I zaken gisteren de kabinetsquaestie gesteld over de aanneming van het han delsverdrag met Engeland. ITALIË. Volgens een te Rome uit Assab ontvangen bericht heeft koning Johannes van AbyssiniB doen weten dat hij den gids, die den onderzoekingsreiziger Bianchi aan den Dankalis overleverde, door welke hij vermoord werd, ter beschikking van de Italiaansche regeering zal stellen. De Sultan van Assoua zijnerzijds heeft zijne medewerking beloofd om de moordenaars op te sporen. DtlTSCHL ASD. Men verzekert, dat graaf Hatzfeldt, staatssecretaris voor de binnenl. zaken, zijne taak niet meer zal hervatten. Graaf Herbert Von Bismarck zon hem vervangen. Voor den fakkeltocht, ter gelegenheid van Von Bismarck's 70"" ver jaardag te Berlijn te houden, hebben zich tot nu reeds 5000 deelnemers aan gemeld. Uit de Koninklijke National-Galerie te Berlijn is een doek van Klengel gestolen. Het stuk was in gouden lijst gevat, 21 centimeter hoog en 26j4 centimeter breed. Het is een landschap; links slaat eene hut onder hoo rnen, op den voorgrond komt een man naar rechts getreden. De Engelsche stoomboot Cumberland en het Zweedsche stoomschip Norden zijn in de nabijheid van Cuxhaven in aanvaring gekomen, tengevolge waarvan de Norden gezonken is. De Cumberland werd aan den boeg be schadigd en is naar Hamburg teruggekeerd om de schade te herstellen. Van de Norden zijn slechts vier personen verdronken, namelijk twee Zweedsehe passagiers en twee oppassers. De overigen zijn gered en worden te Ham burg verwacht. De Kölnische Zeitung verneemt, dat het onder Duitsche bescherming gestelde gebied van Cameroen door verdere tractaten met inlandsche stam hoofden eene aanmerkelijke uitbreiding aan den zuidoostelijken kant van het Cameroen-gebergte verkregen heeft en na dien tijd door den consul-ge neraal Nachtigal nog verder uitgebreid zal zijn. Het plan tot het oprichten van een standbeeld voor Haydn te VVeenen, waarvan al sedert 1857 sprake is, zal nu eindelijk lot uitvoering komen. Het beeld, dal van marmer zal zijn, wordt nu onder handen genomen en waarschijnlijk in het volgende jaar in het «Eszterhazy-park" onthuld. PER TELEGRAAF. PARIJS, 28 Febr. Aan de dgence bavas wordt, (onder dagteekening 28 Febr. 12 uur 30) uit Shangaï geseind dat te Peking het gerucht in omloop was dat alle hoogwaardigheidbekleeders uit het rijk zijn uitgenoodigd om hun oordeel mede te deelen over de wenschelijkheid om den oorlog voort te zetten of vrede met Frankrijk te sluiten. BECLAIIE». Ken kleine uitgaaf maar een groote winst, behalen al diegenen, die door 't gebruik der Zwltsersche Pillen van den Apotheker R. BRANDT hun lichaam zuiveren en het daardoor nieuwen levensgeest en kracht deelachtig doen worden. Verkrijgbaar te Leiden bij W. K. SWEMBR, Mare, a 70 CtsdeDoos. VOORDRACHT VAN PROF. STRAKOSCH. Voor een niet talrijk maar uilgelezen publiek trad gisteren prof. Strakosch, uit Wcenen, wederom en ditmaal in de Gehoorzaal op. Wel verwonderde ons deze geringe belangstelling, na de gunstige beoordeelingen den talentvollen kunstenaar zoowel hier als elders te beurt gevallen en het litterarisch schoone repertoire waarop hij ons zoude vergasten. Het eerst vergastte hij zijne toehoorders op de beroemde tweede scène der derde akte uit de //Julius Caesar", van Engelands grootsten dichter, van Shakespeare. 15 Maart 44 werd Caesar door een zestigtal zaamgezworen, aan welker hoofd Marcus Junius Brutus, een bijzonder gunsteling van Caesar, stond, in den senaat vermoord. Brulus verdedigde zijne handelwijze tegenover het zaamgevloeide volk door beweringen, dat de vermoorde naar de uiterlijke teekenen van het gezag, van de alleenheerschappij, stond, dat het zijn eenig streven was om den kroon te bemachtigen. Deze rede vindt ingang, zij vindt geloof en het volk eindigt met de snoode daad toe te juichen. Thans treedt Marcus Antonius op. Geleidelijk, voorzichtig weerlegt hij de zooeven gesproken woordentelkens wanneer hij door voorbeelden bewijst dat de door Brulus aan Caesar ten laste gelegde heerschzucht slechts laster is, laat hij daarop terstond de woorden volgen: Doch Brutus sagt das er herrschsnchtig war Und Brutus ist ein ehrenwerter Mann, Het volk wordt ten gunste gestemd van den ongelukkige doode, de ge voelens veranderen, de woede, zooeven nog tegen Caesar gekeerd, wendt zich tot de zaamgezworenen. Antonius merkt deze gunstige omkeering, en telkens wanneer hij ziet dat hij zijn doel nadert, worden de zooeven aan gehaalde woorden scherper, meer sarcastisch en eindelijk ironisch wanneer de spreker ziet dat ditzelfde volk, dat zooeven nog het Hosannah voor de moordenaars uitriep, thans met krijgsschend geweld hen te lijf wilt, hen wil verscheuren en den geliefde doode wil wreken. Dit was het gedeelte uit dit groote treurspel dat wij gisteren mochten hooren. Zoowel de in de beginne waardige, ernstige taal van Marcus Anlonius, de langzaam meer en meer spottende wijze waarop het zich telkens herhalendDoch Brutus sagt enz. werd weergegeven, de verwarde uitroepingen van de opgewondene om hem heen geschaarde menigte, dit alles werd ons door den heer Strakosch op voortreffelijke wijze vertolkt. Een actie en dictie, zooals zjj thans moch ten gadeslaan, hebben wij nog nimmer in één persoon vereenigd gezien. Der verschillende bestaande Duitsche vertalingen had spreker de voorkeur gegeven aan die van Schlegel. Reeds hebben wij bij zijn vorig optreden alhier onze meening gt!, trent het lieve gevoelvolle gedicht: «Die Walllahrt nach Kevelacr",vi Het toen geschrevene kunnen wij thajp herhalen, alleen zij het vergund een enkel woord van hulde te brengen aan 's sprekers kiescl meening, door ons voorgestaan, dat veel, zeer veel mag geridiculiseerd) de godsdienst echter niet, omdat deze voor velen eene te heilige zaak ook door hem gedeeld te worden; ten minste de vier versregelen van zoo schoone gedicht, welke aanstoot zoudeR kunnen geven, werdei door hem achterwege gelaten. In «die Kraniche des Ibicus", vai toonde hij niet alleen op uitstekende wijze zamenspraken te kuni geven, maar buitendien ook een uitstekende narrator te zijn. De ii deze ballade is van te algemeene bekendheid om hierover ook slecht zins uit te wijden. Hetzelfde is het geval met «Der Erlkönig", v; Ook hier werden de verschillende stemmen van het angstige, geja; van de schrikbeelden, welke voor den geest van het kleine wicht die van den vertrouwen inboezemenden en moed insprekei jnist en natuurlijk weergegeven. Ten slotte deed hij ons nog spraak hooren tusschen het drietal landlieden uit Uri, Furst.v Stauffacher, voorkomende in de laatste scène der eerste akte uit dt Teil", van Schiller. Melchtal heeft den knecht van den wreeden land hem zijn ossenspan wilde ontnemen, met zijn knuppel den vingt slagen. De wreedheid der landvoogden kennende, beducht voot wachten straf, vlucht hij heende landvoogd echter, zijne woede niei koelen op het wezen dat zich heeft vermeten zijn eigendom te en zich te verzetten legen den onrechtmatigen wil van zijn heer door lafhartig den vader van den vluchteling te doen boeten, zijne oogen te ontnemen en hem van zjjne goederen te berooven. lijke feit wordt thans den zoon medegedeeld, de smart, de wi zich daarop van den armen jongeling meester maakt, deed de heeij den aanwezigen niet hooren, hij deed het hun gevoelen. Mocht dan ook het in de zaal aanwezige publiek niet buitengi zijn, het warm onthaal, de luide bijvalsbetuigingen 'die hem telki vielen, zij zullen niettemin voor den Weener hoogleeraar een veren, dat ook hier zjjne talentvolle kunst op zeer hoogen gesteld. INGEZalDiDEllf. tfl stel Bredius tot wederinvoering van de controle op hel gas. Leiden, 28 Februari 1885. TER MARKT TE LEIDEN AANGEVOERD. <e Co mderl GASVERLICHTING HA V E NB RUG. Mijnheer de Redacteur! Wat hebben de inwoners van Leiden die in de omtrek van de wonen toch een mooie lantaarn, 'tis een prachtexemplaar. Men oordeele: De oorspronkelijke bedoeling van die lantaarn was: dat hij Ik 16 nabij staande lantaarns zou vervangen; en daarvoor is hj berekend, als het maar zoowat om-en-bjj volle maan is, met lucht. Dan is hel lust die lantaarn te zien branden, en n> denken als ik zoo'n lantaarn in mijn bnurt had zou het topp wenschen aangaande de straatverlichting bereikt zijn. Maar I niets bestendigs. Voornamelijk niet die mooie verlichting zoi Want als de maan gaat afnemen, en tot het laatste kwartieri blijkt het licht maar voldoende te zijn om 8 lantaarns te vet ,«01.1 tusschen laatste kwartier, tot nieuwe maan, en daaropvolgend a tier, voldoet de lantaarn nauwelijks tot verlichting van de Hu als de winkels in den omtrek met hun licht niet te hulp ki heerschte op de Haven, Kalvermarkt, Heerengracht en Koudei Egyptische duisternis waardoor mcnschen en rijtuigen met botsing dreigen te komen. Zonder nog te spreken van de tijdei wil, of kan branden, of tusschentijds in brand vliegt ol uitgaat Dit alles moge nu zijn overeenkomstig de leer van de gascomi «het aanbrengen van betere verlichting op donkere punten, hel «het in het water loopen bij mistig weer vermeerderd," maar van de omstreken van de Havenbrug hebben nog geen wek, opleiding op het gebied van gasverlichting gehad, zoodat de 1I1 haalde stelling boven hun bevattingsvermogen is, en daar zij meeste belang bij hebbenzouden zij gaarne wenschen dat dit fea taarn alleen werd aangestoken tusschen eerste kwartier, vof1 laatste kwartier. Als het officieel verslag van de laatste zitting van den Ge (dat met gewone Leidsche spoedweer 10 dagen op zich li is uitgekomen, stel ik mij voor nog een woordje te spreken en 10 om van e op el in, 6 op ar 28 Februari. verkochte hoeveelheid. Laagste. OudeTarwe Mindere soort Nieuwe Tarwe Oude Rogge Nieuwe Rogge Gerst (zomer) Chevalier-gerst Zware Haver Lichte Duivenboonen Paardenboonen Boter (l"te qualiteit 51 vat) (2de H (l,le per kil.) (2*< Turf liaardbr. 1"< soort (grauwe) Lange zwarte hectol. 5050 kilog. dubb. heet. 5000 IEMEE a art. M tei ingedi ■del in etehiedi IJ 0.31 Te Leiden ter Boekdrukker jj van GEBROEDERS MURÉ, voorheen en da dat d a ge| scli ie/ de L u, 2 A 7.75 7.51 5.5# 5.- 5.- 5.50 4.- 2.50 7.25 6.25 72.- 6Ïj jjGEMl tmeene «ijn ter kohien «en ied ïulden schiedt i Mi

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1885 | | pagina 6