i&Q n h XIKUWÖ- EN ADVERTI NTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN. ABGilWEtöEHT: ADVERTENTIE N: üitgQvsrs: G-ebroedörs Muré. ff ff Het Geheim van het Oude Kasteel. - v '3 (on ra ut verschijnt dadelijks, behalve op L o 11- en Feestdagen. Nv4k .j&U Voor Leidenper 8 maanden1.25. franco door iiet gelteele rijk, per 8 maanden 1.(10. i'rijs per Summer 10 Cent. Maandag 26 Maart 1888. N°. 73. Van 1regelsO.DO. Elke regel meer0.15. üroote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingena contant, zffnder rabat, per regel 0.10. Bureel: Scheeptmikersstee; 6. Jtlle Jaargang. .Stads- B r i c !i t e n. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN breweu ter kennis «an be langhebbenden, ter voldoening aan art. 228, 2e alinea, der wet van 29 Juni 1851 Staats blad n°. 85), dat alle pretensiën over bet jaar 1887, ten laste der gemeente, vóór of op den laatsten Juni dezes jaars motten worden ingeleverd en dat de vorderingen, welke niet binnen den genoemden tijd zijn ingediend, voor veijaard en vernietigd zullen worden gehouden. En wordt deze door plaatsing in de Ltid- leie Courant afgekondigd. Burgemeester en Wethouders voornoemd; DE KANTER, Burgemeester. E. KIST, Secretaris. Leiden, den 24 Maart 1888. RURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN Gezien liet adres van G. J. OECASPARIS, directeur der Eeidscbe broodfabriek, houdende verzoek oin vergunning tol liet plaatsen van een nieuwen stoomketel lil de broodfabriek ge legen aan de Mare N°. 1. Gelet op de artl. 6 en 7 der wel van 2 Juni 1875 Staatsblad n° itö); Geven Iiij deze kennis aan iiel publiek <la( genoemd verzoek, met do bijlagen, op .Ie Se cretarie dezer gemeente ter visie gelegd is alsmede dal op Zaterdag den 7en April a.s., 'svoormiddags tee// uren, op hel Raadhuis, gelegenheid zal worden gegeven oin bezwaren legen dal verzoek iri te brengen. Burgemeester en Wethouders voornoemd, DE K\NTER, Burgemeester. E. KIM', Secretaris. Leiuev, den 24 Maart 1833. I.EIUEA, 24 Maart. Het gemeentebestuur van Leiden beeft in banden van den kerkeraaj der Ned. Ilerv. gemeente aldaar gesteld liet adres van de vereeniging De Kerkelijke Kas, strekkende tot het verbouwen van een huis met timmer manswerkplaats op de Oudevi8t tot eene kerk voor doleerenden, ten einde te vernemen of tegen het verleenen der gevraagde ver gunning al dan niet bezwaren bestaan omdat er binnen bet bij de wet op de kerkgenoot twee i Cr.) - ur ia inde ou ligt •;leed met klep, schappen van 1858 bepaalde rayo Gereformeerde kerkgebouwen zijn. IJ. v. Z.-Il. en Hedenmorgen te ongeveer 9 in den Singel nabij de Plantage di gevonden het lijk van een inansp. hetwelk in ontbinding verkeerde. Signalement en kleeding is als Ouderdom tusscben 50 en 60 jaai, acht tg haar, kort geschoren baard, met duffelachen jas, (paletö') gevo. i blauw geruit flanel, zwarte pantalon m twee vesten waarvan een blauw ge perd bukskin en een zwart gekeperd wollen das, gestreept bijua nieuw katoenen boe/, roen, alsmede dimetlen hemdrok en onderbroek (koopgoed) paarsche sokken, zwart gel e einde pantoffels. Het goed is ongemerkt, rwijl de kleeding in hel algemeen doet d< eken aan die van een schipper. Hel lijk is overgebracht naar de ioods voor drenke- lingen. Zij die inlichtingen omtrent de herkomst van bet lijk kunnen ge.ven worden verzocht daarvan opgave aan het politiebureau alhier te doen, In de laatste dagen is in enkele tapperijen de boel stuk geslagen, terwijl op str.iat een kasteleins bedieude door een militair <er- wond. Tevens is teil nadeele van een sigaren winkelier een kistje sigaren ontvreemd. Van een tin ander is pioces-verbaal op gemaakt alsmede ter zake van beleediging van een burger en der politie. Het 4e regiment infanterie en de beide batterijen veld artillerie alhier in gar nizoen zullen deelnemen aan de groote ma noeuvres in Noord-Brabant van 9 lot 12 September. In de Stedelijke Werkinrichting zijn opgenomen Z. 18 Maart. 43 volw. en 9 k., totaal 52. M. 19 73 u u 15 ut II 38. D. 20 u 73 H U 15 Ui 1/ 88. W. 21 u 77 U U 13 Ut u 90. D. 22 n 73 1/ II 12 Ui 85. V. 23 u 73 U u 15 Ui u 93. Z. 24 u 74 u u 13 Ui 87. Geen sterfgevallen aan besmettelijke ziekten kwatneu voor, UtVIY KKKITEIT. Heden werd bevorderd tot doctor iu do rechtswetenschap aan de rijks-universiteit alhier, de heer C. F. A. MilJers, geb. te Delft, na verdediging van zijn academisch proefschrift getiteld: Het oude versterfrecht in Holland en Zeeland." Gedurende de afgeloopeu week werd alhier 1 geval van diphtberitis aangegeven. MltlEk libTTKItEN KA KliAST. 25 Maart. Geboortedag (1830) van E. Lauiillard. 26 Sterfdag (1827) vau Beethoven. Vijfde abonnementsconcert. We genoten gisteravond iu de stadsge hoorzaal alliier het vijfde abonnementsconcert, tevens het laatste iu dit seizoen. Genoten zeggen we omdat er bizonder veel te ge nieten viel, kon 't wat té veel. Te half acht begonnen, was eerst te elf uur het concert geëindigd. De symphonie Ré-inineur., op. 87 (dédiée h Jules Massenet) opende liet programma. Deze compositie breed bewerkt op een aller- bevalligst motief, inefl zrkir even ais ae mecsie composities vau uen weia zamen orkest directeur den heer J. G. 11. Mann, ieder voor zich ingenomen. Stelde het allegro sostenuto ons op dat punt niet zoo terstond gerusthet daaropvolgende allegro mollo vivace c apassionata is heerlijk geschreven en werd schoon uitgevoerd. llcl andante Irauquillo kwam ons wat gerekt voor, hoewel rijk aan bevallige passa ges. Het geheel kan zeer zeker als een rijpe vrucht van den werkzauien geest van den heer Mann worden aangemerkt en geuoten, en de toejuichingen, waaraan geen einde scheen te zullen komen, strekten dan ook ten bewijze hoezeer het publiek instemde met het huldebetoon iu den vorm van een rijken krans door de é;ève muzikanten den heer Mann geschonken. Van het daaropvolgeud vioolconcert met orkest van Lou's Spohrdoor den heer Tiuiuincr bevielen ons vooral de adagio's en de cadenzen; hier en daar waren de allegro's naar onze meetiing wel wat gejaagd. Vooral liet zangrijke gedeelte werd schoon voorgedragen. Kwam een enkele maal in liet violoncel- concert van Saint-Saëns, door den heer Bos nians, een flageolettoon niet tot zijn recht de schoone tuou van bet instrument en de breede streek van den heer Bosmans deden ons van dit nummer bizoii.Ur genieten. Na de pauze kwam 't eerst aan de beurt de „Fautaisie mit Benüt ung ciner Ungari- sciien Volksmelodie" (op. 83) van den heer Mann. Het eenvoudige motief is hier bi zonder bevallig bewerkt en vooral schoon en melodieus geschreven zijn de passages voor twee violeu. De uitvoering van het geheel was uitmuntend. De heer Bosmans deed ons na de pauze nog genieten Chopin's Nocturne en de Mazurka N°. 2 van Popper, beide overbe kend doch schoon gespeeld. Het bisnninmer, het bekende Air van Bach, waaruieê hij bet applaus beantwoordde beviel ons echter nog meer dan de beide voorgaande nummers; 't was een waardig afscheid aan 't Leidscbe publiek. De heer Timmuer gaf, behalve de Romance van Bruch en de niet onverdienstelijke com positie van den heer Tibbe, Tareutclle, be vallig geïnstrumenteerd door den beer Mann, nis uisliuuimer uc uuiiiaiiuc van oveuoBclI meenen wemet begeleiding van orkest. Sprekende over orkest begeleiding kunnen we niet nalaten met bizonder veel lof te gewagen van de meesterlijke wijze waarop dezen avond het orkest de solonummers begeleidde, meesterlijk vooral daérom omdat 't zoo bizonder moeilijk is zoovele instru menten in toom te houden, en toch tol hun recht te doen komen, zoodat 't geheel slechts een achtergrond vormt voor het solo instru ment. Bij de meeste orkesten schijnt men daar nog niet achter te zijn; dit strijkorkest heeft die fijnheid en vaardigheid ten volle verkregen. Tot slot hoorden we nog voor zooveel wc tot behoorlijk liooren niet te raoé waren de ouverture Manfred, van Schumann. Of 't aan die moêheid lag of waaraan dan ook de uitvoering van dit slotnummer trok ons niet zoozeer aan. Het strijkorkest van den heer Mann heeft in korten tijd eene hoogte bereikt die onze FEUILLETON. FAMILIE-ROMAN. 32). Alles was het werk van een enkele minuut geweest. Spoedig had Gisela haar tegenwoordigheid van geest teruggekregen, de koude lucht en de diepe duisternis in de kapel brachten daar vooral veel toe bij. Toch dacht zij nog, met een gevoel van afgrijzen, aan het ontzettende tooneel in den grafkelder, waarvan zij zoo even ge tuige was geweest. Zij zag rond, oin den uitgang te bereiken, toen zij eensklaps de deur van den grafkelder zag opengaan, en Arthur, met de lantaarn iu zijn hand, daaruit te voorschijn zag komen. Bij het weifelende licht zag Gisela, dat zijn gelaat verwrongen en bleek was, zijn haar viel hem ordeloos om de slapen en zijn oogen fonkelden van woede en vrees. Nauwelijks had hij de deur geopend, of van uit de sscruty klouk hem een stem tegemoet, dezelfde die Gisela bad gehoord: „Schurk, uw misdaad zal ontdekt worden!" Spookachtig klonken deze woorden door bet bolle kerkgebouw, en Arthur tuimelde met een krert van schrik in den kelder terug. Het licht ontviel aan zijn bevende band en doofde door den val, bij was in volslagen duisternis. Een vreeselijke ver- wcnscliiug klonk nu door den graf .elder; daarna snelde Arthur, terwijl i.ij overal rond- tas'e, de marmeren trappen weder op. Gisela boorde hoe hij nuginaals de deur opende; zij zag in, dat zij zich nog in het grootste tevaar bevond en snelde, de banden voor zich uitgestrektnaar de deur van de saeristvdie zij na eenige moeite vond. Zij stiit haar open en wilde, sleeds voor zich uittastende, de kapel verlaten, toen zij eensklaps tegen een mcnschelijk wezen stootte. Zij sprong terug en als ioor de furi ën gejaagd, snelde zij weder blindelings in de kapel. In hare ontsteltenis verzuimde zij om de noodige voorzorgen te nemen om in hi t duister den weg te vindenzij snelde voort, zonder te weten waarheen. Plotseling slootte zij op iets, dat op den grond lag, haar voet gleed uit, tegelijkertijd drong een lichtstraal in de kapel door en daarna zag Gisela niets meer, zij viel op deD mar meren vloer, het suisde haar in de ooren, baar oogeu vielen dicht en.... zij had bet bewustzijn verloren. Arthur, die zijn lantaarn weer had aan- gestoktn, snelde nu, met liet licht in de hand, nogmaals de kapel binnen. Hij was een weinig van den schrik bekomen, bij begreep, dat er een getuige van zijn nachte lijke daad in de kapel moest zijn, dien moest hij opzoeken en liet zwijgen opleggen wie liet ook ware. Zijn eerste blik viel op Bettina alley, die half doud vau angst en ontzetting tegen een pilaar geleund stond en niet bij machte scheen een voet te ver zetten. Haar oogen stonden strak en ver glaasd, haar geheels gestalte beefde en haar gelaat was doudsblcekterwijl haar neus vleugels zenuwachtig trilden. Arthur stond met een kreet van woede stil, toen bij de kamenier ontdekte. „Wal doe jij bier?" brulde hij haar toe. „O! Goddank dat u liet is, mylord, ik ben buiten mij zelve van angst," stamelde de kamenier, maar Arthur, zonder op deze woprden te letten, vroeg haar nogmaals en op luider stem: „Geef antwoord, zeg ik je, wat doe je hier?" De gevraagde snakte naar adem en het duurde eeuige oogenblikken, eer zij kon antwoorden „Verg eef mij, mylord, ik ben eerst naar de bibliotheek gegaau, oin te hooren wat u mij omtrent de jonge dame te bevelen had. Ik vond u er niet. Juist wilde ik terug gaan, toen ik voetstappen in den gang vernam. Ik keek op en zag een hooge vrouwengestalte, in een zwart gewaad, het hoofd en de schouders geheel verborgen onder een donkeren doekzoodat het gelaat slechts ten halve zichtbaar, niet te her kennen was. Ik wilde niet door haar gezien worden en verborg mij daarom in een don keren boek. Van d.tar uit sloeg ik haar verbaasd gade. Mylord begrijpthoe ik verschrikt waszoo plotseling door een on bekende overvallen „Wat deed die vrouw? Waar ging zij heen?" viel Arthur haar heftig in de reden, „vertel wat vlugger en gebruik minder om haal van woorden 1" „Ik zag dat zij de kapel binnenging." „Eu je bent haar gevolgd?" „Niet dadelijk, want ik wist van schrik niet wat ik doen zou." Wordt verto/gd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1888 | | pagina 1