BUITEJsLANDSCHE BERICHTEN.
us m
*_r
steeds stijgende zijn, is de financieele toe
stand gunstig en niet achteruitgaandezoodat
de rekening over het laatste boekjaar weder
om met een batig saldo van eenige duizenden
guldens is afgesloten.
Uit Leeuwarden wordt in dd. 5 Juni
gemeld: Twee der drie personen, die ver
leden week van door rattenkruit vergiftigde
erwtensoep hadden genuttigd, zijn in het
stads-ziekenhuis overleden, de een gisterna
middag, de ander, zijn broeder, die er
pas in bijna stervenden toestand was heen
vervoerdin den afgeloopen nacht. De
eerstbedoelde bereikte den ouderdom van 66
jaren, waarvan hij zoowat de helft in cor-
rectioneele en crimineele gevangenis had
doorgebracht. Zijn dood is zeker niet wei
nig verhaast, doordien hij zoowel genees
middelen als voedsel weigerde tot zich te
nemen. Niets vermocht in dit opzicht te
baten; alleen van den geestelijke en
van den geneesheer-directeur van het zieken
huis nam hij een enkele maal de voorge
schreven geneesmiddelen aan. De toestand
van de derde vergiftigde persoonde reeds
bejaarde vrouw van den laatst overledene,
die op zoo ondoordachte wijze de soep be
reidde, moet mede zeer bedenkelijk zijn.
's CtUVKVII k;k.
Door Z. M. is aan de heeren mr. R. M.
Ribbius, lid van het hof van justitie op
Curasao, en E. Ten Broeke, districtcom
missaris in Suriname, vergunning verleend
tot aanneming van het ordeteeken 4de kl.
van het Borstbeeld van den Bevrijder, hun
door deu president der Vereeuigde Staten
van Venezuela geschonken.
Door Z. M. is de luit.-kolonel P. J.
J. Stoop, prov. adjudant in Groningen en
Drenthe, op pensioen gesteld, en zijn be
noemd: bij den prov. staf, tot prov. adju
dant in Groniugen en Drenthe, de majoor
P. L. H. M. B. D. Kraal, van het 1ste
reg. inf.die in verband daarmede bij dien
staf wordt overgeplaatst; bij het wapen der
infanterie, bij het 1ste reg., tot majoor,
de kapitein J. C. Sauthagens, van den staf
van het wapen, adjudant van den comman
dant van de stelling Amsterdam.
De koning heeft den 28sten Mei 1885
ontvangen de terugroepingsbrieven van graaf
Herbert Von Bismarck-Schönhausen als bui
tengewoon gezant en gevolmachtigd minister
van Z. M. den keizer van Duitschland,
koning van Pruisen, bij HDs. hof.
De kapitein W. Duycker, van het
reg. grenadiers en jagers, is door den mi
nister van oorlog benoemd tot lid der com
missie, belast met het afnemen het
examen tot toelating op de 2e afdeeling
der krijgsschool.
- Maandag 22 Juni a. s. zal het exa
men tot toelating op de 2e afdeeling der
krijgsschool alhier een aanvang nemen.
ESGELAltn.
Lord Granville hoopte in het hoogerhuis
dat de verhandelingen der commissie voor
het Suez-kanaal nog vóór het einde der
aanstaande week zullen afgeloopen zijn.
Over haren arbeid kan hij nog niet in bij
zonderheden tredendit alleen zij vermeld
dat de commissie zijn (Granville's) circulaire
van 1883 over het geheel tot basis heeft
genomen. Slechts enkele paragrafen, in
het ontwerp-verdrag vervat, gaven aanlei
ding tot de bedenking, of de grenzen dier
circulaire ook wellicht overschreden waren.
De Britsche commissarissen maakten dien
aangaande het noodige voorbehoud.
De Staatscourant bevat de afkondiging
van het Britsch protectoraat over de Niger-
districten, omvattende de kuststreek tusschen
Lagos en den westelijken oever van den
mond der Rio del Rey, de gebieden aan
beide zijden van den Niger van zijne samen
vloeiing met de rivier de Benue tot aan de
zeeen de gebieden aan de beide zijden van
de Benue van zijne samenvloeiing stroom
opwaarts tot en met Tbi.
Deze Staatscourant bevat ook de benoe
ming van David Boyle Blair tot Hr. Ms.
vice-consul voor de streken welke onder
Duitsch protectoraat staan en de Kameroen
districten welke aan den Rio del Rey grenzen.
In het lagerhuis deelde de heer Glad
stone mede, dat de Engelsche en de Rus
sische regeering tot een overeenkomst geraakt
waren omtrent de punten van het Pendjeh-
vraagstuk, welke aan eene scheidsrechterlijke
uitspraak moesten onderworpen worden, als
mede omtrent de keuze van een scheidsrech
ter. Deze overeenkomst is echter nog niet
in definitieven vorm aangenomen en vanwege
de beide regeeringen is nog geene uitnoodi-
ging tot den scheidsrechter gericht.
De heer Childers deelde mede, dat inge
val de tegenwoordige toestanden eene sta
king der toebereidselen toelaten, van de elf
millioen van het toegestane crediet voor-
loopig slechts negen millioen zullen uitge
geven worden. Hij stelt voor, de jongste
verhooging der belasting op gedistilleerd met
dén shilling te verminderen en de verhoogde
belasting op het bier slechts tot 31 Juni
1886 van kracht te doen blijven. Hij zal
geene verandering in de invoerrechten op
wijn voorstellen.
De Berlijnsche correspondent van den
Standard houdt vol, dat de koning van De
nemarken de taak van scheidsrechter in het
Pendjeh-incident op zich genomen heeft, na
weigering van den keizer van Duitschland.
Deze zou niet rechtstreeks het voorstel af
geslagen hebben, maar Von Bismarck, ge
polst, had gezegd: „steldat men mij vroeg,
als scheidsrechter te fungeeren, hetgeen
ik echter niet voor waarschijnlijk houd, -
dan zou ik al de documenten in ontvangst
nemenvan beide zijdenhoe talrijk ook
en ze allen, zonder uitzondering zorgvuldig
in mijne veiligste brandkast sluiten. Na een
jaar zou men mij vragenHoe staat het
met uwe scheidsrechterlijke uitspraak en
ik zou antwoorden„j'étudie." Een jaar later
zou men mij hetzelfde weer vragen, met
eenigeu aandrang; ik zou dan zeggen: „j étudie
encore." Na deze polsing heeft men van
den keizer als scheidsrechter afgezien, en de
Standard meent, dat de koning van Dene
marken, zonder vooruit gewaarschuwd te
hebben, wel eveneens handelen kan.
In een met gesloten deuren gehouden
zitting van den Londenschen gemeenteraad
werd door Sir John Bennett voorgesteld,
een adres van rouwbeklag, wegens het over
lijden van Victor Hugo, aan de Frausche
natie te zenden. Met groote meerderheid
werd dit voorstel verworpen. Naar aanlei
ding hiervan maakt de XlXe Siècle deze
opmerking: „Indien de leden van den ge
meenteraad het aan wijlen den grooten dich
ter nog niet konden vergeven dat hij te
Jersey eens weigerde op de gezondheid der
koningin te drinken, dan is hun wrok al
zeer diep ingeworteld. En hebben zij Frank
rijk willen straffen voor zijne diplomatieke
houding in de Suez-kanaalcommissie en op
de sanitaire conferentie te Rome, dan is de
manifestatie al zeer armzalig.
In Suez heeft bij een samenscholing
op straat een Belg een Griek vermoord; hij
vluchtte daarna in zijn huis. De veront
waardigde menigte drong in zijn woning en
sloeg hem dood. De consuls kwamen tus-
schenbeide, daar de politie onvoldoende
bleek. Alweder een bewijs in welke eigen
aardige positie het Egyptische gouvernement
zich tegenover de vreemdelingen bevindt.
Ware het haat mogelijk geweest den Belg
in zijn woning gevangen te nemen, zoo
had de samenscholing geen zoo treurige ge
volgen gehad.-
Uit Dongola wordt gemeld dat de
stam der Shagiyeh Korti heeft bezet, en
dat de bevolking geheel tot den Mahdi is
overgeloopen. De opstandelingen zijn van
plan naar Dongola op terukken, zoodra de
Engelschen die plaats hebben ontruimd.
In een te Weenen ontvangen brief uit Kairo
wordt verzekerd dat de Egyptische minis
terraad zich druk bezig houdt met de vraag
op welke wijze de provincie Dongola zou
kunnen behouden worden. Het heet dat
Sir Evelyn Baring het denkbeeld voorstaat
om eene jaarlijksche toelage van 5000 te
geven aan iederen Sheikh op de zuidelijke
grens, tot aan Merawi toeonder voorwaarde
dat zij dan al hunne krachten inspannen
om den valschen profeet het voort<jringen
te beletten.
FRANKRIJK.
De senaat heeft zich vereenigd met
het wetsontwerp tot bekrachtiging van het
te Hué den 6en Juni 1884 gesloten trac-
taat met Annam. Bij dit tractaat wordt
het protectoraat over Annam en Tongkin
geregeld behoudens de latere herziening van
het verdrag. Het was dus slechts een voor-
loopige regeling, om gevolg te geven aan
de overeenkomst van Tien-Tsin.
Bij de kamer van afgevaardigden is
een voorstel ingediend onderteekend door
een 130tal leden van verschillende groepen
tot opheffing der belasting op het papier
Deze belasting werd in 1871 ingevoerd
Men heeft echter de ervaring opgedaan, dat
daardoor de geheele industrie getroffen werd.
Frankrijk, dat 536 papierfabrieken telt,
waarin 32,653 werklieden bezig zijn, die
jaarlijks 170 millioen kilogram papier ver
vaardigen, heeft onder den invloed van het
belasting-regime moeten lecren, dat de uit
voer tegenover den invoer ieder jaar geregeld
p. m. 3 millioen achteruitgaat. Daaitegen-
over staat, dat b. v. in Duitschland in één
jaar (1882) de uitvoer met 10 millioen is
toegenomen.
Jules Ferry keert heden uit Rome te
Parijs terug.
ITALIË.
Eergisteren kwamen te Valencia acht
choleragevallen voor, waarvan twee met
doodelijken afloop. In de overige provin
ciën en ook te Madrid is de gezondheids
toestand goed.
DUITSCH LAND.
De berichten over den gezondheidstoe
stand van keizer Wilhelm luiden bij voort
during bevredigend.
Het artikel der Nordd. Allgem. Zeit.,
waarin wordt betoogd dat Duitschland vol
komen recht heeft om zich in Zanzibar te
doen gelden en daarbij zelfs op den steun
der Engelschen rekent, heeft niet alleen in
Engeland en Duitschlandmaar ook elders
zeer de aandacht getrokken. Natuurlijk
wordt de quaestie op de meest verschil
lende wijze beoordeeld en besproken, maar
de algeineene indruk is dat John Buil
de üuitschers ook in Zanzibar stil hun
gang moet laten gaan. Het is hard voor
de Engelschen zegt o. a. de Neue Freie
Presse dat hun oude bondgenootde
Sultan van Zanzibarin de armen der
Duitschers wordt gedreven, maar of ze
willen of niet, ze zullen er wel niets aan
kunnen doen."
Het Aardrijkskundig genootschap te
Berlijn besloot ter eere van dr. Nachtigal
op Kaap Palma een grootsch gedenkteeken
op te richten.
O O STEN RIJ K.
Zeer spoedig zullen de ministeriëele
verordeningen worden afgekondigd betrek
kelijk de uitvoering der wet, onlangs voor
Oostenrijk tot stand gekomen, waarbij de
Zondagsrust en de normale arbeidsdag wor
den geregeld.
GEMENGDE BERICHTEN.
De stad Parijs zal 12000 fr. bijdra
gen voor het monument van Victor Hugo.
De familieraad van George en Jeanne Hugo,
bestaande o. a. uit Léopold Ilugo (zoon van
Victor Hugo's broeder Abel), Jules Simon,
mame. Lockroyheeft tot voogdes gekozen
mame. Lockroy, wier echtgenoot mede
voogd zal zijn, en Léopold Hugo tot toe-
zienden voogd.
Victor Hugo's talent als teekenaar
wordt op dit oogenhlik, nu ieder zijn sou
venir aan den dichter verzamelt, hoog ge
prezen. Op enveloppen en stukjes papier
maakte hij allerlei illustraliën; koffie- of
inktvlekken werkte hij uit tot phantastische
landschappen en middeleeuwsche kasteelen.
Janin had een Nötre Dame met illustratiën
van den dichter.
Onlangs was het Figaro-nommer op zijn
verjaardag geïllustreerd met eene teekening
voor eene schilderijlijst, in gesneden hout,
door Hugo geleverd.
Ook is hij eens als decoratieschilder op
getreden, maar uit noodzaak. Lucrèce Bor
gia zou opgevoerd worden. Het tweede be
drijf stelt een rijk renaissancevertrek in het
paleis voor. lïugo kwam nog even voor
de voorstelling zien, of alles in orde was.
Hij merkte op, dat de geheime deur door
welke Lucrezia Gennaro zal doen vluchten
rijk versierd en in 't oog vallend was, alsof
het de hoofdingang was. Hugo liet den
schilder roepen; deze was nergens te vinden.
„Geef maar een penseel en een pot met verf!"
riep hijen dezelfde hand die het drama
schreef, schilderde h lages coups de brosse
de deur over. Het geschiedde zoo behendig,
dat niemand in de zaal de geïmproviseerde
verandering opmerkte.
De Gaulois wijdt vier kolommende
Figaro niet veel minder, aan het luisterrijk
gecostumeerd bal, door de prinses De Sagan
in haar hotel te Parijs gegeven. Als ver
kleeding waren voorgeschreven dierencostu-
menen men zag de meest gracieuse en de
meest belachelijke vermommingen.
Uit een reusachtigen bijenkorf kwam een
zwerm bijen en hommels te voorschijn, die
een klein ballet uitvoerdende costumen
dezer bijen waren allerbekoorlijkst, keursjes
van donkerbruin satijn met geel gestreept,
rokjes van tulle met goud doorweven
tabliers van donkerbruin met goud gespik
keld; vleugels van goud gaas, gouden helm
met voelsprieten; de hommels waren een
voudiger.
De prinses De Sagan zelve had een pauwen-
constuum gekozen, satijnen sleep, cachou-
kleurig, geheel geborduurd met de oogen
van eeu pauwenstaart, blauw en goud.
Corsage van pauweuveeren, gevat in edelge
steenten, saffieren, smaragden en diamanten.
Zeer bewonderd werd de markiezin
d'IIervey de Saint-Denis; blond en zeer
schoon. Zij was als ibis; rok van zilveren
tulle met hieroglyphen bezaaidpauneaux
van ibisvederen; fijugeplooide sleep van
bleekrose satijn met zilver, corsage van
ibisvederenop het hoofd een rooskleurige
ibis met eene tiara van diamanten.
Mevr. Lambert Rothschild, als Indische
tijgerin; de Russische ambassadrice, als
zwaluw; mevr. Gourewitzals zwarte zwaan,
worden zeer geroemd, vooral echter eene
dame, als „duif van Venus' wagen"; rok
van wit satijn met duivenvleugels, corsage
van wit satijn met twee gekruiste duiven
vleugels, tot kapsel eene duif rijk met dia
manten bezet; om den hals donker fluweel
met diamanten; op de schouders en den
sleep van het kleed het gareel van Venus'
wagenuit rozen gêvormd.
De heeren hadden zich als papegaaienals
hanen, als sijsen, uilen, bonden, kevers,
leeuwen, otters, vossen, eenden, reigers,
eksters, kalkoenen, enz. gecostumeerd.
Het hotel der prinses De Sagan is ge
legen in den Faubourg Saint-Germain en
werd indertijd bewoond door den bankier
Hope, die er 8 millioen aan liet verbouwen.
Een jaar geleden stierf te Parijs de
Russische prins Stourdza. Hij was voor den
tweeden keer getrouwd geweest met de prinses
Vocorides, die een paar maanden geleden te
Parijs stierf. Prins Stourdza had een ver
mogen dat op 300 millioen frs. werd ge
schat, maar zijn erfgenamen vonden na den
dood der prinses slechts 200 millioen frs.
Men doet onderzoek naar het ontbrekende.
De officier van justitie te Dusseldorf
heeft het volgende schrijven aan de politie
gericht: „Door de slechte gewoonte, die
enkele personen hebben, om hunne wandel
stokken of parapluies horizontaal met den
punt naar voren of naar achteren te dragen,
is reeds menige wandelaar gekwetst, vooral
aan de hoeken der straten of bij onver
wacht stilstaan. Ik verzoek daarom beleefd
aan de politie, haren dienaren te bevelen
een nauwkeurig relaas van die ongevallen
op te maken en mij mede te deelenzoodat
ik onderzoeken kan, of die personen niet
vervolgbaar zijn wegens het door hun schuld
veroorzaken van lichamelijk letsel."
PER TELEGRAAF.
PETERSBURG, 6 Juni. Volgens een
particulier telegram uit den Kaukasus, in
de Novostiis Abdur Rahman, emir van
Afghanistan, door de lieden van zijn gevolg
vermoord gevonden.
LONDEN, 6 Juni. [Part. tel. 11) De
Press Accociation heeft reden te gelooven
dat de heeren Dilke en Chamberlain hun
voorwaardelijk ontslag bij den heer Gladstone
hebben ingediend met de verklaring dat zij
uit het kabinet zullen treden indien de re
geering moge besluiten de dwangwetten over
Ierland nog gedurende onbepaalden tijd van
kracht te laten, zonder te beloven eerlang
wetten in te dienen die in 's lands toestand
verbetering moeten brengen.
MADRID, 6 Juni. Een dynamiet aan
slag tegen het huis van den heer Perrera
te Villa-Miva beraamd, heeft aanzienlijke
verwoes'ingen veroorzaakt.
Twee peisonen zijn gekwetst, terwijl de
dader zelf in hechtenis werd genomen.
In het dorp Museros in de nabijheid
van Valencia, hebben zich dertien gevallen
van cholera voorgedaan.
ATHENE, 6 Juni. Te Creta zijn weder
onlusten uitgebroken. Bijzonderheden ont
breken tot dusver.
LONDEN, 6 Juni. Noch de minister
van buitenlandsche zakennoch de minister
voor Indië te Londen heeft eenig bericht
ontvangen, dat het vermoorden van emir
Abdur Rhaman bevestigt.
LAATSTE BERICHTEN.
Hedenavond vertrekt de heer Ruijse-
naers, nieuwbenoemd Nederlandsch gezant-
schapsraad te Parijs, sedert het laatst van
April hier ter stede aanwezig, naar zijnen
post.
Het gerechtshof te 's Gravenhage
heeft heden arrest gewezen in de jl. Don
derdag behandelde crimineele zaken. J. J.
B.machinist, laatst wonende te Purmerende,
werd, wegens te Leiden gepleegden diefstal
bij nacht in een bewoond huis, veroordeeld
tot 9 maanden celstraf. Den in deze zaak
afwezig gebleven getuigenM. en huisvrouw
uit Leiden, werden ieder eene boete van/3
opgelegd.
Het hof behandelde daarna het door
het Openb. Min. ingesteld appel van het
vonnis der Haagsche rechtbank, waarbij
de uitdrager J. D. W. uit Leiden werd
vrijgesproken van de aanklacht van het
zonder vergunning houden van een pand-of
beleenhuis Die uitspraak was hoofdzake
lijk daarop gegrond dat de bekl. de bij
hem in beslag genomen goederen slechts
had gekocht en bij hem de bedoeling niet
bestond geld te schieten op pand.