MANUELA,
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN.
AdVERTENTIEN:
Uitgevers: Gebroeders Muré.
AB0PÜBEÜEE8T:
Woensdag 10 Augustus 1887. N", 186.
e e V o 11 r a ii t v e r s c 11 i j n t d a j* e l ij k sbehalve op 'L o n- e 11 F e es t d a e 11.
Van 1t> regels0.90.
Elke regel meer0.15.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingena contantzonder rabat, per regel 0.10.
Bureel: Ncheepuiakerssteeg 6.
Voor Leiden, per 3 maanden1.25.
Franco door het geheele rijk, per 3 maanden 1.00.
Prijs per ^uumier 10 l eut.
201e Jaargang.
8TiD»WIEDnrS.
Het Metalen Kruis.
„Als Willem roept
dan snellen wij ten strijd"
Wij zijn gewoon met zekeren eerbied op
te zien naar de mannen wier borst versierd
is met het eermetaal. En dat is eene goede
gewoonte, vooral waar het geld ouden van
dagen wier aanblik ons terug doet denken
naar de veel bewogen dagen van 1830 en
1831 toen zoovelen uit Noord-Nederland zich
naar de zuidergrens begavengehoor gevende
aan de roepstem van koning Willem. Daar
op die grenzen werd menige vriendschaps
band voor goed gelegd, nauwer aangehaald
naarmate in later jaren hun aantal allengs
werd gedund.
Hoewel elk jaar van den kleinen drom
door den dood offers worden geëischt, zij
die het voorrecht mogen genieten nog om
het sectievaandel geschaard te zijn gebleven
herdenken dat met dankbaarheid en vreugde
eene vreugde die bij wijlen alleen getemperd
wordt door de gedachte: Wie onzer zal de
laatste zijn, wie onzer zal ten laatste nog
slechts alleen het vaandel omhoog houden
totdat ook zijne hand verstijft en hij 't moet
achterlaten, met de hoop alleen dat de aan
blik er van bij jongeren steeds dankbare her
innering aan de mannen van 30 en 31 zal
opwekken.
Die hoop, ze zal hopen we vooreerst door
den laatsten metalenkruisridder nog niet
behoeven uitgesproken te worden; maar wan
neer ze dat ook al wordt dan kan dat ge
schieden met de volle overtuiging dat er nu
reeds jonge mannen om de banier geschaard
staan, die in de daden der ouderen een
voorbeeld zullen zien voor hunne gedragin
gen in tijden waarin het vaderland hunne
krachten, wellicht hun bloed zal behoeven.
Die jonge mannen, dienende bij land- en
zeemacht of bij de schutterijmaar ook
mannen die van hunne vroegere dienstjaren
aangename herinneringen en kameraadschap
pelijke gevoelens hebben overgehouden, die
allen hebben zich aangesloten bij de ver-
eeniging ^Het Metalen Kruis", hetzij als
lid, hetzij als donateur.
Die vereeniging *Het metalen kruis"
vierde gisteravond haar jaarfeest, haar 56-
jarig bestaan. Daartoe waren ledeneere
leden en donateurs te zamen gekomen in
de flinke en net versierde zaal van het kof
fiehuis ,/Zomerlust" op den Stationsweg al
hier. Behalve de vele vlaggen en banieren,
waren in de zaal nog aangebracht een aantal
schilden waarvan de opschriften hulde brach
ten aan de vereeniging, aan het 56-jarig
bestaan, aan de Leidsche jagers, Willem II,
Van Speyk, Chassé, Beekman en aan zoo-
velen die in de geschiedenis van die dagen
een werkzaam aandeel hebben genomen.
Aan de korte zijde van de zaal was voor
de HH. muziekanten een geschikte estrade
gebouwd, versierd met groen waartusschen
de sectiebanieren en de borstbeelden der
laatste drie koningen van ons Nederland.
Toen de zaal zich langzamerhand met
feestvierenden van beiderlei kunne had ge
vuld en menige hartelijke handdruk was ge
wisseld werden door het orkest eenige num
mers ten gehoore gebracht; we willen van
die nummers gaarne aan de vergetelheid
ontrukken de uitvoering van u®. 4, vioolsolo
van Beriot, door den heer 8. Prinsenberg.
Daarna stond de heer Van Ingen Schenau
van zijnen presidentszetel op om de verga
dering te openen met eene redevoeriug
kloek van taal en met jeugdig vuur uitge
sproken. Een daverend hoera was de uit
werking van 's sprekers woorden.
Na de aanwezigen een welkom te hebben
toegeroepen bracht spreker in herinnering
hoe klein hun aantal nog slechts was. De
oud-strijders die nog in leven zijn ging
hij voort zijn daarvoor dankbaar en hoe
grijs hunne haren ook mogen zijn, hun hart
gloeit nog altijd van liefde voor koning en
vaderland. Van hen wier borst met het
eermetaal prijkte zijn er dit jaar weder vier
heengegaan, Van Galen, Grobbe, Vogel en
Hoosemaus. Wie onzer zal volgen? Met
een gedicht besloot de president zijne woorden.
De heer Goedeljée volgde als spreker den
heer Van Ingen Schenau op en aan het
yWien Neêrlandsch bloed," op zijn voorstel
gezongen, nam ieder van harte deel. Gul en
kloek waren daarna weder de woorden van
den heer De Boer en alleraardigst was de
voordracht van den heer Van Ingen Schenau
daarna. Intusschen was ook het tweede van
het programma afgespeeld. We noemen
daarvan //Grossmütterchen" voor twee violen
door de heeren S. Prinsenberg en W. Oos
telaar.
Maar tusschen dat alles werden nummers
voor zang en voordracht uitmuntend ten ge
hoore gebracht. Men kon 't den oudjes
aanzien dat ze genoten van wat hun daar
werd geboden; duetten, mannenkoren, soli,
trio's waaronder solo met koor waarvan de
woorden werden vervaardigd door den heer
Jan Hogenkamp. De heer Joh. Oostelaar
droeg met het orkest een declamatorium
yDe zieke jongeling" voor, door hemzelven
voor strijkorkest uitmuntend bewerkt, en de
leden der vereeniging ^Pugno pro Patria"
zongen zeer geacheveerd een feestzang, koor
met solo, aan ^Het Metalen Kruis" opge
dragen en door den heer Joh. Oostelaar
gecomponeerd. We zullen niet de namen
noemen van allen die door hunne voordrach
ten, waaronder er door geest uitmuntten,
den avond uitermate genoegelijk hebben ge
maakt, de vrees van iemand te vergeten
weerhoudt ons daarvan.
Nog voor dat de laatste nummers waren
voorgedragen werd eene wandeling door den
tuin gemaakt en daar, terwijl door ben-
gaalsch licht de geheele omgeving fantastisch
getint was door allen uit volle borst het
Wilhelmus van Nassouwe gezongen.
Nadat alzoo van de keelen een nuttig
gebruik was gemaakt werd alles in gereed
heid gebracht om nu ook eens van de beeuen
wat meer te vergen en spoedig was de zaal
met lustig dansende paren gestoffeerd. En
toen reeds laat in den ochtend de oudstrij
ders hun eerste slaapje al te pakken hadden
en nog weer eens droomden van 30 en 81,
stonden de jongeren, die zulke tijden niet
gekend hebben nog lustig-in de quadrille.
Omtrent de rekening der ontvangsten en
uitgaven van de gemeente Leiden voor den
dienst van 1886 valt nog 't volgende meê
te deelen. Dit de baten der gasfabriek werd
ontvangen f57,498.676; aan pacht of op
brengst van haardasch, vuilnis, bagger en
dergelijke mestspeciën f 3068bijdrage van
het rijk in de kosten van middelbaar en lager
onderwijs f46,138 en in de kosten van het
gymnasium f8961; van het rijk voor aanleg
van de Ruine tot wandelpark f7000.
Onder de uitgaven vinden we: Jaarwedde
van den burgemeester f 4500, van de wet
houders (f1000 elk) f3000, van den se
cretaris f 3600 en van den ontvanger f 3600.
Onderhoud van straten en pleinen f21,790,
van wegen en voetpaden f 3655.87, van
wandelplaatsen en plantsoenen f2633.246,
van bruggen en overzetveereu f 17,280.66,
Liernurstelsel f 1541.36, dempen van grach
ten f 13,536.17, kosten van den aanleg tot
wandelpark van het Ruïneplein f 9,009.276,
dag- en weekgelden der werklieden en be
dienden in dienst der gemeente f 18,260.22.
Jaarwedde van den commissaris van politie
f3000, van inspecteurs, agenten en verdere
beambten van politie en van de veldwachters
f32,600.
Onderhoud der lantaarns en verdere kosten
van verlichting f21,000, onderhoud der
brandspuiten f 2696.63, kosten der schutterij
f8148.396, belooningen van doctoren, heel
meesters, vroedmeesters en vroedvrouwen
f 6580, kosten van de gemeenteapotheek
f 5820,886, kosten van verpleging van arme
krankzinnigen f 13,302.10, subsidie aan het
werkhuis f 5000, toelage aan den schouw
burg.
Het bedrag der werkelijke ontvangsten is
f791,455.47, het bedrag der werkelijke uit
gaven is f715,599.90, zoodat het dienstjaar
1886 oplevert een batig slot van f 75,855.57.
De kapitein der artillerie Vitali van
het Italiaansche leger, die dezer dagen ook
Leiden bezocht, meldde zich aldaar aan de
kazernewacht en gaf in het Fransch zijnen
wensch te kennen den kolonel te spreken.
Men kan zich de verbazing van den ka
pitein verbeelden, toen de sergeant der wacht
hem in vloeiend Italiaansch mededeelde, dat
de kolonel afwezig was en de oefeningen in
de nabijheid van Katwijk bijwoonde.
Deze sergeant is van vaderszijde van Ita
liaansche afkomst. (N. R. C.)
Bij het te Utrecht gehouden examen
ter verkrijging van de akte Fransch (lager
onderwijs) slaagden van de 21 geëxamineerden
slechts 5 en onder hen de heer J. J. Wissen-
burgh alhier. Voor de akte Engelsch (lager
onderwijs) slaagde o. a. mej.: A. Ch. De
Ridder, te Hillegom.
raUKIEK, LETTEREN EST KUNST.
Te Leipzig zal een opera worden op
gevoerd, waarvan Weber een deel had ge
componeerd en de tekst geheel ontworpen
FEUILLETON.
OF DE WRAAK EENER EDELE VROUW.
15.)
„GedaanMijP Och, volstrekt niets. Ik
heb Manuela heden na een tijdsruimte van
vijftien jaar voor het eerst weder gezien!"
„En toch zijt ge haar vijandig gezind!
Ook spreekt gij van hare moeder, alsof gij
deze gehaat hebt. Haat gij thans de dochter
ter wille van de moeder?"
„Ter wille van de moeder, ja!" her
haalde de dame met eene onnavolgbare
bitterheid. .En gij, Sir Emil, haat de
dochter om de dochter!"
Zij legde hare kleine hand plotseling op
den arm van den jongen man.
.Wij haten haar beiden," vervolgde zij
met nadruk. .Laat ons dus gemeenschap
pelijke zaak maken, gemeenschappelijk wraak
oefenen I"
.Wrevelig schudde hij de hand, die zich
op zijn arm geplaatst had, van zich af.
,Word, als ik u bidden mag, niet me
lodramatisch, mevrouw Von Waldauzeide
hij spottend. .Wraak oefenen! Wat soms
nog meer! Ik ben advocaat, gij zoudt een
uitstekende tooneelspeelsler zijnmaar in
het privaat leven heeft men van zijn drama
tische talenten gewoonlijk weinig succes.
De tijden der vendetta hebben zelfs op
Corsika opgehouden in de mode te zijn. Wij
leven niet meer in de dagen der schoone
Lucretia Borgia en het woord wraak is uit
het lexicon van den nieuwere» tijd geschrapt.
Wanneer de vrouw den man ontloopt, zelfs
in gezelschap van een ander, dan wordt
zulk een smaad thans niet meer door bloed
uitgewischt, maar men dient eenvoudig een
verzoek om scheiding in, en bemoeit zich
verder niet meer met de gescheiden gemalin.
Wraak bestaat tegenwoordig nog maar alleen
op het tooueell"
.Alleen maar op het tooneel?" herhaalde
de schoone verzoekster met onheilspellend
fonkelende oogen. .Verblinde dwaas! Zoo
lang de wereld bestaat, zoolang er gift en
wapenen zijn, zoolang ook zal de wraak
niet sterven.
En loochenen kunt gij het niet. Gij
haat uwe nicht, haat haar in zulk een mate,
dat geen wraakneming, die maar te bedenken
valtu als onuitvoerbaar zoude toeschijnen,
wanneer zij slechts uwen haat bevredigt.
Werp alle kleingeestige bedenkingen ter
zijde. Het meisje is gesproten uit een ge
wetenloos geslacht. O ja, staar mij zoo
verbijsterd niet aan. Ik zal u wreken, wanneer
gij het maar wilt. Wilt gij mijn bondgenoot
wezen in den strijdzoo sla dan toe. De
prijs is Rosegg. Wilt gij? Ja of neen?"
Het gelaat van sir Emil weerspiegelde de
meest tegenstrijdige gewaarwordingen, terwijl
de schoone, maar boosaardige vrouw al haar
best deed, om macht over hem te krijgen.
En de werking, die hare woorden uitoefen
den, ontging haar niet. Een helsche triumf
straalde uit hare oogen.
.Maar kom toch gauw," barstte zij eena-
klaps los, als 't ware geen acht slaande op
zijn zwijgen op hare vraag. .Kijk toch
lady Manuela eens, hoe zij dien mijnheer
De St. Claire toelacht, en hoe hij zich tot
haar voorover buigt en haar woorden van
liefde toefluistert. Heeft zij zich ooit zoo
tegenover u gedragen? En waarom niet?
Omdat zij dien mensch, dien verarmden
gelukzoeker bemint, en liefde en geluk
maken haar als 't ware schoon. Ja, wie
weet, of zij niet met haren vereerder thans
hartelijk lacht om uw huwelijksaanzoek?"
.Vrouw, maak mij niet razend," siste
sir Emil bniten zichzelven van woede. .Lady
Manuela zoude zich nimmer zoo diep ver
lagen P"
„Zoude zij dat in uwe oogen niet?" vroeg
mevrouw Von Waldau spottend. „Och, gij
schijnt nog te moeten leeren, waartoe een
vrouw in menig geval in staat is. Ik zeg
udit meisje heeft slecht bloed in hare
aderen. Ja, staar mij maar zoo niet aan.
Zeg mij liever, wiit ge het kalm en gelaten
aanziendat zij dezen schoonen kwast huwt
en hem tot heer van Rosegg maakt?"
Zij had hem eindelijk zoo weten op te
hitsen, dat zijn laatste greintje bedaardheid
verdwenen was.
„Vrouw, ja, ge hebt gelijk! Ik haat
Manuela, en wanneer ik in staat ben het
te verhinderen, dan zal zij nimmer Alexander
de St. Claire trouwen. Wijs mij den weg,
hoe ik zulks beletten kan!"
»Ha zoo, eindelijk gebruikt gij uw ver
stand toch eenszeide de schoone intrigante
spottend. „En toch is het weer de oude,
eeuwig nieuwe historie. Een dame van
hooge afkomst daalt van haar verheven
piëdestal af, wijl zij iemand van burgerlijke
geboorte bemint."
[Wordt vervolgd.)