NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN. Vrijdag 26 Maart 1886. N°. 72. Uitgevers: Gebroeders Muré. DE BOETVAARDIGE. Leidsche Courant 15 eie Courant v er scli ij 111 dae 1 ijksbehalve op Zon- en Feestdagen. ABONNEMENT: Voor Leiden, per 8 maanden Franco door het geheele rijk, per 3 maanden Prijs per Nummer 10 ('ent. 199e Jaargang. AOVERTENTIEN: Van 16 regels0.90. Elke regel meer0.15. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingenk contantzonder rabatper regel 0.10. Bureel: Sclieepinakerssteeg 6. Stads-Berichten. KIEZERSLIJSTEN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS brengen in herinnering dat de kiezerslijsten den 15en Maart jl. zijn vastgesteld en aan geplakt en gedurende veertien dagen op de Secretarie der gemeente voor een ieder ter inzage zijn nedergelegd. Belanghebbenden worden dringend uitge- noodigd omwanneer zij vermeenen dat hunne namen op een of meerdere der kiezers- lijeten moeten voorkomen, ten Raadhuize in zage te nemen van de lijsten, terwijl ter herstelling van eventueele abuizen, tot en met Maandag 29 Maart a. s., bezwa ren op ongezegeld papier tegen de lijsten bij den Gemeenteraad kunnen worden inge diend. Burgemeester en Wethouders voornoemd, DE KANTER, Burgemeester. E. KIST, Secretaris. Lïiden, 23 Maart 1886. DKIVKRSITEIT. Bij beschikking van den minister van ataat, minister van binnenlandsche zaken is dr. S. G. De Vries, met ingang van 1 April e. k.benoemd tot conservator aan de bibliotheek der rijks-universiteit te Leiden. MUZIEK, LETTEREN EN KUNST. Sterfdag van Beethoven (1827)1 OTTO LAMBORG. "Wij kunstelen wat en spelen. Tollens 1829. „Mijn doel is alleen dat ge lachen zult", aldus de heer Lainborg in zijne „Einlei- tung". En of er gelachen is? Hopen we slechts dat niemand er napijn van hebben zal. In „Die muzikalische Familie" wordt van jong tot oud, van naïef tot preten- lieux, van beiderlei kunne voor de piano gezet: de gouvernante en de jonge dame geleken maar M te wel op het origineel, evenals het joiigmensch.dat kersversch van het conservatoire komt en natuurlijk weet anders moet doen dan die vóór hem kwa men; hij speelde dan ook een stuk, alléén met de linkerhand. Lamborg's kunst is de parodie en de kunst om het verhevene eene buiteling te doen maken verstaat hij ten volle. Zijne belezenheid en muziekaal geheugen zijn werkelijk bewonderenswaard. In „der wett- slreit der Melodiën" en „viel Kopf, viel Sinn" wist hij met verwonderlijke vaardig heid een 25 tal door het publiek opgegeven wijzen tot eene potpourri aaneen te hech ten, waarbij zelfs de geïmproviseerde over gangen potpourri's in 't klein waren van de onmiddellijk daaromheen liggende melodiën. Alleraardigst ging hij van 't „lö vivat" naar de „Angot" over in welken overgang telkens het „Iövivatmotief allengs min der domineerend uitkwam. Evenzoo bij den overgang van „Mignonop //Lorelei" en van Offenbach's werk op dat van Ru binstein. Bij „viel Kopf, viel Sinn" vond hij 't zelfs niet noodig de genoemde melodiën op te teekenen, maar liet ze onmiddellijk vol gen op de opgave door het publiek. In de Finale uit de opera Der zerbrochene Eid" kregen we alle handelende personen te hooren, die 't eindelijk allen eens zijn met „er hat ihn zerbrochen, den heiligen Eid." Na de pauze „Der Handschub" van Schil ler, muziekaal geïllustreerd, waarin we zagen en hoorden beide hoe „König Franz" zat en wenkte, allerlei wilde dieren hun entrée maakten, de handschoen juist tusschen de leeuwen en tijgers in viel en teruggebracht werd door den ridder. Daarna werd 't be kende „Lindenau" gespeeld door Mozart, Verdi (Leonore), Liszt (Rhapsodie) en anderen. Bij „Scherze am Clavier" leende het in strument zich niet tot het nabootsen der „Aeolsharfe"het spelen op het door een laken bedekt klavier was uitmuntend. In de parodie op Italiaansche opera en komedie hoordeii we, in gekuisebt Italiaansch, Othello zijne „woerstio di lebero" Desdemona liefkoozen en vervloeken. Het laatste nummer „Ein Virtuose der Zukunft" vond niet 't minst bijval; wel een bewijs dat ieder de charge begreep en billijkte. De bestaande zucht om 't geniale te zoeken in lange harenvreemde gebaren en 't zoo hard mogelijk op de piano beuken mag wel eens bespottelijk gemaakt worden. De zaal was goed gevuld en heel wat da mes, die 't baast te kwaad kregen, en ook wel heeren, kunnen u 't best vertellen of er gelachen is. Hoog kunstgenot? och neen dat smaakten we er niet, maar laat ons in 's hemelsnaam tusschen al dat hooge in, nu maar eens flink uitlachen. Bij het optreden van den heer Lamborg op 23 dezer te Arasterdam werden 1900 toegangsbewijzen afgegeven. Maandag a. s. zal hij, met een geheel nieuw programma, eeus beproeven hoe ver hij het hier brengen kan. Johanu Strauss vertrekt dezer dagen naar St. Petersburg waar hij zeven concerten zal geven welke hem de som van 100,000 francs opleveren. Zijne reis, appartementen en alle onkosten zullen betaald worden door den impressario. Maar ook mevrouw Strauss en een intiem vriend, zullen den walskoning, ge heel op kosten van den impressario vergezellen. De heer Desuiten, directeur vau de Kon. Fransche opera te 's-Hage heeft de dames Villaume en Clary voor het volgend seizoen weder aan de Fransche Opera ge- De wiskundige afdeeling van de Konink lijke Akademie te Amsterdam, zal Zaterdag 27 dezer vergaderen in het Trippenhuis, ter behandeling van het rapport van de heeren C. A. J. A. Oudemans en Rauwenhoff over het opstel van den heer Wakker; rapport van de heeren Kamerlingh Onnes en Gnnwis over de verhandeling des heeren Nieuwen- huijzen Kruseman. De heer Lorentz zal daarna de vraag be handelen „of de ether al dan niet aan Je beweging der Aarde deelneemt"; de heer Martin zal spreken „over het voorkomen eener krijtformatie op Curagao"; de heer Van der Waals zal handelen: „over de grenzen van het gebied van den vasten toe stand voor enkelvoudige en zamengestelde stoffen", terwijl de heer Hoffmann eene mededeeling wenscht te doen over de ont wikkelingsgeschiedenis der Bryozoa. BIiNiNENLANDSCHE BEKICHTEN. Ongehuwde personen, die in aanmer king wenschen te komen voor de betrekking van hoofdopzichter in het's rijks krankzinni- gengesticht te Medemblikmet ingang van 16 April e. k., op eene jaarlijksche belooning van f400, met genot van vrije woning, voeding, vuur, licht en geneeskundige ver pleging gelieve zich vóór 1 April e. k. persoonlijk te wenden tot den geneesheer- directeur van genoemd gesticht. Met het stoomschip Samarang zal op 27 Maart a. s.te 8J- uur 's avonds, eene brievenmaal worden verzonden uit Rotterdam naar Padang en Batavia. Naar de Sld. verneemt, heeft het antirevolutionair centraal comité op grond van de ingekomen berichten geoordeeld den heer mr. Smeenge aan de Drentsche kiezers te moeten aanbevelen. Naar men verneemt, zal de lichting 1886 althans één „vrijwilliger voor de mili tie" tellen; een ongewoon feit! (Fad.) Bij het wapen der infanterie ontbreken op dit oogenblik niet minder dan tachtig luitenants. De le luit. W. Carbentus, van het 5e bat. 3e reg. inf. te Bergen-op Zoomis op verzoek overgeplaatst bij het 4e reg. inf. De gepens. generaal-majoor Camer- lingh, ridder der Militaire Willemsorde, is te Hilversum in den ouderdom van 86 jaar overleden. De belangrijke ethnologische verzame ling, door den heer D. D. Veth op zijn tocht naar de Zuidwestkust van Afrika en door de heeren Van der Keilen en L. J. Goddefroy bijeengebracht, zal weldra over verschillende musea worden verspreid. Gisteren is door de politie te Delft aangehouden een jongen van 11 jaar, die gedurende de godsdienstoefening in de Christ. Geref. kerk aldaar eene arinbus heeft ont vreemd en, na de sluiting te hebben ver broken, zich het daarin aanwezige geld toe geëigend. De bus had hij in de gracht geworpen. Hij heeft f 5.84 aan zijne ouders ter hand gesteld, onder voorgeven die gel den te hebben gevonden, terwijl hij op twee plaatsen in de stad eenig zilver- en koper geld had verstopt; op een dier plaatsen is ruim f7, op de andere een cent terug gevonden. De gemeenteraad van Amsterdam heeft gistereu de bekende motie door de socialis- F EU ILL ET ON. 261.) ,Ik ben klaar." De Mottige was opgestaan. Dat heeft niet lang geduurd," sprak zij. ,U kunt u haasten." Zij verlieten zonder dralen de kamer, gin gen naar beneden en beslegen den coupé van Coliliri. .Het is die oude waarachtig gelukt," sprak hij hij zich zelf, .alles gaat als van eeu leien dakje." Een flinke zweepslag over het paarddat als een pijl uit den boog voortvloog. liet was over vieren, toen Colihri's rij tuig het hek van het jachthuis binnenreed. Een half uur reeds wachtte de vicorote, trillende van ongeduld ten prooi aan den ver- schrikkelijksten angst met gejaagde slappen de kamer op en neer loopende. Elk oogen blik bleef hij voor het venster staan en luisterde, terwijl hij zoo ver mogelijk uit keek. Toen hij eindelijk het gedruis van het rij tuig hoorde, dat kwam aanrijden en het door de lakken van het geboomte zag voor bijgaan, kon hij zich niet weerhouden te sidderen. Was de Mottige geslaagd, ja, of neen? De coupé was het erf opgereden. Hij zou het dus spoedig weten. Met ingehou den adem luisterde hij toe. Op eens klonk een zweepslag, toen een tweede, toen een derde. Het was het afgesproken teeken. De vicomte, van zijn angst bevrijd, richtte zich op. De drie zweepslagen kondigden hem aan, dat de Mottige de gravin De Lasserre medebracht. Hij zegevierde. Het rijtuig hield voor de stoep stil. De Mottige en de gravin stapten er uit. De laatste wierp een snellen blik in het rond en op den gevel der woning. De aanblik der plaats, haar eenzaamheid en de dood- sche stiltedie haar omgaf, deden haar sid deren, en zij voelde in zich iets wat naar angst geleek. Maar de Mottige liet haar niet lang on der dien indruk blijven. „Kom, goede mevrouw, volg mij," sprak zij op Heemenden toon, terwijl zij nog een oogenblik voortging haar verfoeielijke rol te spelen. „Ja, ik volg u," antwoordde de gravin. Zij traden het huis binnen, begaven zich naar de eerste verdieping, en terwijl zij een deur opendeed, bracht de Mottige Aurora's moeder in een groote vierkante zaal, ge meubeld met een canapé, vier leunstoelen, stoelen in denzelfden stijl en een penantta feltje. Het was het salon, het eenige ver trek van het voormalige jachthuis, dat zijn licht uit twee vensters ontving. „Mevrouw," sprak de Mottige, „hier zijn stoelen om op te zitten. U moet een oogenblikje wachten. Ik zal de juffrouw gaan halen." „Ga uw gang," antwoordde de gravin. De Mottige ging heen. De jonge vrouw, die nu aan geheel iets anders dachthoorde niet den sleutel tweemaal in het slot rond draaien. Eenige minuten verliepen er. De gravin was blijven staan. Op eens trok een licht geluid dat aan een zijdeur zich deed hoo ren, haar aandacht. „'t Is Aurora, 't is mijn dochter," dacht zij Haar hart begon hevig te bonzen. Met oogen van vreugde stralende, strekte zij hare armen uit, gereed om haar dochter te omhelzen. De deur ging open, en de vicomte De Sanzac vertoonde zich op den drempel. Aanstonds deinsde de gravin achteruit, terwijl zij een gil van schrik slaakte. XVI. GABIRON AAN HET ZOEKEN. Wat deed dan toch Gabiron, terwijl de vicomte De Sanzac ongestoort het doel na streefde, dat hij wilde bereiken? Gabiron deed niets of liever deed allerlei pogingen zonder iets te kunnen ontdekken. Zonder nog geheel ontmoedigd te zijn, waren er oogenblikken, dat hij wezenlijk aan zich- zelven begon te twijfelen. 11 ij had gezocht, gevraagd en zijn nasporingen zoo ver mo gelijk uitgestrekt. Hij had zijn geest op de pijnbank gelegd om te raden. Niets, altoos niets! Hij had geen de minste aanwijzing kunnen bespeuren. Zeker er was reden om verdrietig te worden. Nooit was Gabiron in zijn lange loopbaan iets dergelijks gebeurd. Hij was dan ook onuitstaanbaar slecht ge luimd. lederen dag, dat hij graaf De Las serre rekenschap gaf van zijn vruchtelooze nasporingenzou hijals hij zich niet be dwongen had, wel hebben willen schreien van smart en woede. „Maar ben ik dan zoo'n bloed?" riep hij, terwijl hij woedend aan zijn langengrijzen knevel draaide, „een stumpert, dien meu op stal moet zetten?" (Wordt vervolgd

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1886 | | pagina 1