MANUELA,
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN.
Iïeae Courant verschijnt dadelijks, behalve op Zon- en
Prijs per Nummer 10 Cent.
ADVERTENTIES:
Bureel: Sciaeepmakerssteeg 6,
Donderdag 8 December 1387. M°. 288. 201. jaargang.
Uitgevers: Gebroeders Muré.
Stads-BericEiten.
Leidsche Courant
Feestdagen.
ABONNEMENT:
Voor Leiden, per 3 maandenf 1.25,
Franco door het geheele rijk, per 3 maanden 1.60.
Van 16 regels0.90.
Elke regel meera 0.15.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingena contantzonder rabatper regel 0.10.
Aan de geabonneerden op de Han
delingen en Ingekomen Stukken van
den Gemeenteraad zijn de nos. 255
261 der Ingekomen Stukken ver
zonden.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
LEIDEN,
Gezien art. fi der Verordening van den Hen
November \880 (Gemeenteblad No. 4 van 1881).
Brengen Ier algemeene kennis dat lol liet
doen Inschrijven van nieuwe leer
lingen voor dc openbare scholen voor
voorbereidend en voor meer uitge
breid lager onderwijs, gelegenheid zal
gegeven worden:
voor die voor voorbereidend meer uitgebreid
lager onderwijs voor jongens en meisjes, in
liet schoolgebouw aan de Oude Vest;
voor die voor meer uitgebreid lager on
derwijs:
der te klasse, voor jongens, in liet school
gebouw aan de Aalmarkt;
der le klasse, voor meisjes, in het school
gebouw aan de Boommarkt;
der 2e klasse, voor jongens, in het school
gebouw aan de Pieterskerkstraat
der 2e klassevoor meisjesin hel school
gebouw aan de Breeslraal;
en wel van den 5den tot en met den I7en
Dec. e. k., dagelijks (den Zondag uitgezon
derd) van des voormiddags halfnegen tot negen
uren, en op Maandag, Dinsdag, Donderdag
en Vrijdag bovendien van Italflwee tot twee
uren des namiddags.
En geschiedt hiervan openbare afkondiging
door plaatsing in de Leidsche Courant.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
DE KANTER Burgemeester.
E. KIST, Secretaris.
Leiden, 3 December 1887.
JACHT.
De COMMISSARIS des KONINGS in de
Provincie ZUID-HOLLAND
Gezien liet besluit van de Gedeputeerde Staten
van den 29sten November 1887, n°. 74;
Gelet op art. II der wet van den 13den
Juni 1857 (Staatsblad no. 87);
Brengt ter kennis van de belanghebbenden,
dalbjj bovengenoemil besluit van de
Gedeputeerde Stalen de Jacht op klein
wild in deze Provincie wordt gesloten op
Zaterdag den 31 sten December aanslaande met
zonsondergang, mol uilzondering van de jacht
op patrijzen, waarvan de sluiting is vastge
steld op Zaterdag den 17den December aan
staande, alsmede van liet in art. 15, sub
lelt. g dier wet bedoeld jacht bedrijf, van hel
vangen van houtsnippen met laat-, war- of
valllouwen, hetwelk blijft toegelaten lol en
met den 22ston Maart 1888.
En zal deze kennisgeving, in plano gedrukt,
worden afgekondigd en aangeplakt, waar zulks
te doen gebruikelijk is, alsmede in bel Pro
vinciaal Blad en in de Nederlandsche Staats
courant worden geplaatst.
De Commissaris des Konings voornoemd,
FOCK.
's Gravemiace den lslen December 1887.
STABSWIECWS.
Burg. en weth. geven den raad in over
weging aan P. W. Van de Velde alhier te
kenDen te geren dat niet kan worden vol
daan aan zijn verzoek om terugbetaling van
schoolgeld voor twee zijner kinderen en wel
voor eenige maanden van het eerste kwar
taal van den loopenden cursus.
Nog adviaeeren burg. en weth. vrijstellind
te verleenen van de betaling van schoolgelg
van zijnen kleinzoon G. J. Pool, aan
dr. H. 15. Van Rhijn, te Katwijk, wegens
overplaatsing van het gymnasium naar de
hoogere burgerschool, met 1 December.
Onder overlegging van de desbetreffende
stukken geven burg. en weth. den gemeen
teraad in overweging aan mej. S. F. Spengler
eervol onislag te verleenen als leerares in
de Fransche taal- en letterkunde aan de
hoogere burgerschool voor meisjes, met in
gang van 1 Februari 1888.
Nog adviseeren burg. en weth. gunstig
te beschikken op het verzoek van jhr. J.
Rammelman Elsevier, om vrijstelling van
de betaling van alsnog verschuldigd school
geld voor zijne pupil A. H. De Bruyn Kops,
leerlinge der hoogere burgerschool voor
meisjes, wegens vertrek uit de gemeente,
alsook op een dergelijk verzoek van dr.
E. F. Van Dissel, voor zijne dochter,
die blijkens overgelegde geneeskundige ver
klaring de school om gezondheidsredenen
heeft moeten verlaten.
De commissie van financiën deelt aan den
gemeenteraad mede dat bij haar geene be
denkingen bestaan tegen het door burg. en
weth. gedaan voorstel tot het doen van af-
en overschrijving op de hegrooting, dienst
1887, tot een bedrag van f 1259 ter voor
ziening in de kosten van een afscheidings
muur van den gedempten grond der Kool-
en Brandewijnsgrachten. Zij geeft daarom
den raad in overweging den overgelegden
staat van af- en overschrijving tot genoemd
bedrag goed te keuren.
Door de heeren dr. A. W. Kroonprof.
Hector Treub, prof. M. C. F. J. Cosijn,
Th. VV. Van Lith de Jeude en C. P. Bur
ger Jr., wordt verzocht voor een half jaar
gebruik te mogen maken van het gymnas
tieklokaal der hoogere burgerschool voor
meisjes, en wel van November tot Mei, 2
uren per week. Bnrg. en weth. geven den
raad in overweging de gevraagde vergun
ning te verleenen, tot wederopzeggens toe,
onder bepaling dat voor het gebruik jaarlijks
aan do gemeente worde betaald een bedrag
van f 12.50, dat de kosten van vuur en
licht en de evcntueele schade aan gebouw
en meubilair toegebracht door de gebruikers
wordeu vergoed en verder onder de voor
waarden door liet college van dagelijksch
bestuur vast te stellen.
In de gisteravond gehouden vergadering
van de kiesvereeniging. „Het Algemeen Be
lang," alhier, zijn tot candidaten voor den
gemeenteraad gesteld: voor de vacature A.
J. Krantz, de heer C. C, Tieleman, en voor
de vacature mr. N. K. F. Land, de heer
P. Zillesen.
In dezelfde vergadering werd tot candidaat
voor de tweede kamer (vacature O. baron
'Van Wassenaer van Catwyck) gesteld de
heer mr. P. L. F. Blussë, te 's Hage, lid
van de gedeputeerde staten van Zuid-Holland.
De lieer S. baron Van Heemstra, can
didaat gesteld voor de tweede kamer (vacature
O. baron Van Wassenaer van Gatwyck), heeft
voor die caudidatuur bedankt. In eene heden
middag door de antirevolutionaire kiesver
eeniging „Nederland en Oranje" alhier op
nieuw belegde vergadering is nu candidaat
gesteld de lieer mr. Th. Heemskerk, advocaat
te Amsterdam, die de candidatuur heeft
aangenomen.
Uit de opgaven betreffende de sterfte en
de geboorten in de maand Oct. blijkt,
dat o. a. in de gemeente Leiden waren ge
boren 133 kinderen, waaronder 3 levenloos
aangegeven, overleden 80 personen, en wel:
beneden 1 jaar 22, 15 jaren 8, 514
jaren 5, 1420 jaren 1 2050 jaren 12,
5065 jaren 13, 6580 jaren 15, boven
80 jaren 1op onbekenden leeftijd
Als oorzaak van den dood werd
opgegeven: gebrekkige ontwikkeling 1,
lichaamszwakte, tering 8, klierziekte,
rhachitissyphilis 3absc. ulc. gangr.
pyaem. haem. 1, kanker 4, waterzucht,
scheurbuik typhus en febris typboï-
dea aanhoudende koorts 1tus-
schenpoozende koorts pokken rood
vonk mazelen huidziekten /stui
pen, trismus, epilepsie 1, apoplexie 5,
hersenziektenkrankzinnigheid 2rugge-
mergslijden, paralysis keel- en longte
ring, bloedspuwing 6, croup 1, kinkhoest
2, acute ziekten der ademhalingsorganen 13,
chron. ziekten der ademhalingsorganen 7
hart- en vaatziekten, rheumat. arthrit. 3,
organ, haitgebrekenaneurysma 5, angina
diphlherina 2, diarrhoea, dysenterie
cholera nostras acute ziekten der spijs-
verteringswerkt. 3, chron. ziekten der spijs
verteringswerktuigen ziekten d. organa
urogenitalia 4, ziekten van het kraambed
gewelddadige dood 1, verdrinken 2,
onbekende oorzaak, plotseling 2.
Maandagavond hebben ook de jeugdige
verpleegden van het academisch ziekenhuis
te Leiden een bezoek ontvangen van den
goeden Sint. De praeses der medische facul
teit had zich in het costuum van den hei
ligen bisschop, met zijn knechtje en een
Oostenrijkschen bediende, naar het zieken
huis begeven met een wagen vol geschenken
en gebak, die den jeugdigen patientjes met
een bemoedigend woord van den Sint wer
den geschonken. Deze hadden zich allen
feestelijk in hnnne afdeelingen opgesteld en
begroetten den weldoendeu bisschop met
toepasselijke gezangen. Alles liep zeer vroo-
lijk af, 't geen zeker voor een groot deel
ook te wijten is aan de grappen van den
zwarten bediende. De geschenken waren
bekostigd uit vrijwillige bijdragen der medi
sche studenten die het ziekenhuis bezoeken.
(D v. Z.-Il. en 's Gr.)
FEUILLETON.
OF DE WRAAK EENER EDELE VROUW.
104).
„Er is een brief voor u achtergelaten
geworden, die u vermoedelijk wel alles zal
ophelderen. Ik spoed mij heen, om hem
te halen 1"
Roderich sprak geen woord, en stond
tegen den deurpost aangeleundhet was
alsof eensklaps alles hem voor de oogen
draaide.
De kamerdienaar keerde na enkele minuten
terug; er sprak medelijden en leedvermaak
tegelijk uit zijne oogen. Waarschijnlijk
wist hij maar al te goed, wat er gebeurde.
Hij reikte den jongen man den brief over,
en een oogenblik later had de slotpoort zich
achter hem gesloten.
Roderich O'Donell rukte het couvert open.
De graaf had maar weinige regels geschreven
zij luidden:
„Mijn waarde vriend!
Ik heb met Cecilia gesproken. Het is,
zooals ik half en half vreesde, gij vergist
n. Haar belofte bindt haar en zij koestert
het plan niet om haar te verbreken. Zij is
veeleer met mij van opinie, dat het voor
beide partijen het raadzaamste zou zijn,
wanneer wij onmiddellijk vertrokken. Een
ontmoeting kon voor u zoowel als voor ons
slechts pijnlijk zijn. Met de beste wenschen
voor de toekomst er onder betuiging van
mijn innig leedwezen, noem ik mij uw
vriend. Graaf Ainsleigh."
In den brief was nog een ander briefje
ingeslotendoor Cecilia's hand geschreven
en slechts enkele koude, gevoellooze woorden
bevattende:
„Mijn vriend!
Ik gevoel mij zeer bedroefd. Papa heeft
mij alles gezegd. Wat hij u mededeelde is
waar. Ik heb mijn belofte gegeven en moet
haar houden. Vaarwell Mijn eeuwige dank
baarheid en vriendschap behooren u toe.
Cecilia."
Dat was alles. Hoe koudhoe gevoelloos,
hoe onoprecht. De gouden zonsondergang,
de geurende bloemendit alles had voor
Roderich eensklaps zijn betooveriDg ver
loren hij verfrommelde den brief in zijne
handen, en verwijderde zich met haastige
schreden.
Voor een der ramen van het slot staande,
zag de kamerdienaar hem peinzend na.
„Arme duivel," prevelde hij medelijdend
bij zich zelve. „Hij is verliefd geworden
op de jonge lady en daarom nu heeft de
graaf zich zoo hals over kop van hier ver
wijderd. 'I Is wel waar, hij is arm als
een kerkrot en mag zijne blikken daarom
ook niet zoo hoog opslaan, maar toch kan
het me voor hem spijten. Ik gevoel nog
maar al te goed, hoe het mij te moede
was, toen voor vele, vele jaren Johanna
Delange mij schandelijk verliet. Ha, ik
vervloek nog haar aandenken."
Roderich O'Donell vervolgde inmiddels
zijn weg, geen acht slaande op den storm.
De storm, die in zijn binnenste woedde,
was vrij wat heviger dan die in de natuur.
In razenden toorn het blad papier bijna
tot onzichtbare stukjes verkreukelende mom
pelde hij
„Ik moet de herinnering aan deze valsche,
gevoellooze, berekende coquette uit mijn
hart rukken. O, wanneer ik bedenk, dat
iedere glimlach, elk woord, elke blik niets
was dan leugen en veinzerij, dat zij mij van
den beginne af slechts voor den gek hield,
dat zij wellicht lachte en spotte met mijne
dwaasheid, terwijl ik een engel des hemels
in haar waande te zien. En hij? Zoolang
ik leef wil ik geen menschenziel meer ver
trouwen."
HOOFDSTUK XXVII.
HOE ALLES GEKOMEN IS.
Lady Cecilia had den avond te voren
Roderich O'Donell met lachende lippen,
met een veelbeteekenenden blik harer schoone
oogen, „goeden nacht" gewenscht. Zij had
zich nooit in haar leven zoo gelukkig ge
voeld als in deze ure.
„Goeden nacht, papa" zeide zij nu ook
tot haren vader, nadat Roderich zich ver
wijderd had.
„Nog een oogenblikje, mijn kind!" hield
de graaf haar tegen. „Ik zou je wel willen
verzoeken om mij nog een kleinigheid te
helpen afschrijven, eer je je ter ruste
begeeft."
„Afschrijven!" herhaalde het jonge meisje,
terwijl zij hem met hare groote oogen ver
wonderd aankeek.
„Ja, mijn kindmaar kijk me nu maar zoo
verbijsterd niet aan. 't Zijn maar weinige
regels, hier zijn ze. Schrijf ze woordelijk af
zooals ik ze u voorgeschreven heb!"
(Wordt vervolgd.)