NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN.
Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Fees-tdagen.
ABONNEMENT:
Prijs per Nummer 10 ('ent.
Zaterdag 18 Juli 1885. N°. 166.
AOVERTENTIEN:
Kurecl: Sclieepmakersstee£ 0.
Uitgevers: Gebroeders Muré.
Stads-Bericliten.
BIMENLANDSCHE BERICHTEN.
DE BOETVAARDIGE.
Leidsche Courant
Voor Leiden, per 3 maanden1.25.
Franco door het geheele rijk, per 3 maanden 1.60.
Van 16 regels0.90.
Elke regel meer0.15.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen, contant, zonder rabat, per regel f 0.10.
199c Jaargang.
De BurgemeesterHoofd van het Gemeente-
toluur van Leiden; Brengt ter algemeene
kennis dat op lieden aan den Ontvanger der
directe belastingen alhier is ter hand gesteld
een op den 15n Juli 1885 invorderbaar verklaard
kohier van hel patentrecht, dienst 188586,
Wijken 1, 2 en 3, en herinneit voorts een
ieder aan zijne verplichting om zijnen aanslag
op den hij de Wet bepaalden voet te voldoen.
En geschiedt hiervan openbare afkondiging
door plaatsing in de Leidsclie Courant.
De Burgemeester voornoemd
DE KANTER.
Leiden, 17 Juli 1885.
iTADBNIEVW».
Door de kiesvereeniging „Recht voor
Allen", zijn voor de verkiezing van 10
leden voor den gemeenteraad op 21 Juli
e. k. tot candidal en gesteld:
Wit stembiljet,
de Heeren mr. C. Cockj
P. L. C. Driessenaftr.
L. M. De Laat de Kanter, lieden,
mr. L. M. J. H Kerstens,
P. Van Cranenburgh,
H. P. A. Damen,
C. W. Wiistenhoff,
F. J. Los,
F. Van Dorp.
Rood stembiljet.
J. A. Bots.
Men schrijft ons: Nieuwe haring.
Een enkele vrouw waart met dit zeebanket
langs 's heeren straten rondmaar niemand
toont begeerte. Of dit zeebanket nog niet
smaakt f wel mogelijk. De vloot, de trotsche
vloot, brengt tonnen aan: hoe is de nieuwe
haring? Zout en hard; hij voldoet niemand.
Een ton, fijn goed van het vorige jaar werd
met 800 betaald; thans koopt men een
dergelijke ton voor 80. Nienwe haring,
de roem van Holland? De haring heeft
geen aftrek, er wordt veel gevangen, maar
tot dusver smaakt de visch niet naar meer.
Er is geen handel in het nieuwe goed en
van oude haring nog voorraad genoeg. Voor
een cent zou men een oude haring, die
nog veel smakelijker is dan de nieuwe,
kunnen verkrijgen, en dat is buitengewoon
goedkoop. Voor ƒ8 dan zou men een ton
oude haring kunnen verkrijgen; ook niet.
Niemand blieft van haring gediend.
Omtrent de verhooging van het zegel
recht op effecten waren er in de eerste
kamer enkele leden, die, overtuigd van de
wenschelijkheid om het kapitaal in porte
feuille te belasten, verklaarden juist daarom
niet met dit wets-ontwerp te zijn ingeno
men. Zij vreesden, dat dit ontwerp, het
welk, tot wet verheven, zoo uiterst weinig
voordeel aan de schatkist geven zal, later
zal worden aangehaald als een bewijsdat
de effecten toch wel belast zijn en ons dus
nog verder verwijderen zal van eene behoor
lijke belasting op het roerend vermogen.
Daarentegen hadden andere leden tegen
dit ontwerp geene principieele bedenking.
Wel echter werd mede van hunne zijde
ernstig betwijfeld, of de opbrengst dezer
nieuwe belasting aan de verwachting der
regeering beantwoorden zal. Men vroeg
ookof er wel ooit van eenige boete wegens
overtreding sprake zal kunnen zijn? Wan
neer de te zegelen stukken bij den ontvan
ger komen, zal het toch wel altijd de eerste
maal heetendat zij „verhandeld" worden.
Het bewijs, dat zij reeds vroeger in andere
handen waren overgegaan, of dat zij niet
in het buitenland waren gekochtis niet te
leveren. In ieder geval achtte men het
noodzakelijkdat de regeering in het alge
meen belang en bepaaldelijk ook in het be
lang der mingegoede houders van effecten
aan de gunstige bepaling van art. 4 de
meest doeltreffende openbaarheid geve.
Ongehuwde personen, die in aanmer
king wenschen te komen voor de betrekking
van hoofdopzichter in 's rijks krankzinnigen
gesticht te Medemblikmet ingang van 1
Augustus eerstkomende, op eene jaarlijksche
belooning van ƒ400 met genot van vrije
woning, voeding, vuur, licht en verpleging,
gelieven zich te vervoegen ten bureele van
den geneesheer-directeur van voormeld ge
sticht dr. A. H. Yan Andel, op Vrijdag 24
en Zaterdag 25 Juli eerstkomende.
-Het eind-examen voor de adspirant-
administrateurs der oudste afdeeling van de
opleiding te Willemsoord, is geëindigd. Aan
dat examen is deelgenomen door de aspi
rant-administrateurs der le afdeeling: J. Van
den Hurk, J. M. Langlois van den Bergh,
L. J. Mouton, II. J. C. P. Couwenberg, J.
F. baron Van Heeckeren van Waliën en J.
P. Zur Muhlen, die eerstdaags tot adjunct
administrateur bij de Koninklijke JNederl.
marine zullen worden benoemd.
Met het stoomschip Gelderland zal
18 Juli e. k.'s namiddags te 4 uren, eene
brievenmaal worden verzonden uit Rotterdam
naar Padang en naar Batavia.
De aardbeziënoogst is te Rijnsburg
afgeloopen; door de aanhoudende droogte
hebben ze erg veel geleden, zoodat de op
brengst nog beneden het middelmatige is.
Met het aardappelrooien is men begonnen;
door de nachtvorsten in Mei zijn ze drie
weken later dan gewoonlijkde prijzen zijn
met het oog op het beschot zeer laag: van
1.70 tot 2.00 per hectoliter, gemiddeld
heeft men vijf rijnlandsche roeden hiervoor
noodig; berekent men nu dat elke roede
aan huur, mest, zaad en bewerking, na af
trek van de waarde welke het land nog
voor eene tweede vrucht heeft, dan nog op
70 cent komt, dan kan men veilig aanne
men, dat op eiken bunder vroege aardap
pelen- minstens twee honderd vijftig gulden
verlnren wordt. De bloembollen en cro-
cussen zijn of worden gerooid, de aankwee
king is bevredigend, en er is veel vraag
naar droge bollen, doeh tot lage prijzen.
(N. R. C.)
Door de arrond.-rechtbank te 's Hage
is ter zake valschheid, tegen den voort-
vluchtigen brievengaarder en gemeente-ont
vanger te Pijnacker, genaamd P. G. DeB.,
een bevel tot gevangenneming verleend.
De hertog van Montpensier bracht
gisteren een bezoek aan de tentoonstelling
van decoratieve kunst te Delft.
Hedenochtend zijn uit Amsterdam ruim
70 gymnasten vertrokken, onder leiding van
den heer B. C. Adrian, naar Hanover. Van
daar zullen zij zich met de Hanoversche tur
ners naar Dresden begeven, waar het Duit-
selie turnersbond, zooals men weet, een
groot internationaal gymnastiekfeest zal geven.
Naar men verneemt is in den toestand
van mevr. Kleine-Gartman eenige beterschap
te bespeuren. De lijderes is echter zeer
zwak, zoodat de toestand altijd nog zorg
wekkend blijft.
Omtrent het tegenwoordige bezoek
van Zandvoort, in vergelijking met andere
jaren, leest men in de „Zandvoortsche
Kroniek" der Badcouranl o. a. het volgende:
„De vrees der verschillende verhuurders
van kamers te Zandvoort, dat de valsche
geruchten omtrent liet heerschen van rood
vonk of andere besmettelijke ziekten alhier
nadeelig zouden werken op het bezoek der
badgastenis gelukkig gebleken ongegrond
te zijn. Klachten over het niet-verhuren
van kamers hoort men telken jare bij het
begin van het seizoen, soms het meest van
hen, die in het najaar met recht een op
geruimd gelaat vertoonen. Dat er in de laatste
jaren groote hotelsen groote gebouwen
ingericht voor badgasten zijn bijgekomen,
wordt door de pruttelaars vergetenook
dat men moet medegaan met zijn tijd en
betere zorg besteden voor comfort en al de
kleine geriefelijkheden, die betrekkelijk
weinig kosten, maar door de badgasten
gewenscht en gezocht worden.
«In het vorige jaar waren volgens n°. 9
der Badcouranl hier aanwezig op 10 Juli
525 badgasten en 56 dienstboden, totaal
581 in 1883 op 12 Juli 548 en 56 dienstb
totaal 604; terwijl nu (13 Juli) hier vertoe
ven 557 badg. met 86 dienstb.totaal 643.
Vergelijkt men verder de opgaven gedurende
die jaren over de maand Juni, zoo vindt
men, dat het aantal badgasten, die vroeg
tijdig hier verblijf kiezen, aanmerkelijk
grooter is geworden. Dus geen achteruit
gang, maar vooruitgang!"
Voor de feestelijke opening van de lijn
Zevenaar-Winterswijk had men te Miste,
het eerste station van Winterswijk af, een
sclioone eereboog opgerichtwaaronder de
feesttrein zou doorrijden. Jammer slechts,
dat men de hoogte niet goed berekend had
want toen de trein er onder door zoude
gaan, bleek de met vlaggen en groen ver
sierde boog veel te laag, en het gevolg
was, dat hij omver gereden werd. Onge
lukken zijn er niet bij voorgevallen.
De rechtbank te Groningen heeft gis
teren vrijgesproken het zoogenoemde Boertje
van Buinermond, beschuldigd van onbe-
FEU1LLETON.
63.)
„Hij komt terug, hij heeft zich bedacht,
hij wil het avontuur niet voortzetten."
„Voor een afstammeling der oude rid
ders," meesmuilde De Sanzac, „ontbreekt
hem wel een beetje vermetelheid."
De terugkomst van den jongeman werd
begroet door een kruisvuur van fijne spot
ternijen, die hij op geestige wijze beant
woordde.
„Met dat al," hernam de burggraaf, „heb
ben wij wel de stem gehoord, doch wij
hebben de zangeres niet gezien."
„0, een kind!" sprak Adrien.
'Hoe oud schat je haar?"
„Tien of twaalf jaar."
„En toch, mijn waarde! ben je onder de
betoovering.
„Zoo erg niet."
„Ik heb het oogenblik zien komen, dat
ge over den muur gingt klanteren."
„Louter nieuwsgierigheid
„Gaston droeg zorg om te zeggen, dat
je veel van avonturen houdt."
„Als ik ze ontmoet."
„Daar heb je er een."
„Ik gun je die, De Sanzac I"
„Aldus beu je er niet op gesteld je nieuws
gierigheid te bevredigen?"
„Geenszins."
„Wij weten nu, heeren! dat het huis
bewoond is, of ten minste, dat er zich
iemand in den tuin bevindt. Wij kunnen
ons de poort laten openen en vragen wat
men ons kan geven tot verfrissching."
Adrien's gelaat betrok.
„Maar wat verzekert ons," antwoordde
Gaston De Limans, die het gezicht van
Adrien zag betrekken, „dat men de poort
zal opendoen, en wat verder, dat we er
iets anders zullen vinden dan putwater!
Mijns inziens is het beste, dat wij kunnen
doen, onmiddellijk den terugtocht aan te
nemen naar Circourt. Wij zijn te ver afge
dwaald en zullen flink moeten doorstappen
willen wij, voordat het volslagen donker is,
op het kasteel terug zijn."
„Gaston heeft gelijk," riepen de anderen.
En allen stonden op en gingen op weg.
Adrien De Verveine had een laatsten blik
op het oude gebouw geworpen en den tuin
muur, en bij zichzelven gezegd
„Ik zal terugkomen."
Na den avonddisch, waarbij Gaston bij
zonder stil geweest was, vroeg De Sanzac
aan den gastheer, of hij dat eenzame en
verlaten huis kende, dat zij gezien hadden.
Deze vertelde toendat liet la Cordelière
heette, en dat twee jaren geleden het pand
in de handen van een anderen eigenaar
was overgegaan. Hij zelf was er nooit ge
weest, en wist ook niet, of het huis nog
altoos, even als vele jaren geleden onbe
woond was. Had de nieuwe eigenaar het
huis betrokken, dan moest hij niet veel
van zich doen spreken, daar men nooit op
het kasteel zijn naam had vernomen. Evenwel,
voegde de gastheer er bij, Circourt is heel
ver van Champigneule, en ik bemoei mij
nooit met menschen, die ik niet ken.
Men praatte nog een oogenblik over La
Cordelière en de zangeres van den tuin.
Toen viel het gesprek op andere onder
werpen.
Adrien, bevreesd dat men zijn afgetrok
kenheid zou merken, ging met de anderen
medepraten. Hij werd buitengewoon vroolijk.
Hij wilde niet, dat men iets zon vermoe
den van zijn plannen.
Maar Gaston, die hem gedurende den
maaltijd had gadegeslagen, giste, dat hij
iets in het schild voerde.
Men stond van tafel op en ging in den
tuin een sigaar rooken. Gaston nam den
arm van Adrien en voerde hem mede in
een laan.
„Waaraan denk je zoo?" vroeg hij
hem.
„Ik, waaraan wil je, dat ik denk?"
„Je bent niet openhartig."
„Waaraan merk je dat?*'
„Aan de wijze waarop je mij antwoord."
Adrien begon te glimlachen.
„Welnu, ik erken het, die welluidende,
zoo frissche en liefelijke stem, die wij heb
ben gehoord, heeft een vreemden indruk
op mij gemaakt."
„En dan die gil van smartdie snikken...."
„Welnu ja, dat alles heeft mijn nieuws
gierigheid in de hoogste mate geprikkeld."
„Wat ga je doen?"
„Wat ik ga doen?"
„Ja."
„Wil je het weten?"
„Daar ik het vraag."
„Welnu, ik wil de zangeres zien-"
„Een kind."
„Ik weet niet."
(Wordt vervolgd.)