NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN.
=-
Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
ABONNEMENT:
Prijs per Nummer 10 tent.
Zaterdag 12 September 1885, N°, 214.
ADVERTENTIES:
Bureel: Sclieepmakerssteeg 6.
Uitgevers: Gebroeders Muré.
BINNENLANDSCHE BERICHTEN.
DE BOETVAARDIGE,
in.)
Leidsche Courant
Voor Leiden,, per 3 maandenf 1.25,
Franco door het geheele rijk, per 3 maanden 1.60.
Van 16 regels0.90.
Elke regel meer0.15.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen, k contant, zonder rabat, per regel ƒ0.10.
199c Jaargang.
STABSlflEBlïS.
Een honderdste verjaardag.
Aan het einde der aanstaande week, Don
derdag, Vrijdag, Zaterdag en Zondag, viert
het zoo gunstig bekende genootschap „Mathe
sis Scientiarum Genitrix" zijn honderdste
verjaring. Een honderdjarige grijsaard, die
nog zoo flink en vlug ter been is en zoo
volkomen gezond, verdient wel een weinig
attentie op zijn verjaardag. Wij twijfelen
niet of er zijn binnen deze gemeente zeer
vele familieën, die liet een of ander aan
deze nuttige instelling te danken hebben en
die in haar wel en wee levendig deelnemen,
't Zou ons dus niet verwonderen, als gedu
rende het feest tal van vlaggen de zichtbare
bewijzen gaven van deze zeer begrijpelijke
deelneming.
Door den minister van oorlog is be
paald, naar aanleiding van het kon. besluit
van 16 Juli jl. houdende wijziging der regelen
omtrent de benoeming van burger genees
kundigen tot reserve-officier van gezondheid
dat de gelegenheid tot het doorloopen van
een cursus in de vakken, sub A. van voor
schreven besluit genoemdvoor liendie
later tot eene benoeming als reserve-officieren
in aanmerking wenschen te kunnen komen,
zal worden opengesteld dat de militaire hos
pitalen te Amsterdam te Leidente Utrecht
en te Groningen, dat tot den cursus kun
nen worden toegelaten zoowel artsen als
aanstaande artsende laatsten echter
alleenvoor zoover zij reeds bevoegd zijn
tot het afleggen van het practisch artsexamen.
De toelating zal slechts kunnen plaats
hebben op machtiging van den inspecteur
van den geneeskundigen dienst der landmacht
en nadat het dien inspecteur is gebleken dat
de betrokken arts of student physiek voor
den militairen dienst hier te lande geschikt,
Nederlander volgens de wet van 28 Juli
I860 (Stbl. n°. 44) en tevens van een goed
zedelijk gedrag is. Het onderricht wordt
kosteloos gegeven.
Met het stoomschip Soerabaia zal 12
September aanstaande, des voormiddags te
uit Rotterdam naar Padang en Batavia.
Gelijk bekend is wordt aan de tele
grambestellers uniformkleeding verstrekt.
Thans is echter, volgens de Goescke Crt. op
de kantoren bericht ontvangendat de aan
maak onbepaald is verdaagd.
De tiende lijst van de 7e jaarcollecte
voor de scholen met den bijbel, bereikt met
de vorige opgave een totaal van ƒ50021.92,
bijeengebracht door 250 locale comité's,
waaronder: Nieuwveen ad ƒ63.60 en Bos
koop ƒ139.59.
Den 21. Juni overleed op 38jarigen
leeftijd aan de Oostkust van Afrika, in het
tot nu slechts door moedige missionarissen
onderzochte gebied tusschen Soedan en de
Congolanden, de eerw. pater, B. A. Kroot,
van Zwolle geboortig.
Gisterenmiddag ontstond brand in de
droogkamer van de loodwitfabriek der hh.
G. Prince en Zonenop den Kattensingel te
Gouda, die, dank zij spoedige hulp van
brandweer enz., in een paar uren geheel
gebluscht was.
De Nederlandsche Vereeniging tot af
schaffing van sterken drank zal hare 50e
algemeene vergadering houden te Amsterdam
op 13 September e. k., des avonds te 7j-
uur, in het kerkgebouw der Remonstrant-
sche broederschap. De Vereeniging wenscht
bij die gelegenheid mede te herdenken het
honderdjarig tijdvak van den strijd tegen
den sterken drank als volksdrank.
Op uitnoodiging van de broeders in Noord-
Amerika zullen de vereenigingenvan ge
lijke strekking als de Nederlandsche, over
de geheele wereld en omtrent denzelfden
tijd, daaraan eene plechtige samenkomst
wijden als Centennial Temperance Celebra
tion 1785-1885.
Als redenaar hoopt op te treden het eerelid
der Vereeniging ds. C. S. Adama van Schel-
teraa. Het zangkoor „Harpe Zions" heef'
medewerking toegezegd.
Gisterenmorgen werd te Tessel aange
bracht eene vlet, waarin twee mariniers
zaten, die 's avonds te voren uit het Nieu-
wediep waren gedreven en het land niet
weder hadden kunnen bereiken. Den ge-
heelen nacht hadden zij voor anker gelegen
met een noodsein aan een riem gebonden.
Doornat werden de schipbreukelingen door
de blazerschuit T. X. 23 ontdekt en uit
hun benarden toestand gered.
Nadat eenige personen te Baarn in
hechtenis waren genomen, die verdacht wer
den op den jachtopziener des konings aldaar
te hebben geschoten, heeft een jong veld
artillerist te Eemnes bekend het schot te
hebben gelost. De dader is gevankelijk naar
Utrecht vervoerd. De toestand van den
jachtopziener, wien 13 hagelkorrels (geen
kogel) uit het hoofd zijn gehaald, boezemt
nog steeds zorg in.
In het verslag van het Genootschap
tot zedelijke verbetering van gevangenen
wordt melding gemaakt van een plan van
den kommandant der gevangenis de „Kruis
berg'', om daar een muziekcorps zamen te
stellen, waarvoor hij de geldelijke hulp van
het genootschap vroeg tot het aanschaffen
vau instrumenten, het bezoldigen van een
muziekonderwijzer enz. Het hoofdbestuur
had echter bezwaar tegen het brengeii van
muziek in de gevangenis. Voorts was het
van oordeel, dat, indien dit raadzaam en
nuttig werd geoordeeldde bekostiging er
van op den weg der regeering zon liggen,
die ook de lectuur betaalt.
De kamer van koophandel te Harlin-
gen ducht van de uitvoering van het plan
der heeren Buma, Van Diggelen c. s., tot
indijking van de Zuiderzee, de geheele ver
nietiging van den handel en de scheepvaart
van Harlingen. Bij voorbaat protesteert zij
daarom tegen het ontwerpzoodat zij dan
ook geen afgevaardigde ter algemeene ver
gadering zal zenden.
Men meldt aan de Zeeuw. Ct. uit Joure
Hebben Amsterdam, Zwolle en Rotterdam
hunne oproerige tooneelen, Broek en Snik-
zwaag waren dezer dagen ook in opstand.
De personen R. T. V., Van Oppenhuizen,
H. v. d. V. enG. S., van Joure, arriveerden
ongeveer 5 uur te Broek met vaartuig en
geweren. In de nabijheid der huizen scho
ten zij op de tamme eenden, die er altijd
in overvloed te vinden zijn, ja hadden de
driestheid de onschuldige dieren in de wijken
bij de woningen na te zetten. Toen ingeze
tenen hen op dat laaghartige bedrijf opmerk
zaam maaktenwerden zij met scheldwoorden
overladen en op tartende wijze uitgejouwd.
Onverhinderd zetten ze hun moorddadig werk
voort tot Snikzwaag, maar het scheen, dat
de onophoudelijke schoten ook de bewoners
oorlogszuchtig maakten. Eenige personen,
woedend geworden, gingen er op afen naar
men zegt loste toen een van het drietal een
schotdat vrij zeker doel had getroffenzoo
niet de persoon in quaestie zijdelings ware
uitgeweken.
Spoedig waren de partijen handgemeen,
waarbij de jagers een goed gevulde weitasch
verloren. Evenals in 1296 de Gooische
boeren, kwamen nu de Waterlanders van
alle zijden opdagenwaarop G. S. en R. V.
het ergste vreezende, met hun vaartuig de
vlugt namen. Een dertigtal personende
meesten met stokken gewapend, gingen nu
langs het Broekster voetpad naar de Zijlroede
om de vluchtelingen te achterhalen, maarzij
waren gevlogen. Zeer zeker een geluk,
ware het hier tot een treffen gekomenzon
der twijfel was er bloed gestroomd, want
vele waren „iu gramschap fel ontstoken."
Inmiddels was H. v. d. V. bij den kastelein
Speelman voorloopig in bewaring gesteld. Na
deze drijfjacht ging ieder huiswaarts, de
weitasch werd medegenomen en is later aan
de politie overhandigdterwijl de bevoegde
macht met een en ander in kennis is gesteld.
Treurig voorzeker, dat de jachtwet tot
zulke tooneelen aanleiding kan gevenen dat
rustige landbouwers, die het gevogelte met
zorg kweeken en 's winters overvloedig van
voedsel voorzienop dergelijke wijze geërgerd
kunnen worden. Weigerde men jachtakten
aan personen, die niet ter goeder naam en
faam bekend stonden, gebeurtenissen als de
hier gemelde zouden niet plaats hebben.
's GK VVEMIAGE.
Door Z. M. is aan C. J. Gaade, te's Gra-
venhage, als commissaris vertegenwoordi
gende bij de Nederlandsche regeering de
spoorweg-administratiën Grand-Central-Belge,
Luik-Maastricht en Gent-Terneuzen, vergun
ning verleend tot het aannemen en dragen
der versierselen van La Croix commemora
tive it l'établissement de chemins de fer de
Belgique, hem door Z. M. den koning der
Belgen geschonken.
Door Z. M. zijn de volgende pensi
oenen verleend, aan: mevr. A. M. A. Scholten,
FEUILLETON.
„O, ik ben bereid mijn millioenen te
schenken aan hemdie mijn kind redden
zal. Zegmoet ik haar aan den een of
anderen geneesheer toevertrouwen Als het
noodig is, zal ik in mij de kracht vinden
om verwijderd van haar te leven, zes maan
den lang, zelfs een jaar als het moet."
„Ik geloof werkelijk, dat het in het be
lang van Aurora noodig zal wezen, dat je
voor een tijd van haar scheidt," antwoordde
Nan Ossen. „Je bemint je dochter te veel,
arme vriend! en je oefent op haar een in
vloed, die, naar ik. vrees, haar genezing
moeilijkzoo niet onmogelijk zou maken."
„Ik voel dat mijn hart breekt bij de ge
dachte aan scheiding. Maar dat offer zal
ik brengen.
„Zult gij het kunnen?"
„Heel goed. Gisteren heb ik den gan-
schen dag naar het beste en meest afdoende
middel gezocht om het kwaad te genezen."
„En je hebt het gevonden?"
„Ja."
i,0spreekW illemZeg mij spoedig
„Aurora is niet krankzinnig. Goddank!
neen. Het is dus nutteloos haar aan een
beroemden geneesheer toe te vertrouwen.
Maar het is dringend noodig, dat zij zoo
spoedig mogelijk van hier gaat. Het is nog
niet te laat hoop ik. Maar het is tijddat
zij een beetjedat is langzamerhand en met
behoedzaamheid in het maatschappelijk leven
worde ingelijd. Eerst moet zij leeren zien
om te kunnen waarnemen. Haar geheele
opvoeding moet zeer spoedig worden over
gedaan en zij moet het onderwijs ontvangen
waarop een dochter van den graaf De Las-
serre aanspraak heeft. Aurora is een jong
meisje, dat kind gebleven is. Zeker, de taak
is moeilijk genoeg voor wie haar aanvaarden
zal. Ik raad je niet je dochter op een kost
school te plaatsen. Er zijn er heele goede,
maar zij zou daar niet in een omgeving we
zen die haar paste. Daarenboven kunnen de
zorgendie men haar in een opvoedingsge
sticht kan geven, niet van voortdurenden
onafgebroken aard wezenzooals noodig is.
Je dochter moet een onderwijzeres hebben,
die noch te jong, noch te oud is, die sedert
lang haar sporen heeft verdiendeen persoon
van vertrouwen, eerlijk en op wie men kan
staat maken, vol toewijding, onberispelijk
van gedrag en zoo volmaakt mogelijk, die
zich ernstig hechten zal aan hare kweeke-
linge en haar vriendin en een beetje haar
moeder zal worden
„Ja. Maar waar die zeldzame parel te
vinden?"
„Wees gerust. Wij zullen haar vinden."
„Maar bestaat zij wel eens?"
„Jazij bestaat."
„Kent gij haar?"
„Ik ken haar, en wij hebben haar zelfs
bij de hand. Toen ik een jaar of acht ge
leden Nederland veiliet om mij met mijn
gezin te Parijs te vestigen in het huis dat
ik in Avenue des Champs-Elysées heb ge
kocht, was mijn oudste dochter, die voor
vier jaren getrouwd isbijna veertien jaren
oud, en haar zuster, die insgelijks in het
begin van dit jaar in het huwelijk trad, nog
slechts tien jaar. Ter voltooiing van haar
opvoeding, zocht ik een onderwijzeres. Ik
had het geluk de persoon te vinden, waar
over ik ?oo even sprak. Zij heeft met ons
geleefd als lid van het gezin, gedurende ze
ven en een half jaar. Dat zegt alles. Nooit
heeft men haar een enkel verwijt te doen,
een enkele opmerking te maken gehad. Het
is een toonbeeld van een onderwijzeres; het
is de vertrouwbare vrouw, die je dochter
noodig heeft."
„Hoe oud is zij?"
„Tusschen de dertig en veertig. Ik weet
het niet zeer juist."
„Zij heet?"
„Mevr. Durand."
„Dus is zij getrouwd?"
„Zij is weduwe. De nagedachtenis van
den overledene houdt zij in eere. Zij koes
terde voor hem de grootste genegenheid.
Nooit heeft zij den rouw afgelegd."
„Aldus, Willem, geloof je, hoop je, dat
door mijn dochter aan die dame toe te ver
trouwen
„Ja, ik hoop dat mevr. Durand Aurora
zal doen verrijzen uit haar geestelijke ver-
dooving."
„Mevr. Durand zal de onderwijzeres mij
ner dochter worden. Je zult haar meêdeelen
welk een onmetelijken dienst ik van haar
verwacht, en haar namens Pierre Rousseau
een belooning toezeggen, die haar een on
afhankelijk bestaan in de toekomst verzekert,
en haar en hare oudersals zij die nog heeft,
voor alle gebrek zal vrijwaren."
„Waarom moet ik uit naam van Pierre
Rousseau spreken, en niet uit naam van den
graaf De Lasserre?"
Wordt vervolgd.)