NI EU VS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN. leze 4 oiirani verselnjiit <1 a e ijksbehalve op Zon- e 11 Dinsdag 4 Januari 1S87. N°. 2. Uitgevers: Gebroeders Muré. Feestdagen. ASOUüJElEfT: Voor Leiden, per 3 maanden Franco door het geheele rijk, per s maanden Prijs per ftiiuiuier ft rent. 1.25. 1.60. AOVERTEMTIEM: Van 1(i regels0.90. Elke regel meer 0.15. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingenk contantzonder rabatper regel 0.10. /Bureel: Scheepmakerssteeg 6. 200e Jaargang. Stads-fóericEiten. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN Herzien de openbare kennisgeving omtrent de ver plichting tot het doen van aangifte voor de Nationale Militie, in de maand Januari 1887, voor hen die op den l8ten Januari van dit jaar hun 19de jaar zijn ingetredenen alzoo de personengeboren in het jaar 1868, alsmede voor hen die eerst na het in treden van hun 19dc jaar, doch vóór het volbrengen van hun 208te, ingezeLenen zijn geworden, geplaatst in de Leidsche Courant van den 16deD, den 238ieD en den 308t€n December 1886; Brengen ter algemeene kennis dat tot deze inschrijving zitting wordt gehouden op het Raadhuis, van des voormiddags 10 tot des na middags 3 uren, opMaaudag 10 Januari, voorde bewoners van de wijken 12 en 3, op Dinsdag 11 4 en 5, op Woensdag 12» 6, op Donderdag 13 V, op Vrijdag 14» u 8 en 9 of de buitenwijk, en dat de geboorte-aklendie de belangheb benden bij de inschrijving, onder opgave der woon plaats van den ingeschrevene, behooren over te leg gen, dagelijks, de Zondag uitgezonderd, zijn te verkrijgen ter Secretarie dezer gemeente (af- decling Burgerlijke Stand), van des vooruiiddaps .9 tot des namiddags 3 uren, wanneer tevens voor ben, die hier niet zijn geboren aanvrage ter verkrijgiig dier akten kan worden gedaan. En wordt deze door plaatsing in de Leidscie Courant en bij aanplakking afgekondigd. Burgemeester en Wethouders voornoem! DE KANTER, Burgeineestr. E. KISTSecretaris. Leiden, 3 Januari 1887. ÜTIDIIIIIEIIWS. Het nieuwe jaar deed te dezer st.de op een treurige wijze zijn intrede, dooi al dadelijk een breede schaar van vereerders en belangstellenden heen te roepen naar ie plaats van droefenis en rouw aan de Gne- nesteeg; en had de eigenaardige drukte,lie de nieuwjaarsdag voor iedereen medebreigt, niet menigeen teruggehouden, dan voorzeser zou de kring van hen die nit alle ooden van het uitgebreide Rijnland waren sanen gestroomd, aan de groeve van den leer De Clercq, nog oneindig talrijker zijn ge weest. Onder de aanwezigen merkte men op het college van dagelijksch bestuur, en vele hoofd-ingelanden van Rijnland, den aeer Blussé, lid van de gedep. staten van Zuid- holland, vroeger in het bestuur van lijn- land, verscheidene professoren enz. enz. De heer mr. C. Cock, Hoogheemraad vat Rijnland, was de eerste die ingevoelvolle voor den het diep leedwezen vertolkte van hem en het bestuur, over het groot verlies dat Rijnland en zijn bestuur geleden hadden door het afsterven van hun Dijkgraaf: Step- hanus De Clercq Willemszoondat dss te treffender was omdat het geheel onvervacht kwamals een bliksemstraal uit een helleren hemel. De heer Cock zou niet uitwijden over de groote dienstendoor den heer De Cercq, als directeur der „maatschappij val het kanaal van Holland op zijn Smalst in tot drooglegging van het IJ", aan de kobniale tentoonstelling te Amsterdam in 1884, aan den landbouw en aan industrieele onlerne- mingen bewezendoch alleen in korte trek ken in het licht stellen wat hij voor Rijn land geweest iswant daaraan besteedde hij toch hij voorkeur zijne zorgen. De hesr De Clercq trad op een gelukkig tijdstip in het bestuur van Rijnland, toen de invoeiing van een nieuwe organisatie de toewijding van een helder brein en rappe hand in hcoge mate noodig maakte, en het vond beide in den overledenedie de zaken met kaïn beraad overwoog, wat hij voor goed achtte met energie bepleitte en door zette, zonder evenwel de tegenstanders te irriteeren, want zijn uitnemend goed hart maakte het hem onmogelijk iemand iets on aangenaams te zeggen. De vijftien van zijn beste levensjaren die de volijverige overledene aan Rijnland wijdde, zijn Rijnland ten zegen geweest, zoodat men (het thans gerust als een model-waterschap mag beschouwen. Ben der grootste waterwerken van Neder land van de laatste jarenwaaraan ongeveer een half millioen gulden is besteed, heeft men hem te dankenimmers toen over de stichting de stemmen staaktenwas het De Clercq die, krachtens Rijnlands reglement, als voorzitter, de moeielijke knoop (want aan beide zijden waren de stemmen van kundige mannen vereenigd) doorhakte, door te beslissen dat het stoomgemaal er komen zou. Door een ander groot werk waarover De Clercq de langdurige onderhandelingen tot een goed einde heeft gebracht, werd een groot gevaarwaardoor telkens bij hooge standen van de rivier de Lek een groot deel van drie provinciën (Utrecht, Noord- en Zuidholland) met ove.streaming werd be dreigd, op een afdoende wijze, bedwongen, door de verbetering van den Lekdijk boven- dams, waarvoor Rijnland een subsidie toe zegde van een half millioen gulden. Toen dit hoogst belangrijk werk tot stBnd gekomen was werd De Clercq dan ook als erkenning zijner verdiensten bekroond met het eerekruis dat als devies draagt: Virtus nobilitat". En die schoone spreuk paste bij uitne mendheid bij het rechtschapen hart van den beminnelijken overledene, die de menschen lief had met de hem eigene goedhartigheid. Er zullen dau ook op dezen dag niet alleen tranen van innig leedgevoel gestort worden door de troostelooze weduwe en de liefheb bende dochter die daar ginds in bange een zaamheid achterblijven, door zijn zonen en verwanten, maar ook in de schamele woning, van den minsten werkman van Rijnland, zullen tranen van toewijding vloeien. Tot ubrave zonen van den overledene ging de heer Cock voort, valt het mij moei lijk een woord van troost bij uw onherstel baar verlies te sprekenof het zou moeten zijn dat ik u wees op de algemeene deernis en deelneming die het overlijden van uw onvergetelijken vader heeft opgewekt. Daarna nam de lieer A. Gildemeester, zwager van den overledene, het woord, om te wijzen op de edele hoedanigheden van den heer De Clercq, als mensch, echtgenoot en vader, en tot opwekking van zijn diep geroerde zonen om ook verder het voetspoor van hun braven vader te blijven volgen. Een der zonen van den overledene bedankte, diep aangedaan, voor de woorden van waar deering en liefde en de laatste eer aan hun geliefden vader gewijd, waarna de schare uiteenging onder den indruk dat men het stoffelijk overschot van een achtenswaardig edel mensch aan den killen schoot der aarde had toevertrouwd. Allerwege waait op de Garenmarkt de vaderlandsche driekleur. Het is namelijk he den de dag waarop vóór 25 jaren de heer A. v. d. Harst als hoofd eener lagere school werd aangesteld. Eenigen tijd te voren had den zich eenige eommissiën gevormd uit hoofd- oud- en tegenwoordige onderwijzers, leerlingen en oudleerlingen om hem als aan denken aan dezen dag blijken van achting en hulde aan te bieden. Op den 2den dezer bood de commissie van hoofd- en oud-onderwijzers bij monde van den heer J. A. Van Dijk den jubilaris gelukwenschen en nóg een bewijs van ach ting en waardeering aan. In de school aan de Binnenvestgracht wa ren intusschen de eommissiën van onderwij zers, leerlingen en oudleerlingen bijeengeko men om den jubilaris hunne gelukwenschen aan ie bieden. Te 10 unr kwam de heer VaD der Harst en famielje in de school aan en werd door 12 meisjes verwelkomd. Twee van dezen geleidden hun naar hunne plaat sen en boden de echtgenoote van de jubi laris een bloemruiker aan. Intusschen zongen de overige leerlingen een welkomstlied. Toen nu de jubilaris plaats genomen had in een zeer net versierd lokaal, nam de heer C. L. v. d. Berge, 1ste onderwijzer aan de school, het woord. Hartelijk sprak speker den jubilaris toe op de plaats waar deze dagelijks zijne beste krachten wijdde aan de belangen van het onderwijs. Hem gelukwenschende met zijn zilverfeest, herdacht spreker den ijver en de toewijding, waarmede de heer v. d. Harst zijn taak had opgevat en tot dezen dag vol bracht, de achting en liefde, die onderwij zers, ouders en leerlingen hem toedragen en spreker drukte den wensch uit, dat den jubilaris nog veie jaren mochten gegeven worden om tot nut der Leidsche Jeugd om tot voorbeeli van het personeel werkzaam te zijn en beval zich en zijne collega's in de vriendschap van den jubilaris aan. Daarna bood hij den jubilaris uit naam van het geheele personeel een bewijs van hulde aan, bestaande in een notenhouten salontafel met daarop prijkende pièce de milieu, daarbij den wensch uitsprekende dat de geschonken voorwerpen hem nog lang aan dezen dag mochten herinneren. Een „lang leve den jubilaris" besloot de toespraak. Nu wenschte in korte en hartelijke bewoor dingen mej. Breebaart, hoofd der school voor handwerken, den heer Van der Harst geluk en bood hem, ook namens de andere dames dier school een fraaie bloemenmand aan. Een tweede lied werd nu door de meisjes aangeheven waarna de leerling der hoogste klasse, J. Mazurel, zijn leermeester geluk wenschte en hem, ook voor zijn gezin, een lang leven toewenschte. Tevens werd hierbij den jubilaris een prachtige spiegel als aan denken namens de leerlingen aangeboden. Met opgewektheid en gloed werden toen door allen nog eenige coupletten den heer Van der Harst toegezongen. Nu bood de commissie van oud-leerlingen den jubilaris het prachtwerk „Jonathan, Waar heid en droomen" aan, uit dankbaarheid voor wat hij voor hunne vorming had bijgedragen. Getroffen door zooveel bewijzen van ach ting en vriendschap dankte de jubilaris allen voor hun wenschen en huldeblijken, verze kerde dat deze dag hem lang in het geheu gen blijven zou en dat de geschenken hem steeds dierbare panden zouden zijn. Onderwijzers en leerlingen bleven na deze plechtigheid nog langen tijd genoeglijk bijeen. De kinderen werden prettig onthaald, de ouderen bleven zich over de vreugde dier kleinen nog lang verhengen. Dat van alle zijden de meest sprekende blijken van sym pathie den werkzamen man bij dit feest toestroomdenis wel niet te verwonderen. Op het kerkhof aan de Groenesteeg alhier bewoog zich hedenmorgen weder een droeve stoet, liet stoffelijk overschot van den heer H. C. Hartevelt, in leven wet houder dezer gemeente enz. enz. werd naar de laatste rustplaats gevoerd. Ook hier was weder de felle koude oorzaak dat niet zdó- velen hij de plechtigheden tegenwoordig waren als wel te verwachten was geweest. Toch stonden nog zeer velen om de groeve Op de kist lagen twee schoone kransen; een van de kinderen en een van het personeel van den overledene. Toen de kist boven de groeve was ge plaatst legde een nit de weesmeisjes de oudste jongens en meisjes uit het Herv. weeshuis waren mede om de groeve ge schaard een derden krans met opschrift op de lijkkist neder. Nadat nu de kist in -het graf was afgelaten nam de heer D. Har tevelt, broeder van den overledene, het woord om te schetsen wat in dezen verloren werd. De overledene was in alle omstan digheden een goed mensch, zei spreker; de slagen werden hem niet gespaard. „Waar liefde woont, gebiedt de heer Zijn zegen" luidt het. Woonde in dit gezin dan geen liefde? vraagt spreker. En toch is het gezegde waarheidde onderlinge liefde in het gezin houdt als een zegen de overblij- venden te zamen en sterkt hen in hunne smart. „Ach ik bid U" besloot spreker tot de aanwezigen, laat Uwe vriendschap tot den overledene overgaan op zijne kinderen; ze hebben het noodig en ze zijn het dubbel waard. 't Was zeker wel in overeenstemming met het karakter van den overledene dat bij zijn graf niet veel zou worden gesproken. Toen de zonen door hun oom gesteund de begraaf plaats gingen verlaten bleven de belangstel lenden nog eenigen tijd onbeweeglijk alsof ze dachten „we hadden nog zooveel willen zeggen". Bij de plechtigheid warenbehalve famielje en vrienden van den overledene, aanwezig burgemeester, wethouders en leden van den raad met den gemeentesecretaris en andere plaatselijke autoriteiten. Bij de op heden gehouden openbare ver- kooping van cokes, bij partijen van 100, 50, 10 en 5 hectoliters, waren de hoogste prijzen ƒ35, ƒ18.f 4.en f 1.85, laagste prijzen 35, 18.ƒ3.70 en ƒ1.85. Gedurende dit jaar hebben zich bij de politie om nachtverblijf en onderstand aangemeld 458 personen die in de richting hunner woonplaatsen werden voortgeholpen, terwijl 364 personen wegens openbare dron kenschap in voorloopige politiebewaring moesten worden gesteld. Heden morgen is door de politie al hier aangehouden een marinier, wiens op sporing door de militaire autoriteit was ver zocht. Door de politie alhier is gedurende het afgeloopen jaar tegen 216 personen, schuldig aan verschillende misdrijven, pro ces-verbaal opgemaakt, zoomede tegen 536 personen wegens openbare dronkenschap en tegen 317 die de algemeene politieverorde ning hadden overtreden. Heden morgen is door de politie al hier in beslag genomen een zeer vermoedelijk valsche gulden, naar aanleiding waarvan de ingezetenen worden aangemaand op hunne hoede te zijn, en wordt herinnerd dat het in omloop brengen of verspreiden van val sche muntspeciën strafbaar is gesteld. In verband met den in den nacht van 28 op 29 December jl. bij den winkelier De V. aan de Oude Vest alhier gepleegden diefstal, wordt door den bestolene eene be looning van f25 uitgeloofd voor hen, die der politie eenige aanwijzing kunnen doen, welke tot de ontdekking van dader of daders of van de gestolen goederen kan leiden. Hedenmorgen gingen door het ramme len van een aangespannen wagen aan de Marepoort twee hitten op hol en was het den bestuurder, zekere v. H. wonende aan den Maresingel, niet mogelijk de dieren tot staan te brengen. Reeds spoedig daarna sloeg op de Mare de man van den wagen, en kwam met zijn hoofd tegen een aldaar

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1887 | | pagina 1