LEIRSCRE €0 Utl\T. 1883. 234. DONDERDAG 4 OCTOBER. STADS-BERICHTEN BINNENLANDSCHE BERICHTEN. *- ..cW'W De Courant verschijnt dagelijks, Zon- en Feestdagen uitgezonderd. De prijs der Courant is per vierendeel jaars f 1.50, franco p. p. f 2.- afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar voor 5 cents. De prijs der Advertenliën is van 14 regels I.iedere regel meer 25 cents, groote letters berekend naar plaatsruimte. Vergadering van den Raad der gemeente Leidenop Donderdag den 4deD October 1883, des namiddags te één uur. Nog te behandelen onderwerpen: 1, Voordracht lot het verleenen van eervol ontslag aan B. M. Wepster uit de betrekking van derden onderwijzer aan de school der 3e klasse n». 2. (190) 2. Benoeming van twee Curatoren van het Gymnasium. (191) LEIDEN, 3 October. 3 October 1574, den dag van het ontzet dezer stad, welke, niette genstaande een verschrikkelijk woedende pest, welke binnen weinig tijds 6000 menschen ten grave sleepte, niettegenstaande hongersnood en erger nog, niettegenstaande tweedracht in den boezem der belegerden, op kloek moedige wijze des vijands heftige aanvallen gedurende langen tijd wist te weren. Voorzeker moet een groot gedeelte van dat manhaftig gedrag der Leidsche burgerij toegeschreven worden aan Pieter Adriaansz. Van der Werfl. burgemeester der stad, welke zijne onderdanen niet alleen in moed, volhar ding en zelfopoffering ten voorbeeld strekte, maar zelfs toen eenige wanho penden zich bij hem vervoegden, dringende op overgave, hij het aan alle Nederlanders bekende fiere gezegde ten antwoord gaf, dat allen vol schaamte wegens dit gedaan verzoek terstond deed vertrekken. «Zeker", zegt Engel- berts Gerrits in zijne Nederlandsche heldendaden ter zee, «de voorgang van een verstandig man uit de regeering heeft eene verborgene kracht, welke ons ongevoelig medetrekt en de burgerij gewillig aan hare overigheid onder werpt, vooral als deze begrijpt dat zij in hetzelfde lot deelende ramp en voorspoed". Ziedaar de rede van het feest dat heden na driehonderd en negen jaar wederom in Leidens veste wordt gevierd. Ziedaar de oorzaak van het eere- blijk en huldebetoon den wakkeren Van der Werd gewijd en dat wij wel dra op de Ruïne zullen kunnen aanschouwen. Tengevolge van het onguns tige weder hebben vele der aangekondigde feestelijkheden, alsook het leggen van den eersten steen voor het gedenkteeken van Leiden's ontzet geen voort gang kunnen hebben. In dit lot moesten voornamelijk deelen de schoolkin deren, die bij gunstig weder verschillende vaderlandsche liederen op de Ruïne zouden hebben ten gehoore gebracht. In die leemte werd op genoegzame wijze voorzien, doordat de kinderen, bestaande uit leerlingen van de hoogste klasse van eenige openbare scholen, iu de Stadszaal zich vereenigdeu, alwaar door hen de volksliederen werden aangeheven, met begeleiding van de mu ziek der dd. schutterij, door welk corps bij afwisseling nog eenige muziek stukken werden uitgevoerd. Voor de jeugd bleef het er echter niet bij; om hel genoegen van den dag te verhoogenwerden aan de kinderen op onbe krompen wijze ververschingen uitgereiktwelke zich goed deden smaken en niet weinig de feestvreugde verhoogden. Dit kinderfeest werd opgeluis terd door de tegenwoordigheid van den heer burgemeester, enkele leden van den gemeenteraad en een aantal belangstellenden. In de kerken van de Ned. herv. gemeente en andere gereformeerde gezindten werden dankgebeden ten hemel opgezonden. Te twaalf uren deed het carillon zich hooren en had te half 2 ure eene muziekuitvoering plaats op de Koornbeurs, welke niettegenstaande het hoogst ongunstige weder, door velen werd bijgewoond. Ook het Stedelijk Museum lokte, als naar ge woonte, vele nieuwsgierigen ter bezichtiging van de voorwerpen betrek king hebbende op het feit van den dag. Inmiddels bewoog zich eene groote menigte menschen langs de rijkelijk met vlaggen versierde straten om daarna des avonds een van wege de gemeente aangeboden volks-concert in de slads-zaal te bezoeken of eenigen tijd aan de Koorubeurs te verwijlen, alwaar weder eene muziekuitvoering zal plaats hebben. Mocht derhalve de natuur niet medegewerkt hebben tot het luisterrijk vieren van deze vaderlandsche herinnering, de vreugde en dankbaarheid van hel tegenwoordig geslacht was hierdoor niet verminderd; op duidelijke wijze bewees het de waarheid der woorden van den dichter II. Van Berkhy, wanneer deze zegt: O, wat de tijd ook moog vernielen Weest niet bevreesd doorluchte zielen Dat ooit zijn tand uw glorie krenk' Eer straalt geen licht aan 's hemels bogen Eer Neerland uw standvastig pogen, Uw deugd, uw trouw niet mee gedenk'. Heden was den heer ds. J. D. B. Brouwer, pred. bij de Ned. herv. ge meente alhier, eene aangename verrassing bereid. Bij gelegenheid dat aan hem door de synode een eervol emeritaat was verleend meende een aantal leden dier gemeente dit feit niet onopgemerkt te mogen laten voorbijgaan en den zoo gevierden leeraar een stoffelijk blijk van waardeering aan te bieden. Eene commissie uit het midden dier leden was opgedragen bedoeld blijk van erkentelijkheid aan den leeraar te overhandigenbestaande in een keurig zilveren schenkblad, waarop de initialen tusschen de jaartallen 1843 en 1883, vergezeld van een prachtig album, bevattende de namen der schen kers, met de opdracht: «Aan onzen hooggeachten leeraar d'. J. D. B. Brouwer, bij het nederleggen zijner evangeliebediening, door eenige leden der Ned. Herv. gemeente te Leiden"; een en ander in keurig calligrafisch schrift, vervaardigd door den heer P. J. Mulder. Diep getroffen werd door den leeraar dit blijk van waardeering aanvaard en voorzeker was het den wensch van allen dal het hem moge gegeven zijn nog vele jaren zijn wel verdiende rust te smaken. Morgen hoopt de heer dr. A. Heynsius den dag te herdenken waarop hij voor 25 jaren het hoogleraarsambt aanvaardde. Des avonds te 9 uren zal door het studentencorps den jubilaris eene serenade worden gebracht. - Gisterenmiddag is aan dc Beestenmarkt een man door een rijtuig aan gereden tengevolge waarvan hij eerst ter verplegiug naar het ziekenhuis en vervolgens naar zijne woning is overgebracht. Men leest in de Staats-courant: Bij een onderzoek naar de oorzaken van de sterke verbreiding der pokken in de gemeente Oud-Beierland is het volgende gebleken: In die gemeente bestaat veel tegenzin tegen de koepok inenting. Dit blijkt zoowel uit het jaarlijksch cijfer der verrichtte vacci nation, dat in rede tot het aantal inwoners, lager is dan in hel geheele rijk, als uil het geringe aantal revaccinatiën. Daaruit laat zich echter niet alleen en niet in de eerste plaats dc belangrijke uitbreiding van pokken te Oud-Beijerland verklaren. De hoofdoorzaak daarvan schijnt gezocht te moeten worden in de zorgelooze wijze, waarop de koepok-inenting aldaar jaren lang werd verricht en de vaccinatiebewijzen afgegeven. In die gemeente verzekert men algemeen, dat een geneeskundige, die aldaar langen tijd de praktijk uitoefende, totdat hij in het vorige jaar naar een andere gemeente verhuisde, meestal dadelijk na de inenting het bewijs gaf. zonder zich van den uitslag te vergewissen, ja zelfs somtijds een bewijs gaf, zonder de vacci natie verricht te hebben. Dit gerucht verkrijgt een boogen graad van waarschijnlijk door het feil, dat het aantal opgekomen koepokken op 304 van 306 door dien geneesheer, gedurende de laatste jaren van zijn verblijf te Oud-Beierland, afgegeven verklaringen van verrichte vaccinatie, was ingevuld met het cijfer 3. Het is nauwelijks denkbaar, dat deze cijfers op waarneming rusten. Zulk een treilende overeenkomst in den uitslag der vaccinatie bij een zoo groot aantal personen is niet aan te nemen. Aan twee nog niet lang te Oud-Beierland gevestigde artsen is gebleken: 1°. dat lal van kinderen en volwassenen vroeger door bovenbedoelden geneeskundige ingeënt, geen lidleeken van vaccinatie vertoonden; 2U. dat bij die personen na revaccinatie zich normale koepokken ontwikkelden; 3°. dat de door hen gevacctneerden ol gerevaccincerden niet door pokken werden aangetast al waren zij onmiddellijk aan besmetting blootgesteld; 4°. dat dit wel het geval was met hen die alleen door den bovenbedoelden geneesheer waren ingeënt. Dit een en ander blijktdat de koepok-inenting te Oud-Beierland langen tijd niet met de vereischte zorg is geschied. Het gevolg hiervan is dal in die gemeente veel meer gevaccineerden (zoo men er dien naam aan geven mag) in reden tot de niet-gevaccineerdeu poklijders worden aangetast dan elders. In bijvoegsels der Staatscourant van heden worden medegedeeld de rapporten, uitgebracht door de gecommitteerden bij de iu 1883 gehouden eind-examens der gymnasia e;i door de commissie, in 1883 belast geweest met het afnemen van het in art. 12 der wet op het hooger onderwijs be doelde examen ter verkrijging van een getuigschrift van bekwaamheid voor de studie aan eene universiteit. Blijkens een bij het departement van marine ontvangen telegram is 1'. ML schroefstoomschip Bali, onder bevel van den luit. ter zee le kl. H. G. llildehrandtlaatst komende van Malta, in den namiddag van 2dezer te Port-Said aangekomen. Aan boord was alles wel Te Utrecht zijn tot arts bevorderd de lih. H. J. Kessler, B. Tercock, doctorandi, en B. Brandsma, med. doctor. Toegelaten lot het le gedeelte van het examen de hh. A. J. Olivier, doctorandus, en G. Jclgersma, candi- daal-arts.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1883 | | pagina 1