij hun vergunning is geweigerd tot het maken en herstellen van ijzeren en houten stooin- en zeilschepen; met vernieti ging van het bestreden besluit van burge meester en wethouders van Leiderdorp, wordt verklaard dat omtrent het daarbij behandelde verzoek, zooals het aan burgemeester en wethouders was gedaan, geeue beslissing had mogen worden genomen. De door den hoogleeraar Van der Hoeven bewerkte militaire wetboeken zijn gesteld in banden eener commissie, waarvan voorzitter is mr. P. Ver Loren van Thematt en ledan zijn de kapt. ter zee C. li. Bo- gaert, de kapt. luit. ter zee II. A. Schipper», de otT. v. adm. Ie kl. bij de marine P. F. Van Wege, de luit.-kolonel bij de art. G. F. W. Borel, de luit.-kolonel bij de inf. 11. P. J. Hennus en de kapt. bij de inf. G. J. W. Koolemans Beynen. Blijkens een bij het dep. van marine ontvangen telegram is Zr. Ms. schroefstoom- schip Koningin Emma der Nederlanden, onder bevel van den kapl. ter zee J. H. Com ui ijs, laatst komende van Curasao en bestemd naar Willemsoord, den 2 len dezer te IJinui- den binnengevallen. Aau boord was alles wel. (Sl.-Ct.) Door de Duitsche regeering is aan de Nederlandsche verzocht, wel te willen bevorderen, dat van dissertaties betreffende onderwerpen van strafvordering door den schrijver een exemplaar worde gezonden aan het Köuinglicbe Crimiualistische Seminar te Marburg. Men schijft aan de ND. Ct. uit den Haag Het feest van Neerlauds onafhankelijkheid werd ook in den kring van het D. r. Z.-II. en 't Gr. herdacht. De hoofdredacteur mr. F. baron Van Hogendorp, die een vriend voor zijne redac teurs weet te zijn, bad al de leden van redactie en administratie in zijn kabinet om zich vereenigd. Op die welsprekende en hartelijke wijze, welke den kleinzoon van Gijsbert Karei eigen is, herdacht hij de gebeurtenissen van 1813. De beer directeur A. H. Kiehl beant woordde den dronk met eene diep gevoelde toespraak over het doorluchtig geslacht der Van Hogendorpen, waaraan het Nederland sche volk voor het grootste deel het herstel zijner onafhankelijkheid te danken beeft. De heer Visser, chef de bureau, bracht holde aau de uitstekeude leiding vau den w WB2 m MLM Ml m.2 B9I f* C hoofdredacteur, welke woorden door gejuich werden bezegeld. Kortom de geheele samen komst, welke om de vele werkzaamheden niet lang kon duren, ademde dien vriend schappelijke!) en genoeglijken pees', welke de houding van den hoofdredacteur tegen over zijne medewerkers weet levendig te houden. Moge Van Hogendorp, bezield als hij is, door de deugden van zijn geslacht nog jaren lang zijne pon dienstbaar maken aan de belangen van het stamhuis van Oranje en het uderlaud I Keu groot Fransch barkschip is gis teren middag voor Scheveniiigen gestrand. De wind was 66 hevig, dat de reddingsboot tweemalen werd teruggeslagen, terwijl ook de vuurpijlen, door de Noord- eu Zuid- Hollandsche reddingmaatschappij afgestoken, hun doel misten. Tot groote ontsteltenis van de duizenden menschel) aan het strand is het schip op ongeveer 300 meter van de kust vergaan. Van het vaartuig s thans niets meer te zien dan een gedeelte van den mast. Maat regelen werden dadelijk genomen om bij het aanspoelen van drenkelingen hulp te ver- leenen en hen in het Kurhaus op te nemen. Twaalf man heeft men in den mast zien klimmen. Ten 5 ure ongeveer spoelden 2 man be wusteloos, doch nog levend aan. Zij werden dadelijk in het Kurhaus opgenomen, waar dr. De Niet, bijgestaan door zijn broeder, candidaat in de medicijnen te Utrecht, er m slaagde hen tol bewustzijn te brengen. De nuam van het schip is Ango. Het behoort thuis to Vannes, kwam van Grimsby en was bestemd voor Buenos-Ayres. De twee man der equipage, die in leven zijn gebleven, zullen voorloopig in bet Kurhaus worden verpleegd, waarvoor de directie terstond zich beschikbaar stelde, en verscheidene kamers in gereedheid liet brengen om wellicht nog andere schipbreukelingen op le nemen, naar wie langs het strand wordt gezocht. Voort durend spoelen stukken van het uiteenge slagen schip aan. Ook de scheepspapieren zijn gevonden. Behalve de heeren De Niet, kwam ook later dr. Van der Mandele zijne hulp verleenen. De hoofdcommissaris van politie, de heer Van Schermbeek, is aanwezig en voorziet in de noodige maatregelen. Nader meldt men aan de N. B. Ct. omtrent deze ramp Hartverscheurend was het gezicht van liet strand op de laatste stuiptrekkingen van de bemanning, weike steeds hooger en hooger in het want en de masten klom. Men onder scheidde duidelijk tien man aan boord waarvan drie aan den fokkemast hingen, een in de ra zat, en de overigen in de masten, inmid dels was bet eindelijk aan de Noord- en Zuidhollandscbe reddingmaatschappij, na veel tegenspoed, gelukt twee vuurpijlen, waaraan reddiugslijnen, in zee af te schieten. De eerste pijl sloeg door den wind terug; de tweede pijl was niet toereikend wat draagkracht betreft, daar het schip ongeveer 500 meter van den duinvoel af m zee stond. Trouwens men beproefde een wanhopig redmiddel, daar van het schip reeds niets meer te zien was dan de masten. Toen ook keerde de red dingsboot weder naar het strand, en weinige minuten daarna was van het geheele vaartuig niets meer te zien. Zouden er nog menschen te redden vallen P Dit was de algemeene kreet. De voor naamste reeders lieten wagens met paarden aanrukken, die de laagwalerlijn naar Katwijk volgden om bij aanspoeling de drenkelingen te redden. Nauwelijks was men voorbij het Oranjehotel of twee personen werden zichtbaar op de hooge golven. Verschillende personen waagden zich in zee, o. a. met gevaar voor haar leven, een dochtertje van den boekhouder van het Kurhaus, den heer Van Randwijck, met het gelukkig gevolg dat de personen werden gegrepen en op een paar karren naar het Kurhaus vervoerd, waar gelijk men wist, de directeur-generaal, de heer Reis*, alles in gereedheid had laten brengen, om drenkelingen te ontvangen. De twee inatroieu werden daar binnengebracht en onmiddellijk wendden de heer dr. De Niet en siju broeder, candidaat in de medi cijnen te Utrecht, alles aan om de in bewusteloozen toestand verkeerende mannen bij te brengen. Doordien de beer Reiss alles had bijeengebracht wat tot opwekking van drenkelingen noodig is, gelukte dit vrij spoedig, zoodat de patiënten hunne spraak herwonnen en eeuige bijzonderheden konden mededeelen. De man die het eerst was gered heet Ëugène Guerre, de tweede Francois Per- sonique, afkomstig van Quiberron nabij Lorieut, departement Morbihan. Deze ver haalde aan den hoofdcommissaris van politie den heer Van Schermbeek, die spoedig te Scheveningen aanwezig was, dat liet schip reeds tien dagen in gevaarvollen toestand verkeerde, dat het sedert gisterenochtend 8 m J m. jmk. -ar»— uur een lek had bekomen, en de bemanning van die*) tijd af den geheelen nacht door had gepompt, zonder ander resultaat dan dat men hier voor de kust kwam. Toen was men het schip niet meer meester, en hield men volle zeilen op om zoo mogelijk den wal te bereiken totdat men vastraakte, eu de bemanning het sclnp aan geluk of ongeluk overliet. Men zag de pogingen die van het strand tot redding werden aange wend. De twee geredden, die niet zwem men konden, hadden zich in zee geworpen. De kapitein, die met de papieren in een ra zat, viel overboord bij het kappen van den midden-mast. De kapitein was genaamd Louis Grouelle. Het schip dat 2d jaren oud is, was geladen met kolen, kwam van Grimsby en was voor Fransche rekening in Engeland gekocht. Het was bestemd naar Buenos-Ayres. De beide geredde personen zijn 32 en 26 jaren oud. Nadat de beide drmkelingen in het Kurhaus waren gebracht en daar iii eene der logeerkamers te bed waren gelegd, werden zij met de meeste inspanning verpleegd en dr. De Niet en dr. v. d. Mandele ineenden geruststellende ver zekeringen te kunnen geven voor het be houd van het leven. Van hel schip is niets overgebleven. Van het Kurhaus af tot het arlilleriepark is dezen avond alles aange spoeld, terwijl het wrak zelf voor dit park ligt. Meerdere lijken zijn niet aangespoeld. Woensdagavond omstreeks 7 ure sloeg de bliksem in een hooiberg bij den bouwman N. Verdegaa, onder Veur. Niettegenstaande de met riet gedekte boerderij geen 2 meter van den hooiberg, die 5 uren noodig had om te verbranden, afstond, en ondanks den hevigen storm, mocht het de brandweer van Veur en Leidschendam met drie spuiten ge lukken, de woning te behouden en ten slotte het vuur meester te worden. De heer Vorkotter, kapelaan te Delft, deelt thans in l)e Tijd mede, dat de gees telijke zusters Clementine eu Innocentia, van welke dezer dagen sprake was, werkelijk bebooren tot bet Genootschap der Dochters van de Goddelijke Liefde, onder bescherming van kardinaal Ganglbauer, te Weenen; dat zij gevestigd zijn te Serajewo in Bosnië, eu door hare oversten zijn gezonden naar Ne derland en Duitschland om aalmoezen in te zamelen voor de stichting van een weeshuis. Gislerenvoormiddag omstreeks half twaalf had er in de Kalkbaven te Dordrecht eeue ernstige aanvaring plaats. Het Aineri- kaansche stoomschip Lillie, door eene sleep boot getrokken, de haven verlatende, werd door een hevigen rukwind in de zijde ge grepen, zoodat bet schip niet meer naar bet roer luisterde en met volle kracht tegen het in de haven liggend aakschip Eendragt, schipper Van Tuyl, aanliep, met dat gevolg, dat het aakschip nabij de roef dwars door midden werd gesneden en onmiddellijk zonk. Schipper eu knecht konden zich nog bij tijds redden en eeuig beddegoed en de zeilen iu veiligheid brengen. Voor iu het schip be vond zich nog 75 kar stceukoleu. Alles was verzekerd. Ten gerieve der vaart is het wrak iu een hoek der haven gesleept. Het stoomschip heeft geen noemenswaardige schade bekomen. De reddingsboot te Hellevoetsluis die gisterennamiddag op een bij het loodswezen ontvangen bericht dat er in dit zeegat een schip in nood verkeerde, door de stoom- schelpenzuiger Nautilus naar zee is gesleept, is teruggekeerd na tot bij Goeree in het boscb geweest te zijn eu bij heldere lucht niets gezien te hebben. Volgens nader bericht is in dit zeegat ge strand en totaal verbrijzeld het Noorsche schip Alitia, kapt. Kajeati. De lading uit balken beslaande, drijft langs het Goereesche strand. Acht man der equipage zijn aau wal, waarvan 2 in bedenkelijke» toestand; vier menschen zijn verdronken. Gistervoormiddag tegen halftwaalf is brand ontstaan op den zolder van het perceel N°. 6 iu de Molensteeg te Haarlem, waarin een volkslogement is gevestigd en welke, naar men zegt, is ontstaan door bet plaatsen van een stoof met vuur onder een bed. De politie was spoedig met haar slangenwagen aanwezig en heeft bet gevaar voor uitbreiding onder toezicht van de brandweer bedwongen. Behalve zes bedden en eenige kleedingstuk- keu van logés die verbrand zijn, is nogal water schade geleden. Aan drie matrozen der bemauning van Zr. Ms. artillerie instructieschip Het Loo, liggende bij het fort Oost-Oever in de buitenhaven te Nieuwediep, is Dinsdagna middag een ongeluk overkomen. Zij hebben door het afdrijven met hunne vlet, tenge volge van het giippeu der vanglijn, hun graf in de golveu gevonden. Niettegenstaande onmiddellijk eene sloep van dat schip, bemand met een officier, twee onder-officieren en de noodige schepe lingen ter hulpe werd gezonden, is het dezen niet gelukt de vlet te achterhalen, en heeft men na uren zoekens alleen de omgeslagen vlet gevonden. Dinsdagavond ongeveer half zes uur ontlastte zich boven Nijmegeu een kort doch hevig on weder, vergezeld van hagel en windvlagen; een donderslag, die onmiddellijk op het vallen van den bliksem volgde, was zelfs zoo hevig dat deze algemeen ontsteltenis verspreidde, en men zich niet herinneren kon in jaren zulk een slag te hebben ge hoord. Voornamelijk in de buurt der rijkskweek school en omliggende straten was de schrik groot, daar hier plotseling alle gaslichten op straat en in de huizen werden uitgedoofd. Het gebouw der rijkskweekschool werd door den bliksem getroffen, die door den toren naar binnen sloeg, bier eenige schade aan richtte, een schoorsteen verpletterde en teu slotte in de keuken van deu concierge terecht kwam, waar eveneens schade aangericht werd de bliksem verdween door een gat dat in den muur geslagen werd brand werd hier gelukkig niet aangericht. Ook in de Valkhofkazerne meent men dat de bliksem is ingeslagen, en wel iu de cantiue, op het oogenblik dat daar ongeveer 20 personen bijeen waren, die gelijk meu denken kan hevig ontsteldenvolgens de berichtgever van de Nijm Ct zou de bliksem zich door de openstaande deur verwijderd hebben zonder iemand te kwetsen of schade aan te richten. Van andere zijde meldt men aan de NijmCt. dat tijdens het ou weder een koetsier op de Oude Stadsgracht hetzij door het onweder of door den schrik zoodanig tegen den grond geslagen werd dat hij zich vooral aan het hoofd deerlijk bezeerde en per rijtuig naar zijne woning te Bemmel, alwaar bij bij eene familie iu dienst is, moest worden overgebracht. Uit het naburige Bemmel wordt gemeld dat zich ook boven die gemeente een hevig onweder ontlastte; de bliksem sloeg in den korenmolen van den heer Kerkbofs, gelukkig zonder brand te veroorzaken; de molen is echter zoodanig beschadigd dat de werk zaamheden moeten stil liggen. De Koninklijke Nederlandsche Stoom vaartmaatschappij beeft in de afgeioopen week twee zware verliezen geleden. Eenige dagen geleden strandde de Astrea bij Pillau in de Oostzee eu heden kwam bericht, dat de Irene bij Kaap Matapan in de Middel- landsche Zee door het Fransche stoomschip Euxime werd aangevaren en kort daarop is gezonken. Gelukkig werden van beide schepen alle opvarenden gered. Uit Vaals schrijft men Zaterdagvoormiddag is in de naburige grensgemeente Welkenraedt een afschuwelijke moord gepleegd. Terwijl de beer Lamberts naar de kerk was, is een dief de woning binnengedrongen en heeft de zuster van den heer L.die aileeu thuis was, door middel van brikslagen en messteken vermoord. De misdadiger heeft, ofschoon er ruim 1300 francs in buis waren, slechts 110 frs. gevonden en medegenomen. Op de aanwijzing van een scboolkind, dat een hem bekend persoon uit L/s woning had zien komen, is zekere A. H. spoorwegarbeider, aangehouden. De bewijzen tegen hem moeten van ernstigen aard zijn. De vermoedelijke moordenaar was eerst sedert 11. Woensdag gehuwd met een meisje uit Henri-Cbapelle en zou zich te Welkenraedt metterwoon vestigen. Hij is 19 jaren oud en te Eyuotten, in Pruisen, geboren. Storm. Door den geducht boogen vloed zijn de meeste buitenpolders in den omtrek van Dordrecht overstroomd. Door den hoogen vloed zijn de polder Madroelen en de langs de rivier gelegen lauden te Pernis onder water gezet. Iu den nacht van Dinsdag op Woensdag is een zware iep aan de Barnaartsbrug onder Bennebroek, door den storm geveld. Te Elburg is het Zuiderzeewater zoodanig opgestuwd, dat de buitenwaarden zijn onder- geloopeu en het water reeds tegen deu zeedijk staat. De storm heeft aan het Zuiderhavenhoofd te Stavoren nogal wat verwoesting aangericht. De kop is geheel weggeslagen. De veerbooten hebben zich kapitaal gehouden. Door den hevige» wind is de Usel bij Kampen tot eene aanmerkelijke hoogte op gezweept. Vau Wilsuui tot zee zijn al de aan deu rechteroever laag gelegen landerijen ondergeloopen. Het Kampereiland loopt op enkele plaatsen al in. De overtocht met pont naar het eiland is gestremd. Door den hevige» Noordwestenwind zijn al de landerijen om Zwolle overstroomd. Gisterennacht was men op deThorbeckegracht, Buitenkant, Waterstraal enz., druk in de weer met bet opbergen van koopmansgoede ren en bet maken vau kistdammen. Ook van

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1888 | | pagina 2