B U l T të N li A N 1S C11 E B E K I G U T K S Oye, grootmeester van liet Luis des konings; jhr. N. A. Steengracht van Moyland Till, kamerheer des konings in buitengewonen dienst; jhr. mr. D. A. W. Van Tets, zaakgelastigde, chef van het kabinet van den minister van builenlandscbe zaken, en jhr. mr. J. W. G, Boreel, kamerjonker des I konings en burgemeester van Castricum; vergunning verleend tot het aanne- men respectievelijk van de versierselen van: de orde van den Witten Ade- jj laar; ridder tweede klasse der orde van St. Anna; ridder tweede klasse, met jj de Ster, der orde van St. Stanislaus, en ridder derde klasse der orde van St. Stanislaus, hun door den keizer van Rusland geschonken; aan den heer G. J. A. Pompe, fabrikant te Brussel, is vergunning verleend tot het aan nemen van de versierselen van het ridderkruis 5e klasse der orde van het Borstbeeld van den Bevrijder, hem door den president der VereenigdeStaten van Venezuela geschonken; aan mr. M. VV. baron Du Tour van Bellinchave, tot het aannemen en dragen van het ordesleeken van ridder-grootkruis der Ottomanisch Keizerlijke orde van Medjidieh; S. baron Van Lynden, tot het aannemen en dragen van het ordesteeken van commandeur der Leopolds-orde van België; W. Th. Van Essen, tot het aannemen en dragen van het ordes teeken van ridder der Leopolds-orde van Belgiëaan den luitenant-kolonel J. C. E. graaf Van Lynden, van het le reg. huzaren, is vergunning verleend tot het aannemen en dragen van de versierselen der St. Anna-orde 2e klasse hem door Z. M. den keizer aller Russen geschonken. Door Z. M. is de met verlof hier te lande aanwezige generaal-majoor van het leger in Nederlandsch-Indië U. F. Meijer, op zijn verzoek, wegens lichaamsgebreken gedeeltelijk in en door den dienst ontstaan, op de meest eervolle wijze uit Zr. M8. militairen dienst ontslagen, onder dankbetuiging voor de door hem aan den lande bewezen diensten. De minister van binnenlandscbe zaken zal op 1 December a. s. geen audiëntie verleenen. Bjj het voortgezet debat over de staatsbegrooting in de heden gehou den zitting van de tweede kamer betoogde de minister van waterstaat dat eene aldoeude bezuiniging op rubrieke werken niet mogelijk was, zonder schorsing in den aanleg van bij de wet gevoteerde werken. De heer Van der Kaay rechtvaardigde het grondwetsherzieningvoorstel door den heer Tak van 1882, dat door de ervaring blijkt juist gezien te zijn geweest. De heer Tak zelf hield vol dat eene herziening der grondwet alleen van een minis terie met beginsel was te wachten. Dit kabinet had geen beginsel beleden. De heer Scbaepman hield vol dat zonder herziening van art. 194 niets tot stand kon komen. De heer Buma berekende dat 9 miliioen op de begroo tingen van oorlog en waterstaat kon bezuinigd worden. De minister Heems kerk constateerde dat de regeering de grondswetherziening als beginsel aan nam en verzekerde dat eene schoolwetwijziging geen ingrijpende verandering in den financiëelen toestand zal teweegbrengen. Hoofdstuk 1 aangenomen, morgen komt hoofdstuk 2 in behandeling. De nieuwbenoemde leden van de eerste kamer der staten-generaalde hh. Smits van Oijen en Moolenburgh, hebben dezer dagen in handen van Z. M. den koning als zoodanig den eed afgelegd. Naar men verneemt wordt de heer üirks, afgevaardigde voor Amster dam, weldra van zijne technische reis naar Amerika hier te lande terug verwacht. Heden is door het gerechtshof P. L., ontslagene uit het geslicht Omrner- schans, ter zake van moedwillige brandstichting, veroordeeld tot 5 jaren tuchthuisstraf. BELGIË De universiteit van Luik telt thans meer dan 1400 studenten. Gemid deld hadden de vier Belgische hoogescholen in 1882 elk meer dan 1300 leer lingen. 15 M li A J* Maandag werd te Londen prins Prisdang, gezant van Siam, tot een hooger vorstelijken rang verheven en van twee Siameesche ridderorden voor zien. De Siameesche prins Krom Mum Nares Varaiddi voltrok die plechtigheid uit naam van de regeering van Siam, in tegenwoordigheid van nog twee andere prinsen, allen daartoe uit Siam overgekomen. Met veel staatsie en pracht werd de plechtigheid voltrokken. Een aantal Eugelsche ministers en buitenlandsche gezanten waren tegenwoordig. Aan prins Prisdang, wiens kleeding schitterde van goud, werden in de rijk versierde zaal door de ins gelijks prachtig gekleede leden der missiën de insigniën omgehangen van den hoogeren hem geschonken rang. Deze waren van goud en met juweelen be zet en uitnemende bewijzen van de bedrevenheid der Siameesche goudsmeden, die ze vervaardigd hadden. Een sneltrein is gisteren bij Wolverhampton ontspoorddoordien groote steenblokken met een boosaardig opzet op de rails waren gelegd. De boos doeners vermoedden, dat de heer Gladstone zich in den trein bevond. Uit Madrid meldt de Daily News, dat een anli-Spaansch komplol op de Philippijnen is ontdekt. De gouverneur heeft vele personen laten arresteeren. Men verdenkt de Duitschers het komplot te hebben aangestookt, met het oog op eene annexatie der Philippijnen door Duitschland. Uit Cairo wordt aan de Daily News gemeld, dat te Dongola een oproer is uitgebroken. De telegraafdraden tusschen Berber en Kassale zijn doorgesne den; er heerscht groote onrust. Aan de Standard meldt men uit Cairo, dat de Turksche regeering machteloos is tegenover de gendarmen die weigeren naar Soedan le trekken. Het geheele Egyptische leger wordt te Assoean bijeengetrokken, waar een versterkt kamp komt. Aan de Daily News wordt uil Teheran bericht, dat de Shah Ayoeh Khan ontvangen heelt en hem geld gaf voor de reiskosten naar Bokhara, werwaarls Ayoeb spoedig vertrekt. De Turkmenen revolteerden te Ivhorassan en ook zijn onlusten uitgebroken in noordoostelijk Afghanistan. De Daily News meldt uit Hongkong, dat de gouverneur van Peking is teruggekeerd, alwaar hij de voornaamste ministers gesproken heeft. De gouverneur maakt uit hunne gesprekken op, dat het China ernst is met den oorlog, indien Frankrijk China daartoe dwingt. China heeft 100,000 man troepen en verscheidene pantserschepen.. Den 25,len November had op de West-Shore-railway te Tappan, bij New- York, eene botsing plaats tusschen een personentrein en een goederentrein. Het verkeer was voor den avond gestremd, toen een trein uit Pafïan vertrok met de beschadigde locomotief, om die naar de werkplaats te brengeu. Eene afzonderlijke locomotief, met zeven man, volgde en reed in de duisternis tegen den voorafgaanden trein. Drie menschen verloren het leven en de ande ren werden zwaar gekwetst. Door deze tweede botsing werd het verkeer ook gedurende den nacht gestremd. Bij Denning, in Nienw-Mexico, is Zaterdagavond weer een spoortrein ge plunderd. De roovers, vijf gemaskerde mannen, waarschijnlijk cowboys, lichtten een paar rails van den weg, deden den trein ontsporen, waarbij de machinist werd gedood, en stalen daarna uit den postwagen een bedrag van 600 dollars. Troepen doorkruisen den omtrek om hen op te sporen. FBAHKK IJ K. De Tongkin-commissie heeft gisterenmorgen de hh. Ferry, Campenon en Peyron gehoord. De heer Ferry deed mededeeling van het Cltineesche memorandum en het antwoord van Frankrijk daarop. De commissie keurde met algemeene stemmen dat antwoord goed en achtte het onnoodig om vóór de discussie over hel crediet de zaak in de kamer te brengen, en wel om twee redenen: 1°. omdat geen diplomatieke breuk bestaat en de onderhan delingen ook thans nog worden voortgezet; 2°. omdat de regeering beloofd heeft het memorandum en het antwoord in het Gele Boek op te nemen. In het memorandum wordt gezegd: Frankrijk legde aan Anam een onbilljjk verdrag op, waarbij de rechten van China werden miskend, en bezette Anam, onder tekennengeving van zijn voornemen Bac-Ninh, den sleutel van het Cltineesche rijk, in te nemen. China wenscht de vredelievende betrek kingen voort te zetten, doch zal genoodzaakt zijn den aanval met Cltinee sche troepen af te weren. Ten einde bloedvergieten te voorkomen, doet China een beroep op het eergevoel en de loyauleit van Frankrijk, onder betuiging van zijn leedwezen, indien het genoodzaakt mocht worden zijne rechten te doen eerbiedigen. In haar antwoord herinnert de Fransche regeering, dat zij steeds verklaard heeft Anam noch Tongkin te willen annexeeren. Het tractaat van Hué heelt uitsluitend ten doel eene nauw keuriger omschrijving te geven van het verdrag van 1874, ter bevestiging van het beschermheerschap over Tongkin. Zij achtte het noodig Son- tay en Bac-Ninh te bezetten, maar niets belet eene billijke schikking op de grondslagen, waarvan Frankrijk nimmer is afgeweken en die in het verdrag zijn aangewezen. De beer Ferry deelde daarop aan de com missie mede, dat hij aan markies Tseng eene nota heeft gezouden, waarin het denkbeeld wordt geopperd, om de militaire hoofden te voorzien van eene bijzondere volmacht, ten einde aldus tot eene schikking te geraken. Krachtens deze volmacht zou China op vredelievende wijze, en onder voorbehoud van latere schikking, Sontay en Bac-Ninh aan admi raal Courbet overgeven. Daarna zou men over eene definitieve regeling be raadslagen. Deze nota van den heer Ferry heeft zich echter gekruist met een brief van markies Tseng, waarin de aanwezigheid van Chineesche troe pen in Tongkin wordt geconstateerd, doch zonder nadere opgave van de bijzondere punten, waar de troepen zich zouden bevinden. Later verwierp markies Tseng het voorstel van den heer Ferry, maar laatstgenoemde ge looft, dat hij dit deed zonder instructie uit Peking af te wachten. Generaal Campenon verklaarde, dat alle maatregelen genomen zijn voor het onmid dellijk afzenden van 6000 man, zonder tot eenige, zelfs gedeeltelijkemobi lisatie de toevlucht te nemen. De heer Peyron zeide, dal hij geen nieuwt telegrammen had ontvangen van admiraal Courbet, die met zijne operatiëi moet begonnen zijn, of daartoe onmiddellijk zal overgaan. In zijn laatste depêche meldt de admiraal, dat hij de laatste hand legde aan het bijeen trekken der troepen voor den aanval op Bac-Ninh. De heer Peyron gelooft, dat de admiraal de komst wil afwachten van de Corrèze. met 600 mari niers. Dit schip moet gisteren in de baai van Along aangekomen zijn. Dl heer Peyron verklaarde, aan admiraal Courbet de vrije hand te hebben ge laten, omdat men volkomen vertrouwen kan stellen in zijne voorzichligheii en geestkracht. De commissie heeft daarop het door de regeering gevraagl crediet van 9 miliioen goedgekeurd. De leden der uiterste linkerzijde van de kamer van afgevaardigde hebben gisterennamiddag om 2 uren eene vergadering gehouden. De hee Clémenceau is door hen afgevaardigd om aan de regeering de volgendi inlichtingen te vragen: «Is het waar dat Fransche troepen legen Bac-Ninl oprukken, in spijt van de bepaling vervat in het Chineesche memorandum volgens hetwelk een dergelijk feit zou worden beschouwd als een casu belli?" Daarna begaf zich de heer Clémenceau naar den heer Ferry, doe! deze weigerde op zijne vragen te antwoorden. Eerstgenoemde is nu vooi nemens hem heden bij den aanvang der zitting te ondervragen en, bij het nieuwde weigering, het verzoek in te dienen om eene interpellatie tot de minister te mogen richten. Het gouvernement heeft besloten aan den reiziger De Brazza verstel kingen te zenden. De heer Dufourcq, een ambtenaar bij het ministerie vi onderwijs, zal met zes andere heeren per paketboot ÏÏiger naar Dakar e van daar met een ander schip naar Gabon vertrekken. De heer Dufouri heeft instructies gekregen van zeer vreedzamen aard. Men beschouwt I expeditie van De Brazza, volgens de Fransche bladen, te veel als een vei overingstocht. Het hoofddoel is wetenschappelijk onderzoek. Het Journ. off. heeft het verslag openbaar gemaakt, aan den minisli 1 van koophandel uitgebracht door de commissie van Fransche geneesheerei I die tot onderzoek naar het wezen der cholera naar Egypte gezonden i Uit dit vrij breedvoerig stuk blijkt, dal de onderzoekingen der bedoel commissie, ook tengevolge van het spoedig ophouden der epidemie en dt dood van dr. Thuillier, weinig of geene stellige uitkomsten hebben opgei verd. "Wij koesteren echter de hoop", zoo eindigt het verslag, "de eers moeielijkheden uit den weg geruimd en den weg bereid te hebben vo latere nasporingen, welke vrij zullen zijn van het tasten in den blinde, i 1 van elk onderzoek in den aanvang onafscheidelijk is". I In de fabriek van den heer Dillies te Roubaix is een brand uitgebarstt welke den rechtervleugel van het gebouw (de ververij) vernield heeft. Th mannen der brandwacht werden ernstig gekwetst. Het gemeentebestuur hu

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1883 | | pagina 2