NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN.
Deze Co in-a ut verschijnt dagelijks, behalve op Koii- en Feestdagen.
ABONNEMENT:
Vrijdag 22 Januari 1886. N°. 18.
ADVERTENTIEN:
Uitgevers: Gebroeders Muré.
Aflossing Geldleening.
BINNENLANDSCHE BERICHTEN.
DE BOETVAARDIGE.
Leidsche Courant
S
Voor Leiden, per 3 maanden1.25.
Franco door het geheele rijk, per 3 maanden l.OO.
Prijs per Nummer 10 Cent.
199e Jaargang.
Van 16 regels0.90.
Elke regel meer0.15.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen, it contant, zonder rabat, per regel 0.10.
Bureel: Sclieepmakerssteeo; 6.
Stads-Berichten.
NATIONALE MILITIE.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN
dopn te welen, dat ingevolge arl. 18 der Wet van den
19Jen Augustus 1861 Staatsblad n°. 72) allen, die
volgens art. IJ» dier Wet \oi»r de nalionale militie
bpliooren te worden ingeschreven (zij die op den l8le0
Januari hun 19Je jaar waren ingetreden en alzoo de
geborenen in 186?), verplicht zijn zich daartoe hij
Burgemeester en Wethouders aan te geven fit**sclicn
den lsten en den «listen Januari; dat hij
ongesteldheid, afwezigheid of ontstentenis van den
inilitieplichlige, zijn vader, of, is deze overleden,
zijne moeder, of, zijn beiden overleden, zijn voogd
tot liet doen \an die aangifte verplicht is; en dat
overtreding \an liet aangehaald art. 18, krachtens
art. 183 der meergemelde wet. wordt gestraft met
boelc van f 25 tot f ÏOO.
Voor hen, die verzuimden zich op de door het
Gemeentebestuur bepaalde dagen ter inschrijving aan
te melden, wordt mitsdien daarloe alsnog gelegenheid
gegeten ter gemeente-secretarie, van d«*s voonniddags
10 lol de> namiddags 3 uren, op iederen werkdag,
tot en inet den 30slen Januari aanstaande, terwijl
het register van inschrijving, op den 31'n daaraan
volgende, des namiddags te 4 uren, toorloopig
wordt gesloten.
En wordt deze door plaatsing in de Leidsche
Courant afgekondigd.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
DE KANTERBurgemeester.
LEIDEN, 16 Januari 1886. E. KIST, Secretaris.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
LEIDEN brengen ter algemeene kennis dat
van de geldleening ad f 125,000: ten beljueve
van de gemeente Leiden, aangegaan krachtens
de raadsbesluiten van 21 November, 12 en
30 December 1878 goedgekeurd door de ge
deputeerde Stalen van Zuid Holland bij reso
lulien van 16 December 1878 en 14 Januari
1879, op Maandag, den 25en Januari 1886,
des middags Ie Iwaalt' uren, in een der ver
trekken van het Raadhuiszal worden over
gegaan tot de openbare uitloting van tier
aandcelcn elk groot een duizend
gulden.
En geschiedt hiervan openbare kennisgeving
door plaatsing in de Lvidsche l ouranl.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
DE K INTEIt, Burgemeester,
E. KIST, Secretaris.
Leiden, 21 Januari 1886.
UTlDiKIEUWI.
Door burg. en weth. dezer gemeente
is heden in liet openbaar aanbesteedhet
onderhouden van onderscheidene werken
behoorende tot de Haarlemsche trekvaart,
gedurende de jaren 18861890. Hiervoor
waren 11 biljetten ingekomen, bedragende
f 2481, f 2472, f 2400, f 2322, f 2280,
f2125, f2120, f 1770, f 1683, f1577
en f 1454, alles per jaar.
Het werk is gegund aan den laagsten in
schrijver, den heer L. Maas, timmerman,
alhier.
Vervolgens werd aanbesteed: het onder
houden van den dijk langs de Zijl en het
Jaagpad, terzijde van dien dijk, gedurende
de jaren 18861890.
Als laagste inschrijvers zijn hiervan aan
nemers gewordende heer M. N. I.angezaal
timmerman en aannemer en de flirma M.
Langezaal en Zoon, alhier, voor de som
van f 777,77 's jaars.
De overige inschrijvingen bedroegen
f 1538,80, f 1380, f 1150, f 1133, f 1100,
f 1070, f 1040, f 995 en f 779.
De minister van financiën heeft be
kend gemaakt, dat de belastbare opbrengst
der ongebouwde eigendommen in de ver
schillende provinciën op 20 October 1885 be
droeg f 46,405,415.29, tegen f 46,313,926.10
op 20 October 1884, en dat het bedrag der
te heften belasting in 18S6 is f5,532,794.60.
De minister van binnenlandsche zaken
heeft bepaald, dat de examens ter verkrij
ging van akten van bekwaamheid voor huis-
en schoolonderwijs in de nuttige en in de
fraaie handwerken voor meisjes, voor het
jaar 1886, zullen aanvangen op 1 Maart
e. k.en dat de cominissien, met het af
nemen dezer examens belast, zitting zullen
houden te Breda, 's Hage, Utrecht en
Zwolle.
Tegen de vervalsching van natuur
boter door kunstboter zullen, voor zoover
het nieuwe strafwetboek daartegen niet reeds
voorziet, nadere maatregelen van regeerings-
wege worden genomen.
De vroegere Chineesche gezant in Den
Haag, Li-Fong-Pao, ridder-grootkruis in de
orde van den Nederl. Leeuw, is uit zijn
ambt en waardigheden ontzet. Het keizer
lijk decreet, waarbij dit geschiedt is, luidt
als volgt:
„De mandarijn, bezitter van den knoop
der 2e klasse en in den rang van Tantai
ingeschreven, Li-Fong-Pao, is wegens zijn
oneerlijk en verachtelijk karakter en wegens
zijne behendigheid om zich in te dringen en
door intriges ambten te verwerven, reeds
verscheidene malen en door verschillende
personen bij ons aangeklaagd. Hierbij be
velen wij, dal hij uit ambt en waardigheid
ontzet en nooit weder tot benoeming in den
staatsdienst aanbevolen worde. Dit is onze
keizerlijke wil".
Naar van particuliere zijde vernomen
wordt, zou zijn val te wijten zijn aan En-
gelschen invloed, omdat hij voor den aan
leg van spoorwegen in China ten gunste
van Duitsebe ondernemers werkzaam was.
Intusschen heeft China, ondanks den val
van den gezant, in Duitschland toch nieuwe
pantserschepen besteld.
Bij de gisteren aan het ministerie van
financiën te 's Hage gehouden openbare aan
besteding van papiersoorten, deed zich een
zeer opmerkelijke bijzonderheid voor. Ieder
der op het voor de opening der biljetten
van gegadigden aangekondigde uur in het
daartoe bestemde vertrek aanwezige personen
werd door de ambtenarendie met de uit
voering der aanbesteding belast waren, uit
drukkelijk verzocht zijn qualiteit op te geven
en zijn identiteit ve bewijzen. Ook een repor
ter van een dagbladbureel werd aan dit
examen onderworpen. De beeren ambtenaren
gaven zich zelfs de moeite het adresboek
op te slaan om na te zien of de opgegeven
namen en adressen werkelijk bestonden. Met
een en ander werden ongeveer 20 minuten
zoek gemaakt. Daar de aanwezigen niet
voorhereid waren op deze niet aangekondigde
nieuwigheid, gelukte het eenige hunner niet
zonder moeite de heeren te overtuigen dat
zij niet tot bet ras der nihilisten of dyna-
mieters behoorden.
Stot-Taidie zich als prestidigitateur
zooveel naam in ons land verwierf, heeft
besloten zijn vak neder te leggen en zich
aan de beoefening der letteren te wijden,
waarvoor zijne reizen hem rijke stof hebben
verschaft. Hij zal zich in Duitschland ves
tigen.
De heer F.boomkweeker uit Boskoop,
voor zaken te Naaldwijk zijnde, werd Dins
dagmiddag aan den Nieuwenweg aldaar dood
gevonden; men vermoedt, dat een beroerte
een einde aan 's mans leven had gemaakt.
I)e overledene was ongeveer 60 jaar.
De heer W. A. L. Van Mierop, volontair
op de gemeente-secretarie te Gouda, is be
noemd tot gemeente-ontvanger te Voorburg.
Tijdens de bewoners afwezig waren,
is gisterenavond tnsschen 5 en 7| uur uit
de woning van den heer V. in de Gierstraat
te Haarlem, ruim f 700 bankpapier en
specie ontvreemd. Vermoedelijk heeft de
dief zich met een valschen sleutel toegang
verschaft.
De heeren Frederik Muller Co. te
Amsterdam verzenden een zeer belangrijken
catalogus van 2842 werken over Nederland-
sche geschiedenis en plaatbeschrijvingwelke
tot de achter elk notmner gestelde prijzen
bij hen verkrijgbaar zijn.
De Vcreeniging tot bestrijding van
knoeierijen in den boterhandel hield gisteren
te Amsterdam bij Krasnapolsky een alge
meene, voor alle leden toegankelijke ver-
gadeting, onder leiding van den lieer J.
Zijp Kzn.
Aangaande den toestand der Vereeniging
en de werkzaamheden van het bestuur sedert
de oprichting, werd o. a. het volgende mede
gedeeld
dat het bestuur zich twee idealen voor
stelde: 1°. een prijsvraag uit te schrijven
ten einde een middel te vinden waardoor
de niet deskundige zich kan vergewissen
of er bij de boter vervalsching had plaats
gevonden. 2°. de oprichting van een bureau
van consultatie waar ieder de door hem
verkochte boter kan doen onderzoeken.
Het bestuur heeft zich verder tot taak
gesteld om de „bewijzen" te vinden dat er
geknoeid werd; zoo heeft liet reeds zich
overtuigd, dat niet minder dan 37 zooge
naamde boeren te Amsterdam langs de hui
zen als natuurboter een product verkochten
dat grootendeels uit kunstboter bestond.
Een adres werd aan de ministers van wa
terstaat, handel en nijverheid en dien van
FEUILLETON.
2110
Een klein kwartiertje verliep. De flesch
was ledig.
„Neen, Neen! 'tis genoeg 1" sprak Louis
met beslabberde tong. „Die wijn is duivelsch
koppig."
„'t Is waar, er zit pit in."
„'t Is zonderling, mijn hoofd.... voel ik
zwaar worden. Op mijn woord van eer....
mijn tong slaat dubbel. Men.... zou....
zeggendat ik.... bezopen was."
„Hoe heb ik het met je? En anders ben
je niet bang voor drie of vier flesschen met
zijn beiden 1"
„'t Is gek...." hakkelde Louis. „Maar
wat.... scheelt mij toch? Mijn ooren sui
zen...., mijn gezicht.... verduistert."
Hij streek herhaalde malen met zijn twee
handen over zijn voorhoofd en zei nog eens:
„'tls.... gek.... 'tis.... weergaas....
gek."
Na een oogenblik stilte riep hij
„Maar neen.... neenik wil niet!"
Reeds begon zijn hoofd op zijn schouders
te knikken. De slaap overmande hem. Hij
poogde zich met kracht er tegen in te
zetten. Maar hij viel als een blok neder
op zijn stoel. Toen sloeg hij met zijn vuis
ten hevig op zijn borst. En met boven
matig opengesperde oogen wendde hij zich
tot Lory en sprak tot hein met een kleve
rige tong, zoodat men hem haast niet kon
verstaan
Bestevriendhelpme
opstaan...., ik moetnaar mijn....rij
tuig terugkeerenDe.... juffrouw..,,
magniet op.... mij.... wachten."
„Een oogenblikje," antwoordde de mede
plichtige van den vicomte De Sanzac. „Ik
zal eens poolshoogte nemen of je dame nog
altoos binnen is."
Op die woorden stond Lory op, verliet
het vertrek en wierp een vluchtigen blik
op de straat. Colibri was altoos op zijn
post.
„Hoeveel ben ik u schuldig, juffrouw?"
vroeg hij aan de kasteleines.
„Drie en een halve frank, mijnheer."
Hij betaalde en trad weder het kamertje
binnen.
Het slaapmiddel had zijn uitwerking niet
gemist. Louis met slaphangende armen en
het hoofd op de tafel, sliep gerust.
Fluks nam Lory den hoed met livreiband,
dien hij opzette, en ontdeed Louis van zijn
mantel, dien hij zelf omsloeg. Hierop ver
liet hij ijlings de kamer wier deur hij zorg
vuldig sloot, en daarna de gelagkamer, ter
wijl hijde stem van den koetsier naboot
sende, lot de juffrouw van het buffet sprak
„Mijn kameraad zal nog een oogenblik
blijven; hij zit te schrijven. Stoor hem maar
niet."
Als koetsier vermomd ging Lory bij den
coupé staan.
„'t Is gelukt," zei hij zachtjes tot Colibri.
„Kruip op je bok en wees gereed voor elke
gebeurtenis."
Colibri deed zooals hem bevolen werd.
Tien lange minuten gingen er voorbij.
Eindelijk verschenen de twee vrouwen.
Geen van beide zag ongelukkiglijk naar den
koetsier; want in weerwil van de pogingen,
die hij deed om zijn gezicht te verbergen,
zouden zij stellig hebben opgemerkt, dat hij
Louis niet was.
liet jonge meisje stapte in het rijtuig.
Toen het portier dicht was, klom Lory op
den bokgreep de teugels en in vollen draf
ging het vooruit.
De gravin zag den coupé heenrijden. Zij
ging terug naar haar kamer, beklemd, on
gerust. liet was haar of zij het voorgevoel
had van een naderend onheil.
Op een kleinen afstand volgde het rijtuig
van Colibri.
Snel verwijderden zich de beide koetsiers
en verlieten Parijs door de poort van Clig-
nancourt.
In dien tijd bleef Louis doorslapen. De
juffrouw van het buffet had hem vergeten.
Het was de drukste tijd van den heelen dag.
Men liep af en aan in de gelagkamer.
Eindelijk, toen de drukte wat over was,
schoot het haar op eens te binnen, dat de
heer, die zat te schrijven, nog niet vertrok
ken was. Zij begaf zich naar het kamertje
opende de deur en vond er Louisronkende
als een os.
„Dat is wat moois. Denkt die sinjeur
bij geval dat hij in zijn bed ligt? Hola!
wordt eens wakkerdus riep zij.
En zij schudde hem bij zij arm. Het
mocht niet helpen.
Zij werd bangEr waren nog een
paar klanten in de zaal, die zij riep. Deze
ijlden toe.
„Die man is niet dronken," was hun
oordeel. „Men moet hem een slaapdrank
hebben ingegeven. Hij zal wel ontwaken."
(Wordt vervolgd.)