MANUELA, NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN. lïeze Co u ra git verschijnt dadelijks* beliaive oj> Zon- en ABOMEÜËNT: Donderdag 5 Januari 1888. N°, 4. ADVERTENTIE N: Uitgevers: Gebroeders M uré. BINNENLANDSCHE BERICHTEN. Leidsche Courant Feestdagen. Voor Leiden, per 3 maanden1.25. Franco door het geheele rijk, per 3 maanden S.SiO. Prijs per Nummer 10 l'ent. Van 16 regels0.90. Elke regel meer0.15. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingena contantzonder rabat, per regel 0.10. Bureel: Scheepinakerssteeg 6 201» Jaargang. LEIDEN, 4 Januari. In vervanging van den tot adjudant benoemden len luit. F. H. Gerritsen, is bij het 4e reg. inf. benoemd tot luitenant voor speciale dienstenbij den staf van het regiment, de le luitenant W. D. A. Ophorst van het 2e bataljon. Gedurende het 4e kwartaal 1887 zijn bij de kweekschool voor zeevaart alhier aan genomen 43 jongens. Gedurende het afgeloopen jaar zijn door het rijkstelegraafkantoor alhier verzonden 30582 telegrammen, 71 diensttelegrammen en 74 nieuwjaarskaarten. Ontvangen werden 32489 telegrammen 229 diensttelegrammen en 146 nieuwjaars kaarten. In het geheel behandeld 63691 telegram men. Jongstleden nieuwjaarsdag (1888) werden verzonden 56 en ontvangen 90 nieuwjaars briefkaarten. De Kinderbewaarplaats alhier werd in de afgeloopen maand door 847 kiuderen bezocht. Gisteravoud is een tijdelijk alhier vertoevende schipper door de gladheid der straat gevallen, waardoor vermoedelijk zijn been is gebroken. Hij is dientengevolge naar het academisch ziekenhuis overgebracht. Hedenmorgen zijn op het Galgewater alhier weêr vier ijslief hebbers door 't ijs ge zakt, doch gelukkig allen gered, 't Schijnt tocht 't ware nog niet te zijn. Met het gouden priesterfeest van den Paus bleef ook de gemeente Oud-Ade niet achter door weldadigheid dien dag ook voor de behoeftigen en miudergegoeden tot een aangenamen feestdag te maken. Eene goed geslaagde collecte stelde het armbestuur in staat allen een flinke en nuttige gedachtenis te geven aan het feest, vergezeld van een gift in geld. De pastoor der parochie, de zeereerw. lieer A. Hoogland, bezorgde den leerlingen der parochiale school een prettigen MUZIEK, LETTEBEN EST KUJVST. De „Handelingen" van de Maatschappij der Ned. Letterkunde te Leiden, bevatten levensberichten van een dertiental afgestorven leden, namelijk van Christiaan Krabbe, door dr. J. J. Prins; Willem Theodorus van Griethuyzen, door J. Craandijk; dr. J. P. Strieker, door dr. H. P. Berlage; mr. A. E. J. Modderman, door mr. C. J. Sickesz; dr. J. H. Holwerda, door dr. W. H. Van de Sande Bakhuyzen; Barend Glasius, door dr. H. G. Kleyn; M. E. C. Plemp, door B. G. De Vries van Heystj Pieter Harting, door dr. C. H. D. Buys Ballot; dr. Jan Christiaan Drabbe, door dr. W. N. Du Rieu; J, J. F. Noordziekdoor J. Boudewijuse; P. J. B. C. Robidé Van der Aa, door jhr. mr. J. K. W. Quarles van Ufford; Petrus Hof stede de Groot, door dr. J. Offerhaus; Aemilius Willem Wybrands, door J. G. B. Acquoy. The Olohe schrijft naar aanleiding van den aankoop door de Nederlandsche regeering van een gedeelte der verzamelingen van Sir Thomas Philipp: „Sir Thomas bezocht slechts tweemaal de Nederlanden, de eerste maal in 1824 en de tweede maal in 1826, maar hij kocht ruimschoots bij beide ge legenheden daar hij nagenoeg zonder mede dinger was bij de Meerman-anctie in den Haag en Musscheubroek-auctie te Leiden." OFFICIEËLË BEKIl'UTËN. Naar aanleiding van de krijgsverrichtingen ill Atjeh gedurende het eerste halfjaar 1887, zijn bij kon. besluit van 1 Jan. 1888 n°. 19, de kapt. M. W. C. Van den Brandeler, de 2de luit. W. C. Van Deventer, de serg.- majoor jhr. K. L. A. P. Van der Maesen de Sombreff, de serg. J. J. Bouman, de korporaal F. W. Friinkel en de fuselier J. A. Meijer, allen van het wapen der inf. van het leger in Ned.-Indië, benoemd tot ridder der 4de kl. van de Militaire Willemsorde; is aan den kapt. der inf. T. W. J. Buys, gedet. van het Ned. leger, toegekend de eeresabel met het gebruikelijke opschrift, en is bepaald dat bij afzonderlijke dagorders, zoo in Indië als iu Nederland, eervol zullen worden vermeld de kapt. der inf. P. J. A. Van Neer, de off. v. gez. 2de kl. A. Ekerman, de 2de luits. der inf. J. 0. A. L. Van BennekomJ. Van Swieten en J. J. A. Gaade, de serg. der inf. W. C. M. W. Timmer, de fuseliers H. R. Scherf en J. II. Ahrend en de geniesoldaat lste kl. J. H. Klein. Door Z. M. zijn, met ingang van 15 Jan. 1888, benoemd tot adspirant ingenieur van den rijks waterstaat H. M. Henket, F. L. Ortt en A. B. Marinkelle. Door Z. M. zijn benoemd: tot notaris te Borne: W. Permentier; candidaat-notaris te Didarn; tot griffier bij het kantongerecht te Leeuwardeu, mr. R. F. L. Van Alphen, thans griffier bij het kantongerecht te Groenloo. Door Z. M. is de gepens. kapt. der inf. van het leger in Ned.-Indië L. J. F. B. Hamers, met ingaDg van I Maart 1888, op zijn verzoek, eervol ontslagen uit zijne betrekking van kapt.-adjudant bij het kol. mil. invalidenhuis op Bronbeek, met toe kenning van den titulariren rang van majoor. De luit. ter zee 2de kl. M. H. E. Saclise, dienende aan boord Zr. Ms. wacht schip te Willemsoord, wordt metdeul6den dezer op non-activiteit gesteld en vervangen door den luit. ter zee 2de kl. W. VanVoss. De dirig. officier van gezondh, 2e kl. J. M. Engelhart is in aanmerking gebracht voor chef van den militairen geneeskundigen dienst in het 3e district, standplaats Utrecht. Op 1 Januari waren op den artillerie- cursus te Delft geplaatst 14 leerlingen van het 3e, 22 van het 2e en 15 van het le studiejaar. Naar wij uit goede bron vernemen, is aan dr. M. Treub, directeur van 's lands plantentuin te Buitenzorg, een professoraat in botanie en directoraat van een botani- schen tuin aan eene groote buitenlandsche universiteit aangeboden. (A.) Over de totstandkoming van de Indi sche pakketvaart als Nederlandsche onder neming schrijft de Haagsche correspondent van de N. G. Ct.: „Ben ik wel ingelicht, dan hebben zich de directeuren van de maat schappij „Nederland1 en van de „Rotter- damscbe Lloyd" met eenige voorname ban kiershuizen vereenigd om te zamen eene groote nationale ouderneming tot dit doel op te richten. Een zeer groot kapitaal zal voor die zaak moeten worden bijeengebracht, doch het lijdt wel geen twijfel of dat zal met zeer geringe moeite worden gevonden omdat de aandeelhouders er zeker wèl bij zullen varen, maar tevens omdat er zeer groote nationale belangen bij de zaak zijn betrokken. Onder de bepalingen van dit contract moet er namelijk één zijn, waarin zich de ondernemers verplichten om de ge heele vloot, die voor de pakketvaart in Indië noodig zal zijn hier te lande te doen aanbouwen en het is voorwaar geen kleinig heid wat op deze wijze door onze scheeps werven zal worden verwerkt. Men kan er zeker van zijn, dat in de jaren 1888 en 1889 reeds een 10-, 12-tal schepen zullen moeten worden gebouwd, welk aantal ge leidelijk zal toenemen, misschien tot 't dub bele of zelfs tot 30 schepen. Er ligt dus voor een belangrijken tak van industrie een goed tijdperk in het verschiet". Prinses Wilhelmina heeft met Nieuw jaar te 's Gravenhage haar eersten kerkgang gedaan. II. M. de koningin had haar in de Kloosterkerk aan haar zijde. Te 's Hage heeft zich eene commissie gevormd om eene tweede coöperatieve volks- broodbakkerij tot stand te brengen. In de Koediefstraat te 's Hage is gis terenochtend een oud vrouwtje, algemeen aldaar bekend onder den naam van „Katte- bet", vanwege hare voorliefde voor dit die- rensoort, dood op haar kamertje gevonden. Vermoedelijk is zij door verstikking omge komen. Zij lag met het hoofd voorover op de tafel en had eene stoof met vuur onder de voeten. Toen men het lijk naar ketj gasthuis ver voerde, hief een harer poesjes, die aan de overzijde der straat in eene dakgoot had plaats genomen, een vervaarlijk „miauw" aan. (D. v. Z.-H. en 'e Gr.) Tot heden zijn ongeveer twintig equi pages aangemonsterd voor de Schevening- sche vloot. Zondagavond is de postwagendie om halfzes van Gouda naar Haastrecht ver trekt, in laatstgenoemde gemeente van den dijk gevallen. De passagiers, waaronder eene vrouw met hare drie kinderen, hebben zich erg bezeerd; de postwagen is zwaar bescha digd. Met een rijtuig van den stalhouder FEUILLETON. OF DE WRAAK EENER EDELE VROUW. 126). „Het is toch immers niet waarschijnlijk, dat hij zelf van de uitnoodiging gebruik maken en het feest bezoeken zal." „Ach, welk een inval. Natuurlijk doet hij dat niet. Wat zon hij op een bal uit voeren De gouvernante hielp de barones haar costuum aandoen. Deze echter kon de zenuw achtigheid, waaraan zij ten prooi was, niet beheerschen. Wanneer haar echtgenoot haar heimelijk uitstapje toch eens te weten kwam en zijne bedreiging om haar te verstooten ten uitvoer bracht, wat dan? „Het rijtuig wacht aan het uiterste hek van het park, spoedig, er is geen tijd te verliezen. Uw cavalier zal u niet laten wachten en u allerbekoorlijkst vinden," maande juffrouw Latour aan. De storm brulde door de lncht, toen lady Geneviève uit de zijpoort van het slot tredend, met haastige schreden door het park naar het hek snelde. Met een angstig kloppend hart bereikte zij eindelijk het rijtuig. Sidderend stapte zij in, half be wusteloos zonk zij in de zijden kussens achterover. Een niet af te schudden voor gevoel van een naderend onheil drukte op haar. De rit duurde ongeveer een uur, voor het doel bereikt was en de barones de schitterende balzaal betrad. Doch te vergeefs zag zij naar haren ridder uit. Eerst nadat zij in een van minuut tot minuut grooter wordende angst tallooze malen de balzaal op en neer gewandeld had, ontdekte zij eindelijk bet costuum van den ridder Lara, achter wiens masker zij majoor Falklands vermoeddeofschoon haar zijn stem, toen hij tot haar sprak, zonderling veranderd toescheen. Zijne woorden deden echter den storm in hare ziel bedaren, en toen eindelijk ge durende een pauze van het dansen de graaf De Lara den bevalligen page naar den wintertuin voerde en een menigte vleiende woorden tot hem sprak, toen baadde zich de coquette vrouw slechts in het genot van den triomf, dien zij vierde. In een donkeren hoek, op korten afstand van de sofa, waar beiden plaats genomen hadden, stond een domino, die elk woord opving, dat de harts tochtelijke minnaar sprak. Doch niet lang duurde deze idylle. Een harlekijn, die het paar in zijn schuilhoekje had ontdekt, joeg het weldra op, en mede getrokken in het gedrang van de zaal, zag lady Geneviève eensklaps den graaf De Lara niet meer aan hare zijde. Zij dwaalde de zalen rond om hem te zoekenmaar te vergeefs. Zij zag allerlei costumesalleen dat van den graaf De Lara ontwaarde zij niet. Eensklaps ontroerde zij. Het scheen haar toe, alsof zij tasschen de menigte een gedemaskeerd gelaat gezien had, niei dat van den majoor Falklands, maar het gezicht van haren echtgenoot. Een woeste angst greep haar aan. Was dit verraad? In koortsachtig haast gleed zij door de groepen gemaskerdeu, doch tevergeefs. Zij zag niets meer. Een hersenschim barer verhitte phantasie moest haar ongetwijfeld verschrikt hebben. Nergens ontdekte zij liet gelaat, welks aanblik haar zoo hevig had doen ontstellen, maar ook het maske van den graaf De Lara was spoorloos ver dwenen. En wild loeide de storm over de aarde en joeg de donkere wolken voortzooda slechts nu en dan de maan haar bleek licht afzenden enwat het bestraaldein zijn spookachtig schijnsel hullen kon. Juist baanden zich de zilverheldere stralen weder een weg door de zwarte wolken en verlichtten voor een oogenblik de gestalte, die, in een wijden mantel gehuld, den straatweg volgde die door het boseh naar Rosegg liep, en eensklaps deed de wind den zwarten mantel opwaaien en het bleeke maan licht bescheen het costuum van den graaf De Lara. Een oogenblik later was alles even duister als te voren. Als wilde hij de eeuwenoude boomen neerwerpen, zoo stormde de wind eu deed de tonen van de torenklok bijna in zijn geloei wegsterven, die het middernachtelijk uur boven het in diepe rust liggende Wil- chester verkondigden. De laatste slag trilde nog door de lucht, toen twee donkere ge stalten het kerkhof naderden. De poort ging open en toe en de nachtelijke bezoekers verdwenen tusschen de rijen grafsteenen. Een kleine handlantaarn, wier licht eensklaps ontvlamde, wees den weg aan, dien zij volg den. Deze leidde tot aan het niterste einde van het kerkhof. Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1888 | | pagina 1