H A S T A.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD YOOR LEIDEN EN OMSTREKEN.
Maandag 26 April 1887,
96.
Uitgevers: Gebroeders Muré.
Mathesis en Ambachtsschool.
e i e Courant v e r s c li ij u t d a j»e J ij k sbehalve op Zon- en Feestdagen.
A 3 0 si N E 8! E fd T
Voor Leiden, per 3 maanden
Franco door het geheele rijk, per 3 maanden
Prijs per Nummer m l ent.
f 1.25.
1.60.
AÖVEBTERSTIERJ:
Van 16 regels0.90.
Elke regel meer 0.15.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen, contant, zonder rabat, per regel 0.10.
Bureel: .Scheepmakerssteeg 6.
200e Jaargang.
Stads-Berichten.
DRANKWET.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
LEIDEN;
Brengen Ier algemeene kennis dat door
CORNELIA WILHELMINA VREEM, huis-
vrouw van Franciscus Tbeodorus Doove, een
adres is ingediend om vergunning tol verkoop
van sterken drank in hel klein in hel pereeel
Hooglandsche Kerkgracht n°. 2.
En geschiedt hiervan openbare alkondiging
door plaatsing in de Leidsche Courant.
Burgemeester en Weihouders voornoemd
DE KANTER, Burgemeester.
E. KIST, Secretaris.
Leiden 23 April 1887.
«TADBNIEIIW».
De tentoonstellingen van werkstukken en
teekeningen van de Practische Ambachts
school en van het genootschap Mathesis
Scieutiarum Genitrix in de Stadsgehoorzaal,
werd gisteravond te 7 uur, voorafgegaan
door eene redevoering tot opening dier ten
toonstelling en het uitreiken van de onder
scheidingen door de leerlingen der school van
het genootschap Mathesis behaald.
Daartoe namte midden van leeraren der
inrichtingen, autoriteiten onder wie ook
onze burgemeester eD de geachte ondste
wethouder en genoodigdende heer prof.
dr. Lorentz, president van het genootschap
Mathesis het woord. Dat het op de school van
het genootschap goed gaat zal spreker niet
trachten te bewijzen door het noemen van
cijfers. Maar hij zal er op wijzen dat aan
een 80 leerlingen eervolle vermeldingen zijn
uitgereikt wegens ijver, goed gedrag en
vorderingen, terwijl in antwoord op de uit
geschreven prijsvragen veel uitmuntend werk
inkwam. De heer Lorentz ging nu over tot
het noemen van de namen der eervol ver
melden en bet uitreiken der behaalde prijzen
eu wel:
Eervolle vermeldingen.
Wegens ijver, goed gedrag en vorderingen
kunnen vermeld worden in de 1ste klasse
A aan: A. Crama, H. S. Fles, H. Hazel-
horat, H. Kettenis, C. R. Lau, A. F. Mar
steller, A. Stafleu, L. D. J. Van Vugt, A.
P. A. I)e Vrind en J, Van Rossum. In
de 1ste klasse B aan: M. Carton, A. J. Bey,
P. G. Van der Burg, L. P. Van der Drift,
M. J. La Feber, J. Houthoff, J. De Nie,
U. E. Schouten, J. J. Slieker, P. Willem-
sen en J. E. Slot. In de 2de klasse A
aan: J. Ph. Van den Bosch, B. M. Evers,
A. J. Gerritsen, J. Van Iters^^-A. Kas
teelen, J. Koene en J. Tasseroi^^B In de
2de klasse B aan: J. Van Bru^S; H. Van
Borselen, P. Brittijn, P. J. Bonnet, C. Van
der Blij, P. De Bruin, J. Van Gelder, H.
W. De Graaff, C. Van Heusden, H. Van
Leeuwen, J, G. Meerburg, C. F. J. Sijpe-
stein, H. J. De Vos, A. Warburg en P. J.
Verhoog. In de 3de klasse A aan: J. A.
Van de Geer, P. H. Konw, M. H. M. Van
Noort, J. Van der Wiel, J. J. Hasselbach,
J. Van der Linden en P. Van Amersfoort.
In de 8de klasse B aan H. P. Boom, J.
B. Van der Burg, W. Dupon, H. L. G. A.
Heinrich, W. L. Harmsen, J. Mijs, P. Res-
senaar, J. Verver en N. Vallentgoed. In
de 4de klasse aanJ. A. BrittijD, A. P.
Brittijn, M. Coronel, A. W, De Graaff, M.
W. Haalebos, C. C. P. Huyg, J. C. Marks,
R. Van Oosten, N. C. Van der Zalm, J. F.
Goddijn, G. Kouw, G. J. C. Metselaar, J.
Vijlbrief en J. Valk. In de 5de klasae
A aan: J. De Nie, P. Schroder, P. Ver-
schragen, C. M. L. Kouw. In de 5de
klasae B aanM. Van den Brandé, J. W.
Broekhuizen, J. H. L. Brummelkamp, J. J.
Van der Blij, P. W. P. Dikshoorn, J. Fles,
C. Goddijn, A. J. Van Nouhuys, H. D.
Sala, P. J. Lancei, J. W. Schwenck en W. H.
N. Van der Steen. In de 6de klasse aan:
F. F. J. Christiaanse, C. H. Van der Drift,
P. H. Faes, J. A. Hageman, A. Van der
Lee, H. J. J. Maas, J. Noest, F. L. Th.
Van Oosten, J. Ossevoort, J. S. I. Van
Rijn, J. H. Teeuwen, H. H. Verhulst, L.
Vooijs, C. D. De Wilde en F. A. Wempe. -
Voorts nog aan: G. F. Van Beukeringh, N.
Dekker, E. Gerritsen, J. P. Van der Geest,
M. D. N. Van Hest, J. Hengeveld, G. Van
den Heuvel, D. Komen, D. Kloots, H. C.
De Nie, P. M. J. Van Oerle, A. A. Schreu-
der, L. Couvée, C. J. Broers, W. C. La
Feber en W. Van der Kaay.
Bekroonde prijsvragen.
Bouwkundig teekenen: Het opmeten en in
teekening breBgen van het gebouw genaamd
„Morschpoort": M. D. N. Van Hest en C.
D. De Wilde, beiden met de lsten prijs,
kleine zilv. med.
Bouwkundig teekenen ontwerpenHet
ontwerpen van drinkhal in een parkJ.
Hengeveldkleine zilv. med. en D. Komen
groote bronz. med.
Het ontwerpen van een voordeurkozijn
met deur voor een deftig woonhuis: A, Van
der Lee, groote bronz. med.
Bouwkundige werkstukkenHet vervaar
digen van een gedeelte eener Engelsche trap
op der ware grootteJ. P. Van der Geest,
kleine zilv. med.
Het vervaardigen van een gedeelte eener
spiltrap op der ware grootteJ. S. I.
Van Rijn, groote bronz. med. en H. J. J.
Maas, kleine bronz. med.
OrnamentteekenHet nateekenen van eene
Friesversiering in den Romaanschen stijl:
J. A. Hageman, kleine zilv. med. en J.
Noest, groote bronz. med.; aan G. Van den
Heuvel en A. Van der Lee is als 3de prijs
de kleine bronz. med. uitgereikt.
Boetteeren: Het vervaardigen van eene
paneelvulling volgens scbetsteekening in den
renaissancestijl: F. A. Wempe, kleine zilv.
med. en J. A. Hagemangroote bronz. med.
Eindexamen.
Aan het schriftelijk wis- en natuurkundig
eindexamen hebben deelgenomen 17 leerlin
gen, waarvan zich na het schriftelijk werk
7 terugtrokken. Bij het mondelinge examen
werd 1 leerling afgewezen, zoodat slechts
aan 9 leerlingen een diploma werd toege
kend. Naar de behaalde cijfers komen de
geslaagden in deze volgorde voorJ. H. L.
Brummelkamp, M. Van den Brandó, A. J.
Van Nouhuys, P. W. P. Dikshoorn, P. Ver-
scbragen, H. D. Sala, C. J. De Nie, P.
Schroder en J. W. Broekhuizen.
Na een voldoend schriftelijk en mondeling
examen werd aan 11 leerlingen een diploma
voor beschrijvende meetkunde en perspectief
toegekend. De geslaagden waren naar volg
orde: Antonius (A.) Van der Lee, F. L. T.
Vau Oosten, E. K. Gerritsen, L. Vooijs, J.
H. Teeuwen, H. H. Verhulst, F. F. J.
Christiaanse, H. J. J. Maas, J. Ossevoort,
C. H. Van der Drift en C. D. De Wilde.
Voor bouwkunde werd dezen keer de
hoogste prijs niet gegeven, omdat het be
stuur dien prijs in eere wil houden en de
beteekenis er van niet wil verzwakken. Ten
volle verdiend was hij door niemand. 3preker
wenschte allen geluk die eene onderscheiding
hadden verdiend en ontvangen. Later zullen
in de maatschappij grooter vragen worden
voorgelegd. Dan zijn 't niet meer medailles
die worden uitgereikt, maar moeten de beste
krachten worden ingespannen om na het be
reiken van het doel zich zeiven gelukkig te
gevoelen en opgewekt tot hooger.
Spreker zou nog willen zien ingesteld een
diploma voor langdurig schoolbezoek. Want
al hebben velen eindexamen gedaantoch
blijven nog velen er van de school
bezoeken. 28 bezoeken op die wijze reeds
de inrichting waaronder 17 bekroonden. Een
dier bezoekers kan zelfs eene medaille too-
nen die reeds zeven jaar oud is. We mogen
dezulken tot de vrienden rekenen, vervolgt
de voorzitter, en als op hen een beroep wordt
gedaan hopen we dat ze zuilen vergoeden
wat ze aan de school te danken hebben.
De geheele redevoering in onze kolom
men op te nemen wordt ons door gebrek
aan ruimte belet. Maar we stippen nog aan
hoe in warme bewoordingen de nagedachte
nis werd geëerd van Jan Willem Schaap,
die de inrichting zoo lief had en dat zoo
zeer getoond heeft. In schoone woorden
richtte prof. Lorentz eene opwekking out
steeds naar hooger te streven tot de leer
lingen, eene betuiging van welgemeenden
dank aan de leeraren en in het bizonder
aan den heer Dikshoorn die zich met zoo
bijzonderen tact en onvermoeide werkzaamheid
gekweten heeft van de moeilijke taak ten
opzichte van zijne 212 onderdanen. Het ge
nootschap zal die diensten nooit vergeten.
Ook de beer Kouwels, die zooals men
weet, ontslag verzocht en eervol kreeg als
leeraar in 't teekenen aan de schooi van het
genootschap, was aanwezig. De president
had nog zoo gaarne gezien dat.de heer Kou
wels zijne oude plaats, die hij 20 jaren
heeft ingenomen, nbg innam. Hoewel het
ontslag reeds is ingegaan heeft de heer K.
nog meegewerkt aan het in orde brengen
der tentoonstelling. De leeraren en leerlingen
van het genootschap dat den heer K. onder
de gelauwerden van het eeuwfeest lelt, zul
len steeds met aangename herinneringen te
rugdenken aan den ijverigen en trouwen ou
derwijzer. Na burg. en weth. en genoodig-
EEU1LLET0N.
12).
fDe jonge vrouw wil niet eens op het
prachtige buiten wonen; met October gaan
ze al naar de stad."
„Nu vrouwtje, de volgende week kom ik
weêr eens naar je man zien; daar, knap je
man daarvoor maar eens op met een bief
stukje," en dokter Van Breesteghe stopte
haar een gulden in de hand.
Duizend maal dank dokter, God zal 't u
loonen."
Ada was niet binnengetreden, want het
rook er zoo raar in het vuile kamertje, en
de kinderen hadden zulke vuile gezichten en
de vloer was zoo morsig met zeepsop; maar
toch had ze aan de meisjes buiten al het
geld uit haar rood pluche beursje gegeven
om voor hun vader wat te koopen.
Hoe innig had zij met het naar huis rij
den haren vader gekust. Als zij hem eens
zoo moest zien lijden
III.
De aanhoudende studie, met behulp van
haren vader en van Henri Van Sisteren,
bijna zonder uitspanning, io de meisjesjaren
zoo noodig, had in drie jaren tijds den blos
van Ada's wangen weggevaagd. Eene wan
deling naar Leiden of een rijtoer naar den
kant van Haarlemwaren hare eenige uit
spanningen bij 't aanhoudend zitten, over
studieboeken gebogen. Voor eene ternauwer
nood 16-jarige was de inspanning wel wat
te zwaar, tóch bleef hare weetgierigheid
aanhouden.
Het was voor de laatste maal dat Ada
bij haar neef te Leiden zou gaan werken
Henri Van Sisteren had sedert eene maand
met goed gevolg artsexamen afgelegd en zou
niet lang meer in Leideu vertoeven.
„Is mijnheer op zijne kamer?" vroeg Ada
aan de dikke jufvrouw achter den winkel
toonbank op den Nieuwen Rijn.
„Jawel freule, mijnheer wacht u" zei de
dikke die vlijtig bleef voortbreien. Freule,
men noemde haar dus niet meer jongejuf-
vrouween titel die ze Diet kon uitstaan.
Men zag haar dus niet meer voor een kind
aan, al was ze nauwelijks zestien jaar.
Eene kamer die sterk geert, met een paar
ramen die op 't water uitzicht geven was
niets bizonders voor eene Leidsche studen
tenkamer. Aan één dier ramen eene schrijf
tafel waarvan de gedraaide pooten dreigden
te bezwijken onder den last van zware fo
lianten; stoelen met verkleurd groen trijp
en niet al te stevig waar rug en zitting
samen kwameneene chaise longue met een
platgelegen sluimerrolonbeschermd door de
antimacasser die steeds als een rolletje in
de buiging van den stoel half verdween.
Tegen den wand, van elk aan de akademie
gesleten studiejaar een seriës waarvan de
opvolging in ouderdom behalve door het
jaartal ook nog door de verschillende nuan
cen in vuil bruin duidelijk werd. Een paar
diepe schilderijlijsten met vlinders en torren
achter glaseen pijpenrek photografiën
leden- en introductiekaarten; op de kast een
doodshoofd met rood mutsje en als pen
dant daarvan het borstbeeld van Mozart.
Eu tusschen dat alles eu nog meer, verbleef
Henri Van Sisteren, die er niet minder op
geworden was en een knevel de zijne kon
noerneu waarop hij niet minder trotsch was
dau op den titel van arts.
Vau Sisteren zat voor de tafel waarvan hij
den sigarenstandaard en aschbakjes opborg om
er boeken en cahiers voor in de plaats te leggen.
„Hier ben ik al" klonk eene zachte stem,
en Ada kwam het vertrek binnen. „Henri,
je moet al mijn werk nazien, wil je? Papa
heeft geen tijd gehad."
„Ga zitten Ada; mag ik je dezen fauteuil
aanbieden."
„Hoe nu, Henri?" vroeg zij, terwijl ze
hem oplettend aanzag.
„Ik word deftig tegenover je, niet waar?
Nu ja, je bent zestien jaar geworden; ik
dnrf je waarlijk niet meer als een kind te
behandelen."
„Ja, ik heb al een respectabelen leeftijd,"
antwoordde Ada met een gelukkigen glim
lach, die vooreerst niet van het fraaie meis
jesgelaat week.
„Dat is nu niet lief van je om zoo'n
vroolijk lachend gezicht te zetten," meende
Henridie een weinig geraakt zich af
wendde, „nu het voor den laatsten keer is
dat we samen werken."
„Ga je al zoo spoedig verhuizen Henri?
zóó gauw? O bet spijt mij zoo, datje voor
altijd weggaat, ik kan je dat niet zeggen".
„Is dat waarlijk zoo?" vroeg hij snel en
verrast.
Wordt vervolgd.)