MANUELA, NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN. F e e s t d a e n< Vrijdag 12 Augustus 1887. N", 188 Uitgevers: Gebroeders Muré. «ze i!oiiraüt veeseie ij et t «S a e 1 ij k s behalve op 'Loes- en A i 0 H ES E M E 9 T Voor Leiden, per 3 maanden f 1.25. Franco door het geheele rijk, per 3 maanden I.OO. Prijs per ïiumier 10 4'ent. AOVEBTEKTIE M: Van 6 regels0.90. Elke regel meer0.15. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingencontantzonder rabatper regel 0.10. Bureel: Scheepmakerssteeg 6. 201c Jaargang. Stads-Berichten. Admissie-examen Hoogere Bur gerschool voor jongens. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente LEIDEN, brengen Ier kennis van belanghebbenden dat het tweede admissie- examen voor de Hoogere Burgerschool voor jongens, cursus 1887/8, zal plaats hebben in liet gebouw aan de Pieterskerkgracht op Woensdag 31 Augustus, Donderdag 1 en Vrijdag 2 September a. s. Burgemeester en Wethouders voornoemd, DE KANTER, Rurgemeesler. E. KIST, Secretaris. Leiden, den II Augustus 1887. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN; Gezien art. 8, Ie alinea der Wet van 2 Juni 1875 Staatsblad no. 95), tot regeling van bel toezicht bij het oprichten van inrichtingen welke gevaar, schade of hinder kunnen ver oorzaken Brengen bij deze ter algemeene kennis dat door hen op heden vergunning is verleend aan K. F. W. VAN LUYKEN en rechtverkrijgen den, lol het, oprichten van eene paardenslach- lerij in het perceel Duizenddraadsteeg n". 8. En geschiedt hiervan openbare kennisgeving door plaatsing in de Leidsche Courant. Burgemeester en Wethouders voornoemd, DE KANTER, Burgemeester. E. KIST, Secretaris. Leiden, den II Augustus 1887. ÏTADINIEBWS. Van bevriende zijde schrijft men ons Gisteren had het jaarlijksche kinderfeest van wege „de Leidsche vereeniging ter be vordering van geregeld schoolbezoek" plaats. In plaats van zooals gewoonlijk te Katwijk, meende het hoofdbestuur het voor ditmaal eens te Noordwijk a/Z. te moeten doen plaats hebben, 't Bleek dan ook, dat de gelegen heid voor dergelijke kinderfeesten aldaar uit muntend geschikt is, daar èn de duinen, èn 't strand èn 'l logement van Konijnenburg voor dergelijke uitspanningen „als geknipt" zijn. Om één uur dan verzamelden zich het hoofdbestuur en 160 feestelingen, allen in dit jaar eervol ontslagen leerlingen (95 jon gens en 65 meisjes) van de scholen voor on- en minvermogenden, van de bijz. R. C. school, hoofd den heer Kuypers en van hét R C. weeshuis in den fraaien tnin van Zo- merzorg, daartoe welwillend door den heer (Jouvee afgestaan, vanwaar onder geleide van een goed muziekcorps de tocht per stoom tram om kwart voor twee werd aanvaard. Ten 3 ure te Noordwijk aangekomen, ging de stoet onder muziek en zang in slatigen optocht naar het feestlokaal, waar de kinde ren werden onthaald op broodjes met vieesch, bier en melk. Dit was echter vlug afgeloo- pen, want ieder verlangde naar den wedstrijd in 't duinbeklimmen. Allerprettigst was het te zien hoe ieder zich repte om tegen het hooge duin, die door het malle zand den voet weinig steunplaats aanbood, op te klau teren, om alzoo 't eerst den seinpaal te be reiken. Menige jongen of menig meisje miste 't evenwicht en kwam dan in plaats van boven al buitelend en vallend aan den voet van hel duin terecht, stof te over voor ge schater en gelach. Dat zij pret, dol veel pret hadden, getuige het uitbundige gezang en 't gewuif met hoeden en doeken der jeug dige schare. Na veel inspanning werden de prijzen, prachtige boekgeschenken van de hh. Gebr. Van der Hoek en Sijthoff, behaald, onder de jongens door G. Knol en Hk. Van Leeuwen, van de meisjes door Charlotte Menning en Maria Piket. Jammer dat de wind steeds meer en meer opstak en de on stuimige zee de verdere wedstrijden onmo gelijk maakte en men met het touwspringen en krachtmeteu zich onder de veranda moest behelpen, de uitslag van den wedstrijd in 't touwspringen bleef onbeslist. Bij 't kracht- meten (een alleraardigst spel) werden over winnaars A. J. Oostveen en Corn. Van der Wilk. Toch kon tusschen de regenbuien eene wandeling naar de Laiterie plaats heb ben waar de joelende schaar zich een uurtje zeer aangenaam in het park vermaakte. Ook 't vuurwerk kon om het omstuimige weer niet plaats hebben en ten 9 ure werd het sein voor den aftocht geblazen. Na onderscheidene tractatie's werd den feestgenooten een cadeau (voor de jongens een sierlijken sigarenkoker met sigaren voor de meisjes eene fraaie portemounaie benevens een flink stuk koek tot „welkom tehuis" aangeboden en de terugtocht aan vaard zoodat de tram hen tegen half elf „sains en saufs" te Leiden terugbracht. Dank zij bij dezen aan de ingezetenen die het bestuur door milde bijdragen in staat stelden dergelijk feest te organiseeren dank aan den Ed. Achtb. Heer Burgemeester van Noordwijk die alle mogelijke toestemming en adsistentie voor en bij 't feest verleende dank aan den Heer v. Konijnenburg voor zijne flinke bediening. Het kinderfeest van 1887 is trots het ongunstige weer al lergenoeglijkst afgeloopen, én zal zeker niet weinig hebben bijgedragen tot 't doel der vereeniging: bevordering van geregeld school bezoek Bij de te 's Hage gehouden examens voor de akte lager onderwijs Hoogduitsch is o. a. geslaagd mej. A. C. M. J. Duyster alhier. Hedennacht even na 5 uur brak in het pand Heerenstraat n°. 73 onder Soeter- woude een brand nit die spoedig naar buiten sloeg. De dorpsspnit n°. 3, eveneens in de Heerenst.iét gestationeerdwas weldra ter plaatse aanwezigterwijl aan de achterzijde met emmers water werd gewerkt. Eerst te 7 uur was men den brand meester, die tot het genoemd perceel beperkt kon worden, hoe,, tl het belendend perceel aan deur en lijst eenige schade bekwam. Het perceel, bewoond door den heer v. T., was, naar we vernemen, voldoende verzekerd. De oorzaak van het ongeval is onbekend. Het geheele perceel is uitgebrand. MUZIEK, LETTEREN EN KIINIT. Geboortedag (1811) van Thackeray. De Hollandsche Opera. Gisteravond gaf, op veelvuldig verlangen, het gezelschap van de Hollandsche Opera, bestaande uit de dames Martha Van Ophe- mert-Schwencke en Marguérite Jahn en de heeren S. J. H. De La Euente (piano), Johan Schmier, Henri Albers en Felix Derickx, eene tweede voorstelling alhier. Was de vorige maal de zaal van Zomerzorg uitmun tend bezet, ditmaal was in de zaal geen plaats meer te vinden en was zelfs, niette genstaande een stortregen, de veranda geheel gevuld. Met de hem eigene vaardigheid en uit muntende voordracht droeg de orkcstdirecleur, de heer De la Euente, eene fantaisie brillante (La Traviata) van Jaëll en het Spinnerlied van Litolff voor. De heer Albers, naar onze meening de primus van de zangers, beviel ons uitstekend in de Toréador-coupletten uit Carmen en in de herhaling van de aria van Figaro uit de Barbier. Bij een schoon geluid bezit de heer Albers eene uitmun tende uitspraak. In de scène uit Faust (tuinscène, le ge deelte en dood van Valentin) bewees genoemde heer bovendien nog een goed acteur te zijn. Weêr voldeed ons het briefduet uit Figaro's Hochzeit, dat op verzoek nogmaals door de dames Van Ophemert-Schwencke en Jahn gegeven werd, goed. Evenals de vorige maal zong de heer Schmier de Lasteraria uit de Barbier uitmuntend, hoewel hij naar onze bescheiden meening iets minder had kunnen trekken, iets waaraan bij dit gezel schap over 't geheel nog al gedaan wordt. In „Néologismen" deed de heer Derickx ons wat van zijn komisch talent zien, en ook in „Neerland» Volkslied" van den heer De la Fuente Sr. deed hij wat hij kon zijne voordracht beviel ons zeer. Was de heer Albers als Valentin in de Faustscè1(1 zeer op zi_ plaats, ook mevr. Van Ophemert-Schwenke als Margaretha en mej. Jahn als Siebel waren in zang en ac tie, zooals men dat van operazangeressen wenschen kan. Eindigen we met de bespreking van de voordrachten waarmee ook het programma eindigde, 't Was een grappig einde dat lachen deed, iedereen zelfs den meest ern stige. Of er als compositie aan de bedoelde nummers veel waarde mag worden gehecht laten we in 't midden; maar vermaken deden de nummers ons. De Pruimenboom, het Onweder, de Onbedachtzaamheid, het Vinckennet en het Gebroken Glas zijn nummers die door deu heer Schmier zelf allergrappigst zijn op muziek gezet en nog grappiger worden voorgedragen. In dat opzicht is genoemde heer zeker eenig Wat hij toegaf is wel 't meest ver makelijke hoewel nog niet in druk ver schenen; 't is nl.„De Zelfmoordenaar", woorden van Piet Paaltjes. Zooals we zei den, men lachte, aan de toejuichingen scheen g;een einde te zullen komen en op den Sta tionsweg lachte men nog. De costuums van Margaretha, Siebel en FEUILLETON. OF DE WRAAK EENER EDELE VROUW. 17.) „Ik begrijp u niet!" „Het ligt ook volstrekt niet in mijn be doeling, dat gij mij thans begrijpen zoudt. Wilt gij mij vijfduizend pond uitbetalen op den dag, waarop gij door mijn toedoen erf genaam van Rosegg wordt? Spoedig, spreek 1 Ons interessant paar minnenden komt op ons toe. Ja of neen?" „Ja!" „Goed. Gij zult mij in de eerste plaats uwe belofte schriftelijk geven. Geen woord van al hetgeen wij gesproken hebben, kome er over uwe lippen. Van heden af zijn wij bondgenooten. Reik mij de hand." Hij voldeed opnieuw aan haar verzoek, doch hoe gewetenloos hij ook was, onwille keurig huiverde hij tochtoen hij hare klamme hand aanraakte. Mevrouw Von Waldau keek echter zege vierend naar de plek, waar lady Manuela, steunende op den arm van Alexander De St. Claire, stond. „Nu, schoone lady, trotsche meesteres van Rosegg, neem u thans in acht. Ik ben een vrouw, die noch vriend noch vijand gespaard heeft, wanneer een wezen mij in den weg stond! Uw verderf is besloten!" Nauwelijks had zij sissend deze woorden bij zich zelve gesproken, of zij verdween gelijk een schim van sir Emils zijde, dien het te moede was, als hadde hij een zwaren droom gedroomd, waarin de toovermacht eener booze fee hem gedompeld had. HOOFDSTUK IV. EEN GELUKZALIGE DROOM. „Hoe aangenaam koel is het hier," sprak lady Manuela's jeugdige, frissche stem, terwijl zij aan den arm van Alexander De St. Claire uit de heete balzaal in den met de geuren van rozen en myrthen bezwan gerden wintertuin trad. „Wat een heerlijke avond I" En achteloos liet zij zieh op een der rieten fauteuils nedervallendie tusschen de bij wijze van priëelen geplaatste groepen van bladplanten stonden. „Ik zoude wel eens willen weten of alleen, omdat bals en soirees voor mij zulke groote zeldzaamheden zijn dit feest mij zoo wonder baar schoon is voorgekomen, 't Is waar, ik ben zeventien jaar oud en op dezen leeftijd is men spoedig met alles tevreden gesteld. Hebt gij u ook goed geamuseerdmijnheer De St. Claire?" „Ik was in het paradijs, mylady!" „Met welk een sombere uitdrukking zegt ge dat, en hoezeer is dat in tegenspraak met uw uiterlijk," zeide lady Manuela lachend. „Uw paradijs moet, te oordeelen naar de uitdrukking uwer gelaatstrekken, geen bijzonder aangenaam verblijf zijn „Integendeel, mylady, Juist omdat mijn paradijs znlk een betooverend schoon oord is, kijk ik zoo somber. Wanneer deze avond voorbij iszal ik voor immer uit miju paradijs verbannen zijn." O, welke sentimenteele woorden, mijnheer De St. Claire," hernam Manuela lachend. „Rosegg is zeer zeker allerbekoorlijkst, maar het paradijs stel ik mij toch wel wat anders voor. En wie zoude u daaruit verbannen „Ik mij zeiven!" antwoordde hij op som beren toon. „O, dat ik ook zoo vermetel was, om hierheen te komenI Gave God, dat ik het niet gedaan hadde 1" Haar hart klopte hoorbaar. Eensklaps was zij tot de ontdekking gekomendat zij dezen man beminde, een zalig voorgevoel met het oog op de eerstvolgende woorden die hij spreken zoude, doortrilde haar. Doch zij had nog zelfbeheerschiDg genoeg om onverschillig te blijven. „Waarom zoudt gij niet hebben moeten komen?" stamelde zij verlegen. „Omdat ik krankzinnig ben geweest, om het wèl te doen. O, waarom dwingt gij mij, om woorden uit te sprekendie nimmer over mijne lippen hadden moeten komeD? Waarom noopt gij mij, om u te bekennen, dat ik u bemin?" Met hartstochtelijke gebaren wendde hij zich af. In den klank zijner stem, in den blik zijner oogen lag zulk een vuur van hartstochtdat hij daarmede niet alleen tegenover een onervaren, jong meisje, maar ongetwijfeld zelfs op het tooneel succes zoude behaald hebben. Er ontstond een langdurig, pijnlijk zwijgen. „Gij spreekt niet I „zeide eindelijk Alexan der De St. Claire. „O, ik wist het wel, gij haat, gij veracht mij, en ik verdien zulks Ondanks de overtuiging die hij bezat, dat zij hem lief had, voelde hij zich toch eenigszins ongerust, [Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1887 | | pagina 1