PER TELEGRAAF. INdEXCHYVEIir. rezaiiil lier ij dooi n den Haag. haald. en d( Jtnaii. jeggen van spoorwegen, en is gesloten door de Petersburgsche Discontobank en S. Bleichröder, benevens andere aanzienlijke bankiers. Volgens genoemd Had zal dc inschrijving op 10 millioen eerstdaags opengesteld worden. Te Weitersweiler, in Beieren, heelt een krankzinnige, Blnni genaamd, in de synagoge tijdens de godsdienstoefening eenige revolverschoten gelost, waardoor drie personen gekwetst werden. T In den nacht van 9 op 10 April vervoegden eenige mannen, als politie- agenten verkleed, zich aan den Zwitserschen molen bij Peplatz. Zij som- I meerden de molenaar hun al zijn waarden en portefeuille af te geven, aan gezien rij een rechterlijk mandaat hadden tegen den molenaar, die verdacht werd socialist te zijn en effecten te hebben gefabriceerd. De molenaar gal voor 40,000 bl. aan obligatiën en 2000 fl. in specie af. Ue dieven verwij derde zich daarop met hnn buitna vooraf al de dienstboden in een kamer te hebben opgesloten. PETERSBURG, 15 April. Naar men met zekerheid verneemt is eene 5 pCts. Jgeconsolideerde spoorwegleening van 15,000.000 pd. st. gesloten met de Dis- I contobank alhier en het bankiershuis Bleichröder te Berlijn. he. ft Bleich- ï»gett.f röc|er tevens gehandeld als gemachtigde van het hoofdbestuur der maatschappij LSeebandlung" te Berlijn. BRESLAU, 15 April. Volgens de Schlesische V olkszeitung heeft de aarts bisschop Ledochowski voor het aartsbisdom Polen—Gnesen bedankt en heeft den Paus zijn ontslag aangenomen. SHANGHAI. 15 April. Prins Kong werd beschuldigd dat hij zich had laten omkoopen, zich tegen de wettige Chineesche regeering had verzet en ge poogd had het opperste gezag in handen te krijgen. Kong zal zijn erfelijke rechten behouden, maar hij verliest de waardigheden en de emolumenten die aan zijn post zijn verbonden. Prins Lin-Schou. Ching-Lien, Wen-Yti en Sin-Ching zijn in plaats van de afgezette leden tot lieden van den geheimen raad benoemd. NEW-YORK. 15 April. Een dépêche uit Libertad van den 14'lt0 meldt, dat daags te voren eene poging lot moord op den president van de republiek Guatemala gepleegd werd en de president eene lichte verwonding bekomen heelt. en toi| et et bo e mo- ii oeie- alleen sjeiki tsl dei rtcem et In eerin;] lande- Goanl -- is eet edooi er vat koms nd t«: schei ppe et stent lissen, «kmi», d. [Ii| van :r b ischiec lieu et| tar he: zijkei, .d. Metl irtogit ,geet opet wijiet kunde echtet De ui. duur- nd te e vólt r eeiti' en. Rivittj veldfl| lat ij ra-0i'| e ntrect onge ng it eran- irdeo. ie rei- cbe •chief i aaa- Zij wandelden in eigene raadslagen voort. Psalm LXXXI. De goede, oude Burgervader zou, mocht hij nog eens opzien, het man gedrag, een gedenkteeken te stichten aan Leidens ontzet, waarbij ook hij betrokken was, hoogelijk prijzen, doch, in aanmerking genomen de troebelen, die deze stichting vergezellen, waarschijnlijk besluiten voor de eer te bedanken en beleefdelijk verzoeken, wat hem aangaat, buiten aanmerking Ie blijven. Die eerzame stad Leiden heeft dan ook al wat ondergaan. Strijd hoe liet wezen moest: Haec religionis ergoof. om roomsch en onroomscll beiden te bevredigen: Haec libertatis ergowat Coolhaes deed zeggen: i'l schijnt dat de almogende Godt de sladt Leyden insonderlieit voor allen anderen steden in gants Hollanl verordineert heeft, dat sy vee! sonde moe ten lyden fan baren eygenen kerckcndienaerenpredicanlen, ende ouderlin gen, hun selfs den naem van eenen Raet der kerken geveilde", hetgeen tevens herinnert aan de roemruchtige Huiszittenhuis-quaestie en nu weer aan een geval dat van niet minder gewicht ontbloot is. De Raad eerst ten einde raad wal men met de Ruïne zou beginnen nu er toch geen uitzicht op een nieuw akademiegebouw bestond, ging te rade met de commissie voor het gedenkteeken om het te plaatsen op de Ruïne, hetgeen dc commissie voor het gedenkteeken waarlijk goedvond en hetwelk dan ook door den Raad werd bekrachtigd, doch waartegen de ontwerpers van het gedenkteeken nadrukkelijk opkwamen, niet allen omdat zij de Ruïne als plein voor een gedenkteeken ongeschikt achtten, maar omdat het front, bijgevolg het standbeeld zou behooren gericht te zijn naar de stad, betgeen zoo klaar is als van der Werd met zijn gezicht naar liet noorden te zetten in altijddurende duisternis gehuld blijlt. Toen kwam men in over leg het voetstuk te bouwen op de Ruïne en toen men tot de plaatsing der opschriften en bas-reliefs was overgegaan, werd de frontzijde zuidwaarts gericht, want de kunstenaars-ontwerpers hadden met den genieente-archi- lect gesproken en dat kwam ilit, en hoe in strijd met het besluit van den Raad gehandeld was, kwam ook uit. Nu gaat het gedenkteeken weer naar den Raad terug om er over te beraadslagennaar welke hemelstreek van der WerH hel oog zal wenden, waarbij de vrees wordt gekoesterd dat als bet beeld met zijn rug naar de stad zal gekeerd staan, dit den spotlust tal opwekken. Tot mijn onuitsprekelijk leedwezen werd ik altijd gepasseerd ergens zit ting te nemen (tact, weet u, mijne heeren, tact moet men dan ook daartoe hebben), maar als ik in deze beklageiijke zaak de hand had gehad, zou ik reeds lang mijn biezen gepakt hebben Had ik dan ook geen bezwaar ge maakt om, terwijl in het voetstok opschriften en bas-reliefs reeds geplaatst waren overeenkomstig eene zuidwaartsche richting van het beeld die op- sclirileu enz. denkelijk wel zóó konden blijven, nu het plan om het beeld out te draaien weer aan de orde kwam, ik had verdiend wat mij in mijn jeugd op school zoo telkens te beurt viel omdat ik zoo hardleersch was, te pronk te worden gezet met een papier op mijn frontzijde waarop "domkop" te lezen stond; een maatregel, die echter uooit genoeg kan worden aanbe volen om een knaap tot plichtbesef te brengen. Dat heeft men er nu van. Door het monument naar de Ruïne te ver dringen, in spijt van herhaalde waarschuwingen, van zooveel beter plaatsen, die zelis door personen van elders bekend door kunstsmaak en kunstzin werden aangewezen, een ziekelijk plan, een plan van opbouwen, afbreken eo weer opbouwen op een naargeestige plek, ook uil het oogpunt van kunst, een geruïneerd plan, en, het raar is er al heelemaal af, zegt het volk. Want och, die wandeldreven en parken zijn er ook nog niet, en de heer lijke boomen groeien nog niet met de takken waarop de vogeltjes zich tullen nederzetten en zingenen zij dragen nog geen dicht lommer om al thans de achterzijde van de stelselmatig opgetrokken Ruine-scliolen met hare Iraate uilgelande schuttingen, aan liet vorscliend oog van den lusligen wandelaar te onttrekken. Voordat de gevederde kruinen van liet houtge was, dat het monument zal behooren te omstuwen, teneinde het als hoofd groep, als voornaamste deel op dat plein, tegen een bezielenden achtergrond te doen uitkomen, zich verheden, zal er reeds menige kruin gebogen en den weg van alle vleesch gegaan zijn. Gelooft mij, liet booze lot heeft al tijd de Ruinc vervolgd. Hetzij nu onze brave Burgervader met den rug naar de stad zal gekeerd staan en daarbij in het volle zonlicht zal prijken, of wel met zijn rug naar Zoeterwoude zal gewend worden en daarbij blijk zal geven dat hij de duis ternis meer bemind heeft dan het licht, heigeen hem, eerlijk gezegd, door zijne negentietide-eeuwsche vrienden berokkend is, die met de eischen der kunst geen vergelijk konden treffen ik weet dat er zijn die den rug toe- keeren naar het gedenkteeken, niet omdat de kunst hun onverschillig is, maar omdat zij den Raad zoo gaarne laten beraadslagen hoe het zijn moet. Nu maar de kaarten gewasschen, gecoupeerd en gegeven; zullen de Noordelijke op de Zuidelijke de zege behalen, of omgekeerd? Op het gebied van bouwkunde, van "burgerlijke bouwkunde" gelukt het Leiden toch nog niet de zege te behalen. De eene nieuwe winkel volgt den anderenmaar ik zoek telkens te vergeefs nog naar iets dat trekt door vorm afmeting- of gedachte. Het is koekoek een zang, neen, er komt wel eens een kwinkslag onder, maar die toch koekoeks-leelijk is. Hoe lang zou het geleden zijn dat de voormalige winkel van Sinkel gebouwd werd, vijftig jaar? De flinke onderpui doet mij -altijd nog genoegen te zien, hoe forsch opgevat zonder overlading van allerlei zinledige dingetjes. Verlangt maar niet dat de schutting zal worden weggeruimd voor een nieuwe onderpui; het is tel kens mis, schijnschoon en schijnglans. een bouwconstructie, die niet bevre digd en onverdedigbaar is Onlangs nog werd een houten onderpui door een liardsteenen vervangen. Hardsteen volgens eene zuivere houtconstructie en triglyfen in de fries met andere hoekjes en lijstjes. Hoe misplaatst de tri- glyf aan zulk een lijst, als men maar bedacht dat zij in den Dorischen stijl bestemd was om de koppen der balkeu uit te drukken, die op de architraaf liggen, terwijl hier van geen stijl kan sprake zijn. Hoe eng de ingang en hoe angstig dun de beide stijlen, die de winkelkasten schragen. Menschen wees toch maar voorzichtig, die stijlen houden het niet uit, straks breken zij. Was de houten onderpui gebleven, zij behaagde meer dan dezesteenen, die tevens door haar samenstel uitdrukt ieder oogenblik als eene wafelkraam uit elkander te kunnen worden genomen. Een andere prachtige winkelkast //moderne stijl" met indrukwekkende spiegelruiten, ook al kort geleden aan den volke vertoont, wordt in het midden gedeeld door een stijl als een draadnagel. Nooitjwerd dunner stijl of stut aanschouwd bij zulk eene afmeting. Wat zij draagt? Wel, de fries, die op hare beurt weer verrijkt is met een soort van frontespiesje, waarvan aan heide einden een consol (leeljjke jongejuflrouwentronies) afhangt. Doen dan die consols niets, zijn zij niet tegen een wand bevestigd, hebben zij geen draagkracht? Wel neen menschen, die consols doen net andersom, wat men altoos van ordentelijke consols placht te eischen; als deze van bo ven niet werden vastgehouden vielen zij naar beneden. Hoe aardig, men is het zwakst in het midden van zulk een gevel of onderpui. in strijd met de schoonheidsleer, in strijd met de evenredigheidswetterwijl in de natuur de kracht in het midden heerscht, die naar buiten uitstraalt. Dezer dagen moet in de maatschappij tot bevordering van nijverheid op het schitterendst zijn aangetoond wat men met het gas doen kan, ook als verwarmingsmiddel, ook als middel tot bereiding van spijzen, toen er een wolk over de zon ging. Het was reeds voor jaren bekend dat er potdeksels werden gemaakt uit opgehaalde planken van; doodkisten en de werkende stand liet er zich den aardappel niet minder om smaken, terwijl het voedsel goed bekwam. Maar wat nu te denken als er verhaald wordt dat de houten deksels afkomstig zijn van verrotte planken van lijkkisten? Welk een won derdadig hout; had ik het niet gelezen, ik zou het niet gelooven. Mij dunkt zulk een ingelascht tafreel zou wei gescnikt zijn alle appetijt te benemen voor schildpadsoep, ossenhaas en andere gerechten die op gas bereid, na afloop van de voordracht werden toegediend. Dat geheele geval van verrotte pot deksels om er ijzeren polten mee te dekken, nog wel gemaakt uit ver rotte planken, had ik maar in den doofpot gestopt. Men ziet intusschen, niet alle hout is timmerhout ook niet voor argumenten. 12 April 1884. A. J. K. imrtjcrli jjKc Sfanb. ONDERTROUWD; E. W. J. Wilde, jm. 32 j. en J. C. T. üriessen, jd. 20 j. - J. v. Reen, jm. en C. Lut, wed. H. J. v. Kerkhof, jm. 20 j. en J. Polane. jd. 18 j. N. Huntelman wed1-. 32 j. en .1. A. Plan je, jd. 29 j. J. A. A. v. Geffen, jm. 29 ,j. enP. T. M. Cornelissen, jd. 28 j. M B. Dekker, jm. 27 j. en C. v. d. Sleet, jd. 30 j P. v. Rossen, welt. gesch 33 j. en A. P. Kockx jd. 34 j. P. J. v. Kessel, jm. 29 j.enB.J.M Hazes, jd. 33 j. H. N. v. Schaikjm. 27 j. en A. C. Zwetsloot, jd. 28 j. A. 0. Anderson, jm. 25 j. en C. W. Eggers, jd.'25 j. J. Dissel, jm. 23 j. en E. M. De Schotjd. 19 j. - A. Yosa, jm. 28 j. en J. C. A. Dirkse, wed. 33 i. behouden Verkoopiitg van onroerende goederen, in het Heeren-Logement aan den Burg, Zaterdag 12 April. Notaris Mr. J. A. F. Coebergh. Het Huis, ingericht tot Meubelmagazijn en Woonhuis, met daarachter ge legen Pakhuis, aan de zuidzijde van de Haarlemmerstraat, N°. 163, Sectie 11. N». 589. Kooper B. Raumann 11000. Het Winkelhuis, waarin de handel in groenten is uitgeoefend, aan de zuidzijde van de GroenesteegN®. 37, Sectie J, N®. 743. Kooper 0. Ossevoort ƒ3000. Het Huis en Erf, naast het voorgaande, N°. 35, Sectie J, N°. 744. Kooper J. W. J. Gans 1050. Hel Huis en Erf, met afzonderlijke Bovenwoning, beneden inge richt tot Timmermanswinkel, aan den Oitdeu Singel, hoek ZandstraatN». 166 en 1, Sectie li, N®. 2093. Kooper J. Strag 4000. Het Huis en Erf met Tuin. aan de zuidzijde van de Hoogewoerd, aan den hoek der Koene- steeg, N°. 65, Sectie I), N°. 358. In bod f 2900. Niet verkocht. Het Pak huis en Erf, met alzondeiTijke Bovenwoning, aan de oostzijde van de Para dijssteeg, N°. 42, Sectie H, N». 2482. Kooper F. J. Van Lujjken 1506.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1884 | | pagina 3