NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN.
Deze Courant verschijnt dadelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Vrijdag 18 December 1885. N°. 297.
Uitgevers: Gebroeders Muré.
BINNENLANDSCHE BERICHTEN.
DE BOETVAARDIGE.
Leidsche Courant
A BOfy KETENT:
Voor Leiden, per 3 maanden1.25.
Franco door het geheele rijk, per 3 maanden 1.60.
Prijs per munter 10 ('ent.
ADVERTENTIE®:
Van 16 regels0.90.
Elke regel meer0.15.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen, it contant, zonder rabat, per regel 0.10.
Bureel: Scheepmakersstee»; 6.
199e Jaargang.
STADSNIEUWS.
Door den grooten kerkeraad der Evang.
Luth. gemeente alhier is beroepen ds. P.
Van der Veen, te Alkmaar.
Gisterenavond was bet ons weder ver
gund een der aangekondigde kunstbeschou
wingen in de gehoorzaal bij te wonen. Al
gemeen hoorden we zeggen, dat deze collectie
belangrijker was dan de vorige. Ook wij
kregen een zeer gunstigen indruk. Een
gedetailleerde beschrijving zal men niet van
ons verlangenvooral daar wij ons toch niet
bevoegd zouden achten tot bet leveren van
een eigenlijke kritiek. We kunnen echter
niet nalaten eenige der tentoongestelde leeke-
ningen aan te stippen. Het nachtelijk tafreel
met de koeien trof door de bizondere juist
heid der uitvoering. Zeer goed geslaagd
vonden wij ook het huiselijk tafreeltje, den
ouden vrijgezel bij zijn vroolijk brandend
kacheltje en zijn theestoof die „het liedje
der gezelligheid" doet hooren.
Zeer moeielijk schijnt het te zijn honden
en katten goed te treffen. De afbeeldingen
van deze diersoorten die wij gisteren zagen
vonden we niet buitengewoon fraai. Mis-
teekende katten zijn trouwens niet zelden
het werk van zeer verdienstelijke artisten.
Over 't algemeen hoorden we dat het
oordeel der deskundigen over het tentoon
gestelde gunstig uitviel.
UNIVERSITEIT.
Heden werd bevorderd tot doctor in de
geneeskunde aan de rijks universiteit alhier,
de lieer C. W. Corts, geb. te Leiden, na
verdediging van zijn akademisch proefschrift,
getiteld De therapie bij chronischen blaas-
catarrh".
Met het stoomschip Gelderland zal
19 December a. s., 's morgens te 9.J uur,
eene brievenmaal worden verzonden uit Rot
terdam naar Padang en Batavia.
De klerken bij de rijkstelegraaf, die
bij het vorige examen voor telegrafist 3e kl.
voldeden, maar nog niet werden aangesteld,
hebben eer.e aanschrijving gekregen, dat zij
eene toelage zullen ontvangen.
De commissie te Wassenaar, die zich
evenals in het vorig jaar heeft gevormd
heeft hare taak tot het verstrekken van warm
voedsel aan de behoeftige ingezetenen weder
aangevangen; daartoe door milde bijdragen
van anderen in staat gesteld, reikt zij vier
maal 's weeks gedurende de maanden Decem
ber, Januari en Februari dat voedsel uit,
en dat het welkom is en best smaakt, ge
tuigt de graagte waarmede het door de be-
hoeftigen ontvangen wordt.
Naar men aan het U. D. mededeelt
is door den heer B. Erkelens, te Alfen,
lid van de scliattingscommissie van onge
bouwde eigendommen, tegen den uitgever
van het weekblad De lijnbodewegens een
in dat blad geplaatste beschouwing over
bedoelde schatting, eene rechtsvervolging
ingesteld, nadat hij genoemden uitgever zelfs
uitgedaagd had op een duel.
Dinsdagavond is een stoker, behoo-
rende tot de bemanning van het Engelsclie
stoomschip Ilandel, liggende in de Maas
voor de Leuvehaven te Rotteidam, van den
trap der machinekamer gevallen en kort
daarop aan de gevolgen van dien val over
leden.
Voor het hof te Amsterdam verscheen
gisteren als beschuldigde de makelaar Gerrit
Visser, oud 34 jaren, geboren te Velsen,
laatst wonende te Beverwijk. In den nacht
van 8 op 9 Maart 1885 wist hij uit de
gevangenis te Haarlem, te ontvluchten waar
hij destijds voorloopig in hechtenis zat,
onder verdenking van bedriegelijke bank
breuk. Te Parijs werd echter de vluchte
ling ondekt en later aan de Ned. justitie
overgeleverd.
De besch. was makelaar en koopman in
verduurzaamde levensmiddelen te Beverwijk.
Bij vonnis der rechtbank te Haarlem dd.
14 October 1884 werd hij in staat van
faillissement verklaard. Het onderzoek van
den curator bracht eenige fei'en aan het
licht, op grond waarvan de justitie zich in
de zaak meende te moeten mengen. De
feiten die tot zijne terechtstelling voor het
hof aanleiding gaven, zijn de navolgende:
I. Het als gefailleerd koopman en make
laar te voorschijn brengen van boeken, die
niet geregeld gehouden en waarbij de voor
schriften der artt. 6, 7, 8 en 66 van het
wetboek van koophandel niet in acht ge
nomen zijn. Dit feit wordt gequalificeerd
als enkele bankbreuk en is een wanbedrijf.
II. Het te eigen bate aanwenden en weer
loos maken van eenige geldsommen en gelds
waardige papierendie hem ter hand gesteld
waren met een bijzonderen last. Deze feiten
werden beschouwd als bedriegelijke bankbreuk,
d. i. eene misdaad.
III. Het te eigen bate aanwenden en weer
loos maken eener som van meer dan 100
bij hem in kas, als saldo van hetgeen hij
als loontrekkend agent der maatschappij
van brandverzekering te 's Hertogenbusch,
voor die maatschappij ontvangen had, ten
einde dit aan die maatschappij over te maken
of te verantwoorden. De qualificatie van
dit feit luidt alternatief (d. w. z. dat de
beschuldiging van oordeel is, dat er twee
gezichtspunten voor beoordeeling bestaan)
nl. bedriegelijke bankbreuk door verduistering
van gelden, die hun met een bijzonderen
last waren ter hand gesteld, of wel: mis
bruik van vertrouwen, door het ten nadeele
van den eigenaar verduisteren van gelden,
die hem niet iu handen gesteld zijn geweest
dan tot eenigen betaald wordenden arbeid
en om die over te leveren."
Negen getuigen waren ter terechtzitting
geroepen om haar te staven.
Het requisitoir van het O. M. strekte tot
veroordeeling tot 1 jaar celstraf.
De verdediger, mr. J. R. Boerlage, con
cludeerde tot vrijspraak.
Door het hoofd der politie te Amster
dam is een besluit genomen, dat alle nieuw
aan te stellen agenten van politie eene lengte
moeten hebben van 1 m, 70 cm., en dat,
indien zij gewezen militairen zijn, zij voor
zien moeten wezen van een paspoort met
bewijs van goed gedrag, hun door den corps-
kommandant, onder wien zij gediend heb
ben, verstrekt.
Door de Amsterdamsche politie is
gisterenavond in de Warmoesstraat de col
porteur Eckhard Jr. van liet blad De Opstand
in arrest genomen. De man was verregaand
brutaal tegenover het publiek en de politie.
De Amsterdamsche socialisten hebben
voor hunne vergaderingen het Volkspark
aldaar voor vast in huur genomen.
Een met ongeveer 200 handteekenin-
gen voorzien verzoek is gericht aan de Holl.
IJzeren spoorwegmaatschappij te Amsterdam
om aan te dringen op vermindering van den
abonnementsprijs en het verkrijgbaar stellen
van abonnementen voor de tweede klasse.
Thans worden uitsluitend voor de eerste
klasse abonnementen uitgegeven.
Door den Ned. Rijnspoorweg zijn dezer
dagen proeven genomen met lampen van de
nieuwste constructie ter verlichting der rij
tuigen. Het licht van sommige dezer olie
lampen is zeer goed. De proeven worden
nog steeds voortgezet en de beste lampen
zullen in gebruik genomen worden. [U. D.)
Gisterennamiddag werd Z. M. de koning
op het Loo verrast met eene fraaie arre-
slede, welke uit Arolsen (Pyrmont) kwam.
Dit prachtstuk wordt op eene waarde van
f 9000 geschat.
Voor de rechtbank te Arnhem stond
eergisteren terecht A. J. v. V., gemeente
bode te Gent in Over-Betuwedie zich aan
verduistering van gelden had schuldig ge
maakt. Door een bankiershuis hier te stede
waren hem wissels tot een vrij aanzienlijk
bedrag ter incasseering toevertrouwd. In
plaat9 van die gelden te verantwoorden, wer
den zij door den beklaagde ten eigen bate
aangewend, waarna hij zieh zelf aan de
justitie had aangegeven.
Ter zake var. misbruik van vertrouwen
werd tegen hem door den officier van justi
tie een jaar celstraf gerequireerdbenevens
vier geldboeten ieder van f 12.50. Dins
dag a. s. doet de rechtbank in deze zaak
uitspraak.
Tevens veroordeelde de rechtbank P. W.,
die te 's Heerenberg zonder de vereischte
vergunning een pandjeshuis gehouden had,
tot flOO boete, subsidiair 14 dagen gevan
genisstraf. AC.)
Het scheikundig onderzoek door een
paar deskundigen van een gedeelte van het
lijk van den 9 jarigen knaap te Erica, die,
naar het gerucht wilde, zoude gestorven
zijn aan vergift, hem uit wraakzucht tegen
zijne ouders door eene getrouwde vrouw
toegediendheeft tot geen resultaat geleid.
In geen der hun toevertrouwde deelen heb
ben zij vergift ontdekt. [Asser C.)
FEUILLETON.
184.)
Maar neen, dat is het nietMaar gij],
zegt gij mij of gij het laakt, dat ik Adrien
geantwoord heb, zooals ik deed."
Ik ken de drijfveeren niet, die mijnheer
Delorme bewogen aldus te handelen. Zon
der daarvan iets te weten antwoord ikje
hebt wel gehandeld met den wil van je va
der te eerbiedigen."
Onu ben ik gerust, nu gij mijn han
delwijze niet afkeurt," sprak Aurora en strekte
haar hoofdje naar voren en drukte haar lip
pen op de wangen der gravin. Deze nam
het lieve kopje in haar beide handen en knstle
het vurig.
„U is mijn beste, mijn eenige vriendin
sprak Aurora met een allerverrukkelijkst
stemmetje.
Vroeger," antwoordde de moeder schroom
vallig, „gebeurde het dikwijls, vooral als
ik je troostte over een klein verdriet, dat
je mij „mamaatje" noemde. Maar tegenwoor
dig komt die lieve naam, dien jemijgaaft,
nooit meer over je lippen."
„'t Is waar," sprak Aurora droevig.
„Houd je dan niet meer zooveel van me?"
„Integendeel, ik houd nog meer van u.
Maar ik zal het u zeggenvader heeft het
mij verboden, daar het, zooals hij zeide,
niet betamelijk was."
De oogen der arme moeder schoten vol
tranen.
„O, sprak zij hij zich zelve," niets zal
aan mijn kastijding ontbreken.
„Schrei niet," riep Aurora en sloeg haar
hand om den hals der arme moeder, terwijl
zij uitriep:
Vader zal het nooit weten. Mamaatje,
mamaatje, ik heb u lief.
Met moeite bedwong de gravin hare snik
ken. Op dat oogenblik kwam zij in ver
zoeking om haar de waarheid te zeggen.
Maar zij legde zich een pijnlijk stilzwijgen
op, bij de gedachte aan de gevolgenwelke
die onvoorzichtige mededeeling kon hebben.
Zij vergenoegde zich dus met hare dochter
hartstochtelijk iu de armen te drukken.
Zij sprak niet meermaar langen tijd hiel
den zij elkander onarmd. Beiden hoofden
waren tegen elkander op het kassen gevallen.
Aurora sloot de oogen en sliep in. Toen
schudde de gravin het kussen wat op, legde
de armen harer dochter onder het dektrok
de gordijnen dicht en verwijderde zich stil
letjes. Zij begaf zich te bed, maar het was
haar onmogelijk den slaap te vatten. Zij
bracht het verdere gedeelte van den nacht
door met te denkente zoeken te raden
welke de bedoelingen des graven konden zijn.
Stond bij hem Aurora's geluk in alles op den
voorgrond? Zou hij dat niet voor goed ver
nietigen met zijn onbegrijpelijke, zonderlinge
denkbeelden? Dit hing af van wat de markies
De Verveine ging doen, nu die Aurora ge
zien en herkend had.
Zij herinnerde zich de belofte die zij aan
juffrouw Latrade gedaan had.
„Ja," zeide zij, „ik zal haar eens gaan
opzoeken.
Zij kon niet van plan zijn hare voorma
lige leerling te gaan zeggen„Je handelt
verkeert met den markies De Verveine te
trouwen, die een ander jong meisje bemint
en in u alleen den bruidschat en de mil-
lioenen van je vader ziet." Daar zijn zaken
die een kiesche vrouw nooit verricht. Maar
door jufliouw Latrade kon zij kostelijke in
lichtingen betreffende den markies bekomen.
Zij twijfelde niet of de ontmoeting van den
jongen man en Aurora, klaarblijkelijk door
den lieer De Lasserre voorbereid, zou niet
zonder gevolgen blijven. Die zouden zich
doen gevoelen in Adrien's houding tegen"
over juffrouw Latrade. En van de veran
dering daarin zou laatstgenoemde zekerlijk
spreken.
Toch meende zij een paar dagen te moe
ten laten verloopen, voordat zij het bezoek
ging afleggen. Den derden dagtegen
twee uur 's namiddags, ging zij uit, zooals
gewoonlijk in zwarten cachemiren japon nam
een rijtuig en liet zich brengen naar de
avenue du Bois-de-Boulognetot voor het
huis van den heer Latrade.
Zij stapte uit en schelde aan.
Juffrouw Latrade had de bel gehoord en
zag uit het raam. Zij herkende terstond
mevrouw Duranddie haar voile had opge
slagen. Het jonge meisje kwam haar te
gernoet en riep van boven haar reeds toe:
„Dag mijn beste mevrouw Durand! Wat
ben ik blij u te zien
En beneden aan den voet der trap geko
men stak zij beide handen aan mevrouw
Durand toe, die haar antwoordde:
„Ik had je beloofd, je eens te komen
bezoeken.
„En ik wachtte u. Kom mee," voegde het
jonge meisje er bijterwijl zij haar den arm gaf
en met haar de trap beklom.
[Wordt vervolgd.)